Allerlei. tijd hunner ervaring ter beschikking der Commissie stellen. De commissie had het voorrecht bij hare vergaderingen, die maandelijks gehouden worden, steeds den Wethouder van onderwijs en veelal den Arrond. schoolopziener tegenwoordig te zien. Beider adviezen werden door haar zeer op prijs gesteld. Bijzonder Overzicht. I. Openbaar Onderwijs. Meisjesschool (Plantsoen). Hoofd: mej. Yan Lessen, bijgestaan door 7 onderwijzeressen de dames Duyster, Hulstein, Yan Mill, Beck, Yan Olden, Van der Nagel, Wed. Van SlootenSpruijt. In het vaste personeel kwam geen veraudcring. De tijdelijke onderwijzeres mej. Hal ting, Sept. 1903 in funtie getreden, bleef werkzaam tot 1 Maart. Ze werd toen tot het einde van den cursus voor de morgenschooltijden vervangen door mej. Mezgcr die op de jongensschool voor de uren kon gemist worden. De toename van het aantal leerlingen in den loop des jaars deed voorzien, dat het gecombineerde 2e leerjaar meer dan 40 leerlingen zou tellen, die geen plaat sing in een lokaal der jongensschool zouden kunnen vinden. De aangevraagde splitsing werd toegestaan en daarmede voor die klasse den vroegeren toestand hersteld. Tengevolge dezer verandering werd mej. Halting weder voor een jaar aangesteld, terwijl mej. Mezger van de jongensschool aangewezen werd voor de 3c meisjessklasse. Het eerste leerjaar bleef gecombineerd met dat der jongens school onder leiding van mej. Van Slooten. In de verdeeling der leerkrachten over de verschillende klassen kwam geen verandering. Bij het begin van den nieuwen cursus 1904,05 met 147 leerlingen bestonden zij uit: 1 kl. 18 leerlingen (gecombineerd met 16 jongens) 2e kl. 19 leerlingen, 3e kl. 15 leerlingen, 4e kl. 24 leerlingen, 5e kl. 17 leerlingen, 6e kl. 19 leerlingen, 7e kl. 17 leerlingen, 8e kl. 9 leerlingen, 9e en 10e kl. 12 leerlingen. Bij de laatste vier bleef vakonderwijs hoofdzaak; het werd gegeven door de dames Duyster, Hulstijn, Van Mill en het Hoofd der school. Gedurende 1904 werden 47 leerlingen toegelaten en verlieten 42 de school. Van dezen werden 2 geplaatst op in richtingen ter opleiding van onderwijze ressen en verkregen 4 toegang tot de H. B. S. alhier. De school werd bezocht door 11 buitenleerliugen uit de gemeen ten Hoogland, Bussum, Scherpcnzeel, Kesteren, Leusden, Baarn. Lokalen en leermiddelen waren in goeden staat. De aanbouw van een gymnastieklokaal, bij slecht weder tevens dienst doende als speellokaal, bleek een groote ver betering. De leerlingen konden nu op eigen terrein blijven. Jongensschool (Heerenstraat). Hoofd de heer C. J. van der Nagel, bijgestaan door 6 onderwijzers en 1 onderwijzeres, de H.H. Wever, Linden- hovius, Van Spiegel, Ermers, Aardema, Slot en mej. Mezger. Mutatie in het vaste personeel had niet plaats. De heer Slot die na zijn ziekte, zijn werkzaamheden had hervat, moest deze andermaal staken en verkreeg voor geruimen tijd verlof. Hij werd aanvankelijk vervangen door de tijdel. onderwijzeres Mej. Harting en toen deze bij de splitsing van klasse 2 in een meisjes- en jongensafdeeling naar de meisjesschool vertrok, door de tijd. onderwijzes mej. Eijkelboom. Door het vervallen van do parallel klasse kon mej. Mezger tijdelijk worden werkzaamgesteid in de derde klasse der Meisjesschool. Het le leerjaar bleef gecombineerd met dat dor meisjes. Het aantal leerlingen dezer school klom van 139 tot 150. Toegelaten