Fusie in de voetbalsport een feit geworden De Laatste Bus U.P.V.B. voor de laatste maal in jaarvergadering bijeen Z.U.T. bracht achthonderd wandelaars bijeen Vele bezwaren overwonnen Alle voetbalbonden samengesmolten tot één Ned. Voetbalbond In het vervolg „district Utrecht van den N.V.B." Vele moeilijkheden moesten overwonnen worden d o< Cecil Freeman Cregg 2e BLAD PAG. 2 AMERSFOORTSCH DAGBLAD MAANDAG 5 AUGUSTUS 1940 ATU volgens een officieeie mededeeiing van de nationale stichting -1- N ter bevordering van de lichamelijke opvoeding de fusie bij de voetbalsport een feit is geworden, hebben zeer velen zich afgevraagd, wat de gevolgen zijn van een dergelijk ingrijpend besluit in ons nationale sportleven, in het bijzonder voor wat betreft de tak voetbal In verband hiermede heeft een redacteur van het A.N.P. een onder houd gehad met den burgemeester van Veenendaal, mr. J. J. P. C. van Kuyk, den voorzitter van de stichting ter bevordering van de lichame lijke opvoeding, die op instignatie van den secretaris-generaal van het departement van onderwijs, kunsten en wetenschappen, prof. dr. G. A van Poelje, en aangewezen door het rijkscollege voor de lichame lijke opvoeding, opnieuw het initiatief heeft genomen orrV te komen tot de gewenschte concentratie der verschillende bij de voetbalsport betrokken bonden en federaties DE bezwaren, welke eertijds tegen een fusie bestonden, kwamen nu natuurlijk terstond opnieuw naar voren, aldus de heer van Kuyk. Vele besprekingen zijn er noodig geweest om tenslot te tot de inmiddels bereikte op lossing te komen. Zeer belangrijk was wel de noodzakelijkheid, dat wij o.a. ten aanzien van de R.K. Federatie voorop dienden te stel len, dat aan het karakter van de bonden en de vereenigingen niet getornd kon worden. Uitgaande van dit eenige gezonde standpunt, moesten wij dus onder alle om standigheden rekening houden met het karakter van de bij deze fusie betrokken bonden en ver eenigingen. Daarom hebben wij begrijpelijk lang stil gestaan bij de oplossing van dit probleem voor de R. K. federatie, waar- bil rekening gehouden moest worden met tal \an wenschen van R. K. zijde. Het is ons evenwel toch nog spoedig gelukt tot een uitstekende oplossing van dé moeilijkheden te komen, waar door het mogelijk is gebleken tot een fusie te komen, zonder dat ook maar in een klein onderdeel afbreuk behoef de te worden gedaan aan bet karakter der bonden en vereenigingen, dus waarbij men zich hoofdzakelijk heeft bepaald tot een fusie ten aanzien van de beoefening van de sport (wedstrijd wezen). Hieruit volgt dus, dat het niet in de bedoeling heeft gelegen en dat het ook niet de bedoeling kan zijn in de toekomst, dat de bonden, even tueel de vereenigingen, op zichzelf ophouden te bestaan. Er bestaat in de toekomst geen enkel bezwaar tegen het voortbestaan van deze bonden en vereenigingen, vooral als men rekening houdt met de omstandigheid, dat voor wat be treft de lagere elftallen men auto matisch terecht komt op het terrein van de jeugdorganisaties. Ten aanzien van het jeugdvraagstuk hebben wij geen enkele bemoeienis. Deze materie resorteert bij den cen- tralen jeugdraad. Men kan dus veilig aannemen, dat voorloopig althans voor de lagere elftallen de toestand blijft zooals deze tot op den dag van heden was. Bovendien is de tijd te kort om ook voor de lagere regionen nog dus danige maatregelen te treffen om tij dig gereed te zijn voor het nieuwe sei zoen. Ten aanzien van de R.K. federa tie, en hetzelfde geldt ook voor de an dere bonden, doch dan naar omstan digheden eenigszins gewijzigd, kan dus de thans tot stand gekomen fusie als volgt worden samengevat. Alle landelijke voetbalbonden zijn tot één Nederlandschen voet balbond samengesmolten. Daaruit volgt, dat de R.K. Federatie van voetbalbonden (R.K.F.) en de in terdiocesane competitie voetbal bond (I.V.C.B.) hun competitie spelen in nationaal verband, dus