BEVOLKINGS-STRUCTUUR Toen er nog geen bioscopen waren IN STAD EN OMGEVING Merkwaardige invloed van de crisis VROUWEN TERUG NAAR HET PLATTELAND DE MOOR Twee Weesper jongelui zagen iets in de „levende beelden' Van de Politie Van Alberts Frères tot bioscoop IVOROL De Nederiandsche Tandpasta G. G. VEENENDAAL Burgerlijke Stand 2e BLAD PAG. 1 AMERSFOORTSCH DAGBLAD VRIJDAG 25 OCTOBER 1940 STADSNIEUWS (Van een bijzonderen medewerker ip EEDS in de eerste maanden van dit jaar is besloten tot onbe- paald uitstel van de tienjaarlijksche volkstelling, die op 31 December a.s. had moeten plaats vinden. Door hef Centraal Bureau voor de Statistiek zijn thans echter gegevens vastgesteld over het negenjarig tijdvak, dat verloopen is sedert de laatste volkstelling, die op 31 December 1930 gehouden werd. Deze gegevens, gecombi neerd met de cijfers van de volkstelling van 1920 stellen o.m. in het licht, welk een opmerkelijke ontwikkeling in demografisch opzicht onze stad en onze streek in de laatste decennia ondergaan hebben Sedert ultimo 1930 is de Nederiandsche bevolking met 11,3 pet. toegenomen. In de provincie Utrecht was de bevolkings-aanwas echter belangrijk sterker; zij bedroeg hier 18 pet. Hiermede staat Utrecht aan de top van de provinciale cijfers. Maar ook dit hooge provinciale gemid delde wordt door Amersfoort nog aan zienlijk overtroffen. Te onzent groeide het zielental sedert eind 1930 n.l. met 27 Ook andere gemeenten uit den omtrek kunnen op hooge cijfers bogen. Soest wist zelfs Amersfoort, nog de loef ef te steken met een toename van 32.4 evenals Stoutenburg, waar de bevol king met 28.7 gestegen blijkt te zijn. Ook Hoogland overtrof het provinciale gemiddelde door een bevolkings-aanwas te registreeren van 19.5 Geringer, dan het, Utrechtsche. maar toch - hooge r dan. het rijksgemiddelde, was de groei van het zielental in Bun schoten, n.l. 16.4 Uit dit alles- blijkt een belangrijke bevolkings-concentratie in onze stad zoowel als in onze streek, die geenszins teniet gedaan wordt door den relatief langzamen groei van Baarn, Eemnes en Leusden, die sedert 1930 met resp. 10.5, 7,9 en 6,9 in in wonertal vooruitgingen en die dus-niet alleen bij Tiet. provinciale, maar ook bij het rijksgemiddelde ten achter bleven. Geboorte overschot en vestigings-surplus TZ OOR het geheele land is de toename der bevolking voor een overwegend deel toe te schriivéh aan een geboorte overschot. Het aantal geboorten overtreft in stijgende male de sterfteDe voort schrijdende ontwikkeling der medische wetenschap, gepaard aan een juister in zicht in. en meer nog aan een juistere toepassing van hygiënische grondstel lingen en de verbetering van sociale om standigheden. voornamelijk op het gebied van de volkshuisvesting, verlengden den gemiddelden levensduur. Dat de provinciale bevolkingstoena me zooveel grooter was dan die van hét rijk is echter, behalve aan het ge boorte-overschot, te danken aan een vestigings-surplus. Ep ook voor onze stad en onze streek is bovenal de om standigheid, dat zich hier zooveel méér nieuwe inwoners vestigden dan ernaar elders vertrokken, de oorzaak van de hooge toename. Voor een stad, vooral voor een stad van eenigen omvang, is zulk een ves- tigings-overschot een normaal ver schijnsel. Het platteland* is een zooge naamd afstootingsgebied van men- schen, de steden daarentegen vormen een aantrekkingscentrum. Zoowel eco nomische nis psychologische oorzaken liggen daaraan ten grondslag. Tot de eerste behooren eenerzij ds de rationa liseering en mechaniseering van het agrarisch bedrijf, die op het platteland