„Het Duitsche overwicht op Europa
moet worden aanvaard"
DE NED. UNIE EN DE
NIEUWE ORDE
Het A.R.-steunpunt tegenover
de Nederlandsche Unie
Ons volks
karakter
„Hechter samenwerking van het Neder
landsche volk dient met kracht
gesteund te worden"
De koop en verkoop
van
textielgoederen
VERGADERING IN
DEN BOSCH
Engelsche bommen
op ons land
DE DISTRIBUTIE VAN
MAÏZENA, GRIESMEEL
EN PUDDINGPOEDERS
2e BLAD PAG. 2
AMERSFOORTSCH DAGBLAD
MAANDAG 12 AUGUSTUS :eA)
AMSTERDAM. 11 Aug. Te Amster
dam is Zaterdag in de Apollohal
de vergadering gehouden, welke door
het provinciale comité van A.R. kiesver-
eenigingen in Noord-Holland, in overleg
met de betrokken instanties der Chr.
Hist. Unie is belegd en in welke verga
dering als sprekers bet woord voerden
dr. H. C o 1 ij n en prof. dr. J. R. S 1 o t e-
maker de Bruine.
Voor deze vergadering bestond een
zóó groote belangstelling, dat de grootP
zaal. die ruim 5000 personen kan bevat
ten. bii lange na geen plaats bood om al
len, die de vergadering wilden bijwonen
plaats te bieden. Daarom is een drietal
vergadering achter elkaar belegd, nl. des
middags te halftwee en te vier uur en
des avonds te halfacht.
Tegen halftwee. het aanvangsuur der
eerste vergadering, was de zaal dan ook
tot de laatste plaats bezet.
De voorzitter van bet comité van A R
kiesvereenigingen in Noord-Holland
prof. dr. V. H. Rutgers, sprak een ope
nings woord.
Vervolgens was het woord aan dr. H.
Col i in.
Spr. ving aan met d© herinnering aan
den titel van ziin jongste gpschrift. Hii
heeft de critiek vernomen, dat men niet
op de grens van twee wprelden moest
blijven staan, doch moedig de nieuwe
wereld, die voor ons lag. moest binnen
treden. Op zichzelf vereischt die critiek
geen wederlegging, omdat spr bet er
mee eens is Alleen is bet niet juist
om het' nieuwe, dat nog grootendeels
onbekend is. ongezien te aanvaarden en
het oude als waardeloos weg te wprpen
En toch ziin er velen, die dit laatste
zonder eenige bedenking doen: met name
geldt de critiek dan ons staatsbestel en
het partijwezen.
Wanneer spr. met die critiek ge
deeltelijk instemt, dan#is dat geen
novum. Twintig iaar lang heeft hii
in woord en geschrift op de fouten
van de moderne democratie gewe
zen. Fouten, die tot gevolg hadden
onzelfstandigheid van de Kabinet
ten, afhankelijkheid van de politie
ke partijen, verzwakking van het
eigen recht der overheid. Ook de
volksvertegenwoordiging zelf is in
de vervulling van haar taak dik
werf gehinderd cloor druk van bui
ten de Kamer. Maar omdat men op
foutert uit hét verleden, wijst, be
hoeft men nóg niet alles, wat als
nieuw wordt aangeprezen, met gre
tigheid te aanvaarden.
Een wijze uit de Grieksche oudheid
heeft eens terecht opgemerkt, dat wan
neer een nieuwe tijd hotst met een ver
leden tijd. de groote kunst hierin be
staat, dat men het goede in het nieuwe
moet trachten te grijpen, zonder het goe
de in he oudte te verliezen.
Op een keerpunt der tijden
Daarom is het nuttig, om op een keer
punt der tijden een oogenblik op de
grens te blijven staan en oogen en ooreu
den kost te geven. Dit rustig waarnemen
schijnt voor velen moeilijk. Van alle
kanten klinkt het haastig geroep: „er
moet wat gebeuren, er moet wat gedaan
worden, en dab liefst in hetzelfde tem
po, waarmde de Duitsche weermacht
haar aanvallen verricht". Men is daar
bij al spoedig tevreden en denkt iets ge
daan te hebben, wanneer men ergens
een kaartje heenstuurt met een adhae-
sicbetuiging. Maar om iets te doen. is
méér noodig: om iets te doen, is het heb
ben van bestuursmacht vereischt en de
vrijheid om die bestuursmacht uit te
oefenen. Aan die voorwaarde is op het
oogenblik echtPr niet te voldoen.