in den Nederlandschen voetbal bond. Zij behouden dus dezelfde rechten en plichten als in het verleden. Waar het hoogere voetbal is ingedeeld in de lan delijke competitie van den nieuwen Nederlandschen voetbalbond, is daar entegen voor het lagere voetbal (dat tot nog toe uitkwam in de desbetref fende diocesane bonden) de mogelijk heid blij\en bestaan om kringsgewijze, zooals voorheen, te blijven spelen een competitie tusschen katholieke ver eenigingen bij den kring aangesloten en onder .katholieke leiding, dus geheel overeenkomstig den ouden toestand. Het kan dus voorkomen, dat het eerste elftal van een katholieke vereeniging dat vroeger uitkwam in de eerste klas se van den I.V.C.B. in het komende seizoen uitkomt in de competitie van den Nederlandschen voethalbond, ter wijl een lager elftal van dezelfde ver eeniging van de thans tot stand geko men fusie niets bemerkt, omdat het zooals voorheen wederom normaal uit komt in de competitie van het diocees waaronder de vereeniging ressorteert, dus geheel in Katholiek verhand. Het zal in de praktijk hierop neerkomen, dat alleen oudere, dus rijpere spelers, geschikt om te spe len in een sterk elftal, dat uitkomt in de competitie van den N.V.B. in neutraal verhand zal spelen. De Katholieke kringen zijn evenwel in de toekomst wel aangesloten bij het nationale verband. Hieruit volgt dus, dat wij de bestaan de bonden en vereenigingen zoo min mogelijk hebben aangetast voor wat het karakter betreft. Vereenigingen die be halve voetbal ook nog andere takken van sport beoefenen, zullen wat betreft voetbal rekening hebben te houden met den N.V.B.doch verder volkomen on- afhankelnk voort kunnen werken aan datgene wat met zulk een voortvarend heid werd opgebouwd en met zulke groote financieele offers tot stand is ge komen. Het zou hoogst onrechtvaardig geweest zijn, indien wij ons ten dien aanzien rechten hadden aangematigd, welke geheel buiten onze competentie liggen. Bovendien zouden de moeilijk heden, welke nu vrij spoedig konden worden overwonnen, dan absoluut niet te overbruggen zijn geweest en de voor gestelde fusie nooit tot stand zijn geko men. Ongestraft kan men het karakter van een vereeniging nu eenmaal niet aantasten. Tenslotte moet men er wel rekening mede houden, dat wat nu ten aanzien van de voetbal tot stand is gekomen, niet als richtlijn kan worden gebruikt ten aanzien van de fusie van de andere sporten. Iedere tak van sport heeft bij zondere kenmerkende moeilijkheden, zoodat voor iedere tak van sport een zelfde procedure met langdurige bespre kingen en zeer taktische onderhande lingen zal moeten worden gevoerd Nauwkeurig moet worden nagegaan, welkp oorzaken hebben geleid tot de versnippering, welke thans teniet ge daad diene te worden. Evenals hij de voetbalsport blijken de afgevaardigden van de andere takken van sport met denrelfden goeden geest bezield te zijn Het kan ook niet anders, want bij de voorbesprekingen stellen wij de volgende richtlijnen op den voorgrond: 1. Van het clubleven dient te worden afgebleven. 2. Particuliere vereenigingen en instellingen hebben het recht zelf aan te wijzen, wie zii als leden wenschen toe te laten en hoe haar eigen financiën te beheeren Over heidsbemoeiing in deze is abso luut overbodig. Iedere club be houdt zijn eigen samenstelling en richt zijn eigen spel in. Na voetbalde wandelsport Nu het bestuur van den Nederl. Voetbal Bond is geconstitueerd heb ik mij volkomen teruggetrokken ten aanzien van deze tak van sport, daar mijn taak hier thans gereed is. Op Vrijdag a s. vindt een bespre king plaats ten aanzien van de wan delsport, waarbij ik verwacht, dat wij reeds spoedig tot de gewenschte overeenstemming zullen komen. Hierbij komt ook nog de kwestie van de Nijmeegsche Vierdaagsche op de proppen. Ten aanzien van de verhou ding van de N. B. v. L. O., welke nog steeds deze Vierdaagsche organiseert en de wandelsport in het