CHRISTELIJKE EN NEUTRALE
STAATKUNDE?
Allerlei.
Varia.
Stadsnieuws.
De antirevolutionaire partij heeft in
do afgeloopcn week te Utrecht hare
Deputaten-vergadering met het oog op
de verkiezingen gehouden. Het was de
eerste maal, dat de leider dier staat
kundige partij, dr. Kuyper, op de ver
gadering ontbrak. Nu hij in een anderen
„staat des levens" verkeert, heeft hij
van het voorzitterschap afgezien en trad
prof. dr. H. Bavinck als zijn plaatsver
vanger op. Merkwaardig is het, dat
deze dogmaticus, die met dr. Kuyper
dikke boeken over Calvinistische dog
matiek heeft geschreven, professor in de
theologie aan de Vrije Universiteit is
en totnogtoe allerminst een politieke
figuur in de antirevolutionaire partij is
geweest, den „grooten leider" heeft ver
vangen en niet een der anti-revolutionaire
staatslieden b.v. Heemskerk, Talma, De
Waal Malefijt, Vau Vliet of Duymaer
vau Twist.
De pers heeft geen toegang tot de
Dcputatenvergadcring, zoodat de bui
tenstaanders niet veel meer gewaar
worden, dan de besluiten, welke genomen
worden en de rede, waarmede de voor
zitter de vergadering opent. Zoolang
nu dr. Kuyper deze rede hield, was
zij van belang als uiting van den „lei
der", waarheen en wat hij wilde. Zoo
maakte hij in 1884 zijne Deputaten-
vergadering duidelijk, dat uitbreiding
van het kiesrecht, liefst tot huismans-
kiesrecht, noodig en dat zoowel van
„broeder Lobman" als van de katholieke'
staatspartij niets te verwachten was. In
1897 spiegelde hij zijne mannen het
omgekeerde voor, samenwerking met
Rome en met de mannen met twee
namen, invoering van graanrechten en
wegmoffeling van het vroegere anti-re
volutionaire beginsel: afschaffing van de
plaatsvervanging. In zijnerede„ Volharden
bij het ideaal" in 1901 leerde hij, dat
liet doel was om te zien „of voor het
Christelijk Volksdeeldan wel voor onze
volksgenooten, die met den Christus,
altoos in politieken zin, gebroken heb
ben, de meerderheid in de Staten-Gene
raal zal zijn". Is ons volk in meerder
heid Obi istelijk of paganist? Ziedaar de
vraag, welke gesteld, zij het ook in een
valsch licht, dr. Kuyper de overwinning
bracht en waarop nu wordt voortgebor
duurd, juist ter wille van het succes.
Nu dr. Kuyper zelf niet aan de Dc-
putaten aangaf, in welke richting het
anti-revolutionaire schip verder koers
moet zetten, is uit den aard der zaak
de rede des voorzitters heel wat minder
belangrijk. Immers, niet dr. Bavinck
geeft die richting aan, maar de algemeen
erkende leider, zoodat zijne rede niet
meer dan een gelcgenlieidstoost kan
worden genoemd. Natuurlijk werd de
staatkunde van het kabinet, de christe
lijke staatkunde, met lof bezongen en
tegenover de politiek der paganisten,
tegenover de neutrale staatkunde, ge
steld. De redenaar begon met te zeggen,
dat het kabinet in 1901, evenals het
kabinet Mackay in 1888, zeer gematigd
optrad. „Niet uit zwakheid, maar om
de alles afdoende reden, dat in een
land, waarin twee zoo machtige groe
pen tegenover elkander staan, recht en
billijkheid eischen, dat aan beide groepen
een bestaan met eore verzekerd blijve".
Men moet maar durven en zeggen,
dat het kabinet zich van den aanvang
af boven den partijen stelde, ze alle
te zamen erkennende als een en het
zelfde volkDr. Kuyper zorgt voor
de cere der vrijzinnigen, ze met den naam
van paganisten tooieude, door een zij
ner satellieten weldra in heidenen ver
taald Het kabinet boven de partijen,
zegt dr. Bavinck. Neen, roept dr. Kuyper
twee dagen vroeger uit: „de Regeering
is er op bedacht voor de duiven in de
eigen til behoorlijk te zorgen", wanneer
hij in tweeden termijn over de onder
wijst! o veile spreekt.
