i
J. HTS - Arrtstr. 20.
H
Rechtszaken.
Land-, Tuinbouw en Veeteelt.
ALLERLEI.
Laatste Berichten.
ADVERTENTIE
aris
ssie i
teld
port!
s.
aag
het]
ook
uis-|
ordi
di
)OI
q te
ben
est,
niet
het
itel
akt
rien
rat
en?
:len
oen
be
te
ien
den
nen
gen
nen
van
tige
ing
-ke-
inet
terj
tot
uit
len,
t er
ldel
van
ert
oor I
van
be
ing
het
het
ets
ing
de.
het
de li
ler-
an-:
rste
af-
.in
eld.
ge-
me,
een
on-
de
nde
het
ing
kon
was
icb
'en-
ren,
e t,
ind
chi
>m-
mg
zag|
is.
dat
tien
nis
van
gde
icht
zijn
iten
347
ien,
oor
ten.
ieel
eeft
nin-
3er-
en-
lad,
art.
jnt-
iedj
ijk.
ret-
de
oe-
is
van
be-
van
en voogdijraad" moeten echter ook
eten, waarjzij met de kinderen heen
oeten en daarvoor zijn de vereeni-
gingen, welke de bevoegdheid hebben
de zorg voor de kinderen op zich te
nemen enfidiejdan met de voogdij wor
den belast. Ook kan tot voogd worden
benoemd een vereeniging, die in haar
statuten speciaal dit heeft neergeschre
ven, dat zij tot taak zich heeft gesteld,
de zorg voor de minderjarigen. Uit het
Bestuur kan dan een persoon worden
aangewezen, die daarmede belast is.
Reeds nu is het merkbaar, dat door
die maatregelen veel goeds is gewrocht.
Ook de wijziging der wetboeken van
strafvordering en strafrecht was nood
zakelijk, daar de berechting, de straf
en de wijze waarop de minderjarigen
bejegend werden niet juist was.
Men is gekomen met dezen stelregel:
Niet ten allen tijde strafvervolging. Art.
7 geeft het recht den overtreder buiten
vervolging te stellen, indien dit raad
zaam wordt geacht.
Dit is een uitstekende maatregel. Im
mers zeer vaak gebeurt het, dat de
overtreder niet de eigenlijke schuldige
is. Veel voorkomend is het bijv. dat
een jongen koeien op een anders land
laat grazen. Dit gebeurt echter niet
zelden op aanraden der ouders. Voor
zoo'n jongen is art. 127 zeer goed.
Ook is in art. 45 ingevoegd, dat een
minderjarige in verzekerde bewaring
kan worden gesteld is het ouderlijk
huis of bij een ander. Zoodoende komt
de zaak niet dadelijk aan de groote
klok, terwijl als het blijkt, dat het beter
is niet tot vervolging over te gaan, op
zoo'n jongen ook niet de smet kleeft
in de gevangenis te zijn geweest.
In art. 149 bis wordt bepaald, dat
een strafzaak met minderjarigen niet
in het openbaar behoeft behandeld te
worden. De president der rechtbank
heeft het recht toestemming tot bij
woning te verleenen. Wanneer vroeger
een jongen voor den rechter kwam, ge
beurde het meermalen dat zijn vrienden
hem vergezelden. Spr. heeft het bijge
woond, dat een jongen een heele school
meebracht. Zoo'n jongen is dan de held
van den dag, wat zeer nadeeligwerkt-
terwijl er ook schade wordt berokkend
aan den eerbied voor een rechterlijk
college.
Dat kan nu vermeden worden, ter
wijl als getuigen kunnen worden op
geroepen, al die personen, die inlichting
omtrent opvoeding, karakter, aanleg
e. d. kunnen geven. De rechter spoort
oorzaak en aanleiding op en houdt
daarmee rekening. Dat heeft al heel
wat gunstige gevolgen opgeleverd,
evenals de bepaling, dat de beklaagde
aanwezig moet zijn, verstek wordt niet
verleend.