algemeen, kan ik u slechts mijn persoonlijke opvatting mededeelen, gebaseerd op een bespre king, welke ik onlangs had met majoor Breunese. Majoor Breunese juicht het streven om naar een gewenschte oplossing te komen ten zeerste toe en was evenals ik de meening toegedaan, dat zeer spoe dig een zoodanige oplossing zal kunnen worden gevonden, waarbij aan de nieuw te stichten wandelorganisatie in samenwerking met de N. B. v. L. O. de organisatie van de Vierdaagsche zal kunnen worden overgedragen Hoe de fusie in deze tak van sport tot stand zal komen is van te voren moeilijk te zeggen, want de oplossing is daarvoor te veel afhankelijk van verschillende fac toren. Doch de eventueele bezwaren, welke van zekere zijde naar voren kunnen komen, zullen hij lange na niet opwegen bij die, welke wij bij de besprekingen van de voetbal spart hadden te overbruggen. Wij hebben hier reeds voor heetere vu ren gestaan. Toch zullen zij, die om persoonlijke redenen bepaalde groepsbelangetjes kennelijk wen schen op te dringen, goed doen deze persoonlijke affecties thans te laten wijken voor het nationale belang, waarbij het groepsbelang onderge schikt dient te blijven. Wie dat niet kan, begrijpt het teeken van dezen tijd niet en kan niet geschikt worden geacht om mede te werken aan den wederopbouw van ons nationale bestel. De Vierdaagsche is op zichzelf ook van ondergeschikt belang en komt dus pas op de tweede plaats aan de orde, nadat eerst de fusie is verkregen. Het werk van majoor Breunese is his torisch gegroeid tot een waardevolle traditie, waarnaar jaarlpks duizenden met belangstelling uitzien. Dit hoogte- Zaterdagmiddag kwam de Utr Prov. Voetbalbond voor de laatste maal m de oude samenstelling in jaarvergadering hijeen. De diner zaal van het Jaarbeursrestaurant was vrijwel geheel bezet, toen voor zitter M. Welle tot de opening over zing. Deze constateerde allereerst dat de afgeloopen nood-competitie weinig bevrediging had' geschonken. Eerst onttrok de mobilisatie vele voetballers aan het spel. vervolgens de regenperiode en tenslotte de lange vorstperiode, die de afwer king van de competitie geheel en al verstoorde. De oorlog kwam en daarmede tevens het einde van de voetballerij. Spreker eerde de U. P. V. B.-ers, die streden voor hun vaderland en herdacht hen die hun leven daarbij hebben gelaten. Dat er van de competitie toch nog iets is terecht gekomen, danken we aan de medewerking van clubs en officials De toekomst zal veel van ons vragen, van de vele hokjes die ons gescheiden hebben moeten de schotjes worden weggenomen. Een voorbeeld hiervan is reeds de oprichting van den Neder landschen Voetbalbond, waardoor ook wij voor de laatste maal als U.P.V.B. bijeen zijn. Onze U.P V.B. wordt, of is het eigenlijk reeds een onderafdeeling Utrecht van den N.V.B., waarin worden opgenomen met ons de Katholieke, Christelijke en Arb. Sportbond vereeni gingen. Men den wensch dat ook deze bijeenkomst zou bijdragen tót bloei van het lagere voetbal, verklaarde de prae- ses de jaarvergadering voor geopend. De notulen en ingekomen stukken ga\en geen reden tot discussie. Het jaarverslag van secretaris A. J. Bouwens werd zonder een enkele op merking goedgekeurd. Onder instem ming van de vergadering bracht de heer Welle aan den heer Bouwens en zijn assistenten* dank voor het uitmijji- tende werk in het afgeloqpen jaar ver richt.' De verslagen van de verschil lende commissies werden eveneens goedgekeurd. Het financieel verslag van penning meester J. C. Verthoren. sluitende niét een totaal bedrag aan inkomsten en uilgaven van 8674.16 en een nadeelig saldo groot 845.95, is vervolgens zon der opmerkingen goedgekeurd. Op voorstel van de Kascpmmissie werd den heer Verthoren décharge ver leend voor zijn uitstekende beheer van de Bondsgelden en heeft de voorzitter onder applaus den penningmeester dank gebracht voor zijn werk. De begrooting voor het komende boekjaar