No. 37.
Zaterdag 7 Mei 1904.
ie Jaargang
Liberaal Orgaan voor Amersfoort en Omstreken
Uitgave van de Vereeniging „DE EEMLANDER".
Aan den Arbeid.
FEUILLETON.
ACHTER DE SCHERMEN.
DE EEMLANDER.
Verschijnt
Woensdags en Zaterdags.
Bureau
Hendrik van Viandenstraat '28.
Abonnementsprijs
Per jaarf 3.00
Franco per post- 3.50
Per 3 maanden- 0.75
Franco per post- 0.90
Prijs der advertentlën
Van 1 tot 5 regels 0.40
voor iederen regel meer0.08
Bij abonnement aanmerkelijke korting.)
We hebben aangetoond in ons vorig
artikel, dat dc anti-revolutionairen n i e t
kunnen wijzen op een staat van dienst,
die ze het recht geeft met eerlijke zelf
voldoening zich tot de kiezers te wenden
om daarop te gronden hunne aanspraken
tot herkiezing van hunne kandidaten.
Daarbij komt nog, dat de regeerings
daden van het huidige christelijke Mini
8terie niet bevorderlijk kunnen zijn voor
hunne propaganda. En er tegenover
staat, dat de liberale partij wel degelijk
recht heeft te „wijzen op haar daden",
die vooral door het reactionair optreden
van dit Kabinet meer naar voren treden.
Doch zelfverheerlijking komt altijd
vroeg genoeg en in de tegenwoordige
omstandigheden is zelf-critiek nuttiger.
We zullen nimmer aarzelen te erkennen
de tekortkomingen van de vrijzinnigen
en altijd trachten te zijn, de vriend, die
de feilen niet verbloemt, doch tegelijkei
tijd zoo-- goed we kunnen, de middelen
tot hérste! en tot voorkoming trachten
aan te wijzen.
Het heeft de Redactie verheugd te
kunnen melden, dat èn in Amersfoort èn
in Baarn niet zonder succes pogingen
zijn aangewend om eene organisatie tot
6tand te brengen van liberalen, opdat
men eensgezind in 1905, en misschien
nog dit jaar ter stembus kan op
trekken.
Dit aanvankelijk succes mag reden
geven tot tevredenheid, doch hier vooral
moet het zijn: „Dankbaar maar niet vol
daan". Wel hebben we gegronde redenen
te mogen verwachten, dat weldra het
aantal afdeelingen van de Centrale zal
worden vermeerderd, doch dat is niet
voldoende. Elko plaats in het district
moet eene organisatie krijgen, om bij
verkiezingen de leiding in handen te
kunnen nemen. Inhctnajaar, als de tijd voor
openbare propaganda aanbreekt, moet
alles voor de wintel-campagne gereed
zijn, die ditmaal buitengewoon krachtig
moet, maar ook kan gevoerd worden.
Die buitengewoon krachtig kin gevoerd
worden, omdat de symptomen ons gun
stig zijn èn omdat het zittende kabinet
ons de wapenen ter bestrijding te over
in handen gegeven heeft en nog steeds
geeft.
We zijn overtuigd, dat er steun te
verkrijgen is voor een liberaal kandidaat
De teleurstelling vindt ons altijd
onvoorbereidzij komt nimmer met
den trein waarmee ze verwacht werd.
naar GUSTAV SCHWARZKOPF.
2.)
Twee dagen bleef Adèle pruilen; dien
tijd had zij noodig, om van haar gou
den droomen voorloopig afscheid te ne
men, om hare wenschen te doen afda
len tot het bereikbare. Maar ook zij
had, onder moeders ernstige woorden,
het schrikbeeld gezien en een besluit
genomen.
Eenmaal vastbesloten, om den lieer
Emil Berthold met hare hand gelukkig
te maken, ging zij al spoedig tot de
uitvoering over, van dit oogenblik afaan,
hadden al haar bemoeiingen één doel,
den niets vermoedenden jongen man
naar alle regelen der kunst te vangen.
