Woensdag 29 Maart 1904. ie Jaargang Liberaal Orgaan voor Amersfoort en Omstreken Uitgave van de Vereeniging ,,DE EEMLANDER". Wees 11 Zelf! No 2rstratfevan ,,De Eemiafidaf' DE ROOFTOCHT OP DE ZAKKEN DER KLEINE LUIDEN FEUILLETON. HET NOODLOTTIGE TESTAMENT. Verschijnt Woensdags en Zaterdags. DE EEMLANDER. Itiircan I Hendrik van Viandenstraat 28. Abonnementsprijs Per jaarf 3.00 Franco per post- 3.50 Per 3 maanden- 0.75 Franco per post- 0.90 Prijs der advertentiëu Van 1 tot 5 regels0.40 voor iederen regel meer0.08 (Bij abonnement aanmerkelijke korting.) begint door bet indienen van het Tarief- ontwerp bij de Tweede Kamer vaste vormen aan te nemen. i)e inkomsten van de schatkist voort vloeiende uit de invoerrechten, denkt men met de nieuwe lariefwet van ruim 10 tot 20 millioenen op te voeren. Om echter een bedrag van 20 millioen in de schatkist te kuimen krijgen uit in voerrechten zal de natie heel wat milli oenen meer moeten opbrengen. Immers die 20 millioenen worden geheven van die artikelen, die worden ingevoerd uit andere landen. De binnenlandsche voort brengers zullen echter ook hunne arti kelen met een nagenoeg gelijk procent verhoogën. Wat echter de verbruikers der binnenlandsche producten meer moe ten betalen komt niet in de schatkist, doch in do zakken der ondernemers. De gezamenlijke verbruikers zullen dus niet alleen gedwongen worden een 20 millioen aan de schatkist te offeren, doch daarenboven nog ettelijke millioenen aan heeren binnenlandsche ondernemers. Hoeveel kan moeilijk opgegeven. Als we van de belaste artikelen een even gTOOtO llOGVOolhoid vein liinnon- oio ttov. buitenlandschen oorsprong verbruikten, zou er nog een 30 millioenen bijkomen. Er zijn echter ook artikelen ouder, die hier niet worden voortgebracht, zooals: petroleum, sueade, ijzer en andere waar van wc weinig voortbrengen, als haver- mouth, tabak, leder, klosjes garen enz. Toch kunnen we er gerust een 12 millioen bij tellen, die in de zakken van de Binnenlandsche Ondernemers zullen verdwalen. Dat wordt dus oen last voor de natie van een 32 millioen. Doch ook hier blijft het niet bij. Die 32 millioen wordt er opgelegd in 't groot op de artikelen in de eerste hand. Nu gaan vele zaken door twee, drie, vier handen voor ze den eigenlijken ver bruiker bereiken. Ieder der tusschen personen rekent echter niet alleen zijn winst op den oorspronkelijken prijs, doch wel degelijk op den verhoogden prijs en zoo moet ten slotte de verbruiker soms het dubbele invoerrecht betalen, het eeue bedrag aan schatkist of onder nemer, het andere aan de verschillende tusschenpersonen. Door elkaar kunnen we die nieuwe prijsverhooging gemiddeld 12 Gewis, Emilie zou niet vragen, hoe veel of hoe weinig hij aan aardsche goe deren bezat, zij zou hem de schuld der zijnen niet aanrekenen haar ziel was verheven boven zoo iets kleins. Geen slaap kwam dezen nacht in zijn oogen, hij wandelde op en neer, en dan stond hij weder stil, zinnend, peinzend. Het oude heideslot, de grond, die hij zoo lang als zijn eigen beschouwd had, alles was vervlogen als een droom. Wel- licht kwam Toni's wensch in vervulling, de uitgestrekte velden werden in vrucht baren grond herschapen. Maar zou Toni in 't leven blijven? „Zie, uw offer," had Dalberg gezegd, „zie hoe de dood, dat eens zoo schoone meisje omgeeft!" En weer liep hij op en neer. „De zon den der ouders zal ik wreken aan de kinderen, tot in 't derde en vierde ge slacht!" Woorden vol droevige be- teekenis, hij zon en zon, maar het mys terie bleef verdekt, slechts de daad zelf stond schrikkelijk voor hem. Hij zag Toni's groote oogen, in de koorts wijd geopend; hij hoorde, hoe zij hem riep, het klonk snijdend door zijn ziel„Oskar, waar ben je, Oskar?" Was hij op op 60 pet. stellen van het invoerrecht. De 32 millioen wordt dientengevolge verhoogd met 3/o X 32 a 00/o =3 191/,, millioen. Ilct totale bedrag wordt derhalve 32 1951 '/s millioen. De natie zal dus een goede 50 milli oen worden opgelegd om de schatkist een voordeel van 20 millioen te bezor gen. Het grootste deel blijft dus onderweg hangen. AI dit geld moet