Begrijpelijk is het. dat men zoekt naar
een nauwere aansluiting, naar een
hechter samenbinding van het Neder
landsche volk. omdat men niet ten on
rechte, daarin een soort waarborg zoekt
voor het behoud van wat ons lief is.
De Nederlandsche Unie
In dit verband wilde spreker iets me-
dedeelen over den gang van zaken met
de Nederlandsche Unie en van deze ge
legenheid gebruik maken, om zijn ad
vies aan de kiesvereenigingen in het
openbaar toe te lichten.
Den eersten Juli van dit jaar is m
Den Haag bijeengekomen een twaalftal
personen, twee aan twee afkomstig uit
de zes groote politieke partijep. Voor de
anti-revolutionairen waren dat de heei
Schouten en spreker zelf. Deze twaalf
personen, overtuicd van de noodzake
lijkheid van grooter eensgezindh id. be
sloten er naar te streven dat de poli
tieke partijen hun verschillen laten
rusten en dat zij zich zouden vereeni
gen op een kort program van actie, dat
aller instemming zou moeten hebben
Die algemeene instemming werd ge
makkelijk verkregen en vijf dagen la
ter (6 Juli) werd een tweede vergade
ring gehouden, waarbij ook aanwezig
waren drie heeren van de Nederland
sche gemeenschap. Weer twee dagen
later, den achtsten Juli. werd ook met
deze heeren overeenstemming verkre
gen over een gemeenschappelijk door
de 15 heeren uit te vaardigen manifest
Op 18 Juli was er dus een Nederland
sche Unie. een gemeenschappelijk ge
kozen naam. die geacht kon worden na
verloop van tiid waarschiinliik 00 pro
cent van het Nederlandsche volk te re-
presenteeren. Om redenen, die niet ge
legen zijn in verschil tusschen de vijf
tien heeren, heeft de uitvaardiging van
dit manifest geen voortgang kunnen
hebben.
Een tweede Ned. Unie?
Een goede veertien dagen later duikt
nu plotseling een nieuwe Nederland
sche Unie op. geleid door dezelfde per
sonen (althans twee personen van de
drie), die aan de vorming der eerste
Nederlandsche Unie hadden deelgcno
men; dit optreden ging vergezeld van
een geheel nieuw program, dat sterk
afweek van het proeram. waarover
overeenstemming verkregen was in de
eerste Nederlandsche Unie. Dit nieuwe
program wekte al dadelijk het vermoe
den. dat het voor sommige volksgroe
pen moeilijk zou zijn met deze tweede
Unie. waarover zij trouwens niet ge-
raadplepgd waren, mee te eaan. Vooral
de toelichtingen, die van tijd tot tijd in
interviews op het program gegeven
werden, versterkten dien twijfel. En na
den derden Augustus werd die twijfel
zekerheid. Het blijkt niet het doel te
zijn om te trachten de bestaande orga
nisaties en stroomingen in ons volks
leven in een bedding le brengen, ten
einde één groote nationale beweging te
verkriieen, maar feiteliik te komen tot
de stichting van een nipuwe partij, met
de daarbij gedachte algeheele oplossing
van de andere op beginselen opgebouw
de partijen. Ook is vrij duidelijk aange
kondigd, dat bijv. onze jeugdbeweging,
die bijna een eeuw oud is, zal moeten
worden sameneesmolten met de andere
onder eenhoofdige leiding.
Toen spr. op 31 Juli in zijn advies
aan de kiesvereenigingen den raad
gaf, zich voorshands te onthouden,
zal dit voorshands thans dienen te
vervallen. Zóó, aldus vervolgde spr.,
zoo kan het niet, want zoo wordt
het voor 1/3 van het Nederlandsche
volk onmogelijk mee te doen.