arbeidskrachten overbodig maken, an derzijds de industrie uitbreiding die in de steden de vraag naar arbeidskrach ten dóet toenemen. Tot de psychologische gronden wordt vooral de grootere bewegingsvrijheid in de steden gerekend; op het. platteland (kijkt men meer dan in de stad naar elkanders handel en wandel. Op grond van dit alles is er voor al een regelmatige „trek" van 'het platteland naar de steden merk baar, die voor de vrouwen zelfs nog grooter is dan voor de mannen. Vooral voor vrouwen is de arbeids gelegenheid ten plattelands zeer be perkt terwijl die in de steden, met Ihun ateliers, fabrieken, groote win kelmagazijnen, ziekenhuizen, enz. juist ruim is. Deze factoren hebben ook den groei van het Am'ersfoortsche zielental gun stig beïnvloed, terwijl daarnaast van groot belang was, dat onze woonplaats en haar omgeving geworden zijn tot één van de Nederiandsche vcstigingscentra van gerepatrieerden, gepensionneerden e.d. Het vrouwen-overschot A LS resultante van deze invloeden mocht voor onze streek de volgende ontwikkeling verwacht worden: voor Amersfoort als centraal, stedelijk punt de sterkste groei met een toenemend vrou wenoverschot, en voor de' omliggende plaatsen een veel geringere groei met een toenemend mannenoverschot. Toetsen wij echter aan deze theoretische norm den gang van zaken in de verschillende plaat sen van onze streek, dan treden allerlei opmerkelijke afwijkingen aan het licht. Zooals wij hierboven reeds vermeld den was de groei van het zielental in Soest en Stoutenburg procentueel wel grooter öan die van Amersfoort, maar daar onze stad toch veel sterker groeide dan de rijks- en provinciale gemiddel den aangeven, kan in dit opzicht de ontwikkeling van onze woonplaats .normaal" worden geacht. Anders staat het met het vrouwen-overschot. Bij de volkstelling 1920 kwamen op elke dui zend mannelijke ingezetenen van Amers foort 1023 vrouwen voor. In 1930 was deze verhouding geworden 1000 mannen tegenover 1041 vrouwen, In plaats van een verdere stijging van het relatieve vrouwenoverschot hebben de laatste ne gen jaren een teruggang gebracht tot 1000 mannen tegenover 1038 vrouwen. Dit nu is een typisch crisis-verschijnsel. Bij werkloosheid, en vooral bij een mas sale werkloosheid zooals de laatstver- loopen jaren te zien gegeven hebben, keeren de van 't platteland afkomstige vrouwen in grooter aantal naar de dor pen terug dan de mannen, voornamelijk doordat de meeste van deze vrouwen (nog) ongehuwd bleven. Mannen, die een gezin vormden, blijven eerder in de stad wonen. Daarbij komt nog. dat in een plaats met hoogen gemiddelden welstand, zooals Amersfoort is, in ge wone tijden zeer veel inwonende dienst boden zijn, waarvan er in crisis-perioden vele overcompleet worden wegens be zuiniging. Hoezeer onze stad, in verhouding tot bijna alle overige Nederiandsche steden, de crisisjaren betrekkelijk goed doorgekomen moge zijn, blijkt ■toch uit de ontwikkeling van het vrouwen-overechot op een markante wijze, dat de crisis ons allerminst onberoerd heeft gelaten. Amersfoort's omgeving OOK in Baarn geeft de bevolkings statistiek sedert 1920 een ander beeld te zien dan „normaal" verwacht zou worden. Krachtens het totale zielen tal behoort Baarn nog tot de gemeenten, waar eerder een mannen- dan een vrouwen-overechot pleegt te zijn. In een aantal gemeenten van ons land, waar de gemiddelde welstand van de bevol king zéér hoog is, zijn echter zooveel inwonende dienstboden, kinderjuffrou wen, gouvernantes enz., dat ook daar c n meestentijds zeer aanzienlijk vrou wen-overschot. bestaat. Tot deze