werden 47 leerlingen van wie 24 van elders, terwijl 36 vertrokken. Van deze laatsten verlieten 12 de ge meente, werden 9 op de H. B. S. en 1 op het Gymnasium geplaatst. Dat de bevolking dezer school weinig vast is, blijkt wel uit het betrekkelijk groot aantal leerlingen dat de school verliet en daarop werd toegelaten. De inrichting werd bezocht door 12 buitenleerlingen uit de gemeenten Hoog land, Kesteren, Rhenen, Soesterberg, Woudenberg, Leusden en Hilversum. Tijdens de mazelen periode bleek het noodig de beide laagste klassen 3 weken vacantie te geven. Lokalen en leermiddelen waren in goeden toestand. Bij het einde des jaars waren de leerlingen als volgt over de verschillende klassen verdeeld: 1. kl. 11 jongens (gecombineerd mot 16 meisjes), 2e kl. 29 jongens, 3e kl. 27 jongens, 4e kl. 25 jongens, 5e kl. 25 jongens, 6e kl. 26 jongens, 7e en 8e kl. 10 jongens. Het Hoofd der school verleende 18 uur per week assistentie bij het onder wijs in talen. School 2e soort (Hellestraat) Hoofd de heer P. van den Hooff Az. bijgestaan door 6 onderwijzers en 2 onder wijzeressen, de H.H. Nijland, Prins, Oosterman, Yan Gelder, Van 't Wel, Van den Broek en de dames De Bruyn, en Buijtenhuijs. De tijdelijke voorzieuing in het onder wijs, sinds Nov. 1902 noodig door het grooter aantal leerlingen werd in den loop van het jaar veranderd in een definitieve. Benoemd werd de heer Van den Broek, die 1 October in functie trad. Bij het handwerkonderwijs waren werkzaam, behalve de genoemde onder wijzeressen de dames Ch. F. Hendriks, M. F. Hendriks, M. de Graaf en M. Oudraad. Het aantal leerlingen bedroeg 15 Januari 1904 307 t.w. 148 jongens en 159 meisjes. Toegelaten werden 98 leer lingen terwijl 100 de school verlieten, zoodat bij het einde des jaars 305 leer lingen waren ingeschreven nl. 146 jon gens en 159 meisjes. Ze waren over de verschillende klassen aldus verdeeld: le kl. 48, 2e kl. 40, 3e kl. 44, 4e kl. 46, 5e kl. 42, 6e kl. 31, 7e kl. 31, 8e kl. 23. Ook hier dus een sterke wisseling der schoolbevolking. Van de 100 leerl. die de school ver lieten, vertrokken 46 naar elders, wer den 4 toegelaten tot de Rijks Normaal lessen, 4 tot do Ambachtsschool en hadden 27 de school doorloopen. Lokalen en leermiddelen bevonden zich in goaden toestand. De uitbreiding der lokaliteit had dit goede gevolg, dat ook het gymnastiek onderwijs tot zijn recht kon komen. De schoolbibliotheek bewees voortdurend goede diensten en kon door ruime bij drage worden uitgebreid. School 3e Soort (Beekstraat). Hoofd de heer J. van der Horst, bij gestaan door 9 onderwijzers en 3 onder wijzeressen, de heeren Van Dommelen, Faber, Noordenbos, Den Hartog, Ak kerman, Radersma, Van der Hart, Van der Klein, Frantzen en de dames Frans, AkkermanBakker en Boukamp. Het Handwerkonderwijs werd ge geven door mej. Verweij en 19 helpsters. In het personeel kwam eenige ver andering. Den onderwijzer Boodo werd ontslag verleend tegen 1 Sept.; als op volger werd benoemd de heer Noorden bos. Van 1 Sept. tot einde Dec. werd in de vacature voorzien door de tijdelijke waarneming van mej. Van Dam. Als helpsters bij het Handwerkonder wijs werden mej. Boukamp en mej. Van Steyn vervangen door mej. Radersma en mej. Baas. De schoolbevolking bleef vrij wel gelijk. Begon het jaar met 517 leerl., het eindigde met 522, over de 12 klassen aldus verdeeld: 1 kl. 52, 2 kl. 47, 3 