Trouwens dr. Bavinck spreekt zichzelf
tegen. Nadat hij eerst gesteld heeft: het
Kabinet boven de partijen, gaat hij
voort: de regeering wenschte voort te
bouwen op de christelijke grondslagen
van het volksleven. De vrijzinnigen
zeggen: volgens hem echterGodsdienst
is eene zaak van het hart, van de bin
nenkamer, van het huisgezin, van de
gemeente der geloovigen, maar waar
mede de staat in zijn bestuur, in zijne
instellingen, in zijne scholen, in zijne
wetenschap niet te rekenen heeft. Hier
moet alles doordrongen worden
van een neutralen geest. Tegenover de
politiek naar de openbaringsdogma's,
bindt de politiek naar de uitspraak der
rede den strijd aan. Onttrooning van
het huidig bewind, omdat het op chris-
telijken grondslag zich plaatst, is het
gemeenschappelijk doel.
In hoeverre de vrijzinnigen aldus
redeneeren laten wij nu met rust, maar
wenschen te vragen, of zich het kabinet
werkelijk door christelijke staatkunde
van zijn voorgangers heeft onderschei
den? Heeft het ministerie nu Voortge
bouwd op de christelijke grondslagen
van het volksleven? En daarop kan niet
anders dan ontkennend worden geant
woord: neen en nog eens neen. Laat
ons dit nagaan. Een aantal wetten
waren door het Kabinet-Pierson-Borge-
sius voorbereid, deels ingediend en door
liet ministerie Kuyper ongewijzigd op
nieuw ingediend. Deze wetten zullen
dus wel niet op christelijken grondslag
gebouwd zijn. Van overige wetten en
wetsontwerpen van dit ministerie afkomstig
zullen de speetwet, de wettot aanschaffing
vanliet snelvuurgeschutendestakingswet-
ten toch wel evenmin voor christelijke
wetten worden versleten. Wie de bij de
totstandkoming dezer wetten gevoerde
beraadslaging naleest zal moeilijk het
christelijke zout kunnen opsporen, veel
eer een conservatieven, zelfs reaction-
nairen geest.
De drankwet, hoewel beoogende de
drankzucht tegen te gaan, kan evenmin
als eene proeve van christelijke wetge
ving doorgaan, tenzij men oordeelt, dat
christelijk hier synoniem aan poover is,
Daarbij komt nog, dat deze wet niet
dan met hulp der socialisten in het
het Staatsblad is verschenen en aller
minst met sympathie werd begroet door
de Roomsch-Katholieken. Niet andere
zal het gaan met het ingediende wets
ontwerp tot afschaffing der Staatsloterij
binnen 20 jaar, dat al even poover is
als de Drankwet, van christelijk stand
punt bezien. En het wetsontwerp tot be
perking van den vaccinedwang? Sedert
28 Juni 1904 wordt op de memorie van
antwoord gewacht, waarschijnlijk wel een
gevolg, dat hot beginsel niet dat is van
alle partijen der meerderheid, maar van
een of meer stengels van den gemeen-
schappelijken wortel. Zelfs de Hooger-
onderwijswet en de nu in behandeling
zijnde Lageronderwijsnovelle kunnen
den toets niet doorstaan. Immers beide
ontwerpen zijn niet specifiek christelijk,
want ware dit wel het geval, dan zou
niet van onverdacht christelijke zijde,
met name door den heer de Savormin
Lobman, tegen het eerste ontwerp zoo
zijn opgetreden en evenmin het andere
ontwerp zooveel bestrijding hebben onder
vonden bij Roomsch-Katholieke onder
wijzers in Limburg en bij Christelijk-
Historischen in Friesland.
Evenmin toonde het optreden der
regeering een bijzonder christelijk karak
ter. Of was het een christelijk ministor,
die overal door zijn reizen de aandacht
zocht en ons land meer dan eens door
zijn ijdelheid in opspraak bracht? Wie
zal minister Ellis om zijn optreden tegen
de matrozen minister Loeft tegenover
gevangenen, die naar 't ziekbed van
hun naaste verwanten vragen te
gaan, christelijker noemen dan hun pa-
ganistische voorgangers? En danste
Melvil niet evengoed als alle niet-christe-
lijke ministers van buitenlandsche zaken?