werd vastgesteld op 8350, de persoonlijke contributie van gewone leden 50 cent. adspiranten 20 cent. Het inleggeld 10 per elftal deelnemende aan de gewone competities en 3 per elftal deelnemende aan de jeugdcompe- tities. De kosten voor de spelerskaarten werden evenals vorige jaren vastge steld op 10 cent per kaart. De bestuursverkiezing gaf geen moei lijkheden, bij enkele candidaatstelling werden de aftredende heeren J. W. Re- pelius, J. C. Verthoren en A. Mosterd herkozen. In de vacature P. Mackaay punt van onze nationale wandelsport is natuurlijk een aangelegenheid, welke de nieuwe wandelsportorganisatie ook ter harte zal gaan. Alleen daarom reeds kan men verwachten, dat een juiste wijze om tot samenwerking te komen met de N. B. v. L O. te verwachten is. Na de wandelsport zal de gym nastiek aan de beurt komen, mo gelijk gevolgd door de athletiek. Dan zijn er nog verschillende an dere takken van sport, waarvan op een of andere wijze het verzoek is binnengekomen om ook hierin regelend op te treden, zooals wiel rennen, zwemmen, krachtsport, tafeltennis en handboogschieten. werd in verband met de reorganisatie op voetbalgebied niet voorzien. De Kascommissie werd als volgt sa mengesteld- W. van Buuren, F. N van Dijk Jr. en J. van Doesburgh. De Commissie van Beroep werd als volgt herkozen: P. A. de Haan. mr. R. W. Pik. B. Spanjersherg en plv. lid mr. A. Murman. Bij de rondvraag heeft de afge vaardigde van F.A.K. er op gewe zen, dat in het belang van de voet balsport zoo eenigszins mogelijk een gewone competitie moet wor den vastgesteld. De heer Welle was het hiermede eens, doch kon op dit oogenhlik geen bepaalde toezegging doen, dit hangt van de omstandig heden af. Arts J. Jongh te Utrecht hield ver volgens een korte causerie over Medi sche Sportk -"-ing. Op duidelijke wijz» werd het nut hiervan, doch ook de v plichting daartoe uiteengezet. Er is no? te weinig medewerking van de clubs. Keuring voor deelname aan vedstrij. den is noodig. zij die afwijkingen heb ben moeten niet spelen. Verschillende afgevaardigden steun den het betoom van den heer Jongh hoopten op een verplichtend stellen van deze keuring in de toekomst. Na dat de heer Tamme ('t GooD den he*: Welle dank had gebracht voc. zijn lel- ding. sloot deze met enkele opwekken de woorden de in rccordtüd afgewerk te jharvergadering van den U.P.V.B. NDANKS zeer veel tegenslagen zijn de een- en tweedaagsche wandelmarschen. welke Z.U.T. het laatste weekend georganiseerd heeft tot een sportief succes geworden. Gisteren verschenen er ruim vijf honderd deelneemsters en -nemers aan den start, zoodat de tweedaag sche betrekking heeft gehad op on geveer achthonderd tippelaars. Veelal waren het Utrechtsche ver eenigingen. De Amersfoortsche lie ten. met uitzondering van St. Hu- bertus en Volharding, verstek gaan. Terloops mag wel even worden op gemerkt, dat deze geringe Amers foortsche deelname ons verbaasde en een teleurstelling genoemd mag worden. Op het laatste moment kwam er een technische storing in het me chanisme van de organisatie: er werd bericht ontvangen, dat de vijf korpsen van den opbouwdienst en een groep treinpersoneel niet moch ten starten daar ook reeds de groep E.H.B.O.-ers uit Utrecht door allerlei oorzaken niet kon verschij nen, beteekende dit, dat alle korp sen onttrokken waren. De jhr. v. d. Goes-beker is dus niet in het ge ding geweest! Zaterdagmiddag omstreeks vijf uur bood de groote zaal van De Valk den gezelligen aanblik, die er altijd is waar eenige honderden wandelaars samen zijn. In de vroolijk met sportieve em blemen versierde zaal heeft de secreta ris, de heer ter Wolbeek, een welkomst woord gesproken. Terecht noemde hij het uitvallen van de korpsen een des illusie maar bij het opmaken van de balans bleek toch, dat er nog ruim 300 overbleven. Hij kon ook niet nalaten, er zijn spijt over uit te drukken, dat zoo weinig plaatselijke vereenigingen