Ook de straf deugde voor de min
derjarigen niet, inplaats van beter is
menigeen er slechter door geworden.
De kinderen kwamen in de gevange
nis in aanraking met allerlei boosdoe
ners. Dat kan nu niet meer. In art. 9
van de strafwet, dat de straffen aan
geeft, is bijgevoegd voor minderjarigen,
plaatsing in een tuchtschool, geldboete
of berisping, terwijl er nog een ander
middel is nl. ter beschikking stellen
van de regeering.
Geldboeten werden vroeger meer
malen door de ouders gedragen. Thans
is bepaald dat de gelden kunnen worden
verhaald op het loon, zoodat de wer
kelijk schuldige ook werkelijk getroffen
wordt.
Een berisping met ernst toegediend
kan ook zeer goede uitwerking hebben,
vooral voor kinderen, die niet geheel
verdorven zijn. En dan zijn er de tucht
scholen. Wat zijn dat? Gevangenissen
Antwoordneen. Daar worden de kin
deren niet bewaard, maar zij verrich
ten er hun taak onder toezicht van
onderwijzers, die tot levensideaal heb-
den het kind op te voeden en te vor
men om zijn taak in de maatschappij te
volbrengen.
Die tuchtscholen zien er mooi uit,
maar ze zijn niet te weelderigorde,
tucht en zindelijkheid worden den
jongens ingeprent.
Hierna wordt eenige minuten ge-
pauseerd, waarna de spreker nog met
een enkel woord wijst op de goede
resultaten der kinderwetten. Weliswaar
ontbreekt er nog wat aan, maar welk
menschelijk werk is volmaakt
Hulde komt toe aan het Nut, dat
altijd zich tot het verwaarloosde kind
voelde aangetrokken en welks rapport
door de regeering PiersonBorgesius
goed is gebruikt.
Nu verdienen echter die vereenigingen
steun, die de zorg voor de toekomst
van het kind overnemen. Te betreuren
is het, dat dit is gemaakt tot een poli
tieke propaganda.
Veel vereenigingen toch zijn er, die
het voor het verwaarloosde kind op
nemen en het zijn vooral de christelijken,
die zich alle moeite getroosten zich die
kinderen aan te trekken om ze in hun
wereldbeschouwing op te voeden. Vin
den we dat niet goed, dan dienen we
daarnaast onze vereenigingen te stellen,
die meer van een vrijzinnigen geest
zijn doortrokken. Aan christelijke zijde
verdient men een eeresaluut, laat men
toch zorgen dat ook onze vereenigingen
het niet aan steun ontbreekt. De taak
is moeilijk maar schoon. Indien we
medewerken, dat de menschen kunnen
trotseeren den strijd des bestaans, doen
we niets anders dan wat Jan van
Nieuwenhuizen reeds in 1787 bij de
stichting van het Nut wilde.
Na een woord van dank gericht te
hebben tot het bestuur, eindigde Mr.
Smeenge zijn lezing. Er was slechts
weinig publiek, nog geen 50 menschen
in de groote zaal van Amicitia.
De arr.-rechtbank te Ulrecht deed
Maandag j.l. o.a. de volgende uitspraak
M. K., 59 jaar, h. v. H. W., M. K.,
25 jaar, H. W. V., 21 jaar, allen alhier,
beklaagd van diefstal in vereeniging van
takken, ten nadeele onzer gemeente,
veroordeeld ieder tot 1 dag gevangenis
straf.
LEVERTRAAN BIJ KALVER
FOKKERIJ.
In de Vereenigde StateD zijn door
Gilbert belangrijke proeven genomen
wat betreft het gebruik van levertraan
bij de kalverfokkerij.
Bij een proef werden vier groepen
kalveren 'genomen en daarvan één met
volle melk, een met mengsel van 5
deelen ondermelk en 1 deel volle melk;
een met ondermelk waaraan levertraan
was toegevoegd en een met ondermelk
en maismeel opgefokt. Ons komt het
vreemd voor, jonge kalveren maismeel
te voederen, maar in Noord-Amerika
wordt het voor dit doel veel gebruikt.