Komt de christelijke minister van Water
staat, Handel eri Nijverheid niet terug
op zijne niet christelijke wijze van op
treden tegen de vier Amsterdamsche
brievenbestellers?
Ja, was de christelijke regeerings-
meerderheid het wel te samen eens, wan
neer specifiek christelijke zaken we<dcn
behandeld? Hoe is het gegaan met het
eeds-vraagstuk, met het onderzoek naar
't vaderschap, met de doodstraf in de
militaire strafwetten? Waaruit blijkt
zoo vragen wij ten slotte dan toch
wel dat voortbouwen op de christelijke
grondslagen van ons volksleven?
Het is dan ook niet om het christe-
telijke karakter der tegenwoordige
regeering, dat de vrijzinnigen zich in
spannen om het kabinet Kuyper te doen
plaats maken voor een ander, neen, wij
ontkennen juist dat karakter en zouden
zelfs, indien het ministerie dit specifiek
christelijk karakter had, het nimmer
daarom bestrijden. Maar wij bestrijden
dit kabinet, omdat het onder den schijn
van op christelijke grondslagen van ons
volksleven voort te bouwen met allerlei
reactionnaire en onze vrijheid belem
merende wettelijke maatregelen komt
aandragen; omdat het de politiek inet
den godsdienst embrouilleert" gelijk de
heer C. "V. Gerritsen terecht zeide; om
dat het in zijn wezen slechts een con
servatief, reactionnair kabinet is, dat
metkoortsachtigehaastpartijwetten onder
valsche leuze wil binnenhalen, teneinde
verzekerd te zijn van den aanhang van
dat deel van ons volk, dat democratisch
voelt en denkt en naar dr. Kuyper
beweert niet met den Christus in
politieken zin heeft gebroken. Hoe ware
het anders mogelijk, dat de man der
„kleine luyden" snelvuurgeschut en in
voerrechten kon verkrijgen, terwijl de
armen geen dag en geen nacht meer
op een armen- en pensioenwet kunnen
wachten, hoe ware dit anders mogelijk
dan onder een mom van bij-zonderen
godsdienstzin? Dit valsche in de poli
tiek willen en zullen wij bestrijden, niet
j omdat wij met den Christus hebben
i gebroken een onwaarheid, van
christelijke zijde maar al te graag rond-
I gestrooid maar omdat wij meenen,
dat de naam van Christus te heilig is
voor politiek gedoe en partijgescharrel.
Wij komen dan ook tegen dn. Ba-
vinck's rede op, omdat daarin tweeërlei
staatkunde wordt verondersteld, die in
werkelijkheid niet bestaat. Tweeërlei
politiek, eenerzijds van de bokken de
politiek zonder openbaring, anderzijds
van de schapen de politiek zonder
rede schreven we bijna met de
openbaring. Deze valsche voorstelling
verdeelt ons volk hoe langer hoe meer
in twee kampen, terwijl de godsdienst
vermengd met de politiek ten slotte
ketterjacht en onverdraagzaamheid zul
len doen opbloeien. Vandaar, dat naar
onze meening de antirevolutionaire
staatkunde allerminst christelijk, d.w.z.
verdraagzaam én waar is. Vandaar dat
zij naar onze uieening een ramp voor
ons laDd is.
In weerwil vau het afschaffen der
wijde mouwen is Hildebrand's onder-
aardsche schietblaasbalk nog altijd niet
ingevoerd, en heeft langzamerhand het
denkbeeld post gevat, dat deze er toch
wel nooit zal komen. Waarschijnlijk
zal het aan deze overtuiging zijn toe
te schrijven, dat men tegenwoordig er
weer over begint te denken de van
ouds bekende crinoline of hoepelrok op
nieuw m te voeren.
Onder de Fransche actrices, die van
ouds den naam hebben van de toongeef
sters der mode te wezen, zijn voor- en
tegenstanders der weder-invoering van
de crinoline.
Mile Sorel, van het „Théatre Fransais,"
hoopt, dat „de mooie crinolines uit den
tijd van Keizerin Eugenie" opnieuw in
de mode komen.
Maar Sarah Bernhardt gruwt van het
denkbeeld der wederinvoering. Zij
noemt de crinoline een afschuwelijk,
dwaas, monsterachtig ding, en zij zegt:
„De vrouwen van 1905 kunnen crinolines
gaan dragen. Maar zjj zullen mij er
niet mede zien!"