Zij bewees hem echter niet de eer, zijn
karakter te bestudeeren, haar gedrag
met zijn persoonlijkheid in harmonie te
brengen, zij behandelde hem volgens het
van niet geprononceerd vooruitstre
vende richting, zoowel van don linker
kant als van de rechterzijde der
vrijzinnigen. Doch dan moet er ge
werkt worden. Laten de liberalen in dit
opzicht toch gedachtig zijn aan de lessen
der historie, der politieke historie van
de laatste twintig vijfentwintig jaar en
les gaan nemen bij de tegenstanders om
te zien wat een krachtige organisatie,
wit een rustclooze propaganda vermag.
De Centrale is er. De Centrale zal
overal in het district hare vertakkingen
krijgen. Ieder werke daartoe mee.
Maar het geheel zal een kwijnend
bestaan leiden, als de deelen niet krachtig
zijn. De locale organisaties die er reeds
zijn moeten dc hand aan den ploeg slaan,
om gereed te z|jn, in dagen van strijd
Uitbreiding van het ledental, hetaan-
werven van „werkende" leden vooral,
ga rusteloos voort. Nu moet' de grond
behoorlijk omgewerkt worden, want de
zaaitijd nadert.
En als de zaaitijd gekomen is, w
denken aan den aanstaanden winter-cam-
pagne, moeten tal van ijverige werkers
gereed staan, 0111 met woord en pen,
door persoonlijk bezoek, door openbare
vergaderingen propaganda te maken voor
de vrijzinnige beginselen.
Duizenden kiezers komen hier niet ter
Stembus. Velen hunner gaan uit van het
beginsel: „het helpt toch niet, of ik al
stem". Zij moeten bewerkt worden. Hun
moet aan het verstand gebracht worden,
dat, „Kiesrecht, kiesplicht is".
Wachten we met den arbeid tot de
tijd gekomen is, dat we met afdoende
zekerheid kunnen zeggen: „het succes
is voor het grijpen", dan komt diej tijd
nooit.
We moeten de omstandigheden dwin
gen, zich naar onze wil te schikken.
De geheele Sociaal-Democratische
Arbeiders-Partij telt 6 a 7000 leden en
wat kunnen zij doen. We mogen wel
aannemen, dat als zij er in dit district
voorstonden, zooals dit met de vrijzinni
gen het geval is, de sociaal-demokraten
in liet district Amersfoort een partijge
noot naar de Kamer zouden zenden.
Maar zij weten wat werken is. Zij
hebben geestdrift, een geestdrift, die
zich niet door teleurstellingen laat ont
moedigen.
Nu weten we wel, dat zij in hun
voordeel hebben eerstens, dat hunne
partij jong is, en zoo als alle jeugdige par-
duizendmaal beproefde recept. Haar
eerste zorg had ten doel, hem tot ver
hooging van zijn zelfbewustzijn uit de
rij der onverschilligen te doen opkomen,
hem een kleine afzonderlijke plaats, al
leen voor hem merkbaar, in te ruimen,
tot een soort vau verstandhouding met hem
te komen. Dit gelukte gemakkelijk ge
noeg. In een half uur had zij hunne
wederzijdsche, tot dusverrre geheel vor
melijke verhouding, in een vriendschap
pelijke veranderd, had zich tussehen hen
beiden een vertrouwen gevestigd, dat
als basis voor verderen voortbouw kon
dienen. Zij wikkelde hem in een ge
sprek, dat zij, nadat zij Item ongeveer
tot drie antwoorden gelegenheid had
gegeven, verder alleen voerde. Met de
handen de punt van haar fraaien zak
doek gladstrijkend, en de oogen naar
liet plafond gericht begon zij te bab
belen, van haar gewaarwordingen en
gevoelens, haar meeningen, sympathieën
en antipathieën, haar wenschen on droo
men, om plotseling als verlegen en be
schaamd zich zelf in de rede te vallen:
„Hemel, hoe kwam ik er toe u juist
dit alles te vertellen? U hebt werkelijk
eden genoeg om u over mij vroolijk
te maken, maar, nietwaar?" en met
een verrukkelijk lachje, vol vertrouwelijk
heid, „ge zult het niet verder ver
tellen, nietwaar?"
