BINNENL aND.
STATEN GENERAAL.
Mepkw aardige Woorden en Daden
STADSNIEUWS.
hun teekeningen gemaakt hebben van de
kanonnen en beschrijvingen van het
oorlogsmaterieel. De officieren hebben nu
de aanzegging gekregen, dat zij,uit vrees
voor zulke verspieders, maar liever geen
Japanners mede moesten nemen naar den
Grooten Oceaan.
OOSTENRIJK.
Het Huis van Afgevaardigden nam,
na alle amendementen te hebben ver
worpen, met overweldigende meerderheid
ongewijzigd het Vergelijk met Hongarije
aan.
MAROKKO.
Moelai Hafid is aangevallen en ver
slagen door de Iragna-stam op twintig
mijl van Marakesj. De verliezen zijn
onbekend
Verscheiden stammen van beteekenis
ia die streek wegeren thans Moelai Hafid
te erkenaen.
PERZIÊ.
In Perzië schijnt het oproerig te zijn-
De aanleiding hiertoe wordt in vrij ver
warde termen opgegeven. Een Reuter
telegram meldde het volgende uit Teheran
.Twee winkeliers werden onlangs door
eenige soldaten vermoord. Anjumans en
anderen protesteerden tegen het uitstel
der terechtstelling van de moordenaars.
Als resultaat van dit incident nam het
Kabinet zijn ontslag. Om de dreigende
houding, die de menigte aannam, werden
de lijfgaarde patronen uitgereiktde shah
riep Nizamsultaneh Nizamelmuk ter ver
antwoording. in den avond worden den
premier, minister van binnenlandsche
zaken, door bet parlement inlichtingen
gevraagd over de arrestatie van den
gouverneur van Sjiraz, tot welke arrestatie
de shah bevel had gegeven. Onder groote
ontroering der vergadering werd door het
parlement een adres aan den shah gericht,
waarin om een verklaring werd verzocht.
Men besloot het gebouw niet te verlaten,
tot antwoord in kwam. Een groote
menigte wacht buiten. Men meent, dat
de shah handelt onder reactionnairen
invloed."
Veel kan men hieruit niet wijs worden
en men zal nadere berichten dienen af
te wachten.
Later bericht meldt intusschen, dat
er in de straten van Teheran flink ge
vochten wordt.
Tweede Kamer.
Gisteren was bij de behandeling der
begrooting voor Binnenlandsche Zaken
de afdeellng Middelbaar Onderwijs aan
de orde.
De minister van Binnenlandsche
Zaken had geld op zijne begrooting
gebracht, om een paar gemeentelijke
hoogere burgerscholen te doen over
nemen door het rijk en een paar nieuwe
rijks hoogere burgerscholen te doen
oprichten. De heer Aalberse wilde dit
nieten hij wilde dat niet, voornamelijk
omdat een ontwerp tot subsidieering
van bijzondere middelbare scholen nog
niet ingediend is Voordat vaststaat, dat
voor het bijzonder middelbaar onder
wijs flink in de beurs zal worden ge
tast, wil de afgevaardigde van Almelo
voor het openbaar middelbaar onder
wijs het noodige niet mede hebben
gedaan.
De heer Aalberse, de Ridder en v.
Vuuren stelden dus een amendement
voor om den post van f 20000 voor de
VAN
Ministers en Kamerleden gedurende de
Jaren 1850'58,
ontleend aan Kollewjjn's Geschiedenis
van Nederland. 4e deel.
5.
Dewijl het afgetreden ministerie de
meerderheid in de Tweede Kamer bezat,
werd deze 26 April 1853 ontbonden
en maakte het nieuwe ministerie zijn
program bekend, dat als verkiezings-
manifeit dienst moest doen. Het was
voornamelik gericht tegeD Thorbecke en
zijn geestverwanten, aan wie het te veel
iameiging van het centraal gezag en te
weinig milde toepassing van de grond
wetsbepalingen, vooral ten opzichte van
de provinciale en de gemeentewet, ten
laste legde.
