No. 17. Woensdag 1 Maart 1905. 2e Jaargang Wees U j JLiberaal Orgaan voor Amersfoort en Omstreken. t Het zoekende Licht. Uitgave van de Vereeniging „DE EEMLANDER". Esd nieuws Organisatie van Vrijzinnigen. FEUILLETON. 1). lUesadagii en Zaterdags.) Iture.-iai Hendrik van Viandenstraat 28, Ab*nnen>«ntsprl)a Per jaarf 3.00 Franco per post - 3.50 Per 3 maanden- 0.75 Franco per post- 0.90 Prijs der ndvertentiën Van 1 tot 5 regels 0.40 voor iederen regel meer0.08 (Bij abonnement aanmerkelijke korting.) SfiivrhaaldelIJk wer den nefia'e, kwlta«- tHëö een. roeir .,E5e Kenelander", amngebodem ten liaise ranemoen jpeiiDalnginees- ter. On mlsTeristand *e i»»r- UeaseaB gelieve men er goed note van te nemen» dat alles, betredende use bind HOKT geaenden worden awn ons bnrean, Hendrik van Vianden straat 3d daar anders geeu betaüing sal werden gedaan. (Vervolg en Slot). Volkomen zijn wij het eens met het aanifest, waar het zegt: „De rechtstoe stand d(i)er ambtenaren behoort atdoende te worden verzekerd". Kegeling van de rechtspositie van den ambtenaar, vooral van den ambtenaar in gemeentelijken dienst, in het manifest |niet bepaald genoemd, doch zeker ook bedoeld, eischt werkelijk „dringend voor ziening". Wie met eeuige belangstelling den arbeid van den „Bond tot verkrijging van een betere Rechtspositie van den Ambte- Inaar" heeft gevolgd, zal zeker met ons instemmen, dat deze zaak actueel wordt, jen het goed gezien is, haar in een politiek [program op te nemen. Genoteerd dient nog te worden, dat et manifest, hoewel het voor grondwets herzieningnoodigvoorkiesrechtuithrei- ding den tijd niet rijp acht, het toch ook .duidelijk verklaai't, uitbreiding van kiesrecht wenschelijk tc achten. „Voor die gezonde werking (onzer constitutioneel-monarchale staat nl.) is „noodig geleidelijke uitbreiding van „kiesbevoegdheid naar gelang van toe nemende geestelijke ontwikkeling en „stoffelijke onafhankelijkheid" Dit is voor velen der onderteekenaars een stap vooruit, een stap in de richting naar links en thans willen wij meteen even aanstippen, de schijnbare tegen spraak, waaraan wij ons in het vorig deel van ons hoofdartikel, n.l. waar wij verklaarden, dat we velen der onder teekenaars tot de beslist conservatieven De haat verleent gelijkheid. Uit het Duitsch van ERNST VAN WTLDENBRUCH. Aan het kleine station hetwelk in de abijheid van Breslau ligt aan de groote poorlijn, die, dwars door Sileziö heen, erlijn met Weenen verbindt, was op et late avonduur de trein aangekomen. Het was niet de zoogenaamde „koerier- rein"; slechts weinige pasagiers bevon den zich in de verschillende wagons en op het perron stegen slechts twee reizi- ers uit. Het waren twee mannen, van ie de één, die bejaarder en dikker as dan de ander, dadelijk door den ienstmau van het station ontvangen en egroet werd. Hij scheen in deze om- eving bekend te zijn, wat geen wonder rekenden, doch ook, dat we het program niét conservatief achten. Slechts een schijnbare tegenspraak, want om dit program te kunnen onder schrijven, zullen zooals wij reeds opmerk ten, velen meer naar links „geschoven" zijn. Een raadsel blijft het ons, ook na lezing van den pas verschenen 12n brief van den heer S. van Houten, hoe deze er toe is kunnen komen het manifest to onderteekenen, doch dit is op zich zelf een quaestie van te weinig gewicht om ei verder op in te gaan. Met voldoening hebben we den naam van den gewezen Minister van Buiten- laudsche Zaken, Mr. W. H. de Beaufort onder de ondèrteckcnaare van het mani fest aangetroffen. Van hem kan stellig getuigd worden, dat hij geen stap vóór of achteruit heeft behoeven te doen, om deze beginselverklaring te ondcr- teekenen. De heer de Beaufort behoort niet tot de links-liberalen en heeft zich daar nimmer voor uitgegeven. Maar behalve dat dit hem niet belet heeft, een waardig lid te zijn van het bijvoorbeeld door den heer Van Houten zoo veroordeelde ministerie Pierson, ademen zijne werken eeu geheel anderen geest, dan dit met den arbeid van den Groninger