Het spoor bijster
Dit doet spr. leed voor de zaak, die
hem zeer ter harte ging. Het doet hem
van goeden wille is, maar dat door on
voldoende inzicht in de structuur van
het Nederlandsche volk. het spoor bijs
ter is geraakt. Op allerlei detailbezwa-
ren tegen het program gaat spr. thans
niet in.
Want veel belangrijker blijft de vraag:
A1 s het dan niet zoo kan, wat kan er
dan wél geschieden?
Spreker begint op den voorgrond
te stellen, dat hij voor zich, nog al
tijd bereid is tot samenwerking op
zoo breed mogelijke basis. Die sa
menwerking was verkregen in het
program van de eerste Nederland
sche Unie. Die samenwerking is nóg
mogelijk, indien men zich niet ver
liest in fantasieën, maar de nuch
tere, klare werkelijkheid tot uit
gangspunt neemt. Die nuchtere,
klare werkelijkheid beteekent in
ternationaal, dat men de gewijzigde
toestanden op het continent van
Europa als feit moet aanvaarden.
Hoe de oorlog ook eindigt, naar den
mensch gesproken kan men geen
andere uitkomst zien dan dat het
Duitsche overwicht op het vasteland
van Europa moet worden aanvaard.
Heroriënteering noodzakelijk
Dat een nieuwe oriënteering op natio
naal terrein noodzakelijk ls, behoeft wel
geen betoog, maar even duidelijk is het,
dat wij aan een hernieuwing van ons
staatsbestel tijdens de bezetting niet
kunnen bouwen en ook niet moeten
willen bouwen, al zijn cr tal van be
geerten, die wij in ons hart koesteren
en al mogen wij de omtrekken van het
toekomstbeeld voor ons zelf trachten in
gereedheid te brengen. Heroriënteering
is ook op sociaal en economisch gebied
noodzakelijk, al was het alleen maar
door de veranderde verhoudingen, die
op het continent van Europa geboren
zijn. Maar hierbij zal men er wel op
hebben te rekenen, dat sommige sociale
of economische hervormingen zoodanig
afhankelijk zijn van de toestanden, zoo
als die na den oorlog zullen zijn, dat hel
dwaasheid is. er nu reeds bespiegelin
gen over te houden.
Schade voor de eens
gezindheid
Al zulk streven schaadt de eensge
zindheid, die thans bovenal noodig is.
Dit beteekent niet, dat men op sociaal-
economisch gebied intusschen niets kan
verrichten. Alles wat kan strekken tol
versterking van hef gemeenschapsbesef,
tot hechter samenbinding van liet Ne
derlandsche volk met eerbiediging van
de geestelijke verscheidenheid, ver
dient met kracht te worden gesteund.
Op zulk een basis zou hot mogelijk
zijn, samenwerking te verkrijgen, waar
van nu een derde deel van het Neder
landsche volk om gewichtige redenen
zich zal hebben fe onthouden. In dit op
zicht is er ook in eigen kring nog hooi
wat te doen, want ook daar werd wel
wat heel erg naast elkaar heengeleefd.
Contactcommissie A.R.-C.Ii.
Het is dan ook verheugend te
kunnen zeggen, dat Anti-revolutio
nairen en Christelijk-Historischen
begonnen zijn hun eigen organisa
ties met elkander in aanraking te
brengen, door een contact-commis
sie in het leven te roepen, waarin
die organisaties met elkaar hun pa
rallel loopende belangen kunnen
bespreken.
Dr. Colijn besloot met de betuiging
van zijn inzicht, dat de vormen waar
onder een groote nationale beweging
zich moet openbarpn, bijzaak zijn, mits
de leidende gedachte van die vormge
ving Nederlandsch is in den histori-
schen zin, dat volksinvloed niet wordt
buitengesloten.
Ook de vraag, welke personen leiding
moeten geven is bijzaak, mits deze lei
ders inderdaad berekend zijn voor hun
taak, zuiver Nederlandsch denken e.n
voelen en een goede dosis historisch be
sef bezitten, en tegelijk beseffen, dat de
Nederlandsche bevolking is samenge
steld uit 73 Roomsch-katholicken,
1in orthodox-Protestanten en 1/a op wie
het humanisme beslag heeft gelegd.