Bij de behandeling van de gemeente
wet in 1851 waarbij aan de dorpen de
zelfde inrichting van bestuur werd voor
geschreven als aan de steden, was de
bekwame woordvoerder der anti-revolu
tionairen, Groen van Prinsleren, daar
tegen heftig op gekomen. Het groot ver-
ïcbil in staatkundige overtuiging had de
aangename verhouding, waarin hij vroeger
tot Thorbecke had gestaan, allengs doen
erkoelen; maar beide bleven elkander
bekwame, rechtschapen mannen
aarderen. Groen van Prinsteren sprak:
,,Ztj die deze wet voordragen of onver
stichting van hoogere burgerscholen
met driejarigen cursus te Steenwijk en
te Coevorden, overneming der gemeente
lijke hoogere burgerscholen met vijf
jarigen cursus te Hoorn en te Veendam
te schrappen.
Is wantrouwen tegen de vrijzinnigen
gerechtgevaardigd, nu de subsidiewet
het Departement reeds heeft verlaten
Een in deze zoo onpartijdig rechter als
de heer De Savornin Lohman oordeelde
daarover anders dan de achterdochtige
voorstellers van 't amendementin de
laatste jaren aldus mr. Lohman's
onbevangen getuigenis heeft de
houding der linkerzijde geen wan
trouwen gewekt. Toch zou de Goesche
afgevaardige stemmen voor 't amende
ment, doch hij maakte zijn stem geheel
los van de toelichting van mr. Aalberse.
Mr. Lohman's bezwaar was, dat de in-
eenschakelingscommissie, die ook deze
materie te onderzoeken heeft, haar
rapport nog achter houdt. Wel wees
de Minister er nog uitdrukkelijk op,
dat de Ineenschakelingscommissie nooit
mocht worden een middel om na te
laten wat «de hand te doen vindt» en
dat die scholen en haar personeel toch
nuttig zouden zijn, maar de heer Lohman
was niet te overtuigen. Het amende
ment kwam in stemming en werd links
tegen rechts met 42 tegen 31 stemmen
verworpen. De heer Duymaer van Twist
stemde er voor en zai bij zijn Steen-
wijksche kiezers zijn stem tegen de
stichting eener Rijks hoogere burger
school in zijn district moeten verant
woorden.
Curieus wordt door «het Vaderland»
de houding in deze van den Amers-
foortschen afgevaardigde, van Asch van
Wijck, genoemd, die ook voor stemde.
Want even voordat deze inconse
quente Christenstaatsman zich verklaarde
tegen overneming of stichting van in
richtingen van middelbaar onderwijs, had
hij den Minister bitterlijk verweten, dat
deze.... de hoogere burgerschool te
Amersfoort niet wou overnemen. Dat
op zichzelf was eigenlijk nog curieuzer:
de gemeente Amersfoort zelf heeft in
't geheel niet om overneming der
school gevraagd 1
Ook de «N. R. Ct.» neemt een loopje
met dezen afgevaardigde en schrijft
«Het merkwaardigst in de heele
discussie was de houding van den heer
Van Asch van Wijck, die na eerst een
paar maal te hebben staan smeeken
om overneming van een gemeentelijke
hoogere burgerschool in z ij n district
door het rijk, zoodra de scholen te
Hoorn en Veendam in bespreking
kwamen, het blad omkeerde, en ver
klaarde, niet te willen meedoen, om op
die wijs voor het openbaar onderwijs
«den buit binnen te halen».
Dat was geen schoolstrijd, maar
districts-politiek, welke beide niet altijd
vereenigbaar blijken te zijn. De afge
vaardigde van Amersfoort zal er wel
aan doen, voortaan een der twee prijs
te geven. Maar welke De keus is in
dezen begrootingstijd werkelijk zeer
moeilijk
Aan het slot der vergadering had
nog eenige discussie plaats over vak
onderwijs. Daarbij kwam de groeps-
vertegenwoordiging ter sprake. Toen
deze door den heer Van Vliet werd
aangeprezen, zeide de minister o. a.
anderd aannemen mogen, naar het mij
voorkomt, spreken van vrijzinnigheid, o
ja! maar niet van vrijheid; van een
liberale, maar niet van een Nederlandse,
van een nationale politiek. Wilt gij dat
ik beproeve de strekking van deze wet
in weinig woorden de schetsen? Door
dergelijke wetten worden geen auto
nomen maar automaten, en, wat
bepaaldelik deze voordracht betreft,
plaatselike automaten en centrale
autocraten gevormd."