Eerstc- Ivamer-afgevaardigde liet geval is. Laat ons dit feit nog even mogen vast nagelen. Toen de samenstelling van het mini sterie Pierson pas bekend werd, was een heel der vrijzinnige pers het eens met de sociaal-democraten, dat door het opnemen van de heer de Beaufort in het ministerie, dit tot een conservatief kabi net werd gestempeld. En wat leert ons de geschiedenis van dit ministerie? Het heeft, ook volgens de heer Van Houten, zijn val te danken gehad, al thans voor een deel, aan het feit, dat het te veel deed aan sociale wet geving. Woordelijk zegt de heer Van Houten daarvan in zijn twaalfden brief: „Of het toeleg of zwakheid tegen- „ovcr sociaal- en vrijzinnig-democraten „geweest zij, kan hier in 't midden „gelaten worden; feit is, dat Pierson's „ministerie het linker-centrum als „quantité-nógligeable heeft beschouwd, was, wijl hij als arts zijne woonplaats had in het kleine, ongeveer twee mijlen achter het station landwaarts in gelegen stadje. „Is hot rijtuig er vroeg hij den dienstman, wicn hij zijn reistasch had afgegeven. Hij was blijkbaar slechts ge durende een kort uitstapje van huis weg geweest. „Jawel, dokter," antwoordde deze; „mevrouw heeft meneer's mantel ook meegegeven, maar u zult hem niet noodig hebben, want het is goed weer van avond en 't wordt eene mooie nacht." Nu wendde de arts zich tot zijn mede reiziger. „Gaat u ook niet naar En hij noemde den naam van het stadje. De aangesprokene knikte toestemmend. Hij wilde den volgenden dag nog verder het land in; daarom had hij het plan opgevat, in de stad te overnachten. Met een vluggen blik constateerde de dokter, dat zijn medereiziger geen an dere bagage bij zich had dan een enkelen koffer. „Als u geen andere plannen hebt," meende hij, „stijg dan moe in; dan rijden wij tezamen." Het voorstel werd aangenomen en spoedig daarop ratelde het rijtuig met zijn inhoud door het ijzeren hek van het stationsgebouw den straatweg op, die zich in het licht der maan als een wit glinsterende band in hetlandschap verloor. „wat natuurlijk ten gevolge had, dat „het bij de verkiezingen van X9U1 „wederkcerig door het centrum in den „steek werd gelaten." Nimmer en nergens uit is toen ge bleken, dat de heer de Beaufort de rem was, die het ministerie zou beletten met kalmeu weg voorwaarts te schrijden. Trouwens, wie den arbeid van den lieer de Beaufort op Staatkundig- en hoe wel het er in eenigszins verwijderd ver band mede staat, ook op Historisch gebied, met eenige aandacht heeft ge volgd wat niemand behoeft te berouwen, want het werk is die belang stelling ten volle waard, die zal met ons stellig tot de overtuiging gekomen zijn, dat genoemde heer volkomen ge trouw is gebleven aan do beginselen, die hij altijd heeft verdedigd, zoowel in zijne redevoeringen in de Tweede Kamer, als in tal van artikelen van zijn hand in de Gids en in andere periodieken. Doch bovenal blijkt dit uit zijne „Staat kundige Brieven", die wij in onze vorige jaargang bij onze lezers in een drie of viertal artikelen hebben geïntroduceerd. Wij zullen nog wel «ens in de gelegen heid zijn bij de a.s. verkiezings-campagne op dien arbeid terug te komen. Wij zouden bet niet noodig-.geaeht hebben, hierbij ?til te sfaafi, dy.oh voor liet district Amersfoort is de houding, die 'de lieer de Beaufort in de politiek -aanneemt; van het meeste belang. Het :s toch het geheim van Polichinel, dat vele vrijzinnigen, genoemden heer als de kandidaat voor dit district be schouwen. Herhaaldelijk heeft in de groote Pers het bericht al de rondte gedaan, dat Mr. W. H. de Beaufort een kandidatuur "van vrijzinnige zijde zou worden aangeboden. Wij zouden die keuze een zéér ge lukkige achten om de reeds genoemde redenen cu tal van andere, die wij latei- hopen te ontwikkelen. In het belang van de propaganda zouden we het zeer gewenscht achten, dat men met de kandidaatstelling in ons district wat voortgang maakte. Wanneer we onze totaal-indruk over het manifest resumeeren, dan zouden we het noemen: „een eerlijke poging, om