DR. H. COLIJN
Voor aflevering van textiel dat
vóór 29 Juli werd besteld,
doch eerst nu geleverd
wordt, is vergunning
noodig
's-GRAVENHAGE, 10 Augustus.
Ter verduidelijking van de desbe
treffende medèdeeling in de avond
bladen van 9 Aug. wordt bericht,
dat de koop en verkoop van textiel
producten in de periode van 12 Aug.
tot 1 September weliswaar door de
handelaars geschieden kan zonder
dat zij in het bezit zijn van een al
gemeene vergunning van het Rijks
bureau voor de distributie van tex
tielproducten door den handel, doch
dat de aflevering aan het publiek
uiteraard slechts kan geschieden
tegen inlevering van het benoodigde
aantal punten van de textielkaart.
Vergunning noodig
Naar aanleiding van de vele vragen,
hoe gehandeld moet worden ten aan
zien \an textielgoederen, die reeds vóór
29 Juli gekocht, maar nog niet afgele
verd zijn, deelt de secretaris-generaal
wnd. hoofd van det dept van Handel,
Nijverheid en Scheepvaart mede, dat in
afwijking van alle ter zake reeds gepu
bliceerde mededeelingen, de aflevering
van reeds vóór 29 Juli gekochte „groote
stukk#i" slechts is toegestaan, indien
hiertoe vergunning is verkregen van
den plaatselijken distributiedienst. Aan
vragers dienen hierbij, hetzij door over
legging van een desbetreffende schrif
telijke verklaring van den leverancier,
hetzij anderszins aan te toonen, dat zij
het betrokken kleedingstuk inderdaad
vóór 29 Juli hebben gekocht en dar dit
nog niet aan hen is afgeleverd. Uiter
aard blijft de waarde, welke aan een
verklaring van den leverancier kan wor
den gehecht, ter beoordeeling van den
distributiedienst
De vergunning moet schriftelijk wor
den aangevraagd bij den distributie
dienst van de gemeente, waar men in
het bevolkingsregister is ingeschreven,
en is slechts geldig gedurende een
maand nad dagteekening.
Een ontvangstbewijs
moet worden afgegeven
Bij aflevering van de goederen
moet de kooper een ontvangstbewijs
aan den winkelier afgegeven, waar
op vermeld staan:
a. het nummer van de speciale ver
gunning;
b. naam, voorletters en volledig
adres van den kooper;
c. het nummer van de distributie-
stamkaart;
d. de gekochte goederen;
e. het aantal punten, waarop de ge
kochte goederen worden gewaar
deerd.
Bij afgifte \an een speciale vergunning
tot aflevering dezer „groote stukken"
worden cloor den distributiedienst 30
punten van de textielkaart verwijderd,
indien de puntenvvaardeering van het
gekochte .groote stuk", tezamen met die
van de reeds op het aanvraagformulier
voor de textielkaart opgegeven „groote
stukken", meer clan 30 punten bedraagt.
Indien echter bii de uitreiking der per
soonlijke textielkaart deze 30 punten
reeds van de kaart waren verwijderd,
omdat aanvragers zich andere „groote
stukken" hadden aangeschaft, worden
bij rle uitreiking van de speciale ver
gunning, geen verdere punten van de
kaart geknipt.
Prof Slotemaker de Bruine
Met alle twee aspecten zal rekening
moeten worden gehouden, wil men op
vruchtbare resultaten kunnen rekenen.
Wat tot nu toe door spr. gezegd is
was bedoeld voor het Nederlandsche
volk in zijn geheel, voor zoover dit al
thans naar hem luisteren wil.
Daarna richtte spr. zich tot zijn en
gere geestverwanten met de vermaning
ook in eigen kring reformatie niet uit
bel oog te verliezen.
Nadat dr. Colijn zijn rede had geëin
digd, werd gezongen Ps. 68 1 en 17.
Vervolgens sprak prof. dr. J. R. Slo
temaker de Bruine over het Ne
derlandsche volkskarakter.