De met volle melk gevoede kalveren
groeiden het bestmaar hoewel ze het
grootst levendgewicht bereiklen gaven
ze toch niet het hoogste voordeel, omdat
de opfokkosten onevenredig hoog waren.
Bij vergelijking van den groep die onder
melk en levertraan kreeg, met de beide
andere bleek dat de door de levertraan
bereikte besparing zich verhield als 31
op 33 tegen de gemengde volle- en
ondermelk en als 31 tot 38 tegen de
ondermelk met maismeel.
Bij de kalverfokkerij komt het er zeer
op aan, voor welk bijzonder doel men
het dier fokt; waar vleesckproductie
wordt beoogd ziet Gilbert in de toe
diening van levertraan het grootste voor
deel.
Hij nam een tweeden proef met
kalveren geheel op dezelfde wijze als
de beschrevene. Ook nu nam hij tus-
schen de afzonderlijke groepen weer
dezelfde schommelingen waar en zoowel
gedurende den tijd dat de dieren nog kal
veren waren alsook gedurende den eersten
winter, den tweeden zomer en den
tweeden winter. Toen de dieren van den
tweeden proefgroep geschikt voor ver
koop waren hadden degene die lever
traan hadden genoten een gemiddeld
gewicht van 759 pond per stuk; terwijl
de met volle melk gefokte slechts 734
pond wogen, de met gemengde melk
gevoede 635 pond en degene die met
het maismeel rantsoen waren grootge
bracht 678 pond. Vermeldenswaard is
dat de dieren die levertraan hadden
gehad, hun voeder bijzonder goed tot
waarde brachtenbovendien viel de
opbrengst bij verkoop bij hen ruim 12%
beter uit. Maar ook de met maismeel
gefokte dieren werden goedkooper groot
gebracht, aangezien ze hun rantsoen
gedurende twaalf weken kr gen terwijl
de duur waarin het melkrantsoen werd
gegeven in de andere groepen 20 weken
bedroeg. Werkelijk bespaard werd ook
altijd wanneer de volle melk geheel of
gedeeltelij* werd vervangen door onder
melk of een mengsel van volle melk
en ondermelk. De kalveren kregen in de
derde groep dagelijks 43—57 gr. lever
traan gevaren steken voor de kalveren
niet in deze voeding, mits ze zorgvuldig
en zindelijk wordt verstrekt, ook dan
niet wanneer het rantsoen geheel wordt
aangevuld met fabrieksondermelk.
Gilbert trekt uit zijn proeven de con
clusie, dat, indien men aanneemt dat
4j liter levertraan tien pond weegt en
daardoor 10 pond botervet worden be
spaard, het verschil tusschen de prijzen
voor de levertraan en voor de uit die
10 pond botervet gewonnen boter de
werkelijke besparing is en de werkelijke
winst, die men behaalt wanneer men
inplaats van volle melk ondermelk met
levertraan gebruikt om kalveren te
fokken.
De kalveren die bij deze proeven
levertraan kregen, ontvingen in hun
voedsel eigenlijk eene betrekkelijk veel
geringer hoeveelheid vetachtige stoffen
als de met volle melk gevoederde. Zoo
bevat bv. 10 L. melk van 3|% vetge-
gehalte 350 gr. botervet waaruit nog
iets hooger gewicht aan boter wordt
bereid. Wanneer nu een kalf ruim 2
L. volle melk krijgt dan verteert het
dier reeds een beduidend groolere hoe
veelheid vethoudende stof dan een met
ondermelk en levertraan gefokt kalf.
Weliswaar kan ondermelk in grooter hoe
veelheden worden verstrekt dan volle melk
zoodat daardoor praktisch het verschil
in gehalte aan vethoudende stof wordt
opgeheven.
Voor zoover men de proeven van
Gilbert vertrouwen mag schenken, kan
overal, waar boter gemaakt wordt, veel
gewonnen worden indien men de voe
ding met volle melk vermindert en in
plaats daarvan ondermelk en levertraan
toedient.
