consument dit prijsverschil niet aan neemt, welnu dan ontstaat er vermoe den, dat reeds vroeger de vleeschprijzen onregelmatig hoog zijn opgevoerd.' zon der andere reden dan het verkrijgen van overmatige winst. Op de eene of andere wijze zullen, zoo hier als elders, de slagers trachten, de geringe keur- loonen te verhalen op de consumenten tot en zoover hunne prijzen een grens bereiken, die bij overschrijding invoer van huiten in de hand zou werken. De argumenten voor het betalen der keurloonen door de gemeenschap aan gevoerd, zijn schijnbaar billijk, in werkelijkheid echter valsch. Dit heeft men dan ook overal elders terecht ingezien en de keurloonen van de slagers geheven. Stel, dat het hun niet mogelijk ware, ze te verhalen hoewel er geen reden is om aan te nemen, dat de kosten op het slagers- bedrijf vallend hier aanmerkelijk hoo- ger zijn dan te Nijmegen, Utrecht, Amsterdam e. a. dan zou dit een logisch gevolg zijn van de abnormale prijsvorming in deze Gemeente, waaruit vroeger overwinst genoten werd en waardoor nu medelijden in plaats van billijk, misplaats mag heeten. Dat de slagers door de verordening veel last en groote belemmering in hun bedrijf zullen hebben, is niet juist. Zeker is het gemakkelijker om op de oude sleur door te gaan. doch dat verbiedt de hygiëne. De slager moet zijn vee. in art. 12 genoemd, naar het terrein der oude gasfabriek ter keuring laten brengen. Wat heeft dat voor bezwaar,? Ook in andere plaatsen geschiedt hetzelfde of is dit vóór de oprichting van een Ge meente-slachthuis geschied. Zoo is jarenlang te Utrecht al het vee, in art. 12 genoemd, ter slachting bestemd, gekeurd aan het Kantoor van keuring aan de Catharijne-barrière. Zoo wordt ook in Den Haag al het vee naar een bepaalde plaats in de nabijheid van het station der H. IJ. S. vervoerd, om aldaar vóór tie slachting te worden gekeurd. En zoo is het nog op vele andere plaatsen. Dat voor het vervoer van runderen „extra vertrouwd personeel en speciaal daarvoor ingerichte vervoermiddelen moeten genomen worden", is niet recht duidelijk, getuige het vervoeren van vee naar veemarkten eenvoudig aan een haltertouw, geleid door personen van allerlei leeftijd en hoedanigheid. En ware het risico, wat betreft het ontstaan van dolheid van runderen, als zij geluiden hooren. die zij tot nu toe nog niet gehoord hebben, werkelijk zóó groot als in het adres der Slagers- vereeniging wordt verondersteld, dan werd het spoedig tijd, in alle steden hel houden van veemarkten ten streng ste te verbieden. De ondervinding echter in groote steden, als Den Haag, Utrecht, en andere, opgedaan, toont de onhoud baarheid van dit argument voldoende aan. Dat zelfs in abattoirs het vee niet levend gekeurd wordt, is onjuist. Te Utrecht o. a. wordt het vee aan den ingang van 't abattoir gekeurd. Art. 4 alinea 3 der Verordening op vee- en vleeschkeuring te Utrecht luidt: .De keuring van het vee, ter slachting bestemd, geschiedt aan den hoofdingang der Gemeente-slachtplaats. Zij wordt aan het kantoor der keurmeesters aan gevraagd." Te Nijmegen wordt het vee in de veestallen nagezien, alvorens het ge slacht wordt. Ook te Amsterdam, Dei den en andere steden heeft de keuring van het vee vóór de slachting plaats. Van de keuring der dieren vóór het slachten mag slechts in zulke gevallen afgezien worden, waar bij uitstel der slachting gevaar voor ster ven bestaat, dus bij dringende nood- slachtingen. In alle overige gevallen moet zij plaats hebben en wel op de volgende gronden 1". om bij dieren, lijdende aan eene besmettelijke ziekte, onmiddellijk de noodige maatregelen te kunnen nemen voor afzondering dier dieren 2°. om infectie van de met de slach ting belaste personen bij zulke dieren te voorkomen, welke besmettelijk.voor den mensch zijn, b.v. kwade droes, miltvuur, mond- en klauwzeer, enz. 3». omdat zij gelegenheid geeft tot juiste onderkenning van vergiftigingen en septische ziekten, waarbij de inge wanden en het vleesch slechts geringe veranderingen zouden aantoonen, of tot constateering van veranderingen der huid bij parasitaire huidziekten of tumoren, die er op wijzen, dat het gebruik van zulk vleesch niet zonder gevaar is 4". omdat de keuring van het dier vóór de slachting het onderzoek na de slachting dikwijls minder moeilijk maakt. Dat het gewenscht is. de keuring van het vee vóór de slachting aan het bureau van keuring te doen plaats hebben, laat