had den ingeschreven... Tenslotte wijdde hij enkele woorden aan de aanwezig heid van den heer W. Vogt, directeur van de AVRO. De heer Vogt wilde niet nalaten hier op te antwoorden. Hij sprak over het prachtige parcours van bosch en hei, waardoor deze wandeltocht niet slechts het lichaam trainde, rnaar ook de be langstelling voor natuurschoon deed ontw aken. In dezen tijd, zoo zei hij, zal zeer ze ker de sport zich breeder en dieppr kunnen ontwikkelen dan vroeger. Dit zal zeer ten goede komen aan het wan delen, de sport, die misschien de beste toekomst voor zich heeft. Onderweg had de heer Vogt al die zingende wan delaars met veerkrachtigen tred aan zich voorhij zien gaan. Hij dacht toen: F.en land, dat over een dergelijke jeugd beschikt, hoeft voor zoo'n toekomst niet beangst te zijn. De uitslagen van den Zaterdagm dag luidden: Eerste prijs Volharding, tweede prijs Drakenburg, Baarn. Extri prijs grootste schoolgroep: school Wijersstraat. Gistermiddag zijn er dus ongeveei vijfhonderd aan den start verschenen Precies om twaalf uur werd het ver treksignaal gegeven. Waarschijnlijk tengevolge van het ietwat ongewom uur, was de belangstelling van derdei niet zoo heel groot. De voorzitter, de heer J. W. van El: heeft na den finish een paar woordei gesproken. Hij begroette jhr. F. J. Calkoen, voorzitter van „Harmonisch! Lichaamsontwikkeling" en de lede: van de commissie van aanhevelin. Voorts bracht hij dank aan allen, di aan het welslagen van dezen marsc! een of meer steentjes hadden bijgedra gen. Hierna werd het wyoord gegeven aa: den secretaris van den S.G.W.B., de: heer v. Eijk, die gisteren als afgevaar digde (Zaterdag werd ook de A.B L.Ö. vertegenwoordigd door den hee Oosterman) en gisteren als deelneme op het appèl verscheen. Hij had er gee: spijt van te hebben meegeloopen. H' parcours was fraai, sportief en interei sant. Het had hem verheugd, zoovee Utrechtsche vereenigingen te zien star teneen volgend maal hoopte hij minstens even veel Amersfoortsche ganisaties te mogen rekenen De voorzitter van De Vierdaag sche, uit Haarlem, kwam vervol gens op het podium. Onder dave rend applaus overhandigde hij den heer ter Wolkbeek een lauwerkran die Z.U.T. nog fé goed had, daar het korten tijd geleden aan mar schen rond Haarlem had deelgeno men als verst komende vereeniging Tot slot had de prijsuitreiking plaat De uitslagen van Zondag luidden: Vereeningigen. 1. DVA, Utrecht; WIK, Utrecht; 3. Op Stap, Vreeland Zoek de zon op, Utrecht. Verstkomende groep: De Vierdaag sche, Haarlem. Grootste vereeniging: Zoek de zon Jeugdgroepen: 1. St. Hubertus, Zoek de zon op (tevens' grootste jeugrf groep). Groepsprijzen, boven 25 personen Volharding, Zoek de zon op. met jeug groep. Groepsprijzen. boven 15 personen W.I.K., Wandellust, Utrecht; Op Stap Vreeland; Steeds Voorwaarts, Utrech' St. Hubertus, DWS, Tiet; De Stet Utrecht; St. Hubertus, jeugdgroep. Volharding behaalde gisteren 70 pur ten en kreeg daarmee de tweede ma? V.V.V.'s wisselbeker in voorloopige waring. DVA behaalde Zondag 65'A pn FEUILLETON 30) Hij snelde echter naar het politiebu reau aan het andere einde van de stad, sprong van den bok, en een minuut la ter overviel hij den dienstdoende bri gadier met een zenuwachtig verhaal. Was hij niet zoo opgewonden geweest, dan zou hij mogelijk niet geloofd zijn Zooals de zaak nu was Voordat inspecteur Hiegins er erg in had wat er gebeurde, zaten ze boven op hem. Een overval bij verrassing, uit gevoerd door een brigadier, drie agen ten en een opgewonden postbeambte, die zich veilig op den achtergrond hield, werd met volledig succes bekroond fliggins' eerste waarschuwing was een opgewonden kreet van: „Dat is ie!" Het volgende oogenhlik. voor hij ook maar behoorlijk tijd had om zijn pijp uit den mond te nemen, was hij vol elagpn omringd Het eerste oogenhlik dacht hij aan de bende van „de stem", maar het zien van de postbeambte stel de