Daarop had Thorbecke geantwoord
„Vergelijkt hetgeen de gemeenten zullen
worden met hetgeen zij tot dusver zijn.
Zo er tot dusver enige werking, enige
zelfstandigheid, gelijk men pleegt te zeg
gen, bij de gemeenten bestaat, dan is
die alleen te vinden in de onge
veer 80 steden, maar niet in de ge
meenten op het platte land. De gemeenten
op het platte land, bijkans ten getale
van 1200, zullen nu door deze wet tot
een vrijheid worden gebracht, veel uitge
strekter, veel krachtiger dan die op hel
ogenblik door de grootste steden van
het land wordt genoten Ik meen niet
De leden van de stedolike besturen wer
den voor hun leven gekozen door kieskol-
leges, en de leden van deze colleges door
stemgerechiigdon, personen die een bepaalde
som in de directe belastingen betaalden. Do
leden van een dorpsbestuur werden voorde
tijd van zes jaar benoemd door de provin
ciale staten, zodat de dorpelingen voor het
kiezen van hun bestuursleden als onmondi-
gen werden behandeld. Dat alles was reeds
voorgeschreven bij de grondwet van 1814
en onveranderd gelaten bij de wijzigingen
van 1815 en 1840,
Neen, laat de arbeider zich spontaan
aaneensluiten. De vereenigingen, op
komend uit het initiatief der belang
hebbenden, zijn beter dan een kunst
matig in 't leven geroepen groepsver-
tegenwoordiging, waarbij toch altijd
schijn en schaduw van pressie bestaan.
Waar vrije kracht zich ontwikkelt moet
de regeering lijdelijk blijven en niet
den natuurlijken loop eener strooming
door kunst en vliegwerk sluiten of
afleiden.
De leden der Eerste Kamer zijn
ter vergadering bijeengeroepen tegen
Maandag 23 dezer, 's namiddags om
half twee.
De steenhouwersziekte.
Uit Groningen schrijft men o. m. aan
Het Volk, dat minister Veegens de
steenhouwers aldaar werkzaam aan de
in aanbouw zijnde academie genees
kundig wil laten onderzoeken.
Verschenen is het Rapport omtrent
het Kiesrechtvraagstuk, uitgebracht
aan den Alg. Bond van R.-K. Kies-
vereenigingen in Nederland, door de
commissie, daartoe benoemd, bestaande
uit de heeren jhr. mr. L. E. M. Von
Fisenne, jhr. J. W. Van Nispen tot
Sevenaer, mr. dr. Ch. Raaymakers S.
J, mr. J. R. H. Van Schalk en H. W.
J. Stins.
Van deze commissie verklaarde één
lid zich voor het Gezinshoofdenkiesrecht.
Twee andere leden achten het Ge
zinshoofdenkiesrecht als uitbreiding
niet voldoende, en verder onbillijk. Zij
wenschen het aangevuld door een
stelsel van capaciteitskiezers en cen
suskiezers.
Een derde minderheid (alzoo mede
bestaande uit twee leden), verklaart
zich voor algemeen kiesrecht, en acht
voor die keuze beslissend het woord
van den H. Thomas van Aquino:
«Allen moeten op eenigerlei wijze
deel hebben aan de regeering door
algemeene verkiesbaarheid en algemeen
kiesrecht; hierdoor toch wordt de vrede
onder het volk bewaard.
Deze minderheid komt tot die con
clusie, niet omdat zij er zich gouden
bergen van belooft; zij doet dit even
min als zij er afgronden van ellende
van vreest. Ook is zij er niet voor,
omdat zij alle burgers in dit opzicht
gelijkwaardig zou achten. Maar om het
hoofdmotief, haar ingegeven door de
leer van den H. Thomas«de vrede,
die onder het volk en in de politieke
partijen zoo ernstig is verstoord door
het nog beperkt kiesrecht, maakt op
dit oogenblik het algemeen kiesrecht
noodzakelijk.