Wij zijn samen aldus spr. om
ons bewust te worden van ons volks
karakter en van onze eigen plaats in
liet volksgeheel. Een volk draagt een
stempel. Het is niet maar een verzame
ling van personen, wonend oj) eenzelfde
stuk grond; liet volksleven is niet maar
de som van maatregelen op administra
tief, economisch en ander gebied. Een
volk is een grpotsche innerlijke eenheid
met eigen ziel en eigen stempel.
Ilot is geen toeval, dat meer dan
vroeger de menscliheid zich daarvan
bewust wordt. Alom, waar Duitschers
wonen, breekt de eene Duitsche ziel
naar buiten. Zoo willen wij een klaar
naar buiten treden van de Nederland
sche ziel.
Wie de ziel doorschouwt, ontwaart er
elementen, die niet gelijksoortig zijn.
Hierbij denkt spr. niet aan verschil van
inzicht inzake financieele, organisato
rische, economische vragen, verschillen,
die er zijn, doch die niet al te tragisch
behoeven genomen te worden. Hij denkt
aan wat hoogcr reikt en dieper ligt, aan
de onstoffelijke wereld, waarin onze
wortels liggen en zonder welke wij
veroordeeld zijn om in de materie op
ie gaan en onder te gaan. Als daarover
Nederlanders spreken, zeggen zij niet
allen hetzelfde, zij zijn niet gelijk reli
gieus, noch gelijk als het den invloed
geldt van dit religieuze op heel het
openbare levensgebied.
Dit is een feit; de'kernvraag is nu,
hoe dit feit gehanteerd wordt.
Men kan het aldusTianteercn: dat de
eenheid van het nationale, het „volk-
schc" hoven al is, zoodat de elementen,
die verscheidenheid brengen, oji den
achtergrond moeten treden, al zijn zij
op zichzelf nog zoo waardevol. De diep
ste geestelijke overtuigingen hebben
dan slechts recht van bestaan, indien
zij zich in de volksverbondenheid laten
invoegen en daaraan ondergeschikt
willen zijn.
Men kan het bedoelde feit echter ook
aldus hanteeren, dat men do diepste be
ginselen niet op den achtergrond kan
laten dringen, omdat een aldus gekoch
te eenheid te duur gekocht zou zijn.
Vraag niet zoo klinkt het dan dat
wij bij onzen hartstochtelijken dienst
aan ons cene volk het geestelijke he
neden het nationale schatten; dit kun
nen wij niet.
Wij hier in de Apollo-hal aldus spr
zeggen onvoorwaardelijk het hveede.
Neem ons, zoo vragen wij, ten bate van
ons volk, zooals wij zijn; vraag ons niet
het. heiligste, dat wij bezitten, buiten het
openbare leven te plaatsen, vraag dat
niet, juist ter wille van ons volk.
Vooreerst zoudt gij door anders te doen
onszelf verzwakken en daarmede dus,
het volksgeheel. Met verzwakte stukken
kan men niet een krachtig geheel bou
wen. Wat wij zijn. ziin wij door Chris
tus, niet enkel voor de binnenkamer,
doch ook voor het openbare leven, maak
niet van ons halve mcnschen of minder
dan dat.
Bovendien zal het nationale, het „volk-
srhe", een geestelijken inhoud moeten
hebben, anders blijkt het hol.
De kern van de kwestie
Nu 7ijri wij bij de kern van de kwes
tie. De Rijkscommissaris heeft op 29- Mei
verklaard, ons onze vrijheid niet te wil
len ontnemen en niet ons volkskarakter
te willen vernietigen. Best. Maar. hij zei-
de nog iets: ter bepaling van ons volks
karakter noemde hij onzen vrijheidsoor
log tegi'n den geloofsdwang Dat sloeg
den spijker precies op den kop. Zonder
156S zou ons volkskarakter anders ge
vu ld zijn; 156S stempelde ons. De gees
telijke vrijheid zit ons in het bloed. 1568
is echter niet 1789. De Fransche revolu
tie bracht een verdraagzaamheid, ver
kregen door de onderschatting van de
geestelijke goederen en deze was cr dan
ook naar Willem de Zwijger vocht voor
de geesteljike vrijheid om de hooge
waarde der geestelijke goederen. Terwijl
1789 leidde tot secularisatie van het
openbare leven, bewaart 1568 ons liet
geestelijk goed. Dit is specifiek Neder
landseh karakter; de Rijkscommissaris
wil het ons bewaard zien. Laten Neder
landers niet pogen bet ons te ontnemen.