gemeenten behoort van oucls ook Baarn. In 1920 bedroeg de verhou ding, zelfs 1199 vrouwen tegenover 1000 mannen, terwijl in 1930 deze cijfers nog vrijwel onveranderd waren, n.l. 1197 te gen 1000. Thans echter is de verhouding geworden: 1166 vrouwen tegenover 1000 mannen. Ook nu is er in Baarn dus nog een groot relatief vrouwenoverschot als uitvloeisel van den grooten gemid delden welstand van de Baarnsche be volking, maar toch is ook in deze cijfers een zeer duidelijke crisis-daling vast te stellen. Soest had in 1920 nog het typische plattelandskarakter, d.w.z.: er was nog een beduidend mannen-overschot. Op elke duizend mannelijke inwoners wa ren er destijds n.l. maar 964 vrouwen in Soest. Tusschen 1920 en 1930 ontplooide Soest zich tót een vestigingsplaats van meer gegoeden, en door de factoren, die wij hierboven ten opzichte van Baarn aangaven, keerden de verhoudingscij- fers zich sterk ten gunste van het vrou welijk deel der Soester bevolking. In 1930 was er van een mannenoverschot in deze gemeente geen sprake meer, in tegendeel. tegenover duizend mannen stonden nu 1055 vrouwen. Maar sedert 1930 deed ook hier de cri sis-invloed zich geducht -gevoelen, zoo dat het aartal vrouwen van 1055 tot 102S per duizend mannen terug, liep. Ook in Bunschot er 'en Hoog land ontwikkelde de toestand zich op merkelijk. In deze beide plaatsen valt een toenemend mannen-overschot te verwachten. Inderdaad daalde het aan tal vrouwen tegenover duizend mannen van. 1920 tot 1930 in Bunschoten van 963 tot 942 en in I-Ióogland van 958 tot 939. Maar ook in deze beide plaatsen boog de lijn zich na 1930 tegen de normale ver wachting in. naar hoven om. In Bun schoten steeg het aantal "vrouwen per duizend mannen van 942 tot 982 en in Hoogland van 939 tot 947. Hier hebben wij nu te doen met den typischen tegen hanger van de ontwikkeling in Amers foort. Baarn en Soest: tengevolge van de crisis keerden vele vrouwen uit de steden en de welstand-centra naar de dorpsn terug. Alleen in Eemnes en Leus den be antwoordde de gang van zaken ook na 1930 aan de ..normen". Eemnes had reeds in 1920 een mannenoverschot: er waren toen 976 vrouwen tegenover duizend man nen. in 1930 bleek dit aantal gedaald tot 973 en thans tot 940. Leusden had in 1920 nog een klein vrouwenoverschot 1004 vrouwen tegenover 1000 mannen),. In 1930 was dit vrouwenoverschot in een man- nen-surplus gekeerd 1000—979), en se dertdien heeft deze ontwikkeling zich sterk verder voortgezet, zoodat er in deze ge meente thans nog maar 898 vrouwen te genover 1000 mannen wonen. Een geheel afzonderlijk beeld ten slotte geeft Stoutenburg te zien. In dit dorpje immers zou een toenemend mannenoverschot moeten zijn. maar in feite neemt het mannen-surplus hier voortdurend af: Waren in 1920 de ver- houdingscijfers nog 1000913. ,in 1930 waren ze reeds geworden 1000—934 en thans zijn ze 1000—974. Uit een en ander blijkt, hoezeer de crisisjaren niet alleen op den financieelen toestand maar ook op de bevolkings-structuur van onze stad en de omliggende plaatsen hun stempel hebben gedrukt. GENEVEB -"Büf 3.45 I LANGE5TRAAT 6 TELEF. 