Te Bodegraven wordt de nacht-
ai beid van de bakkers afgeschaft. Een
comité heeft zich indertijd tot de burgerij
gewend met de vraag of men zich ver
binden wilde tot het ontvangen van
versch brood, 's ochtends na tien uur.
Slechts dertig personen weigerden mede
te werken, zoodat met nagenoeg alge
meene instemming besloten is aan den
wensch van de bakkers te voldoen. Eén
bakker heeft zich niet aangesloten, doch
daar de burgerij zich tevens verbond om
niet van andere bakkers brood te nemen,
zal deze eene bakker wel spoedig moeten
volgen. Maandag wordt de maatregel
ingevoerd. (N. R. Gt.)
Kunst- en Wetenschap.
We vestigen nogmaals de aandacht
op de uitvoering a.s. Vrijdag in Amicitia
van het Utr. Onderw. Tooneelgezelschap.
nodig te hebben meer te zeggen om te
bewijzen, dat deze wet geen getuigenis
draagt van vrees, maar van vertrouwen
in een edele en trouwhartige natie."
De konservatieven, de anti-revolutio
nairen en de anli-papisten hadden hun
eerste doel bereikt: het ministerie Thor
becke was gevallen. Bij de verkiezingen
voor de Tweede Kamer bereikten zij hun
tweede doel, daar van de leden uit
hun kandidaten werden gekozen en de
overige plaatsen door liberalen (waar
onder Thorbecke voor Maastricht) en
Katholieken werden bezet.
Het ministerie Van Hall bracht nu
een wet tot stand tot regeling van het
toezicht op de onderscheidene kerkge
nootschappen, waarbij o. a. bepaald is,
dat de titulaturen in de kerkgenoot
schappen aan de bedienaren van de
openbare godsdienst toegekend, noch ten
opzichte van het wereldlik gezag, noch
ten opzichte van andere kerkgenootschap
pen enige aanspraak, rang of voorrecht
geven, en dat die titutaluren in de aan
raking met het wereldlik gezag alleen
gebezigd worden met de geslachtsnamen
van de titularissendat de geesteliken
hun ambtsgewaad slechts binnen ge
bouwen en besloten plaatsen mogen
dragen, en dat nieuwe kerkgebouwen
niet binnen 200 M. van die van andere
gezindten mogen worden gesticht.
Bij de beraadslagingen over die wet
gaf Luyben aan het lid Van der Poel,
die tegen het ultramontanisme te veld
was getrokken, tot het antwoord: „Ik
zal u doen opmerken, dat ieder echt
Omtrent de opvoering van „Jan Ongeluk"
willen we nog vermelden, betgeen de
„W eesper Courant" van 28 Nov.
van dit jaar schreef. Daarin lezen we
hel volgende
„In de groote zaal van „De Roskam"
trad Zaterdagavond de Utrechtsche On
derwijzers Tooneelvereeniging op, daartoe
uitgenoodigd door de afdeeling „Weesp
en Omstreken" van den Bond van Neder-
landsche Onderwijzers.
Opgevoerd werd „Jan Ongeluk", klucht
in 3 bedrijven door Oscar Blumenthal
en Gustav Kadelberg. Over de wijze,
waarop allen hun rol vervulden, kunnen
wij niets dan lof hebben. Voor de U.O.T.
is 't dan ook weer een avond geweest
vol succes getuige het applaus, dat aan
het einde van ieder bedrijf hun ten
deel viel.
Zonder ook maar eenigszins op het
verdienstelijk spel der overigen iets af
te dingen, meenen wij toch in 't bij
zonder een woord van lof toe te moeten
brengen aan den hoofdpersoon „Jan
Ongeluk", die op uitnemende wijze de
ongeluksvogel in het ondernemen van
avontuurlijke stukjes vertolkte.
Zeer zeker heeft de U. O. T. haar
goeden naam hier ter plaatse gehand
haafd en zal haar optreden met steeds
klimmende belangstelling tegemoet wor
den gezien. Moge 't succes op andere
plaatsen, waar zij dit seizoen nog zal
optreden, even schitterend zijn als te
Weesp."
Raadsstukken.
