No. 98.
Zaterdag g December 1905.
2e Jaargang
Wees U Zelf!
Liberaal Orgaan voor Amersfoort en Omstreken
Uitgave van de Vereeniging „DE EEMLANDER".
Dealer's fierslÊindje.
Belastingverhooging en - - - -
- - - - Belastinghervorming.
FEUILLETON.
2" SU'1 Verschijnt :j
Woensdags en'jZaterdags.
DE EEMLANDER.
Bureau
Hendrik van Viandenstraat 28.
Abonnementsprijs
Per jaarf 3 00
Franco per post- 3.50
Per 3 maanden- 0.75
Franco per post- 0.90
Prijs der advertentiën
Van 1 tot 5 regels0.40
voor iederen regel meer0.08
(Bij abonnement aanmerkelijke korting.)
in.
IH. De zegelrechten.
Onze zegelwet, dateerende van 1843,
is verouderd. Reeds lang heeft zich de
behoefte aan eeno nieuwe doen gevoelen
en ook hiervoor ligt aan 't Departe
ment sinds jaren een ontwerp gereed,
vrucht der langdurige studie van den
toenmaligen Administrateur der Regi
stratie Van Itcrson.
Wij wenschen: le. invoering van een
evenredig zegelrecht op polissen, te
beginnen evenals het handelspapier met
5 cent en opklimmende met dit bedrag
per f 1000.
Ook than6 zijn polissen zegelplichtig
het recht bedraagt ongeacht het be
drag 75 cent. Het gaat hier echter
mede als met de kwitantiën vóór 1882:
men laat ze ongezegeld, omdat het recht
te hoog is en de strafbepalingen on
doelmatig zijn. Voert men hierbij in
evenals bij de kwitantiën en het handels
papier, dat het komt ten laste van den
verzekerde, de boete ten laste van den
verzekeraar, dan is de inning der be
lasting voldoende verzekerd.
Slechts zeer onvolledige gegevens
staan ons ten dienste om het voordeel,
dat uit dien hoofde de schatkist zou
genieten, te berekenen.
De belastbare opbrengst der gebouwde
eigendommen bedroeg in 1902 (zie de
statistiek hiervoren vermeld) in ronde
cijfers f140 millioen; hunne verkoop
dus ook verzekeringswaarde is te stellen
op 15 maal dit bedrag =2100 mill.
De waarde van het
meubilair volgens de ko
hieren der personeele be
lasting in dat jaar 172
Idem die der paarden
62080 a f 200 gemiddeld 12
Idem der rijwielen
159120 f 00 gemiddeld 9
Samen 2293 mill,
dit alleen zou ad 5 cent per f 1000
opleveren eene bate van ongeveer
f 115000; rekent men daarbij de talrijke
polissen van levensverzekeringen, der vee
verzekeringen en de tienduizenden ver
zekeringen van handelsgoederen, dan
Ze is zoo leeg, (le kamer, waar eene vrouw
is geweest!
L)
Br was een familieavond bij den ouden
geheimraad, die nog in zijn eigen huis
woonde en als een Patriarch oud en jong
om zich vereenigde.
Hoe zelden vindt men in onzen snel-
levenden, ongezelligen tijd nog zulke
huisgezinnen en famillies, zulk een ver
trouwelijk samenzijn, waar men tot
nadenken komt, het verleden in her
innering blijft en men niet altijd do
gedachten vooruit laat vliegen in de
toekomst. De tafel was afgenomen en
de blonde Elizabeth, het huismoedertje,
ging stil om de tafel en veegde de
kruimpjes van het heldere damast.
Het jonge volkje aan het ondereinde
van de tafel babbelde over Kerstmis en
een hunner zeide halfluid, zuchtend:
„Ik kom weer niet uit met m'n zakgeld,
komt eene raming van f 300.000 ons
niet te hoog voor.