6652 E eerste gebeurtenis, die geregistreerd zou moeten worden als iemand zich er nog eens toe zou zetten om een nauwkeurige historie van het filmleven in Nederland te schrijven, is een reis. die twee jongelui uit Weesp met hun moeder naar Parijs maakten. Het was in 1898, het jaar van de wereldtentoonstelling in de lichtstad. Al bert en Willy Mullens hadden beiden hun istudies ongeveer voltooid. Albert bezocht het seminarium de Eipelaar bij Bredu en zou weldra het priesterambt aanvaarden; Willy was op een internaat bij Karlsburg in Luxemburg en zou een positie in den wijnhan del krijgen Voor beiden was de reis naar de Grande Exposition Internationale een Plezierreis die hun in staat stelde met veel interessante moderne vindingen kennis te maken. Toen ze op den terugweg waren, herinnerden ze zich van de sanschelijke groote tentoonstelling echter nog maar een ding: een onbeduidend puviljoentje. ge wijd uan de totaal nieuwe techniek der cinematografie, waarin de gebroeders Pat hé enkele kleine filmpjes vertoonden, die gemaakt waren door twee andere broeders: de Lumiéres Pit Lyon. F1LMNIEUWS Te dezer stede is een zekere A. P. aangehouden, die nog drie dagen ge vangenisstraf tegoed had. De man is naar -Utrecht gebracht, waar hij zijn re kening met Vrouwe Justitia zal veref fenen. Tegen een melkventer werd proces verbaal opgemaakt wegens overtreding van de warenwet- De man verschafte melk, zonder daar bij gebruik te maken van een kraan. Een bakker, die zijn brood te vroeg afleverde, trof hetzelfde lot. Zaterdagavondmarkt De sluitingstijd van de Zaterdag avondmarkt is wederom vervroegd en nu gesteld op 6.15 uur n.m. DE geheele thuisreis spraken de ge broeders Mullens over niets anders dan over de cinematografische beelden en beider, zagen in, dat er in deze tech niek enorme toekomstmogelijkheden schuilden. Ze wisten hun moeder over te halen om terug te keeren naar Parijs en daar deden ze pogingen om van de Pathé's enkele films te koopen. De ge broeders Pathé waren merkbaar ver baasd over het voorstel van de twee on dernemende jonge Nederlanders en voelden er weinig voor om er op in te gaan, want ze meenden een coort mono polie te kunnen handhaven. Maar Al- bert en Willy Mullens gaven het niet op en toen ze in Pa rijs geen succes had den, reisden ze door naar Lyon. waar ze met de gebroeders Lumière zelf onder handelden en toen zé in 1899 in Breda te ruggekeerd waren, bezaten ze een half dozijn kleine films en de. overtuiging, dat er in hun leven een ommekeer bad plaats gehad, die hun geheele toe komst had bepaald. Albert Mullens be gon zich aan de op tiek te wijden, ter wijl zijn broer Willy vooral de commer- ciee-le zijde van hun plannen behartigde en op een avond in hetzelfde -jaar werd in een zaal van den „1-Iof van Holland" in Breda voor een gezelschap genoodig- den, onder wie zich zelfs de burgemees ter bevond, een eer ste vertooning gege ven van de „spre kende bioscope", ge ïntroduceerd door de „Alberts Frères". er Willy Mullens vandaag aan den dag naar vraagt, hoort in zijn stem nog de- zelfcTe bezieling, als waarmee hij veer tig jaar geledén met zijn broer aan het werk getogen moet zijn, om hun reizen de bioscooptheater de „Grande Première Exhibition Européenne", voor te berei den. Het bioscoopbedrijf heeft reeds zijn algemeenc erkenning gevonden en Wil ly Mullens is niet langer de explicateur in een reizende tent, maar de direc teur van een solide Haagsch filmbedrijf, doch wanneer hij in de kleine directie kamer van zijn als een modelbedrijf zoo onberispelijke fabriek, aan het vertel len gaat en hij kan vertellen is zijn gebaar nog dat van den man, die een der pionniers van de Nederiandsche filmwereld is geweest en rijzen achter de vele foto's van beroemdheden aan zijn kamerwand de herinneringen op Ni0EBLA^^cS!?ies^)Pfxpi0'TATIÉ l1tU BREDA- Vrijwel alle. thans klassiek geworden filmpjes van Lumiè re waren er bij: „De aankomst van een trein". „Het uitgaan eener fabriek", .