kl. 55, 4 kl. 53, 5 kl. 43, 6 kl. 47, 7 kl. 36, 8 kl. 33, 9 kl. 33,10 kl. 39, 11 kl. 41, 12 kl. 43 leerlingen. Dat in de verschillende klassen het aantal leerlingen zoo uiteenloopt, vindt zijn oorzaak in de opening der school aan de Puntenburgerlaan. Van onder af groeit het aantal weer aan. De mazelen epidemie, waardoor de laagste 4 klassen gedurende 3 weken moesten gesloten worden, oefende een belemmerenden invloed op het onder wijs uit. Lokalen en leermiddelen waren in goeden toestand. Van de schoolbibliotheek werd trouw gebruik gemaakt; eveneens van de ge legenheid tot sparen. De natuurkundige instrumenten be wezen bij het onderwijs g'oede diensten. Eenige uitbreiding zou zeer gewenscht zijn. School 3e soort. (Koningstraat). Hoofd de heer N. van Veen, bijgestaan door 8 onderwijzers en 2 onderwijzeres sen, de heeren Heunks, Verburg, Buijten huijs, Moerman, Van Drie, Kraan, Kruit hof, Van den Broek en de dames Van Goor en Oerlemans. Bovendien waren nog 6 helpsters bij het Handwerkonderwijs werkzaam. Wegens voortdurende ongesteldheid van de onderwijseres mej. Kley, was bij den aanvang van 't jaar mej. Van der Meer tijdelijk aan de school verbonden. Ziekte noodzaakte deze hare betrekking neer te leggen. Ze werd tijdelijk ver vangen door mej. Yliegenhart van Wage- ningen en nadat deze elders bonoemd was, door den onderwijzer Van den Broek uit Utrecht. Na 't eervol ontslag aan Mej. Kley verleend, werd definitief in hare plaats aaDgesteld mej. Oerlemans. Het aantal leerlingen bedroog bij den aanvang van het jaar 412 en bij het einde 433, verdeeld in 10 klassen, success, met 50, 50, 47, 43, 42,45, 32, 42, 38 en 44 leerlingen. De 6c en 7e kl. zijn parallel, zoodat de 9e klassige school gehandhaafd bleef. Toegelaten werden 126 leerlingen, terwijl 105 de school verlieten. Enkelen dezer gingen over naar de Herhaling- school en de Rijks Normaalschool. Het heerschen der mazelen was ook hier de oorzaak dat zes lokalen tijdelijk moesten gesloten worden. Lokalen en leermiddelen verkeerden in goeden toestand. Twee lokalen waren ter beschikking van de Rijks Normaallessen. Van de schoolbibliotheek werd met graagte geprofiteerd, terwijl Floralia en de schoolspaarbank goede bekenden bij de leerlingen bleven. Het aantal deelnemers dezer laatste klom tot 87. School 3e soort (Puntenburgerlaan). Hoofd de heer A. Veen, bijgestaan door 5 onderwijzers en 3 onderwijzeres sen, de U.H. Jochems, Prins, Verhaar, Heilijgers, Slagter, en de dames Eiber gen, Sinnige en Koenz. Bovendien waren bij het Handwerk onderwijs nog 4 helpsters behulpzaam. In het personeel kwam eenige mutatie. Het ontslag verleend aan den onder wijzer Clausing wegens ziekte en het vertrek van de tijdelijke onderwijzeres mej. Spruijt, waren oorzaak, dat het jaar onder min gunstige omstandigheden begon. Het hoofd der school en de tijde lijke onderwijzeres mej. Oerlemans voor zagen in de behoefte aan onderwijs krachten. De toename van het aantal leerlingen maakte bovendien uitbreiding van het personeel noodzakelijk. Benoemd werden 2 onderwijzers en 2 onderwijzeressen, de I1.H. Heilijgers en Slagter en mej. Eijbergeu en Koenz. Tot de infunctietreding dezer benoemden waren tijdelijk werkzaam mej. Oerlemans, Van Dorsen en Stout. Het aantal leerlingen klom van 237 tot 320 (160 jongens en 160 meisjes) verdeeld over S klassen succes, met 40, 45, 46, 33, 47, 48, 