Er is helaas reden, dit met groeten
ernst te zeggen; niet van Duitschers,
doch van Nederlanders, particulieren en
ambtenaren, ontwaren wij pogingen, die.
als zc doorgezet werden, op zeer groot
verzet zouden moeten stuiten in de krin
gen. die bier vergaderd ziin. doch waar
lijk niet alleen bij rechtzinnige protes
tanten. doch evenzeer bij Roomsch-ka
tholicken en vrijzinnigen.
Men moet nog een stap verder gaan in
het bepalen van het Nederlandsche volk
Niemand verstaat de Duitsche ziel hui
len Luther om; niemand verstaat de Ne
derlandsche buiten Calvin om. Hiermc
de wordt natuurlijk niet speciaal ge-
's-HERTOGENBOSCH, 11 Aug. In
het Concertgebouw te 's-IIertogenbosch
had Zaterdagmiddag een openbare ver
gadering plaats van de Nederlandsche
Unie, waarin gesproken is door mr. J.
Linthorst Homan en prof. dr. J. E. de
Quay. Het gebouw was geheel gevuld
Bij de opening van de vergadering
werd een couplet gezongen van het
Wilhelmus. Hierop verzocht de heer
Kommer Klein het lied te zingen: „Mijn
Nederland", waaraan staande gevolg
werd gegeven.
Vervolgens nam mr. Linthorst Ho-
man het woord. Deze wees er allereerst
op, hoe nagenoeg geheel ons volk graag
zijn taak wil zien en wil aanpakken,
doch dat blijkbaar ook nu het onderlin
ge wantrouwen remmend werkt. Er is
een groote groep jongeren in het ge-
heele land, die reeds inzag, dat de nood
der werkloosheid niet een losstaande
fout in ons werksysteem was, doch
voortkwam uit het gebrek aan werke
lijk gemeenschapsbesef en daadwerke
lijke naastenliefde, een wonde, van bui
ten aangebracht en van binnen uit ver
ergerd.
De oude schijnwerper van het onder
linge wantrouwen is thans op het pro
gramma en het werk der Nederland
sche Unie gericht, ofschoon ieder kan
gevoelen, dat de vaderlandsche taak
thans duidelijk is.
In het land moet snel en zonder aar
zelen verbeterd worden, wat verbeterd
kan worden, in een nieuw tempo met
pen nieuwe gezindheid en een werke
lijke offervaardigheid, jegens den be
zetter en jegens het buitenland moet
men doen blijken, dat het Nederland-
sche volk zich reeds nu aangordt voor
pittigen arbeid in de nieuwe Europee-
sche verhoudingen, waarir. het, één
met Nederland overzee, zakelijk cr. cul
tureel veel zal kunnen verrichten ge
lijk ook in vroeger eeuwen.
Kommer Klein declameerde na deze
rede een gedicht van Anton van Duin
kerken „Nieuw Nederlandsch lied".
Toespraak van Prof.
de Quay
Vervolgens nam prof. De Quay het
woord. In de eerste plaats wenscht de
Nederlandsche Unie, aldus spr. voor
ons volk te behouden het Christelijk ka
rakter, vrijheid van kerk en godsdienst.
Er zal nieuwbouw noodig zijn, doch de
genoemde fundamenteele waarden zul
len wij tot het laatste verdedigen.
De hoofdzaak is, dat het besef duide
lijk is geworden, dat een nieuwe we
reldorde op komst is. Men moet een
blinde zijn, wanneer men meent, dat
de oude verhoudingen en dingen zullen
terugkeeren. Er zal vernieuwing moe
ten komen. Men zal zich daarachter
moeten scharen, indien men het in
eigen hand wil houden en het Neder
landsche karakter ervan wil bewaren.
Thans geldt het vooral de mentaliteit,
die aanvoelt, dat het. algemeen belang
gaat boven dat van den enkeling.