door de gezamenlijke verbruikers worden opgebracht, het leeuwenaandeel door de kleine luyden. Juist weer de kleine luiden worden de dupe van de historie. Deze belasting toch maakt een verdee ling naar draagkracht onmogelijk en vandaal', dat zij den arme gelijk aan slaat als den rijke en nog wel hem het meest, die met een groot gezin bezwaard is. We vinden deze belasting de onbil- lijkste, onrechtvaardigste die men zich denken kan, zij drukt juist hem, het meest, die haar 't minst kan dragen. Met zulk een afschuwelijke belasting welke lijnrecht indruischt tegen de eerste beginselen des Christendoms en der democratie wjl ons nu opschepen een „Christelijk" ministerie, waarvan de man dor kleine luijden van weleer" mlni^for-president fungeert. We vra gen, hoe is zuis.3 uwgw.ji,. Duizende kleine luyden lijden reeds pu min of meer gebrek, moeten soms zelf het allernoodigste ontberen en wordt de Tariefwet aangenomen, dan zal het be staan dezer duizenden nog treuriger en ellendiger worden. En geloof maar vlij, wanneer het deze Regeering gelukt om geheel te breken met het vrijhandelsbeginsel, is eenmaal dit Taricfontwerp binnengeloodst, dan loopen we groot gevaar, dat voor en na deze en gene artikelen nog meer ver hoogd worden. v Het bovenstaande is ontleend aan het jongste nummer van de „Christen- Democraat." Al nemen wij niet alle cij fers, die erin voorkomen, voor onze clcening, met do strekking van het artikel kunnen wij ons in hoofdzaak ge heel vcreeuigen. liet merkwaardigste echter is wel, dat een blad van chris- telijken huize zoo spreekt. Hierdoor komen we w eer te staan voor de vraag, ons onlangs in de vragenbus gesteld en toen kortelijk door ons beantwoord, nl.: weg krankzinnig ie worden? Daar klonk nauwelijks hoorbaar een zacht kloppen, en onderbroken door snik ken smeekte de stem zijner moeder „God wil niet den dood des zondaars wees barmhartig als Hij, maak open, mijn kind, maak open! Maar bij wendde zich af. Zijn zware stappen overklonken de in tranen ver stikkende stem. Oskar had eenige uren geslapen, en kwam tegen den middag in hetslotvan de gravin van Hartenstein. Hoe zullen de schoone oogen glanzen dacht hij bij de bede: „Laat het rijtuig voorkomen, wij gaan heden op reis!" In 't huis lag alles door elkaar. De portier danste met het kamermeisje een lustige wals, terwijl de huisknecht voor muziek zorgde. Het vroolijke volkje stoof bij Oskar's niet verwachte komst ver schrikt uiteen en de portier stamelde: „Genadige heer, ik ja, dat wil zeg gen wij Oskar lachte. „Is mevrouw de gravin thuis?" vroeg hij vriendelijk. Nu zagen de bedienden hem aan. Maar wist mijnheer Berning dan niet, dat de gravin reeds sedert eenige uren was vertrokken? Waarlijk, het be sluit kwam zeer plotseling, maar men had toch verwacht, dat mijnheer Ber ning Oskar hoorde nauwelijks de verlegen of de ouderscheiding in vóór en tegen standers van protectie, volkomen samen valt met die in elcricaal of nict-clcricaal. Yocgt men aan het feit, dat bovenstaand artikel in een anti-revolutionnair orgaan voorkomt, de volgende uitsprank van den heer Lohman in „de Nederlander" toe, dan zou men tot de conclusie komen, dat het vraagstuk der protectie geen verband houdt met het al- of niet aanhangen der „Christelijke Staatkunde." De heer Lohman dan schreef „Vele vraagstukken houden met die (christelijke) beginselen geen direct, zelf geen indirect verband. Moet of kan ons land verdedigd wor den en zoo ja, hoe? Moeten de lasten auders worden ver deeld dan thans? Is vrijhandel wenschelijk ofpro- t e c t i]e Moet de Zuiderzee worden droogge maakt of niet? Is pensionneering wenschelijk of recht- vaardig? Hoe moet het kiesrecht worden ge regeld? Ziedaar tal van vragen, waar over Gods woord geen uitsluitsel geeft." Terloops merken wij (Red. v/d Eem- ïi, 'T' dat deze vragen, waarover ten-Staatsman is niet le premier venu) Gods woord geen uitsluitsel geeft, toch vragen zijn van het hoogste belang. Daarop gaan wij echter thans niet verder in. In theorie zou men ons zeggen, staat het protectie-vraagstuk geheel los van de vraag, of men