35 en 26 leerlingen. Het Handwerkonderwijs werd geregeld aan 132 leerlingen gegeven door 6 Onderwijzeressen. Tengevolge van de mazelen moest 1 lokaal 14 dagen ge sloten worden. Lokalen en leermiddelen waren in goeden staat, terwijl ook de omgeving der school eeu behagelijk aanzien had. Van de schoolbibliotheek, die langzamer hand wordt uitgebreid, werd gretig ge bruik gemaakt. Hcrhalingschool (Hellestraat). Hoofd de heer P. van den Hooff Azn. Het Herhalingsonderwijs werd voor de afdeeling meisjes den le Mei hervat, nu volgens het nieuwe reglement, dat 5 avonden per week, telkens van 2 uur voorschrijft. Van de 26 leerlingen die den cursus 1903 volgden, kwamen 11 terug, terwijl 21 nieuwe leerlingen werden aangeno men, zoodat begonnen werd met 32 meisjes. Ze waren herkomstig van 5 verschil lende scholen: 12 van de R. K. Meis jesschool, 9 van de Openbare school 2e soort, 6 van de Christelijke school, 3 van de Openbare school Beekstraat en 2 van de Openbare school Koningstraat. De drie klassen ontvingen samen 448 uren onderwijs namelijk. 88 uur Ned. Taal van mej. Hulstijn. 87 Rekenen van mej. Van Mill. 155 Handwerken van mej Van Beek en Buijtenhuijs. 53 Boekhouden van den heer Watervis. 53 Kennis der Nat. van den heer Van de Hooff en 52 Zang van den heer Van 't Wel. Voor 't eerst werd dit jaar Kook- en Iluishoudondcrwijs gegeven. Mej. De Holl onder-Directrice der Utrechtsche Industrie- en Huishoudschool, belastte zich daarmede voor de maanden Mei, Juni en September. In 12 lessen van 3 achtereenvolgende uren werden de eerste beginselen der Kookkunst aangebracht. Volgens de verklaring van het Hoofd der inrichting werd dit onderwijs door ouders en leerlingen zeer op prijs ge steld. De jongensafdeeli ng ontving gedurende de maanden Januari, Februari en Maart 366 uren en gedurende October, November en December 354 uren of samen 720 uren onderwijs en wel: 120 uur Ned. Taal van den heer Buij- tenhuis. 96 Rekenen van den heer Verburg. 98 Teekenen van den heer Weezei Errens. 72 Kennis der Natuur van den heer Nijland. 97 Boekhouden van den heer Watervis. 72 Aardrijkskunde van den heer Van den Ilooff. 22 Geschiedenis van den heer Van den Hooff. 143 uur Duitsch van mej. Van Eijck van Yoorthuijzen. Van de 27 leerlingen die de le en 2e klasse ultimo Maart telden, kwamen met October 22 terug, terwijl 29 nieuwe leerlingen werden aangenomen zoodat de cursus met 51 leerlingen begon. Ze waren herkomstig: 16 van de Open bare school 2e soort, 16 van de R. K. jongensschool, 3 van de Christelijke school, 6 van de Openbare school Koning straat, 6 van de Openbare school Beek straat, 2 van de Openbare school Hee renstraat en 2 van elders. "Verandering in het personeel had niet plaats. Als tweede onderwijzeres in de hand werken werd aangewezen mej. Buijten huijs. II Bijzondet onderivijs. Roomsch Katholieke ïneisj esscholen Hoofd: mej. M G. de Bruijn. Deze inrichting, verdeeld in 12 af- deelingcn, a. Burgerschool, S. Armen school, beide in éen gebouw vereenigd, stond aanvankelijk onder twee Hoofden mej. De Haas en mej. De Bruijn: later alleen onder directie van laatstgenoemde. Burgerschool. Het hoofd werd hier bijgestaan door 3 onderwijzeressen, benevens 8 onder wijzeressen voor de Handwerken. De school werd bezocht door 197 meisjes, verdeeld over 6 klassen, elk met ruim 30 leerlingen. De onderwezen vakken waren die, begrepen