zich gemakkelijk begrijpen en wel 1». ómdat men daar voldoende ruimte en vooral ruimschoots licht heeft om het onderzoek degelijk te kunnen verrichten, terwijl het dan minder tijd- roovend is tevens 2". omdat dit uit het oogpunt van controle noodzakelijk is, zoowel wat betreft het nakomen der Verordening op de vee- en vleeschkeuring, als met het oog op het ontduiken der verplichte aangifte voor accijns; 3". omdat dan keuring en verificatie gelijktijdig aan het Bureau kunnen plaats hebben, en de slagers dus veel spoediger geholpen zijn, dan dat zij eerst op den verificateur en daarna nog eens op den keurmeester moeten wachten (met 't oog op de contróle is het gewenscht de keuring, van het ter slachting bestemde vee na de verificatie te doen plaats hebben). Het zou inderdaad ook voor de sla gers gewenscht zijn, indien de Ge meente maar in eens overging tot het oprichten van een openbaar slachthuis. Nu daartoe echter tot nog toe niet overgegaan kan worden, is de ont worpen wijze van vee- en vleesch keuring nog de beste. De soliede slager zal zeker niets tegen de keuring hebben; integendeel hij heeft er belang bij, dat in zijn winkel slechts gekeurd vleesch aanwezig is. De onbetrouwbare slager echter zoekt tegen de keuring allerlei motieven, omdat hij in zijn geknoei gehinderd wordt. Het zijn dan ook juist die slagers of vleeschvcrkoopers, die met de oprichting van abattoirs te gronde gaan, en juist dat is een gewenscht gevolg van de verordening op de vleeschkeuring. Dat de gehecle verordening, de wijze van keuring betreffende, den stempel draagt van te zijn ontworpen door menschen, buiten het slagersbedrijf staande, is wel terecht opgemerkt. Het zou toch waarlijk al te naïef zijn. als de overheid een voorgenomen verordening op de vee- en vleesch keuring zou doen ontwerpen door de slagers. Wat betreft de bezwaren in de ver gadering der Kamer van Koophandel op Donderdag 3 December l.i. tegen voordracht van B. en W. ingebracht zij nog het volgende medegedeeld. De vrees, door een der leden te kennen gegeven, dat, door het geheven keurloon, de export-slachterijen van hier zullen verdreven worden, behoeft in het geheel niet te bestaan om de eenvoudige reden, dat er op 't oogen- blik geen enkele export-slachterij te Amersfoort is. Slechts één Amers- foortsch ingezetene kan zich rang schikken onder de rubriek export- slagers. Volgens mededeeling van dien persoon zelf worden zijne varkens niet te Amersfoort, doch te Barneveld ge slacht en verzonden, zoodat hij dus niet valt onder de Verordening op de vleeschkeuring. Mocht genoemde ex port-slachterij naar hier worden ver plaatst of mochten andere export- slachterijen hier worden opgericht, dan zou daarvoor altijd nog een speciaal tarief kunnen ingevoerd worden, zooals ook elders, b.v. Groningen. Nijmegen, enz., is geschied. Wat aangaat den slager te IJselstein, die als vrachtrijder, en dus met een openbaar middel van vervoer, vleesch te Utrecht invoert, hetgeen volgens art. 33 der betreffende verordening te Utrecht is toegestaan voor stukken vleesch van ten hoogste 5 K.G. en bestemd voor anderen dan vleesch- verkoopers, zij vermeld, dat zulks hier volgens de ontwerp-verordening niet geoorloofd is aangezien deze verorde ning niet toelaat invoer, maar alléén doorvoer met een openhaar middel van vervoer, waarbij men dus de Ge meente onmiddellijk verlaat, zelfs zonder er in stil te houden of althans zonder uit te laden. Ten opzichte van vleesch, dat men hier niet eten wil en dat nu naar Amsterdam of andere plaatsen gaat, zal de nieuwe regeling geen verande ring brengen. De verordening verbiedt toch immers niet den uitvoer van vleesch. En wat het vleesch der kren- genslachtcrs betreft, ieder ingezetene zal toch waarlijk wel blij zijn, als dat geweerd wordt. Dat de Keurmeester in noodzakelijke gevallen 2 maal 24 uren den tijd heeft voor het nemen eener beslissing om trent de keuring, behoeft geenszins verwondering te wekken, als men in aanmerking neemt, dat in gevallen, waarin bacteriologisch onderzoek nood zakelijk is, dit onderzoek in geen korter tijd dan 2 maal 24 uren kan geschieden. De bewering, dat Iraëlitische slagers van elders door de verordening ge troffen worden, omdat ze de achter kwartieren niet meer naar Amersfoort kunnen verzenden, is toch al te gezocht om er waarde aan te hechten; of moeten de Amersfoortsche verordenin gen dienen om ook elders