Toen een Parijsch vriend haar er
aan herinnerde, dat zij zelve een crino
line had gedragen, antwoordde zij, dat
zij dit deed omdat haar moeder hei
wilde. Zoodra zij hare eigen meesteres
was, wierp zij het belachelijke kleeding-
stuk af.
Eu ten slotte begon de kunstenares
nu eens op hare beurt aanmerking te
maken op de leelijke kleederdracht der
hecren, hun hooge zijden hoeden, hunne
pantalons, enz.
„Gij mannen," zeide zij, „matigt u
het recht aan, do vrouwenkleeding te
critisecren en gij steekt u zeiven in
drie kachelpijpen: een voor hot hoofd
en twee voor de beenen!"
Zij had er die voor den nek en voor
de polsen ook nog kunnen bijvoegen.
Nu wij toch over kleeding en kachel
pijpen spreken, wil ik even meededen,
zeker tot genoegen van alle hooge-
hoeden-dragers, dat de hooge zijden
hoed, hoezeer ook gebaat en gesmaad
door velen, deze week zijn eeuwfeest
heeft gevierd.
Het was 18 April juist 100 jaren
geleden, dat een stoutmoedige Engelsch-
man zich te Londen voor het eerst op
straat vertoonde met zulk een hoed op
het hoofd.
Die eerste „kachelpijp" werd binnen
weinig tijds vernield door verontwaar
digde tegenstanders. Maar toch won
de nieuwe mode spoedig veld in de
geheelc beschaafde wereld en nu
weet men er niet af te komen.
Dan is de Delftsche majoor dei-
artillerie S. heel wat gelukkiger met
zijn rijwiel. Hij liet het, nog wel met
zijn officierssabel er aan een oogenblik
buiten staan, en toen hij terug kwam
was het al verdwenen. De dief gaf de
sabel in een kroeg in bewaring en ver
kocht het wiel in een huis van verkoop
met recht vau wederinkoop. De politie
nam het rijwiel in beslag en nu zijn
voorloopig zoowel de majoor als de dief
van de verantwoordelijkheid voor het
vehikel af.
„Ze mogen der naar kijken, maar
aankomen niet," maar zijn in dat opzicht
toch nog gelukkiger dan de Arnhernscho
„gele rijers," die niet eens meer kijken
mogen. Dat zit zoo.
Naast de woning van mejuffrouw v.
G., in de "Weerdjesstraat te Arnhem,
staat een magazijn voor haver, hooi en
8troo. Het korpi rijdende artillerie be
trekt uit dit magazijn de fourage. Drie
wagens halen het benoodigde af. Door
het wachten op de wagens worden
oogenblikken geboren, waarin niet kan
worden doorgegaan met fourageereu.
In een dezer oogenblikken keek een
artillerist door de ramen van ïnejuffrouws
woning. Wc weten niet of de juffrouw
op dit kritieke moment in profond
negligé was, noch wat de artillerist
heeft gezien de man was bescheiden,
hij liet zich daarover niet uit doch
leiden mejuffrouws boosheid af uit een
klacht deswege aan den minister van
Oorlog. De minister beval, maatregelen
te nemen dat rijders niet meer door
mejuffrouws ruiten zouden kijken.
Sedert zijn bij het fourageeren inplaats
van één vier officieren.
De juffrouw was met een paar meter
vitrage meer gebaat geweest, en de
onderofficieren eveneenH.
De waarde van tabaksasch.
Er valt ook wel wat goeds van tabak
te vermelden: de waarde die tabaksasch
vertegenwoordigd
Wanneer een looker dagelijksch de
asch van zijn sigaar opving zou hij,
wanneer hij bijvoorbeeld vijf sigaren pei
dag rookte, bemerken, dat dit reeds een
aardige hoeveelheid opleverde. Inderdaad
bevat een tabaksblad aan inincraalstoffen
een vijfde deel van zijn gewicht.
Wanneer men nu nagaat, dat deze
gehecle hoeveelheid uit waardevolle
inineraliën bestaat, die door de tabaks
plant aan de aarde ontrokken zijn, en
weer een prachtige meststof voor de aarde
zouden kunnen vormen, dan kan men
zich slechts verbazen, dat nog niemand
op het denkbeeld is gekomen, sigaren-
asch in het groot te verzamelen en tot
een handelsartikel te maken.