„De gefopte tuinman" en „Het bewegen der zee". Het publiek was verbaasd en op getogen, zooels het overal ter wereld was. wanneer het voor het eerst 'de ge brekkige, vlekkige en springende film heelden zag. De première was een suc ces en de „Alberts Frères" konden op dia manier den grondslag leggen voor hun verdere bedrijf: het regelmatig ex- ploiteeren van films. De voorlooper van het journaal LI ET is allemaal al lang door het *- groote publiek vergeten, maar wie Hoe men in Nederland voor het eerst met de „sprekende bioscoop" kennis maakte: de reizende tent van „Alberts Frères". (Ontleend aan „40 jaar cinematografie") Doos 20 ct. Tube 60 - 40 - 25 ct. WILLY MULLENS (Foto Archief A.D.) de beelden was vaak niet al te duide- ijk. Daarom begon ik met korte expli caties te geven, voor en tijdens de ver tooning." Hier spreekt een andere kant van Mullens: de explicateur, die later in den Haag, in de Residentie-bioscoop, Diligentia en later in het .„Albert Frè res Theater" een populaire figuur werd. ,Het filmrepetoire was ondertus- schen al aanzienlijk uitgebreid. In Frankrijk was Georges Meliès aan het werk gegaan, ,de illusionnist van de film, die alierlei wonderlijke fantasie- en in beeld wist te brengen: „De reis naar de maan", de „Fantastische vlin der'' en zoo meer. Die films, die bo vendien ook nog gekleurd waren, sloe gen geweldig in en degenen, die die eerste dagen van de film meemaakten, herinneren zich die rolprenten nog steeds. We hadden toen ook al een groote film van wel 260 meter over de passiespelen en dat was een heel bi- zondere prestatie." ER is uit dien reis naar de Parijsche wereldtentoonstelling nog heel wat voortgevloeid, want na zijn „bios cooptijdperk" is Willy Mullens jaren* lang als actief filmer aan het. werk ge weest. Tof tweemaal toe maakte hij onder andere in opdracht van de re geering, een filmreis naar In die, waar hij veel materiaal verzamelde en tal van films werden onder zijn leiding samengesteld over tuberculosebe strijding, over de Zuiderzeewerken, over leger en vloot, over een Eucha ristisch congres en allerlei andere on derwerpen. Mullens is thans eere-voorzitter van den Nederlandschen Bioscoopbond en drager van diverse onderscheidingen, maar als men deze kleine levendi ge man hoort vertellen over zijn erva ringen. ligt in zijn stem nog hetzelf de ironische commentaar als waarmee hij veertig jaar geleden de eerste film drama's bij het „Hooggeëerd publiek" inleidde. Amsterdam bouwt een nieuwe haven met industrieterreinen, een millioenenwerk. waarbij arbeid is voor duizend personen. - De werkzaamheden ten Westen van de hoofdstad zijn in vollen gang (roto rax-Mollan aan een tijd vol verrassingen en open baringen. „Ik heb tot voor kort geloofd, dat ik de eerste was, die in ons land films vertoonde, nïaar kort geleden, bij mijn zestigsten verjaardag, dook er iemand op, die vertelde, dat hij, vóór ik mijn première gaf, al in het Kurhaus te Scheveningen films had zien vertoo- nen." Dat. kén. achteraf bezien, want ook de heer Nöggemth, die in Flora in Amsterdam variété-voorstellingen gaf, had beslag gelegd op enkele van di Frané-che filmpjes en via den bekenden Frits van Haarlem schijnt hij in die voorstellingen in het Kurhaus bij wijze van speciale attractie, al „levende beel den" te hebben laten zien. Maar toen wij in 1900 met ons reizen de theater er op uit trokken, hadden we toch weer iets nieuws, want we hielden ons niet alleen met projecteeren bezig, maar maakten ook zelf films. We voer den zelfs een reizend „laboratoire" met ons mee. We hadden namelijk gemerkt, dat het vooral in kleine piaalsjes ontzettend moeilijk was om publiek te trekken. We