regecringsgezind is of niet. Maar: „alle Theorie istgran." Het is juist het ongeluk, dat ons volk in dezen tijd veel te veel met theorie om de ooren wordt geslagen. En nog wel een theorie van theologisch-wijsgee- rigen aard, die ver boven de bevatting der groote menigte is gelegen en alleen in staat is, om fanatisme te kweeken. En daarmede wordt ons volk door de Christelijke demagogen zand in de oogen gestrooid tegenover de vraagstukken van pracische Staatkunde, die dringend afdoening vereischen. In naam strijd voerende tegen „den mammon", mis bruikt onze Christelijke staatkunde haar inayht, om ons volk een belastingstelsel op de schouders te leggen, dat vloekt met het beginselbelasting naar woorden. „Vertrokken?" mompelde hij. „Ja, mijnheer Berning. Eu hier is nog een briefje van de gravin aan U." Oskar nam het, eerst na urenlang doelloos rondgedwaald te hebben, las hij het. „Gij zijt boos, mijn vriend, en noemt mij trouwloos! Kom naar Napels leer het leven ook van een andere zijde kennen. Wat wij verlangen te bezitten schijnt ons kostelijk, wanneer we het bezitten verveelt het spoedig. Het leven is te kort voor wrok en leed. Kom naar Napels. Tot wederziens. Uw Emmy. Oskar lachte als iemand, wiens ver stand geleden heeft. Planloos ging hij verder. IV. Toni bleef wekenlang in levensgevaar. Haar ijlen verried den beiden mannen, dat zij de geschiedenis van het onvol tooide testament kende, dat zij zich nu nog in gedachte met den trouwloozen geliefde bezighield. „Ik kon het hem niet te kennen ge ven," fluisterde zij, „ik kon het niet. Dalberg heeft alles verraden en toen sprak Oskar de verschrikkelijke woor den, die mij zullen doen sterven!" De oude balde heimelijk de vuist. „Hij zal haar niet weerzien," mom pelde hij, „nooit. O, die onzalige, de draagkracht. Tegenover het drijven der Christelijke regeering in de richting van protectie, mag hier ter plaatse een woord van hulde niet ontbreken aan het adres dier vorige regecring, die, al heette zij niet „Christelijk," toch zoo Christelijk was, zout- en zeep accijns af te schaffen. Doch wij dwalen af. Wij zouden aantooncn, dat, zooalniet in theorie, dan toch in practijk (en dat weegt dunkt ons ten slotte wel zoo zwaar) Christelijk gelijk gesteld kan worden met protectionistisch en vrijzin nig met niet-protectionistisch. Voor deze meening beroepen wij ons in de eerste plaats op hetgeen Duitschland ons op het gebied van graanrechten heeft te zien gegeven, of liever dank zij het energieke optreden der vrijzinnigen desoci aal-democraten voorop, niet te zien heeft gegeven. De toeleg van de Chris telijke partijen in den Rijksdag was geen andore, dan om linea recta op graanrechten aan te sturen. Een toeleg, die, zooals wij reeds zeiden, verijdeld is door de vrijzinnige. Maar er is meer. Gaan wij de Partijprogramma's na van onze christelijke partijen. Anti-revolutionnairc partij: een oordeelkundige verhooging onzer tarieven." Christelijk-'B.istorische Kiczcrsbond „Wij zijn in 't algemeen tegen be scherming, maar wij kunnen toch toe geven, dat in buitengewone omstandighe den min of meer beschermende maatrege len, tijdelijk, onvermijdelijk kunnenzijn." Katholieke leden van de Tweede Kamer. „Voor zoover betreft mededinging met liet buitenland, behoort gestreefd te worden naar een herziening der ta rieven van in-en uitvoer." Wij zien dus, dat de coalitie het op het punt van de protectie roerend eens is. Alleen drukt de een zich eenigzins meer gereseveerd uit dan de ander. Slaan wij thans een blik in de pro gramma's der vrijzinnige partijen: Liberale Unie „Behartiging van de ontwikkeling van land- en tuinbouw, vceteeld, visscherij, handel en nijverheid, niet door bescher mende rechten, maar"... enz. Vrijzinnig-Ucmokratische Bond. „Afschaffing of aanmerkelijke verla ging van aceijnsen op eerste levensbe- zoon van mijn eigen broeder, God mag hem vergeven. Weet je waar hij heen gegaan is, Rudolf?" De dokter schudde het hoofd. „Niemand weet waar hij op 't oogen- blik is. Hij is heden failliet verklaard. De arme oude vrouw, waarvan zal zij in de toekomst leven