Het nader voorstel van Burgemeester
en Wethouders tot wijziging der Instruc
tie voor den Gemeente-ontvanger, luidt
als volgt
In uwe vergadering van 26 Novem
ber j.l. diende de heer Plomp, naar
aanleiding van ons voorstel tot wijziging
der Instructie voor den Gemeente-ont
vanger, een amendement in van den
volgenden inhoud:
„Onverminderd zijne verplichtingen
tot het verwijzen van belanghebbenden
naar den Controleur der belastingen
zendt hij vóór den 5den van elke maand
aan Burgemeester en Wethouders een
staat bevattende de namen van de hem
bekend geworden belastingschuldigen,
die aanspraak kunnen maken op ont
heffing of restitutie van plaatselijke
directe belasting, met opgaaf van het
over betrokken dienstjaar reeds betaald
bedrag en de reden, die tot ontheffing
of restitutie aanleiding geeft."
De behandeling werd uitgesteld, len
einde ons gelegenheid te geven, onze
meening aangaande het amendement te
do.n kennen.
Het komt ons voor, dat het maande
lijks inzenden door den Ontvanger van
een staat, zooals genoemd in het amen
dement, in de practijck geen nut kan
opleveren. Volgens ons vooistel zullen
voortaan de personen, die ontheffing
of restitutie vragen, hun verzoek indie
nen op het bureau van den Controleur
der belastingen. Deze beschikt over de
gegevens die noodig zijn voor de be
oordeeling van het verzoek. Zoodra hem
blijkt, dat het verzoek ingewilligd moet
worden, geeft hij hiervan onmiddellijk
kennis aan den Ontvanger op een staat
waarvan hier een exemplaar bijgaatde
Ontvanger kan dan voorloopig afrekenen.
Om de 3 maanden wordt de lijst door
U vastgesteld. De Ontvanger en de
belanghebbenden krijgen hiervan zoodra
mogelijk bericht. Bij de rekening en
verantwoording van den Ontvanger kan
Katholiek ultramontaan is, in zover dat
hij de paus, die ultra monies ver
blijft, als het algemeen opperhoofd van
zijn kerk op aarde erkent en eerbiedigt,
en zich aan zijn bevelen en uitspraken
in zijn kerkleer onderwerpt. Ik kom er
rond voor uit, ik eerbiedig de paus, ik
acht de paus onfeilbaar in alles wat de
kerkleer betreft; ik ben dus, verschrikt
niet, Mijne Heren, ik ben dus.... een
ultramontaan.
„Maar die ultramontaan bemint het
dierbaar vaderland even zozeer als gij,
mijnheer Van der Poel! Die ultramon
taan is, even zozeer als gij, gehecht aan
het geërbiedigd Hoofd van de Staat en
aan het koninklik stamhuis. Die ultra
montaan is, evenzo onwrikbaar als gij
gehecht aan de.grondwet, waarop ons
maatschappelik gebouw rust. Die ultra
montaan reikt gaarne de broederhand
aan ieder Protestant, aan ieder belijder
van een andere godsdienst in Nederland.
Ziedaar het karakter van de ultramon
taan zoals ik het mij begrijp, en mij lot
regel in al mijn handelingen stel."
Van der Poel had echter geen ultra
montanisme bedoeld zoals het door
Luyben werd beschreven, maar zoals
het geschetst werd door D. Koorders in
zijn Gids-artikel van 1854, waarvan
een korte aanhaling hiervoor is vermeld.
Evenals door Luyben werd ook tegen
de wet gestemd .door Thorbecke, die zijn
bestrijding aldus .begon: „Men heeft mij
dikwerf een goev ernementeel man ge
noemd. Ik acht da t voor een vriend,
voor een voorstander.' van de vrijheid de
hij de staten overleggen, waardoor on
middellijk te conlroleeren is of de be
lastingen tot het juiste bedrag geïnd
zijn en of de verleende afschrijving en
restitutie juist uitgevoerd zijn.
In welk opzicht nu deze controle nog
verbeterd of verscherpt kan worden door
de inzending van staten door den Ont
vanger, begrijpen wij niet. Aangenomen
moet toch worden, dat belanghebbenden,
die zich niet tot den Controleur maar
lot den Ontvanger wenden en van hem
vernemen, dat zij zich bij den Contro
leur moeten vervoegen, j dit inderdaad
zullen doen.