Spr. was zich ervan bewust, dat bijv.
het werkloosheidsvraagstuk groote
moeilijkheden zal opwerpen, maar hier
is het eveneens de geest, bereid tot of
fers, die beslissend zal zijn.
De Unie zal in vertrouwen met de
autoriteiten moeten trachten inderdaad
de noodige veranderingen en vernieu
wing tot stand te brengen. Het drie
manschap zal hiertoe al het mogelijke
doen.
Een burger in Noord-Bra
bant gedood
's-GRAVENHAGE, 11 Augustus.
In den nacht van Vrijdag op Zater
dag hebben wederom Engelsche
vliegtuigen getracht het Nederland
sche luchtgebied binnen te vliegen,
hetgeen door het Duitsche luchtaf
weergeschut grootendeels is verhin
derd. Een vliegtuig, dat nabij Wal
cheren de Schelde trachtte te nade
ren, is door het luchtafweergeschut
verdreven. Een brandbom viel daar
bij in het water. Een burger, die zoo
onverstandig was geen dekking te
zoeken, werd door scherven van het
afweergeschut licht gewond.
Nabij Alphen in Noord-Brabant nabij
de Belgische grens, zijn twee zware
bommen in een bosch gevallen, waarbij
een burger is gedood en eenige schade
aan burgerlijk eigendom werd aange
richt. In de omgeving van Aalsmeer viel
een twaalftal hommen, waarbij een huis
zwaar en een licht werd beschadigd, en
talrijke broeikassen werden vernield. In
de omgeving van Venlo is een aantal
huizen licht beschadigd.
EEN NIEUWE SOCIALE ACTIE?
Naar het Vaderland verneemt, kan
binnenkort van socialistische zijde een
nieuwe sociale actie tegemoet gezien
worden, welke er op gericht zal zijn de
cultureele waarden van he stociaïisme
te bewaren en ook in de huidige omstan
digheden de sociale positie der arbeiders
te bevestigen en te versterken.
doeld op werkelijke of dogmatische
grootheden; het stempel van het gan-
sche volksleven is in geding. Wij in Ne
derland vragen, dat hetgeen God ons ge
schonken heeft, dóórdringe niet alleen
in de kerk, doch ook in de opvoeding, de
school, de jeugdbeweging, den barmhar-
tigheidsdienst. Onze christelijke institu
ten willen wij met man en macht bewa
ren; wie daarvan afdoet, verarmt het
Nederlandsche nationale karakter.
De roep om een steunpunt
Alen zal nu vragen, of deze opvatting
niet leiden moet tot de vorming van een
aantal onderscheiden en elkaar bestrij
dende kringen, waardoor het nationale
zeer ver te zoeken zal ziin. Het antwoord
luidt, dat het tegendeel het geval is. In
1568 bestond een sterk-gefundcerde groep
die tot concentratiepunt werd voor de
velen. Het is waarschijnlijk, dat dit ver
schijnsel zich herhalen zal. Want dage-
lijksch beter wordt beseft, dat „natio
naal" zonder vulling leeg is. Na den
iongsten storm wankelen personen, groe
nen. ja heele partijen. Wie thans zal
blij\en staan, behoeft een houvast voor
zijn handen boven en voor zijn voeten
beneden. Wie dit missen, worden duize
lig; er is een roep om een steunpunt. Het
is nationaal, dien roep te verhooren; het
is on-nalionaal. langs het eigenlijke
steunpunt heen te werken. Neem de vrij
heid. Gij zult haar niet kunnen handha
ven, doch juist vervallen, eerst tot een
chaos en dan tot een mist, tenzij ge in
Gods openbaring de lijnen voor de vrij
heid vindt. Dat zien thans telkens meer
deren; ongeacht welk geesteskind ze zijn
en welke confessie ze belijden. Neem de
sociale bemoeienis. Zij is brandend noo
dig; denk slechts aan het spook der
werkloosheid. Gerechtigheid en erbar
men moeten ons voortjagen. Zij wellen
nergens zoo krachtig als in Christus, die
barmhartige Samaritaan en heilige rich
ter tegelijk is. Het christelijke is niet het
sectarische. doch het nationale bij uit
nemendheid. Spreker eindigt met een
roep om eenheid van allen, die bouwen
on hetzelfde fundament: met de waar
schuwing dat men in dezen kring alle
ph'arizeisme moet bestrijden, met den
drang, dat dit geestelijk bezit de zware
verantwoordelijkheid doe beseffen jegens
heel ons volk. Want Christelijk is natio-
naai.