AANVARING YAN DE
„AMSTERDAM".
Zooals we gisteren reeds per bul
letin in de stad hebben bericht, is de
„Amsterdam" van de Harwich-ljjn, in
aanvaring geweest.
Ook, dat er nog een sloep met op
varenden werd vermist. En tot op het
oogenblik, waarop we dit schrijven,
leeft mon helaas nog in pijnlijke on
zekerheid ten opzichte van het lot
der inzittenden.
De aanvaring tusschen de „Amster
dam" die van Harwich naar Hoek
van Holland ging en het stoomschip
„Axminster", komende van New-York,
had plaats ter hoogte van het vuur
schip des morgens om kwart voor
vyf tijdens den dikken mist.
De passagiers van de „Amsterdam"
werden in de sloepen overgezet naar
de „Axminster", die nog trachtte naar
binnen te stoomen. Dit ging echter
niet, doch gelukkig kwam de loods
boot „Jan Spanjaard" langs zij, waarop
de passagiers toen overgingen.
Toen werd geconstateerd, dat er
een sloep met menschen vermist
werd.
En aldus schrijft de correspondent
van de „N. R. Ct." we zijn nu
weer aan den Hoek, en we wachten
al gelooft de een voor den ander ook
niet aan de mogeiükheld dat de sloep
met de vermiste opvarenden van de
Amsterdam, althans zoo lang het don
ker blyft, hier binnen zal komen.
En die pijnlijke onzekerheid, de
gruwzame gedachte, dat daar in dien
guren, donkeren mistnacht een aantal
schipbreukelingen in een open roeiboot
wellicht stuurloos rondwaren over de
zee, geeft hier weer iets van dezelfde
lugubere stemming uit de schrikkelijke
Februari-dagen van de ramp met de
Berlin.
Alles herinnert eraan. Dezelfde auto
riteiten, dezelfde journalisten, dwalen
weer over de steigers en door de leege
stationswachtkamers. En buiten is het
zóó vreeselyk naargeestig in den kouden
mist, die alle uitzicht beneemt, en die
de telegraaflijnen, de wegen, de spoor
wegperrons, hekken en velden kilwit
maakt van rijp.
Vanmiddag, juist nadat de laatste
berichten voor het avondblad waren
afgezonden, is er nog even een oogen
blik van hoop geweest. Uit den mond
van den Waterweg klonk het gefluit
van een boot. En omdat er immers
geen enkel schip in- of uitgaat met dit
gevaarlijke weer, moest het wel een
van de zoekende booten wezen, die
terugkwam.
Van de pieren en langs het kanaal
kwamen de menschen verlangend op
zetten. Maar in de steden kan men
zich geen voorstelling maken van zoo'n
dikken mist over het water, die als
een muur van compakten, grijs-witten
nevel op den wal staat, en waardoor
heen ge, op den uitersten rand staande,
zelfs niet, vlak onder u, den waterweg
kunt zien. Geheel verholen voor wie
langs den kant mee liepen, kwam het
staag fluitende vaartuig naar binnen.
En de geankerde schepen, die niet naar
buiten durven, antwoordden met een
aanhoudend gelui van hun bellen. Daar
blies de misthoorn zijn klagelijk ge
jammer doorheen.
Maar menschen, die vertrouwd zijn
met de zee, hebben een bijzonder in
stinkt. En weldra was het bekend aan
den wal, dat die blazende boot de zee
sleepboot Gouwzee was, terugkomend
van haar onderzoekingstocht.
Aan het hoofd van de Berg'naven
kwamen de menschen samen. Zij waren
van verlangen gespannen, maar zij
zwegen of er niet eenig goed nieuws
zou worden geroepen van de brug der
merende boot. Doch het bleef stom.
Nu lag de Gouwzee aan den steiger,
en de bemanniDg sprak geen woord.
Enkel schudde een oude zeeman mis
troostig het hoofd.