En toen zij, eenigo dagen later, el
kander weer ontmoetten, herinnerde hem
tijen over meer vuur te beschikken heeft,
dan oudere partijen; dat ze in de tweede
plaats geen verleden heeft als regeerings-
partij en dus geen fouten heeft begaan
als zoodanig, doch daar staat tegenover,
dat de liberale partij in de laatste jaren
zoodanig „klop" gehad heeft, jdat we
mogen onderstellen, dat ook zij uit haar
rustige en roestige rust is wakker ge
schrikt en dat ook door haar thans
ook in dit district met verjongde
krachten opnieuw den strijd zal worden
aangebonden, in hoofdzaak tegen de
reactie die van het huidige ministerie
uitgaat.
Of zijn de klappen nog niet raak ge
noeg geweest?
Moet men hier maar doorslapen en
den tegenwoordigen toestand laten voort
duren. Moeten er nog moer daden van
reactie plaats hebben, als waarop wo in
onze kolommen zoo herhaaldelijk wezen
voor dat men in gaat zien in het kamp
der liberalen, ook in 't district Ainers
foort, dat men nu ernst van den strijd
moet gaan maken?
We hebben wel eens de opmerking
hooren maken, dat het zou zijn in hot
belang dor liberale partij, als dit Mini
sterie er nog eens een jaar of vier bij
kon aanknoopen. Het moest nog maar
een poos „doorzieken", dan zouden de
oogen wel geopend worden. Wij mecnen
dat als de oogen nog dicht zijn, dat dc
slaap dan niet natuurlijk is, maar dat
de oogen wel dicht zullen blijven
dat de eeuwige slaap is ingetreden.
Doch er zijn teekenen van leven.
We wezen er reeds op. En dat is
zeker iets, waarvoor we dit Ministerie
dankbaar kunnen zijn. Want de
reactie drijft de vrijzinnigen van allerlei
schakeeringen althans in dit district
te zamen. De verkiezingen van
vorige jaren hebben ons geleerd, dat
groote krachtsinspanning en vooral grootc
ecusgezindheid noodzakelijk is, om kans
te hebben op succes. En er is alle
reden om te denken dat men het over
den cventueelen kandidaat wel eens kan
worden. Zelfs sociaal-demokraten zullen
evenals dc vooruitstrevend liberalen zich
vereenigen met de candidatuur van een
gematigd liberaal. Doch al zullen b.v.
de mannen van de 8. D. A. P. te bewe
gen zijn voor een dergelijken candidaat
te stemmen men kan niet van hen ver
wachten, dat zo voor zoo iemand zich
„het vuur uit de sloffen" zullen loopen.
een handdruk, een kleine nuance leven
diger, en eenige blikken aan de be
staande verstandhoud ing. Als ander teeken
van een belangstelling, die zich onwille
keurig verried, gaf zij nog denzelfden
avond, een zijner woorden terug met
de toevoeging: „zooals u zoo treffend
opmerkte". Op de eerstvolgende bijeen
komst vernam hij tot zijn verbazing,
dat zij zijn gewoonte, om de linkerhand
aam te knijpen als iets hem bijzonder
interesseerde, had opgemerkt en onthou
den, en dat zij sedert eenigen tijd een
Franschcn philosoof las, wiens werk hij
eens zijn lievelingslectuur genoemd had
Had zij opgemerkt, dat hij verteld had
hoehemsinds zijn jeugd geel een onaange
name kleur was geAeest, of was het
toeval, dat zij in zijn tegenwoordigheid
aan een hater vriendinnen mededeelde
hoe zij haar gelen japon niet meer zou
dragen en hem reeds uit elkaar getornd
had? Na deze preliminairen, die hun
effect niet konden misssen, mocht men
wat verder gaan.
Op een partijtje was bepaald, dat de
dames haar heeren zouden kiezen. Adèle
had reeds eenige heeren gelukkig ge
maakt, naderde nu Emil, draalde eenige
seconden, en koos toen den heet, die
naast hem stond. Daarover moest hij
wel met haar spreken. Hij deed het.