onder aih en l. Armenschool. Het hoofd werd bijgestaan door 5 onderwijzeressen, benevens 10 onder wijzeressen, voor de Handwerken. Het aantal leerlingen bedroeg 309, verdeeld over 6 klassen, elk met ruim 50 leerlingen. De leerplicht oefende een goeden in vloed uit op het schoolverzuim. Roonisch-Katholiek Pensionaat. (Zuidsingel). Hoofd mej. Hanlo, bijgestaan door 3 onderwijzeressen, benevens verschillende onderwijzeressen voor afzonderlijke vak ken. Deze inrichting, uitsluitendinternaat, werd bezocht door plm. 30 meisjes. Het onderwijs strekte zich uit over de vakken van lager- en uitgebreid lager onderwijs. Roomscli-Katholieke jongensschool Hoofd de heer M. van Lingen, bij gestaan door 10 onderwijzers de H. H. "Watervis, Kisner, Fijnenburg, Wentink, Zeeman, H. Baaiman, Terheggen, Lui ken, Leemrijse, en J. Baaiman. Het aantal leerlingen bleef vrij wel gelijk aan dat van het vorige jaar en bedroeg 495, verdeeld over 9 lokalen. Ook hier oefende de leerplichtwet een goeden invloed uit; het schoolver zuim verminderde. School voor Christelijk Nationaal Onderwijs. Hoofd de heer P. de Groot, bijgestaan door 10 onderwijzers. In het personeel kwam eenige ver andering: de vacaturen konden in den regel spoedig vervuld worden. De school werd bezocht door 433 leerlingen. Behalve in de vakken AK werd tevens onderwijs gegeven in de 3 mo derne talen en de wiskunde. Het schoolverzuim was zeer gering, dank zij de door het Hoofd geroemde medewerking der ouders. Mochten de plannen tot uitbreiding van personeel aan deze school werke lijkheid worden, zeer zeker zal dit het onderwijs ten goede komen, vooral, als dan tevens het Hoofd niet langer aan een Yaste klasse zal gebonden zijn. Instituut van der Sluys. Hoofd de heer Van der Sluys, bij gestaan door 3 onderwijzers, 2 onder wijzeressen en 2 vakonderwijzers. Deze inrichting werd bezocht door plm. 30 internen en plm. 20 externen. Het onderwijs strekt zich uit over de vakken van Lager en uitgebreid Lager onderwijs. Uwe Oommissie bestond in 1904 uit de heeren dr. Rcijnders, Voorz., J. Jorisscn, Vice-voorz., D. Gerritsen, Pen ningmeester, J. Bolk, N. Vel8-IIeyn, C. M M. Veriholen, E. G. Drenth, Secre taris en de dames Rolandus Ilagedoorn en Sandbcrg. Door het vertrek van mevrouw Sand- berg verloor zij een werkzaam lid. De periodiek aftredende leden werden door herkozen: in de vacature van een Dameslid was bij het einde des jaars nog niet voorzien. De Commissie betuigt U haren dank voor de medewerking, die zij van U mocht ondervinden en roept die met vertrouwen ook voor het volgendi Of jaar in. De Commissie van Toezicht op b V L. O. H. J. REIJNDER8, Voorz. D" E. G. DRENTH, Secr. de Amersfoort, Februari 1905. Een nieuw beroep, dat men trouwen alleen in zeer groote steden kan uil oefenen, is dat van „eerlijken vinder 'al Uit gaande van de waarheid van he woord: „Zoekt en gij zult vinden' sta maakt hij er zijn werk van verlorei ïC' voorwerpen op te rapen en aan di tal verliezers terug te geven. Te Chicago is de eerste van dit vindersgild aan hot werk. Hij loop den heelen dag door drukke wijken, kijt voortdurend naar den grond en zoodn hij ziet, dat iemand iets laat vallen snelt hij toe, raapt het voorwerp op e: brengt het aan den eigenaar, die hem dan doorgaans een geldelijke beloouitg geeft. Die zoeker en vinder van beroep alleen naar den naam met den kwartjei vinder