hem gerust, maar deed hem ook be grijpen, wat er gebeurd was. „Jou moet ik hebben." Het was de brigadier, die sprak. Hiecins deed geen moeite om te antwoorden, maar zocht slechts naar ziin kaart, welke hij den goeden man overhandigde. Hij scheen dien dag niets anders te doen dan iden titeitskaarten te overhandigen. De bri gadier was behoorlijk onder den in druk, maar keek den weinig presenta belen inspecteur ontsteld aan. Dan zei hij: „Vermomd, meneer? Higgins lachte. „Niet precies. Het spijt me, dat je een vergeefsche reis gemaakt hebt, maar.... a propos, van wien is dat huis, hier een eindje ver der langs den weg?" „Weet ik niet, inspecteur Van wrien het ook is. Hij vraagt te veel en kan het daardoor niet kwijtraken." „Toch is er iemand in." „Heusch waar?" klonk de gespan nen vraag „Dan is onze reis toch niet heelemaal vergeefs geweest. Kom mee, jongens." „De man daarbinnen 'kan wel ge vaarlijk zijn." De brigadier keek den inspecteur eens aan en Higgins schaamde zich naar hehooren. HOOFDSTUK XX. Waarin de hoofdagent in gebreke blijft. De geuniformde brigadier bezag de voetsporen met een deskundig oog. Nu de schemering reeds was aangebroken, waren ze ook veel duidelijker te zien. „Dronken!" mompelde hij teleurge steld. Inderdaad scheen zijn oordeel omtrent den indringer in het verlaten huis waarheid te bevatten, want de voetafdrukken (ongeveer veertien in getal) toonden een slordige onregel matigheid. Zij liepen weliswaar in de- zplfde richting, maar de onderlinge af stand tusschen ieder°n afdruk was /eer verschillend. Plechtig wandelde de brigadier naar de voordpur. waarop hij luid begon te kloppen. Eén van de agenten liep in middels naar de achterdeur, terVvijl de heide anderen inmiddels door de voor ruit naar binnen tuurden. Op het klop pen werd niet geantwoord, terwijl bin nen ook geen enkel geluid vernomen werd. Inspecteur Higgins sloeg van den weg af het geval met belangstelling gade. Na noe eens vergeefs geklopt te hebben, haalde de brigadier een groot mes te voorschijn, hetwelk hij tusschen het kozijn en een van de ramen stak, zoodat hij dit omhoog kon schuiven. Daarna vroeg hij een van zijn onder- hoorigen hem een „zetje" te geven Drie minuten later verscheen hij in de voordeur, met een teleurgestelde uit drukking op het gelaat. „Leeg!" riep hij op dramatischen toon tegen Higgins. Hij had gelijk. Het huis was heelemaal leeg, zelfs ongemeubileerd behalve dan een keu kentafel, waarop een kreukelige enve loppe lag, en een gebroken stoel. Hig gins nam de enveloppe op. Op de voor zijde stond gedrukt: „Briefpapier, \ier vel en vier enveloppen. Een penny. Waarde! Waarde! Waarde" Naar de drie overgebleven velletjes postpapier en enveloppen te oordeelen, was de in houd ongeveer een halve stuiver waard geweest. Om onbegrijpelijke redenen had de uitgever ^rzuimd op de enve loppe te drukken, dat er ook nog een stukje vloeipapier in zat Higgins hield het vloeipapier tegen het licht en las de volgende boodschap- „Wacht mij morgenavond hier in het leece huis." Meer niet. Voor de enveloppe was het vlnej blijkbaar niet gebruikt Verbaasd doorzocht de brigadier in- tusschen de verschillende kamers. Het spoor "Nan zijn modderlaarzen van het raam af. waardoor hij naar binnen was gekomen, tot aan de voordeur was nog duidelijk zichtbaar. Inspecteur Higgins riep den man bij zich en vroeg: „Waren er ook zulke sporen te zien. toen je hier binnen kwam?" „Neen, meneer, nu u het zegt, die wa ren er niet." „En waarom niet?" „Moet u mij niPt vragen, meneer." „Dan zal ik het je zeggen. De man. wie hij ook was, betrad het huis voor dat het sneeuwde. Toen hij wilde ver trekken, zag hij, dat er buiten c-enige centimeters sneeuw lag, zoodat hij een voudig achteruitloopend het huis ver liet." „Drommel, inspecteur. dat was knap!" „Ja, maar ik had het direct moeten hegrijpen aan de onregelmatige voet stappen. Dat is weer een lesje." „Maar