met behoud van eigen zelfstandigheid, de liberale concentratie te bevorderen", een poging, Het was, zooals de dienstman gezegd had, een schoone nacht. Aan beide zijden van den straatweg stond het rijpende graan op den akker; over de wijde, vlakke velden lag de diepe, zachte stilte van den zomernacht, niet onderbroken, doch nog intenser gemaakt door het go- kwaak van den kikvorsch, waarin zicli van tijd tot tijd de sombere toon Yan van den roerdomp mengde. Om den rit te verkorten, verliet de koetsier thans de straat en sloeg een weg in, die dwars door het land liep en een groote bocht van den straatweg afsneed. Ofschoon men thans hier en daar door het mulle zand moest rijden, bleven de beide sterke bruinen, die voor het rijtuig gespannen waren in hinken draf, zoodat men snel vooruit kwam. Na een half uur ongeveer doken voor de blikken der reizigers de vage om trekken van een boschrijk park op, en toen het rijtuig wat meer nabij kwam, zag men over de booinen heen een huis verrijzen. Misschien was het 't nachtelijk duister, dat de lijnen van het gebouw eenigszins onduidelijk maakte in elk geval scheen het, van hier uit gezien, buitengewoon groot te zijn. Het geleek bijna een kasteel. „Is dat het slot, dat bij bet. park be hoort?" zoo onderbrak de tweede reizi ger, die in deze streken onbekend scheen te zijn, de tot dusver in het rijtuig hcerschende stilte. die wij, krachtens het streven van ons orgaan, warm toejuichen. Ten slotte wenschen we nog onze lezers bekend tc maken met het oordeel van de Pers over het manifest. Door de regeeringspers wordt dit scherp georitiseerd. Dat is een goed toeken. Men ziet in, dat er van deze liberale organisatie hij den te wachten stembusstrijd wel iets te vreezen is. Vooral het feit dat de heeren onder teekenaars duidelijk hebben uitgesproken, dat zij met de meeste kracht tegen déze regeering wenschen te agecren en een links-liberaal den voorkeur te geven boven eeu clericaal, wekt even groote verbittering bij de regeeringsgezinden, als het sympa- thiehcoft gevonden in bijna alle kringen der vrijzinnigen. De \aderlauder" het orgaan dei- liberale Unie, begroet deze organisatie met groote ingenomenheid, al meent dit blad, dat de heer van Houten er niet bij hoort. De „Vaderlander" zegt er van o.a. in een artikel, getiteldHet „oud-liberale" Manifest en Dr. Kuyper: „Treedt de commissie van Advies, „die is aangewezen om leiding te geven „bij de voorbereiding der verkiezingen, „in denzelfden geest op, dan is er, ook bij „erkenning van de bestaande geschillen, (verschillen zeker? Red Eeml.) kans op „samenwerking. Eu daarop mag worden „gerekend, omdat in het manifest, het „moge op andere punten ietwat vaag „en weifelend zijn, zoo duidelijk mogelijk „wordt gezegd, dat het gevaar, waarmede „het land door bestendiging van het „Ministerie Kuyper wordt bedreigd, zóó „groot is, dat de oud-liberalen verplicht „zijn, ook aan de vrijzinnige candidaten, „die tot andere groepen behooren, hun „steun te verleenen. In een ander artikel wijst de „Vader lander" er op, dat de heer Beaufort wél, de heer van Houten er niet bij hoort. Er staat o.a. over den heer de Beaufort: „Het vorige Ministerie was ook een „coalitie-Ministerie en De Beaufort „behoorde tot de rechterzijde. Hij zat „in het Ministerie als vertegenwoordiger „der oud-liberalen. Er komt in het „Manifest geen enkele zinsnede voor, „die hem ontrouw zou maken aan zijn „verleden. Hoewel de „Vrijzinnig-Democraat" het „Jawel, dat is het slot," aniwoorddc de arts. „Een tamelijke kast, vindt li niet De aanduiding was volkomen juist. A-ls een afschuwelijk sombere kast zug het gebouw or uit, zooals het daar met zijn zwarte muren geluidloos, schijnbaar levenloos op het terras in hot park lag en met de zwarte vensters zonder cenig licht den duisteren nacht instaarde. Terwijl de blikken der reizigers nog aan het merkwaardige nachtelijke beeld hingen, greep de koetsier met een plot- selingen ruk aan de teugels, zoodat de paarden staan bleven. „Dokter," zoo wendde