"Voor de reeds loopende, doch ongc-
zegelde polissen zou men even als
vroeger voor binnenlandsehe effecten is
bepaald eene bepaling moeten maken
dat zij binnen zekeren tijd zonder be
taling van boete van zegel voorzien
konden worden.
2e. Vermindering van het zegelrecht
voor verhuring van vaste goederen.
Zeker: door vermindering tot vermeer
dering.
Mocht u, lezer, dit door het onmiddel
lijk hieraan voorafgaande nog uiet
duidelijk zijn, denk er dan aan hoe de
verlaging van het posttarief de inkomsten
der posterijen heeft doen stijgen.
Het zegelrecht op verhuringen ver
schuldigd bedraagt f 0.25 van de f 100
berekend over den geheelen huurprijs
der twee eerste jaren en den halven
huurprijs der volgende jaren.
Bezien we de statistiek der zegelbe
lasting over 1902 dan blijkt daaruit dat
in het geheele rijk slechts verkocht
werden 19.556 hunrzegels, terwijl er
volgens de kohieren der grondbelasting
in datzelfde jaar 969.889 bebouwde
perceclon bestonden van welke 719.280,
met eene huurwaarde van f 111.325.825,
bewoond werden door hen die perso
neele belasting verschuldigd zijn.
AVanneer werd ingevoerd eene be
lasting van f 0.10 per f 100.huurprijs,
des noods met een maximum recht van
f 2.per huurcontract, zou zeker de
schatkist eene aardige bate genieten.
Die bate onder cijfers te brengen
kunnen wij niet, omdat do statistiek der
personeele belasting geen splitsing maakt
in gebouwde perceelen en die in eigen
dom bezeten, doch in eigen gebruik
genomen.
AVij hebben bij bovenstaande be
schouwingen de ongebouwde eigendom
men, wier belastbare opbrengst volgens
de kohieren der grondbelasting ongeveer
f 97 millioen bedraagt, buiten rekening
gelaten, omdat deze veeltijds publiek
ten overstaan van notarissen worden
verhuurd en dus de staat daarvan door
heffing van registratierecht belasting
geniet.
3° Invoering van een laag proportioneel
zegelrecht op akten van prolongatie en
beleening. Ook deze stukken blijven
in de praktijk thans ongezegeld.
4° Belangrijke verhooging van 't zegel
en ik ben nog lang niet klaar met alles.
Ach, God, wat heeft men toch een zorgen
voor Kerstmis!"
De oude geheimraad, de vijf en
zeventigjarige met zijn sneeuwwitten
haardos over zijn breed voorhoofd en
de nog jonge en scherpzinnige oogen
hoorde lachend toe en ving de laatste
verzuchting op.
Wat weet je nog van zorgen," zei
hij met zijn heldere melodieuse stem.
„Luistert, ik zal jelui eens van andere
Kerstzorgen vertellen, die zwaarder
vielen, dan uwe kinderlijke bekommernis
over uw zakgeld."
Hij ging op zijn gemak in zijn leun
stoel zitten, stak een sigaar aan en
begon: „Het was in den tijd, toen de
cholera woedde in onze stad. Ik was
reeds ettelijke jaren practisch werkzaam,
doch heb toen eerst recht ervaren, wat
arbeid en zorgen zijn, en heb, om 't zoo
eens uit te drukken, als arts toen reeds
de sporen verdiend. De vreeselijke
ziekte groeide ons artsen bijna over het
hoofd, velen onzer lagen zelf zwaar ziek
en het was bijna bovcnmenschelijk, wat
de anderen moesten verrichten. Vijftig
tot zestig ziekenbezoeken dagelijks was
gewoon en in acht of tien dagen was
ik niet meer in bed geweest.
Op den middag van den 24en Decem
ber kwam ik thuis, doodmoede, hongerig
als een wolf, want om 7 uur morgens
had men mij reeds weggehaald en
recht verschuldigd op de groote jacht
akten en die voor grof wild. Hij die
zich de luxe van het jachtvermaak kan
permittccren behoort tot die cate
gorie van personen, welke best daarvoor
oen belangrijk offer aan de schatkist
kan brengen. AVij zouden daarom do
verhooging niet toegepast willen zieu
op de kleine en groote vischakten, omdat
deze in den regel aangevraagd worden
om daardoor eene broodwinning te
hebben.