Zij antwoordde met neergeslagen oogen,
half aarzelend, schijnbaar tegen haren
Het zou een belcediging van onze
eigen energie zijn, dit werk van hén in
de eerste plaats te vragen. Zelf is ook
hier de beste man.
Laat ieder vrijzinnige iets van zijn
tijd en zijn rust en als hij 't heeft
van zijn geld opofferen en behalen
we in 1905 niet de overwinning -laat
dan tenminste de nederlaag eervol wezen
Een krachtige organisatie in heel het
district. Daartoe werke ieder mee.
UIT DE PERS.
Jonge Hulpkrachten.
Zoo zal het er dan eindelijk toe ko
men, dat ook de jongelieden van liberalen
huize meer dan tot heden daadwerke
lijke blijken geven van belangstelling
voor de publieke zaak, een werkzaam
aandeel nemen aan den politieken strijd
Wij hebben met groote belangstelling
kennis genomen van de pogingen tot
oprichting van een bond van propagan
daclubs van jonge liberalen en van de
plannen om in verschillende plaatsen des
lands waar zij nog niet bestaan, derge
lijke clubs in het leven te roepen. Van
zulke vereenigingen, vooral wanneer zij
zich aaneensluiten en onderling elkaar
steunen, verwachten wij voor ons open
bare leven, voor het opwekken van p u
blic spirit veel.
De vijanden zeggen, dat er van de
medewerking der jongelingschap uit li
berale kringen niet veel te verwachten
is, omdat er onder deze jongelieden
geen geestdrift heerscht en alle idealen
bij hen zijn uitgedoofd. Maar het zou
wel zeer ongelukkig zijn, het zou er
voor ons volksleven wel slecht uitzien
wanneer alleen onder dat deel van het
jonge geslacht, dat aan kerkelijke lei
banden loopt, geestdrift was en liefde
voor een ideaal.
Gelukkig echter staat hot zóó hope
loos nog niet. Integendeel zijn er teeke
nen in overvloed, dat ook onder een
jonger geslacht van liberalen deidealen
nog niet zijn afgestorven, de geest nog
niet verslapt is, het vertrouwen in de
toekomst nog niet is verdwenen.
Neen, zóó gemakkelijk voerttijdelijke
tegenspoed niet tot vertwijfeling. Het
liberalisme is meermalen in verdrukking
geweest, maar nooit heeft het zich laten
breken, juist omdat het onder alle om
standigheden de hoop op de toekomst
wil, als gedwongen: „Ge licht gelijk,
ik was onvriendelijk. Maar het was mij
onmogelijk. Ik schik mij altoos goed
willig in het gebruik, en heb er ook
nooit iets in gevonden - ook heden
niet, tegenover de anderen maar
toen ik voor u Btond, kon ik niet
het was mij onmogelijk!"
Eenmaal zoover gekomen, kon er
reeds met stemmingen, kuren, kleine
jaloezieën gewerkt worden. Zeer geluk
irig wist Adèle gepeins, droomerijen
later gedwongen vroolijkheid aantegeven
en ten slotte de prikkelbaarheid van
oen meisje, dat zich met al hare krach
ten verzet tegen een steeds meer over-
ineesterenden hartstocht.
Zij was beminnelijk en zacht, om
plotseling koel en stroef te worden; zij
uehandelde hem als een dierbaar ver
trouwd vriend, om een oogenblik later
zich zijn tegenwoordigheid nauwelijks
bewust te zijnzij drukte hem warm de
hand bij het binnenkomen en kende
Item nauwelijks bij het afscheid. Eens,
toen zij hem niet aangenaam behandeld
had, en hij, afgeschrikt, mot een andere
dame was gaan praten, zeide zij op
den scherpsten toon: „Juffrouw Z. is
zeker heel geestig, waarom houdt ge
u niet liever den ganschen avond met
haar bezig?"