Van den bij amendement gewenschten
maatregel vreezen wij eerder verwarring.
De Ontvanger moet belanghebbenden
onverwijld naar den Controleur verwijzen
is hij bovendien verplicht, een staat van
die personen in te dienen, dan zal allicht
spoedig hierop vertrouwd worden en de
aanmelding bij den Controleur achter
wege blijven.
En juist dit te voorkomen, beoogt
reeds ons voorstel.
Aanneming van het amendement moe
ten wij derhalve op bovenstaande gron
den ontraden. Intusschen kunnen wij
ons vereenigen met het denkbeeld, den
Ontvanger in zijne instructie de ver
plichting op »e leggen, belanghebbenden
te verwijzen naar den Controleur.
Wij hebben derhalve de eer U voor
te stellen, art. 10 zijner instructie te
lezen
„Hij is verplicht, belanghebbenden, die
zich ten zijnen kantore aanmelden ter
verkrijging van afschrijving of restitutie
van plaatselijke directe belasting naar
het inkomen, te verwijzen naar den
Controleur van de belastingen en het
bevolkingsregister".
Verschenen is het rapport en voorstel
van B. en W. betreffende een adres van
J. H. Kleber e.a. houdende verzoek lot
rioleering van een gedeelte van den
Heiligenbergerweg. B. en W. vereenigen
zich geheel met het advies in deze van
de Commissie, voor de Fabricage en
stellen derhalve voor, afwijzend op het
verzoek te beschikken.
Verschenen is het rapport en voorstel
van B. en W. betreffende een verzoek
van Th. van der Pol e.a., houdende
verzoek tot bestrating en verlichting van
de Groote Gasthuislaan. In overeenstem
ming met het advies van de Commissie
tot bijstand in het beheer van de Gas
fabriek en van de Commissie voor
de Fabricage, geven B. en W. in over
weging, afwijzend op het adres te be
schikken.
De Kamer van Koophandel en
Fabrieken zal a.s. Donderdag, des avonds
8 uur een openbare vergadering houden
ten Raadhuize.
De Raad onzer Gemeente komt
Dinsdag 24 December in openbare ver
gadering bijeen.
Bij Kon. Besl. is benoemd tot kan-
tonrechter-plaatsvervanger, met ingang
van 20 dezer in het kanton Amersfoort,
mr. J. K. H. de Beaufort, werk
zaam ter gemeente-secretarie te Amers
foort.
De in het 18e landweerdistrict
benoemde reserve-kapitein A. C. Couvée
krijgt Amersfoort als standplaats.
Naar wij vernemen, berust het be
richt als zoude de kommies der 2e kl.
J. de Groot bevorderd zijn tot le kl. op
een misverstand.
Den 7e Januari a.s. zal de heer W. J.
Putman, oudste knecht bij de firma
grootste lofspraak. Ik heb steeds een
krachtig goevernement gewild, en zal
zomin op deze als op enige andere
plaats aan de voorwaarden van een
krachtig goevernement te kort doen."
Wat de bedoeling van de wet betrof om
de gemoederen tot rust te brengen, sprak
Thorbecke: „Ik voorzie geen tegenspraak,
wanneer ik zeggeen vernederender
schouwspel op het staatsgebied, dan
wanneer regering en wetgeving de ge
dienstige slavinnen, worden van een
volkswaan van de dag. Moest men vragen
of de bekommering hoog gestegen en
de gemoederen gespannen waren, dan,
of voor die bekommering en spanning
reden bestond, en, zo ja, of zij onder
het bereik van de Regering viel." Thor
becke ontkent dit laatste en gaat voort
„Maar de pauselike allocutie? Zo een
krenking van de gemoederen als die,
welke men daarvan ontving, door een
wet moest worden gekeerd, dan moest
men niet deze, maar het placet*)
voorstellen."
Hot recht van een regering om het
bekend maken van pauselike verordeningen
al of niet toe staan. Het bestaat nog in
sommige staten, zoals Beieren, Saksen en
Wurttemberg.
Wordt vervolgd.