5° Invoering van een laag zegelrecht
op spoorkaartjes, tramkaartjes, kilometer
boekjes, spoorabonnementen, vrachtbrie
ven en cognossementen.
IV De registratie rechten.
De wet van II Juli 18S2 Stbl. no 92
bepaalt in art 21: de wetgeving op de
registratie wordt vóór 1 Januari 1886
aan een algcmeene herziening onder
worpen.
AVc schrijven thans 1905: dus ge
durende bijna twintig jaren is die bepa
ling eene doode letter gebleven.
En toch zou er alle aanleiding geweest
zijn deze materie grondig te herzien.
Niet ten onrechte wordt door de schrij
vers over deze belasting geklaagd over
den doolhof van adviezen, decreten en
Koninklijke besluiten, waarin zelfs de
meest geroutineerde ambtenaar of rechts
geleerde het spoor verliest. Bovendien
is do fondamentoelo wet van 22 frimaire
an A'H door later wetten zoo gehavend,
zijn hare beginselen zoo met voeten
getreden wij hoorden een ambtenaar
van het dienstvak eenmaal zeggen dat
men de wet van frimaire aanhoudend
heeft geprostitueerd dat ook zonder
wettelijk voorschrift eene cardinale revisie
een eisch des tijds is. Is hiervoor aan
het Departement geen tijd of ontbreken
de vereischte krachten, waarom dan
gcenc commissie uit de ambtenaren be
noemd, die langs de lijnen door den
Minister aan te geven een nieuw ge
bouw kan optrekken?
De registratie-belasting is eene ver
keersbelasting en vindt uit dien hoofde
talrijke bestrijders, zij maakt het recht
voor de justitiabelen kostbaar. Uitvoerig
zijn de bezwaren tegen deze belasting
uiteengezet iu het bekende werk van
Prof. Cort van der Linden: Leerboek
der Financiën. Het ligt niet op onzen
weg al die bezwaren thans de revue te
laten passceren, doch we bepalen ons tot
het aan wijzen van enkele aan te brengen
het hart vol van zware zorgen. Uren
lang had ik in de cholerabivak doorge
bracht en had ontzettende tooneelen van
ellende en wanhoop bijgewoond. Nu
kwam ik juist van het consult bij oen
langdurige zieke, de moeder van zeven
jonge kinderen, en wij hadden haar
moeten opgeven. Het geval was hope
loos. Dan wordt men zoo wanhopig, zon
moedeloos in het gevoel van eigen on
macht. Men draagt het leed der mensch-
heid op de schouders, en kan toch niet
helpen. En daarbij nog steeds die
verterende, innerlijke angst. AVanneer
zal het je zelf bereiken, of die je dierbaar
zijn? Sleept ge misschien zelf niet de
vroeselijk epidemie in huis?
Op de trap kom ik mijn Poolsche
keukenmeid tegen, zij zwaait met haar
bierkan in de hand en roept mij in 't voor
bijgaan toe: „'t Meisje is er, dokter
en het eten is dadelijk klaar, direct!"
en holt verder.
Ik sla nauwelijk acht op haar woor
den, doe de entréedeur open, ontdoe
mij van hoed en pels, wasch mij in
mijn spreekkamer en ga naar de eet
kamer. Er is niemand. Ik doorloop alle
kamers, zoek mijn vrouw de kinde
ren nergens eenig geluid. Het wordt
mij wonderlijk te moede. Ik kom door
de keuken, de soep staat lustig te
pruttelen, maar er is geen mensch te
zien. Het gansche huis is als uitgestor
ven. Met een dof gevoel van angst doe
hervormingen, die deels de schatkist
ton goede zullen komen, deels te gemoet
zullen komen aan billijke eischen van
het publiek:
le. Men breke met het stelsel, dat bij
overgang van onroerend goed geheven
moet worden over den prijs wanneer
die hooger is dan de verkoopswaarde,
en over de waarde wanneer die hooger
is dan de prijs, en bepale liever
jaarlijks voor elke gemeente of onder
deel daarvan een multiplicator van de
belastbare opbrengst, welk aldus gevon
den bedrag tot grondslag der heffing zal
strekken.