Het was een geheele psychologische
studie, maar zij had er dan ook vol
doening van.' Al de moeite was niet te
niet opgaf, met onwankelbaren moed
den strijd bleef voeren.
Er is geen enkele reden, waarom het
tegenwoordige jonge geslacht van libe
ralen meer zou moeten wanhopen aan
de toekomst zijner beginselen, de har
ten minder warm zou moeten voelen
kloppen voor de beginselen, dan vroe
gere geslachten wier liefde voor een
ideaal, wier kloeke burgerzin, wier ver
trouwen in eigen overtuiging, zooveel,
en zooveel groots heeft weten tot'stand
te brengen.
Spreekt men van verdeeldheid en
het zijn vooral de tegenstanders, die
daarvan zoo gaarne gewagen en er
hoog van opgeven, voorbijziende de
jammerlijke verdeeldheid in eigen
kamp dan vergete men niet dat men
boven alle verdeeldheid ook voor de
liberalen hoogere beginselen zijn, die
aan hun donken en hun strevende rich
ting geven en waarover allen het eens
zijn, beginsolen die de kern uitmaken
hunner levensbeschouwing.
De geschiedenis der ontwikkeling van
het liberalisme ten onzent leert, dut er
altijd onder de liberalen in eigen kring
wrijving van denkbeelden is geweest,
tnaar dat heeft niet belet dat zij groote
dingen hebben gedaan, op dc wetgeving
des lands den stempel hunner beginselen
hebben gedrukt, aan de staatsregeling
haar karakter gegeven hebben.
Nog altijd zijn die hoogere beginselen
van het liberalisme, waarvoor vroegere
geslachten met zooveel geestdrift ge
streden hebben, waard dat een jonger
geslacht er zich voor warm make. Konten
zij in gevaar en wie voelt niet in
deze dagen, dat zeer ernstige gevaren
ze bedreigen? dan is het in de eerste
plaats de taak en de plicht der jongeren,
ze te verdedigen, te verdedigen met al
hunne jonge krachten. Zij hebben die
beginselen te beschouwen als een kost
baar goed, door vroegere geslachten aan
hunne hoede toevertrouwd.
Gelukkig, dat dit door de jongeren
onder ons meer en meer gevoeld wordt,
dat zij meer en 'meer beseffen dat de
strijd van onze dagen niet buiten hen
om gaat.
De jonge liberalen in het land heb
ben het voorbeeld der tegenpartij voor
oogen. De anti-revolutionairen, en op
hun voorbeeld de katholieken, hebben
sinds lang begrepen, wat goede diensten
zij kunnen hebben van de stembus. De
veel out den schucbteren jongman tot
de overtuiging te brengen, dat bij durfde
hopen. In een lang gesprek met veel-
beteekenendo pauses en afgebroken zin
nen deed hij zijn declaratie, en hij mocht
tevreden zijn met de wijze waarop zij
ontvangen werd. Adèle's rol werd aldus
afgespeeldbeminnelijke beschaamdheid,
blozen, gesticulaties en gestamelde wel
sprekendheid. En hoe beminnelijk en
overtuigend wist zij Berthold's beden
kingen te weerleggen, en hem toch te
verstaan te geven, dat zij een offer
bracht door zijn aanzoek aan te nemen.
Zij zou papa en mama's bezwaren, of
schoon zij vooruit wist, dat die er zou
den hebben, weten uit den weg te rui
men; hare ouders zouden zich tegen het
geluk van hun kind niet verzetten. Hij
moest haar maar alles overlaten en over
een paar dagen zijn bezoek bij de ouders
afleggen. Berthold ging verrukt heen,
af zich aan de gewone buitensporig
heden over en was overtuigd, ofschoon
hij wist dat .Adèle geen geld had, dat
zij op het punt was, hem een groot
offer te brengen. Adèle intusschen deelde
bare ouders kort en zakelijk mede, dat
overmorgen mijnheer Berthold om haat
hand zou konten vragen; er werd familie
raad gehouden en de beide dames leg
den den ouden heer uit, wat hij alzoo
te zeggen en te vragen had.
Wordt v.ivolgd).