Wanneer in ons land verrookt wordt
3 pond tabak per jaar per hoofd, dan
krijgt men een cijfer van rond 15 inillioen
pond of 7.5 ton. Daaruit zou volgen,
dat in ons land jaarlijks 1.5 ton a 2000
pond sigarenasch vermorst wordt!
Sigarenasch bestaat voor 3/t uit cal
cium- en kalizouten, voor 15 procent
uit magnesia- en natriumzouten en voor
5 procent uit het belangrijkste bouw
materiaal van alle planten, uit phosphor-
zuren.
Welk een schatten!
Maar wie bedenkt het goede middel
om al de achteloos afgetipte asch op
te vangen?
Waarom is dr. Kuyper afgetreden als
eere-voorzitter van den Journa
listenkring?
Omdat in zijn kring de eer niet
meer voorzit- (H. Y.)
Een Iersch koopman, die eene mooie
baritonstem had, .waarvan hij zelf niet
de koelste bewonderaar was, heeft do
vorige week, toen hij naar zijn laatste
rustplaats word gebracht, bij den lijk
dienst in de kerk zijn eigen requiem
gezongen. Naast de katafalk stond name
lijk een groote fonograaf, waarin hij
eenige weken voor zijn dood den treur
zang gezongen had.
Mark Twain vertelde aan een vriend
over zijn jeugd. Hij bekende in die ge
lukkige dagen zeer lui geweest te zijn.
Op een morgen, aldus verhaalde hij,
nam mijn vader mij mee in den tuin
en wees mijn een boembed aan, waarin
vreesclijk veel onkruid stond. Ik moest
dat bed gaan wieden. Dat leek me een
taai werkje; och, och, er stond zooveel
onkruid in. Daarom zei ik: Vader, zou
ik er maar niet liever de bloemen uit
halen? Dan hebl u een mooi oukruidbed!
De componist Pietro Mascagni en
zijn vrouw hebben op eigenaardige wijze
hun horloges versierd. Et ligt een Ita-
liaansche zilveren munt overheen, waarin
zes gaatjes geboord zijn, en daarin zijn
de melktandjes van hun zoontje en hun
dochtertje bevestigd. „Andere menschen"
aldus liet de beroemde componist zich
uit tegenover een interviewer „ver
sieren hun horloge met edelsteenen;
voor mij zijn deze tandjes kostbaarder
dan alle juweelen ter wereld."
Hu per modern. In een der Lon-
densche dagbladen stond dezer dagen
de volgende advertentie te lezen.
„Er van door gaan per automo
biel is tegenwoordig zeer in de mode.
Verliefde paren, die wenschen te trou
wen en daartoe niet de toestemming
van hun ouders hebben, kunnen, indien
zij van plan zijn er van door te gaan,
bij mij op elk uur van den dag en den
nacht een elegante automobiel met ver
trouwden chaffeur huren. Billijke prijzen
desgewenscht betaling in termijnen.
Woensdag slaagde te Utrecht voor
bet examen van onderwijzeres mej. A.
G. van den Berg, alliier.
Te Westbroek en Achttienhoven
(district Amersfoort) werd jl. Dinsdag
avond eene vergadering gehouden van
de Christel. Kiesvereeniging. Uitgenoo-
digd was ds. Ankerman van Wommels
om de begiuselen van den Friesch
Christel. Histor. Kiezersbond uiteen te
zetten.
Na afloop van de vergadering werd
besloten, om, zoo geene samenwerking
met den Frieschen Bond en de andere
Christel, partijen tot stand komt, in
het district Amersfoort een candidaat
te stellen, die de beginselen van de
Friesch-Chr.-Hist. party is toegedaan.
En dus tegenover het aftredend antirev.
lid. Hdbl.
De le-luit. A. G. J. C. Wilkens, van
het 2e reg. veld-art., wordt ontheven
van zijne detacheering bij de rijschool
te Amerefoort en ingedeeld bij het
depót te 's Gravenhage.
De nieuwe cursus aan de Rij- en
Hoefsmidschool zal worden gevolgd
door de le luitenants F. J. J. baron
van Heemstra, P. H. B. Beernink,
J. D. Besier en A. H. W. vanBlijen-
burgh, van de cavalerie, en door do
le luitenants N. O. J. de Pauw Gerlings,
J. H. van Reede, jhr. K. F. Quarles
van Ufford en P. H. Dolleman, Tan de
veld-artileric.