De thans voorgeschreven grondslag
spoort aan tot oneerlijkheid, zij doet de
schatkist een aardige duit missen, omdat
in Jen regel slechts tot vervolging wordt
overgegaan, wanneer het verschil tusschen
prijs en waarde meer dan 1/a bedraagt,
omdat bij geringer verschil de staat de
taxatiekosten moet voldoen.
Zij, die zich geen voldoende reken
schap geven van den aard dier belasting,
kunnen zich ook moeilijk verklaren
waarom, en hun wrevel wordt meermalen
opgewekt, wanneer zij bij goedkoopen
aankoop met vast goed toch belasting
schuldig zijn over meer dan den bc
steden prijs.
2e. Men heffe een evenredig recht op
akten van huwelijksvoorwaarden en
keere in dat opzicht terug tot de wet
van 19 December 1790.
3e. Men vereenvoudige het tarief.
Het hoeft geen nut om de rechtshande
lingen zóó te verdeelen dat men krijgt
rechten van 3/„%, ;l/4°/0, 15/ic7o.
17.o°'o, Vi6°/o» lV/o> 17,7c.
Oil 0 71; 0/
0 M 0) 'lil 0-
Men heeft die gradatie trachten te
verdedigen door te zeggen dat de wet
het percentage laat opklimmen naarmate
van het meerder belang, dat partijen bij
de rechtshandeling hebben.
AVij zien hoog op tegen de bekwame
mannen, die de wet samengesteld hebben;
redactiekwesties zoo veelvuldig voor
komende in en de Nederlandsche wetten
typeerende - komen nagenoeg niet
voor, maar hen in staat te achten tot
op 7is°'o te kunnen bepalen het meer
of minder belang van een contractant
bij eene akte is wel wat veel van ons
ontzag gevergd.
4e. Men geve uitvoering aan het
voornemen van den gewezen minister
Loeff, geopperd bij diens voorbereiding
ik de slaapkamerdeur open en, het is
of mijn hart stil staat, daar ligt mijn
vrouw te bed, marmerwit tot zelfs haar
lippen; met onnatuurlijk groote pupillen,
als eene die den dood reeds nabij is, en
ziet mij aan. Dien blik zal ik mijn gansche
leven niet vergeten!
In minder dan geen tijd ben ik bij
haar. Zij steekt haar hand naar mij uit,
zwak en zonder polsslag en zegt fluis
terend „Kijk eens Hendrik het kindje!"
Er gaat mij een rilling van ontzetting
door de leden; ijlt zij?'s Morgens vroeg
had zij nog met mij ontbeten en was
nog opgeruimd en frisch, terwijl de
gebeurtenis op z'n vroegst eerst over
vier weken te verwachten was. Maar
waarachtige God! Daar ligt het wurm
naast haar en als ik het half in gedach
ten over het kopje strijk, zet het ook
reeds een keel op. Een fraai Kerstge
schenk! denk ik zoo in m'n eerste schrik
en God weet, dat ik het niet met
vriendelijke oogen aangezien heb.