waarom deed hij dat, mijn heer?" „Omdat hij zijn kans direct bleek te hegrijpen. Wij hebben hem in de kaart gespeeld." „Hoe dat zoo?" „Door een onderzoek in te stellen in het huis. Een voetspoor in de sneeuw kwam hem uitstekend van pas." „Maar hij kon op die sneeuw niet re kenen." „Neen. Ik zou er dan ook wat om dur ven verwedden, dat je in den loop van den dag een of andere mededeeiing zult ontvangen, welke er op gericht is een onderzoek in dit huis uit te lokken. Als dat zoo is, zou ik den berichtgever maar vasthouden „Maar wat is hier te vinden?" „Dit". Inspecteur Higgins hield hem een stukje vloeipapier voor. „Een mau, die slim genoeg is om direct gebruik te maken van de pas gevallen sneeuw, is niet zoo dom om zoo'n elementaire fout te maken als het achterlaten van j een stukje vloei, dat hij juist voor een brief of boodschap gebruikt heeft. Het was de bedoeling, dat wij dit zouden vinden En morgenavond moet de po litie hier zijn; wij kunnen er niets aan doen. Het komt mij voor een valstrik Qf een verraderlijke streek te zijn. Ik wil er wat onder verwedden dat degene die hier morgenavond binnenkomt, voor de verrassing van zijn leven komt te staan." „Maar wij kunnen niets doen, indien er werkelijk iemand komt." „Volkomen met je eens. Daarom zeg ik ook. dat wij nog niet alles gevonden hphben, wat wij hier moeten vinden." „Bij voorbeeld „Daar heb ik geen flauw idee van." Inspecteur Higgins deed de ontdek king, welke hem niet al te zeer verrast- te, want in den schoorsteen vond hij de uniform van den pseudo-politieagent en de inspecteur scheen den laatsten tijd nu eenmaal een zwak voor schoorstee- nen te hebben. Geen compleet uniform was het, maar een helm en tuniek. In den borstzak van de tuniek stak het zakboekje, waarin geschreven stond XX 57936. Dit was de uniform, die de man gisteravond gedragpn had Heel handig. Indien Higgins.om het boekje gevraagd had, stond het er netjes in. En dat deed hem denken aan,., het was tvpisch dat hij het. vergeten had... dat dit nummer terstond rondgezonden moest worden met instructies om den wagen aan te houdenHij riep den brigadier en gaf de noodige instructies De man kepk hem zonderling aan moet dit hoek houden vingerafdruk ken en de vernielde auto om den hoek., had die heelemaal vergeten.. Inspecteur Higgins viel bewusteloos op den grond en bleef daar onbeweeglijk liggen. „Die man heeft de constitutie van een rhinoceros!heel lichte hersenschud ding... een dag rust en hij is waar sehijnlijk weer heelemaal in orde." Higgins opende zijn oogen en zag eet vriendelijken ouden heer over hem heer. gebogen staan. Vlak naast hem zat d brigadier op een stoel, met een uiterf onbehaaglijke uitdrukking op het ge laat, terwijl hij zijn helm steeds maai tusschen de toppen van zijn vanger heen en weer draaide. Aan den andere: kant van het bed een verpleegster. E: iets koels en verzachtends op zijn hoofd Eerst dacht hij. j-omantisch, dat het d hand van de zuster was. maar weldn ontdekte hij. dat het een ïjszak was. Hij glimlachte. Dat scheen aansteke lijk te werken, want de dokter en d zuster en dan, een beetje schaapachtig ook de brigadier volgden zijn voorbeeld „In orde. brigadier. Wij zullen heni n! aan uw teedere zorgen overlaten", ver volgde de dokter tegen de zuster. Beide' trokken zich terug en de brigadie \vierp zoo'n verwijtenden blik op Hk gins, dat deze de wenkbrauwen fronst-? „U had mij wel eens kunnen zegge hoe slecht u er aan toe was, inspee leur!" De frons verdween en de glimlad nam zijn plaats weer ln „Ik wist het zelf niet. anders had i' het zeker gedaan. Hartelijk dank, dat J' me hier gebracht hebt. Nu, brigadier, il heb een paar dingen, die je eens netje voor me moet opknappen „Tot uw dienst, meneer." „Merci. Laat eens kijken Dat nuru merhet autonummer, weet j' wel (Wordt vervolgJ

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad / De Eemlander | 1940 | | pagina 6