Bij wijze van proef zal in de wacht
kamers van het station Amerefoort, het
waarschuwen voor het vertrek van de
treinen, worden voorafgegaan door het
luiden met een handbei, waarmede 1 Mei
a.s. wordt begonnen.
Thans is definitief vastgesteld, dat de
halte „Koppelpoort" 1 Mei voor het
reizigersvervoer geopend wordt, terwijl
alsdan de halte „Bloemendalscheweg"
wordt gesloten. Van de H. IJ. S. M.
stoppen aan de halte geen treinen, van
de N. C. S. alleen de locaaltreinen.
Op 4 Mei zullen de verkiezingen plaats
hebben voor het Hoofdbestuur van do
Coöperatieve Vereeniging „Voor allen
der H. IJ. S. M.". Als candidaten zijn
o.a. gesteld, de heeren H. R. Krapels
stationschef en G. G. van Lunteron
wagenmaker aan de wagenwerkplaats
te Amerefoort. De heer H. R. Krapels
heeft echter verzocht geen stemmen op
hem uit te brengen.
Aan het dezer dagen vermeld bericht
uit het district Sliedrecht datmr. W.
de Beaufort voor een candidatuur in
district bedankte wyl hij o. m. de can
didatuur in Amersfoort heeft aanvaard
kan volledigheidshalve worden toegevoegd
dat thans door de Centrale Kiesvereen
ging Amersfoort met algemeene stemmen
mr. W. H. de Beaufort definitief candi
daat is gesteld.
In een Donderdagavond gehoud
bestuursvergadering van „Het Groene
Kruis" zijn tot wijkverpleegsters
noemd de zustere Diemont en Bakker
De benoemden komen 1 Mei reeds
functie.
De voortdurende vermeerdering van
het aantal abonné's van het plaatselijk
telephoonnet heeft een groote uitbreiding
noodzakelijk gemaakt. Zoo is het toestel
van het Centraal-bureau reeds twee malen
vergroot met een zoogenaamde „pui6t
waardoor het mogelijk werd weder eenige
abonné's aan te sluiten. Thans is dit niet
meer zoo goed doenlijk, vandaar
een geheel nieuwe kabel zal gelegd
worden, waardoor het mogelijk wordt
3J0 aansluitingen te verkrijgen. In ver
band daarmee is men nu dezer dage
begonnen met het plaatsen van groote
ijzeren netpalen. De grootste komt
den hoek van Langestraat en Lange
gracht, terwijl een drietal kleinere worden
geplaatst: Arnhemschestraat, Utrecht
scheweg en Soesterweg.
H Is te hopen dat deze arbeid spoedig
zal zijn voltooid, want er is reeds een
betrekkelijk groot aantal abonné's,
op aansluiting wacht.
De verkiezing van elf leden van
Kiescollege der Ned. Herv. gemeeatf
zal plaats hebben op Dinsdag, den 2
Mei e. k.
Aan de beurt van aftreding zijn:
heeren J. J. Berends, H. G. van Ginkcl
T. van Hoogevest, H. C. van der Horst,
H. Noorman, A. Smeitink en A. Vees
terwijl vier vacatures, die ontstaan zijn
door vertrek of anderszins, moeten wor
den aangevuld.
Ter benoeming van een leeraar in
wis- en werktuigkunde en cosmographi
bij het middelbaar onderwijs te Amste
dam, in het bijzonder om onderwijs
geven, aan de 3e Hoogere Burgerecho
met 5-jarigen cursus voor jongens,
velen B. en W. aan den heer dr. G.
A. "Valewiuk, tijdelijk leeraar aan
school.
Het Amersfoortsch Dagbl
weet mee te deelen, dat in de vergaderiu
van de anti-rev. kiesvereeniging „Nede
derland en Oranje" een motie is aan
nomen, waarin wordt uitgedrukt dat ine
niet tegen de oprichting van ee
Industrie- en Huishoudschool is, dot
dat men de houding van twee anti-re'
raadsleden betreurt, die niet hebb
willen medewerken om, volgens hetvoo
stel-Hamers-Jorissen, het subsidievoors
van B. en W. naar de afdeelingen
renvoyeeren.