hij zich van don bok tot zijn in het rijtuig zittende meester, „daar zoekt hij weer daar!" Met de punt van zijn zweep wees hij in de richting van liet slot. De oogeu van den arts en zijn metgezel volgden de aangewezen richting. Er was leven gekomen in het doode huis. Achter een der donkere ven ters, en wel dat hetwelk zich aan den uiter sten hoek van het huis bevond, sche merde een lichtschijn op, die allengs in sterkte toenam, wat den schijn gaf van eeu licht dat uit het achterste gedeelte, van een groot vertrek langzaam naar voren kwam. Nu bleef het licht staan, flikkerde een tijdlang heen en weer, als werd het eerste venster weer donker en het daarneven staande begon te schitteren orgaan van do V. D. B. over den inhoud van het program minder goed tc spreken is, zegt 't blad toch ook aan liet slot zijner opmerkingen over liet Manifest: „Behalve bet program bevat het „Manifest een taktisch element. Zij „geven bun meening, in de overtuiging, „dat de mogelijkheid van vruchtbare „samenwerking op een aanzienlijk deel „van het gebied der wetgeving met die- „genen hunner medestanders in de „tegenwoordige politiek, die zich met „de boven geformuleerde punten niet „inelk opzicht kunnen vereenigen, geens- „zins is uitgesloten. „Het zou onvriendelijk zijn, deze „welwillende houding met afstooting to „bejegenen. En verder: Waar zij (Vrijzinnig Democraten enz.) „geen kans van slagen hebben of het „gevaar dreigt, waartegen ook de stellers „van het Manifest front maken, kunnen „zij zich van het stellen van een eigen „candidaat onthouden. Aan het slot onzer opmerkingen over het Manifest der Liberalen gekomen willen wij eindigen met den wensch uit te spreken, dat or van de lieerén, die deze beginselverklaring onderteekenden, kracht mag uitgaan hij den te wachten Stembusstrijd. Vooral m ons district sullen zij ge legenheid hebben een krachtige en vrucht bare actie te voeren voor den vrijzin nigen kandidaat. „Sch aauiteloos". In een artikel met dit opschrift trekt de Standaard te velde tegen de beschul diging, dat dit Ministerio zich schuldig maakt aan partijdige benoemingen. „Libe rale organen en zelfs liberale volksver tegenwoordigers bestaan het, durven liet aan, om hun eigen verleden heilig te verklaren, en dit kabinet de smet aan te wrijven, dut liet door schuldige par tijdigheid het benoemingsrecht der Kroon schandvlekt. Voor zulk een schaamteloos heid nu mist onze taal het woord om liet brutale van den laster naar waarde uit te drukken". Dit is de weerlegging in het antirevo lutionaire hoofdorgaan van de statistiek betreffende de benoemingen van school opzieners, in verschillende bladen ge publiceerd. het licht scheen iets te zoeken. Me i kou waarnemen hoe het uit de eerste kamer naar het aangrenzende vertrek ging. Daar bleef het andermaal staan en het gebeurde van zooeven herhaalde zich. Uit de tweede kamer wandelde het naar de derde en zoo de gehecle lange rij van kamers door en telkens herhaalde zich dat rondzwerven, maar steeds drif tiger, als werd hij, die het licht droeg, hoe langer hoe opgewondener en als zocht hij vruchteloos iets in de hoeken dier vertrekken. Als het zich wringen van een stomme, vertw ijfelde ziel, bijna spookachtig, zag dit aller er uit. Twaalf vensters bevonden zich in het lange front van het slot; langs alle tw aalf' bewoog zich het licht, totdat het jeindelijk in het laatste, van het eerste venster het verst afgelegen vertrek, scheen te zijn. Hier werden de bewegingen nog hef tiger dan tevoren; het licht vloog op en neer, zoodat het scheen als zocht het den geheclen vloer rond. „Nu is hij in haar slaapkamer," sprak de koetsier, die geen oog van het tooneel had afgewend. „Ja, nu is hij in haar slaapkamer," bevestigde do arts. Op dat oogenblik deed zich een nieuw verschijnsel voor; het licht dat zeer laag bij den grond gedwaald had, werd plot seling hoog opgeheven en stond rustig en stil, als had een andere, vastere liand

Historische kranten - Archief Eemland

De Eemlander | 1905 | | pagina 1