vonden daar het volgende middel op voor de voorstellingen maakten we een paar opnamen uit de plaats zelf, hij voorbeeld van een uitgaande kerk. Wanneer nu bleek. dat. de menschcn in ons etablissement zichzelf te zien kre gen, was het succes geweldig en zoo maakten we een ware zegetooht. Zon dor het te weten hadden we eigenlijk meteen een voorlooper van het bios coopjournaal ingevoerd. Zoo trokken we van stad tot stad en als we ergens voor den tweeden keer ver schenen, bleken de menschen nog pre cies te weten welke filmpjes ze den vo- rigen keer gezien hadden en was alge meen de belangstelling weer groot. En naarmate we geregelder terugkwamen bleek er nog iets: er waren mèè'r men schen, die met ons waren gaan inzien, dat er in die filmvertooningen groote toekomstmogelijkheden schuilden langzamerhand merkten we, dat 'een winkelier, of een herbergier, aanvanke lijk heel primitief, ook begon met bios- coopvertooningen te geven. Uit di menschen is eigenlijk de moderne bios coopdirecteur gegroeid en hun geïm proviseerde zaaltjes waren de voorloo- pers van de bioscooppaleizen." „Intusschen had ik gemerkt." zoo ver telt Willy Mullens verder, „dat er aan die stomme bewegende beelden ie»: ontbrak. Tusschentitels waren er in di" dagen nog niet en de samenhang van Nu de avonden zoo erg lang zijn! een leesportefeuille „EIGEN KETJZE" van BOEKHANDEL Langestraat 33 Telef. 3232 Vraagt gratis prospectus. GRAND THéaTRE. Van Vrijdag 23 t.m. Donderdag 31 October vertooning van de film „De drie Lodona's". Zondag doorloopend, aanvangend om 1.45, 4.00, 6.15 en S.30 uur. Zaterdag om 2.30, 6.00 en 8.15 uur. Overige dagen om 8 uur nam. Woens dag matinee om 2.30 uur. CITY THEATER. Van Vrijdag 25 t.m. Don derdag 31 October vertooning van de film „Renate in het kwartet." Zondag doorloopend, aanvangend om 1.45, 4.00, 6.15 en 8.30. Zaterdag om 2.30, 6.00 en 8.15 uur. Ove rige dagen om 6.30 en 8 uur. Woensdag matinee om 2.30 uur. REMBRANDT THEATER. - de film Kermisgasten. Vertooning vau 4TERHUIS. Korte Beekstraat 4. Voor sue meisjes geopend op Dinsdag- en Donder dagmiddag van 2.30 tot 5.30 uur n.m. Op andere dagen des avonds. GILDEHUIS A.K.G. Herfsttentoonstel- ling. OPENBARE LEESZAAL MET JEUGDLEES ZAAL, Muurhuizen 9. MUSEUM FLEHITE, Westsingel. Geopend dagelijks van 10—12 en 1—4 uur, uitge zonderd Zondag, 's Zaterdags 1012 en 1.303 uur. (Stadgenooten hebben 's Zaterdags vrijen toegang). MONOPOLE. 26 Oct. Lezing van drs. J. Koekebakker over „Kind en Tijdsom standigheden". 2.30 uur nam. DE VALK. 27 Oct. Kinderfeest met Dik Trom.film, 2 en 4 uur n.m. AMICITIA. 27 Oct. Kindermiddag Jacob Hamel. 2.30 uur. AMICITIA. 27 Oct. Bonte cabaret-avond, 7.30 uur nam. MARKTHAL. 29 Oct. Ledenvergadering der Ned. Unie. Mr. Lintho'rSt Homah en Roelfsema spreken. 19.30 uur. AMICITIA. 1 Nov. Ned. Ver. v. Huisvrou wen. Leziftg van den heer H. H. Holtz- appel. 2.30 n.m.. AMICITIA. 3 Now Concertvereeniging Concertgebouwtrio. 2.30 uur. Geboren: Teunis Ccrrncli.-, z. van Teunis Cornelis Kool en Jacoba Altena. Ondertrouwd: Cornelis Hendrikus Deleü cr. Antonia Petronella Monsieurs; Duurt Hol man en Aaltje van den Broek: Evert van Gi'ni. kei en Hendrika Greeflhoj-st; Folquinus Sie- mon Lighart en Geertruida Wilhelmina Hel merhorst: Theodorus Johannes Hcnricus Dullaert en Maria Hendrika Xefkens: Hen drik van Beek en Jacomtfntje Ujjl; Arie Jan-' sen en Petronella Hillegonda Grceven. Overleden: Dirk Tommei. oud 68 j. echtge- noote van Hendrika Johanna Maria Smeink.

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad / De Eemlander | 1940 | | pagina 5