Honger en doodelijke vermoeidheid,
die mij op den terugweg als hongerige
wolven aangevallen hadden, waren ver
geten. Ik legde het kermende ding ler
zijde en wijdde mij aan de moeder. Het
was hoog tijd, dat zij hulp kreeg
en zij werd steeds zwakker. Heilige
God, zij sterft onder m'n handen, denk
ik. En geen mensch bij de hand, die
mij kan bijstaan! Later vernam ik, dat
mijn schoonmoeder uren lang bij haar
van de nieuwe wettelijke regeling der
naamlooze vennootschappen, om bij de
oprichting dier lichamen een evenredig
registratierecht te heffen in verhouding
tot het maatschappelijk kapitaal, op de
wijze zooals dit reeds in Engeland
geschiedt, krachtens de Companies Act
van 1862, en daarnaast de inbreng van
vaste goederen gewoon met eenvoudig
recht te belasten.
De talrijke ontduikingen van dit recht
door de vaste goederen zoogenaamd in
te brengen in naamlooze vennootschap
pen, terwijl zij in werkelijkheid verkocht
zijn, maken werkelijk deze zaak urgent.
Niet minder dan vijf processen loopende
over een bedrag aan vaste goederen
ad f473420 zijn op 'toogenblik hangende,
waarin de fiscus zoo gelukkig hoopt te
zijn den fictieven inbreng te bewijzen,
maar in hoevele gevallen wordt niet
vervolgd wegens gebrek aan het noodige
bewijsmateriaal!
De welwillende lezer, die ons gevolgd
heeft, zal wellicht beweren dat onzo
beschouwingen veeleer een pleidooi zijn
voor de v 0 rvorming van ons belasting
stelsel.
Geheel ongelijk heeft hij daarin niet,
hoewel wij ouzo voorstellen tot de samen
smelting der vermogens- en bedrijfsbe
lasting, en de gewijzigde heffing der
successierechten toch gaarne onder de
h e rvormiugsmaatregelen zagen gerang
schikt.
Eene algeheele hervorming waarbij
do question brülante van het verleenen
van hulp aan gemeenten niet af te schei
den is, zou naar onze meening zijn:
1°. afstand aan de gemeenten van de
geheele grondbelasting.
De gemeente, die moet zorgen voor
voldoende verkeerswegen, voor verlich
ting, voor politietoezicht op haar territoir,
dient te genieten de belasting van haar
gebied geheven wordende. Zoodoende
profiteert uiet grootendeels de staat van
zich ontwikkelende en uitbreidende ge
meenten, zoodoende worden de uitwo
nende eigenaren (we denken hier speciaal
aan Friesland) belast in de gemeenten
waar hunne bezittingen de bescherming
der plaatselijke overheid genieten.
De inning dier belastingen blijve natuur
lijk aan het Rijk opgedragen. Het verband
tusschen die belasting en het kadaster
maakt dat hieromtrent geen andere rege
ling denkbaar is.
geweest was, doch des middags naar
huis moest, daar haar man er op ge
steld was op tijd te eten, als hij af
gemat van zijn practijk, terugkwam.
Onze drie kinderen had zij gelukkig
medegenomen met het tweede meisje
dat het jongste kind op haar arm droeg.
Kort daarop was de vroedvrouw, voor
zij nog geheel met haar arbeid gereed
was, aan het ziekbed geroepen, van haar
zoon die de cholera gekregen had
en zoo was mijn vrouw moederziel
alleen gebleven, verlatener dan de armste
bedelvrouw.
Had ik slechts een druppeltje wijn
om haar wat te versterken en haar
levensgeesten op te wekken! Ik door
liep alle kamers, zocht in alle kasten,
nergens een flesch wijn te ontdekken.
En de keukenmeid bleef maar weg, do
drommel mag weten waar het schepsel
bleef en waar zij de sleutels van den kel
der gelaten had!
Er werd hard gescheld. Daar er
niemand anders was, moest ik natuurlijk
zelf open doen. Op den stoep staat
een voerman en neemt zijn muts af.
„Mijnheer de dokter, wilt u toch
spoedig in Griibsdorp komen, bij den
Schout liggen de kindereu aan het
roodvonk en de vrouw hij strijkt
met zijn hand door het haar, trekt de
wenkbrauwen op en zegt fluisterend:
„Ze zal wel de groote ziekte hebben."
Wordt vervolgd.