verwant, verdient naar men vei zekert, op die wijze wel 5 dollars (f 12.50 per dag Men mag er van zeggen wat mei wil, maar het is in elk geval een eerlijk beroep, en 't geen voor onzen tijd no» al wat zegt, ook vrij wel ongevaarlijk. Vergelijk daar nu eens mee hot gevaat lijk beroep van den chauffeur, die al- een dolle stier met zijn machine de stad door vliegt eu elk oogenbik ge vaar loopt tegen hekken, muren, huizen, torens enz. verpletterd te worden of op het onverwachtst onder water te schieten. Maar juist dat gevaarvolle heeft voot velen veel aantrekkelijks. Zoo werd on langs in New-York een 15-jarig meisje voor den rechter gebracht, omdat zij, zonder een licentie te hebben, als „chauf- feur, met een groote automobiel in razen de vaart door de straten gereden had. De politieagent die haar aanhield, kreeg op zijn vraag naar haar licentie een snibbig antwoord. De rechter was over dit „kinderlijk genoegen" van het meisje allesbehalve gesticht, maar zijn verbazing steeg ten top, toen hij hoorde, dat de ouders van het meisje in het gesloten achterste ge deelte van de tuf-tuf hadden gezeten en zich daar uitstekend geamuseerd hadden met het optreden van hun dochter, Mot een strenge terechtwijzing aan de ouders liet de rechter het meisje gaan, er den nadruk op leggend dat hij, mocht het kind weer op dezelfde wijze te werk gaan, krachtig tegen de ouders zou optreden. Nu, dat is maar goed ook, het heeft er veel van of de ouders hun wijze van opvoeden van de Russische regeering hebben afgekeken. De Japanners weten de Russen anders aardig mores te leeren. Zoo maakte van de week de Russische gevolmachtigde "Witte in het hotel Wentworth te Plymouth de op merking, dat de koffie daar nóg slechter was dan de Japansche vredesvoorwaar den. Door dergelijke staaltjes van galgenhumor tracht "Witte zich en zijn landgenooten bij de Amerikanen populair te maken, 't geen hem trouwens aardig schijnt te gelukken. De Amerikanen behandelen de Russische vreemdelingen over 't algemeen met vrij veel voor komendheid. Vreemdelingen klagen anders nog al eens vaak, en vooral over huurkoetsiers. Daarom besloot de Brusselsche reporter Casimir eens te onderzoeken hoe de huurkoetsiers zoo al handelen met de vreemdelingen. Hij deed zich als Eugelschman voor en aan de Noordstatie sprak hij een koetsier aan, dien hij met een Engelschen tongval gelastte hem de stad rond te rijden en de merk waardigheden te laten zien. Goed, stap maar in, M. Casimir, zetde de koetsier. Ontgoocheld droop Casimir af en sprak wat verder ditmaal in gebroken Duitsch een anderen koetsier aan. Stap maar in, M. Casimir, was weer het antwoord. Toen beproefde hij met een Itali- aansch gehakkel bij eenen derde en alweer volgde hetzelfde autwoord: Stap in, M. Casimir. Dat was te Yeel. Zijn reportersfaam was naar de maan, te meer omdat twee vorige koetsiers hem van verre gevolgd hadden en lachten. Dan is de dichterlijke oudroest-koop- man te Sneek gelukkiger, aan wien het N. bl. v. Friesland de volgende waar- deerende regels wijdt: „Nu het tegen Sneeker kermis gaat, rijmt Blindeman, de Sneeker oudroest- koopman, er maar op los. Piet Hein de Marseillaise, de Lorelei, "Wien Neer- landsch Bloed, 't biengt alles „stemming" in de vodden en lompen. Hoort hoe hij 't slot van de Marseillaise vertolkt:

Historische kranten - Archief Eemland

De Eemlander | 1905 | | pagina 2