wonende slagers te helpenV Juist de toepassing der ontworpen verordening zal oorzaak zijn, dat het slagersbedrijf zich wijzigt. Niet de Iraëlitische slagers in omlig gende Gemeenten zullen slachten en de achterkwartieren naar Amersfoort verzenden, maar de Amersfoortsche slagers zullen slachten, de achter- kwartieren zelf houden en de voor- kwartieren aan de Israëlitische slagers van elders kunnen verkoopen, iets, wat ze allen kunnen doen, als ze aan de Israëlistische gemeente maar aan vragen om hun dieren te doen slach ten door een daarvoor aangesteldcn „sjochet". Wat den grossier te Barneveld be treft, die zijn vleesch in kleinere stukken dan halve dieren niet meer naar Amers foort zal kunnen verzenden omdat hij volgens art. 8 der Verordening zijn vleesch alleen in den vorm van halve of heele dieren met aanhechting der ingewanden, mag invoeren, geldt het zelfde als voor de Israëlitische slagers van elders. De Gezondheids-commissie kan een ernstig woord van protest niet terug houden tegen de wijze waaróp enkele leden der K. v. K. de voorgestelde verordening bestreden hebben. Ver dachtmaking en miskenning van de allereerste hygiënische eischen op dit gebied zijn gehoord waar alleen, een onpartijdige beschouwing van den financieelen kant der zaak op hun weg had gelegen. Hoeveel waardiger heeft dan de vereeniging. Handel en Nij verheid" hare taak opgevat. Wij laten hier volgen de weder legging, van de door de Slagers-ver- eeniging tegen de concept-verordening ingebrachte bezwaren, evenals deze, artikelsgewijze behandeld. Art. 4. (Zie ontwerp B. en W. en bezwaren S. V.) Het is noodzakelijk, het ingevoerde vleesch aan eene scherpere keuring te onderwerpen, dan het vleesch van vee, in de Gemeente geslacht. Men vergete toch niet, dat pl.m. 75 van het ingevoerde vleesch afkomstig is van uit nood geslachte dieren, dat zijn dus dieren, die ziek waren en uit vrees voor sterven nog tijdig geslacht werden. Welnu, de ervaring heeft ruimschoots geleerd, dat vlecschvergiftiging meestal in dat vleesch haren oorsprong heeft. Zulk vleesch dient dus aan scherper keuring te worden onderworpen. En aangezien het niet mogelijk is, alle hulpmiddelen, voor die scherpere keu ring berióodigd, steeds met zich mede te dragen, is het derhalve geuenscht, het ingevoerde vleesch aan het Bureau voor vleeschkeuring te onderzoeken. Maar niet alleen wenschelijk, neen allernoodzakelijkst is het, de keuring van het ingevoerde vleesch uitsluitend aan het Bureau voor vleesch keuring te doen plaats hebben, een voudig omdat de keuring van ingevoerd vleesch op eenige andere plaats dan de genoemde alle contróle mist, zoowel op den invoer en vervoer, als op de hoeveelheid van het inge voerde vleesch. Dat het vervoer van vleesch naar het Bureau van keuring en het aldaar eenigen tijd bewaren daarvan geen nadeel doet aan de hoedanigheid van het vleesch, leert de ondervinding op zooveel andere plaatsen, waar de keu ring van het ingevoerde vleesch in gelijken geest is geregeld met name in alle steden met abbattoir hetgeen bij de behandeling van art. 7 nader zal blijken. Art. 7. Adressante bewijst hier, de bepalin gen omtrent de vleeschkeuring in het buitenland niet te kennen. Te Berlijn bijv. en in alle steden van Duitschland, waar openbare slachthuizen zijn. is het ten strengste verboden, vleesch in te voeren tusschen zonsondergang en zonsopgang. Nergens is het noodzakelijk gebleken, het Bureau voor vleeschkeuring, respec tievelijk abbattoir, voor den invoer van vlecsch des nachts geopend te houden. Wat het risico voor bederf van ge zond vleesch, tijdens het vervoer op den dag naar het Bureau voor vleesch keuring aangaat, dit is door adres sante wel wat hoog opgevoerd. Vleesch, dat vermoedelijk zal bederven, omdat het naar het Bureau ter keuring moet worden gebracht en daar misschien éen of twee uren moet blijven (des noods in ijskast) zal wel van zoodanige qualiteit zijn, dat het ook bedorven bij de particulieren zou komen zonder dat oponthoud. Dat dit gevaar voor bederf wel wat hoog opgevoerd is. leert de ondervin ding bij tal van groote slachterijen en worstfabrieken op plaatsen, waar abbat- toirs zijn zoo o.a. bij de firma Alberts Co. te Nijmegen, die op iederen tijd van den dag, ook 's zomers, uit alle oorden van het land van exportslach terijen vleesch en vooral geslacht be-

Historische kranten - Archief Eemland

De Eemlander | 1904 | | pagina 6