Berning antwoordde niet, maar zijn schoonzuster behield nog een beduiden de som over, waardoor zij voor gebrek gevrijwaard bleef. Waar was Oskar? Had hij soms zich van het leven beroofd! Toen Toni na de langdurige zware koortsen eindelijk weer langzaam aan herstelde, leerde zij door de mededee- lingen van den dokter haar ouden oom kennen. Maar hij durfde slechts over zich zelf spreken van vroegere dagen, Oskar's naam kwam niet over zijn lip pen, hoezeer 't ook in hem brandde, al de over hem gekomen ellende, aan haar te verhalen. Toni zou hem haten, hem leeren verachten, zou aan den onwaar dige geen oogenblik meer denken. Maar haar eerste zachte vraag, gold tot zijne verwondering niet den ontvluchte maar de gravin Hartenstein, en toen zij hoorde, dat die naar Italië was vertrok ken, volgde een langdurige bezwijming; men wachtte er daarom voor haar ver der eenig bericht te doen toekomen. Nog eenmaal, toen zij al weder in de kamer heen en weder liep, hoorde zij toevallig een levendig debat tusschen hocftcn." Soc.- Dem.- Arbeiderspartij: „Afschaffing der belasting op de le vensmiddelen". We zien uit het aangehaalde, dat het iu zake protectie gaat Rechts tegen Links. Dat is de practijk. En al mag nu, volgens de verklaring van het knappe Kamerlid der Rechterzijde, den lieer Lobman, het theoretisch verband niet zijn te beredeneeren tusschen protectio nisme en christelijke beginselen, al mag ook een witte raaf onder de anti- revo- lutionnairc en Katholieke bladen zijn stem verheffen tegen protectionisme, de practijk wijst uit, dat men, om protec tionisme te ontloopen, zich slechts ver voegen kan bij de Linkerzijde. Wij eindigen ons artikel met een en ander aangaande de: Plannen van «le Kegcei-iug. Welke bescherming zal bier het eerst worden ingevoerd? De regeering heeft verklaard in dit vieijarig tijdperk niet met landbouw-be- scherming te zullen komen. Dat intusschen bet streven naar in voering van graanrechten niet vonro-ond bij de verkiezingen van 1901, toen uit drukkelijk betoogd werd, dat men „niet dezen keer" daartoe zou overgaan. De voorloopige onthouding van landbouw - bescherming werd verdedigd niet een beroep op verbetering van de prijzen der producten, niet met de erkenning van de slechte gevolgen van graanrechten# De waarheid is intusschendat lwt kunstmatig opdrijven van de graanprij zen zou zijn een indirecte belasting op de eerste levensbehoeften; een belasting niet ten behoeve van de gemeenschap, maar ten bate van bevoorrechten onder zijn burgers een last, die te zwaarder zou drukken naarmate men minder te verteren heeft. Graanrechten komen, voor den arbeider in de eerste plaats, neer op gedwongen winkelnering, omdat zij noodzaken het brood |te koopen waar men het duurder moet betalen dan elders Aan wie trouwens zouden graanrech ten voordeel brengen? Gesteld al, dat niet de landeigenaren gingen strijken met den buit dan zou toch niet voordeel aan „don landbouw" in haar oom en Dalberg, den jongen ad- vokaat. ,Ik wil het niet", zei de oude, „ik mag niet den naam van mijn dooden broeder cchenden, ik gebruik liet geld niet slechts om mij vol te eten en het meisje evenmin. Alles, wat van mij is, vermaak ik haar, zij is rijk zonder het bezit van Heuveloord. Moeder en zoon zijn diep in 't ongeluk gestort, zou ik het zijn die hen nog verder vervolgde? Nooit mijnheer Dalberg, ik doe afstand van alle rechten." Toen werd alles stil, Toni werd beur telings koud en warm, zij hoorde de slagen van haar eigen hart. Moeder e n zoon diep ongelukkig!" had de oom ge zegd. Wat beteekende dat? Waar was Os kar, dat men op zoo'n vernederende toon over hem spreken durfde, dat hij zich tegen die aanklachten niet verde digde? O, had [zij kunnen vragen! Noch de oom noch de dokter, lieten daaromtrent iets los. Daar werd haar eens de jonge advo caat aangediend, en Toni ontving hem, trots een heim'lijke afschuw, bijna vrion- lelijk, want hij wist alles en had zon der twijfel geen aanleiding om ook den geheimzinnige te spelen. Wordt vervolgt).

Historische kranten - Archief Eemland

De Eemlander | 1904 | | pagina 1