Wat men op bon 105
krijgen kan
's-GRAVENHAGE, 10 Aug. De se
cretarisgeneraal-, wnd. hoofd van het
dept. van Landbouw en Visscherij maakt
bekend, dat met betrekking tot den met
105 genummerden bon van het algemeen
distrubutieboekje. welke gedtirende het
tijdvak van 22 Juli tot en met 8 Sept. a.s.
recht geeft op het koopen van maizena,
griesmeel of puddingpoeders, het volgen
de is bepaald:
Aangezien in den handel thans
nog een groot aantal pakjes mai
zena met een inhoud van 225 gram
voorrradig is. kan goedgekeurd wor
den. dat tot een nader te bepalen
dag deze pakjes worden gekocht te
gen afgifte van twee der bovenge
noemde met 105 genummerde bon
nen. Het betreft hier een bepaalde
fabrieksverpakking. In verband hier
mede is bepaald, dat slechts pakjes
maizena .van 225 gram, welke reeds
vóór 22 Juli 1910 waren vervaardigd,
tegen afgifte van twee bonnen 105
gekocht kunnen worden.
Met betrekking tot puddingpoe
ders is verder bepaald, dat de met 105
genummerde bon recht geeft op het koo
pen van twee pakjes puddingpoeder,
waarvan elk ten hoogste 50 gr. zetmeel
bevat, dan wel drie pakjes puddingpoe
der, waarvan elk ten hoogste 33 gram
zetmeel bevat.
Van de samenstelling der puddingpoe
ders zal dus afhangen, of tegen afgifte
van één bon twee of drie pakjes ver
kocht mogen worden. Het is echter, on
geacht de samenstelling van de pud
dingpoeder. verboden meer dan drie pak
jes per bon te verkoopen.
Voorts zal op den met 105 genum
merden bon inplaats van pudding
poeder ook puddingsauspoe-
d e r gekocht kunnen worden, en
wel tot een hoeveelheid welke ten
hoogste 100 gram zetmeel bevat. Het
is echter, ongeacht de samenstelling,
verboden meer dan 6 pakjes pud-
dingsauspoeder tegen inlevering van
één bon te koopen.
In verband met het bovenstaande
wordt er de aandacht op gevestigd, dat
onder distributieregeling vallen alle
soorten puddingpoeder en puddingsaus-
poeder, dieS geheel of ten deele zijn ver
vaardigd van producten, bereid uit gra
nen, rijst of tapioca.
AFLEVERING VAN MELK
PRODUCTEN
's-GRAVENHAGE, 10 Aug. De
secretaris-generaal, wnd. hoofd van
het departement van Landbouw en
Visscherij, brengt ter kennis, dat
met ingang van 10 Augustus tijde
lijk de aflevering van geconden
seerde melk, melkpoeder, blokmelk
en gesteriliseerde, melk in blik ver
boden is.
Dit verbod geldt niet voor afleve
ringen van magere melkpoeder en voor
leveringen aan de Nederlandsche Zui*
vc-lcentrale, afdeeling zuivel. Evenmin
geldt dit verbod ten aanzien van nor
male afleveringen door producenten of
handelaren, niet zijnde detaillisten, aan
de industrie, welke melkproducten
pleegt te verwerken.
Deze afleveringen mogen slechts ge
schieden, indien hiervoor door genoem
de Centrale toestemming is verleend.
Onder normale leveringen worden in
het algemeen verstaan die leveringen,
welke overeenkomen met de afleverin
gen in 1939.
Aan de winkeliers is het voorts
toegestaan hun voorraad geconden
seerde melk of melkpoeder aan den
consument te verkoopen: aanvul
ling van hun voorraad zal tenge
volge van dit verbod tijdelijk niet
mogelijk zijn.