En toen wisten de wachtenden het:
„niets, niemand, weer niemendal,"
gromde het volk. Toen bleef het weer
stilen in den muur van mist was
geen verwegen. Daarachter lag het
schrikkelijk raadsel van de zwervende
open boot op zee, met al die menschen.
Want het aantal vermisten klimt
steeds. Thans weet men, dat er in die
eene roeiboot minstens acht en twintig
menschen samen zijnééne matroos,
drie stewardessen, de chef-steward,
twee stokers en één en twintig pas
sagiers, onder wie minstens nog één
I viouw.
De eenige bevaren man in desloep
is dus de matroos. Maar wat zal hij
vermogen met ffl die onervaren men
schen in zün boot? Zal hij haar moe
deloos laten drijven op eb en vloed
En misschien zoo, noordwaarts uit, aan
de kust belanden Zal hjj roeien of
het zeiltuig hebben opgezet? Maar
waarheen moet hij koersen, nu 't zoo
potdicht is om hem heen Toevallig
langszij komen van een der tientallen
buitengaats voor anker liggende sche
pen 't Zijn allemaal gissingen.
Niemand weet het.
Van de Gouwzee hebben ze een
twaalftal schepen gepraaid, maar ner
gens had men wat van de sloep ge
zien. De Axminster óók lag nog altijd
buiten. Zij had bij de aanvaring ook
haar bel verspeeld, en maakte nu in
den minst alarm door twee staven op
elkander te slaan.
En zeiden de zeelui 't is zoo
bar koud op zee.
De menschen vertelden elkander
onder het wachten allerlei bijzonder
heden.
Het aantal passagiers van de Am
sterdam was niet volledig bekend. Dat
is weer als met de Berlin, en het
schijnt verwonderlijk, dat men zich
vóór bet vertrek der booten hiervan
geen rekenschap geeft, evenmin als van
de namen der opvarenden. Omdat men
die niet weet, tast men weer in het
duister naar de namen der vermisten.
En slechts de telegrammen van onge
ruste verwanten aan de directie
geven eenig licht.
Men schat het aan tal passagiers echter
op 66, waarvan er 45 aanstond gered
zijn, en 21 nog in de reddingsboot.
Ook weet men te vertellen, dat de
Amsterdam, niettegenstaande den dik
ken mist, weer met volle kracht heeft
gevaren.
Demillioenenjuffrouw.
Te Amsterdam is, zegt „het Vad.,"
overleden Jannetje Struyck, die een vijf
en twintig jaren geleden heel wat op
zien baarde door haar optreden als
millioenen-juffrouw. Ze liet toen door
haar gladde tong de menschen gelooven,
dat haar een groote erfenis was ten
deel gevallen en wist zich zoodanig
crediet te verschaffen. Nadat zij haar
gerechte straf had ondergaan, reisde
ze op kermissen en vertelde haar
wedervaren.
In den laatsten tyd leefde zjj te
Amsterdam samen met de sedert over
leden weduwe van den moordenaar Jut.
Geruimen tyd kon men de magere,
bleeke vrouw met den krommen rug
zien bedelen voor het postkantoor,
overzijde van het Koninklijk paleis of
op de Torensluis.
Slechts weinige voorbijgangers zullen
vermoedelijk de vrouw, die hen met
een lachje en haar glinsterende oogen
toeknikte, gekend hebben.
Een belasting op huwelijks-
giften. De Amerikanen zijn het moede,
machteloos aan te zien, hoe de schatrijke
dochteren des lands de moeilijk verworven
millioenen van haar vaders in Europeesche
vorsten, graven en baronnen beleggen.
Het congres te Washington zal zich bin
nenkort met een voorstel bezig houden,
strekkende tot indiening van een wet
tegen de huwelijksgiftsport der Europe
anen. De afgevaardigde Adolph Sabath,
uit Chicago, een geboren Bohemer, heeft
voorgesteld, van alle huwelijksgiften van
Amerikaansche vrouwen, die een niet
Amerikaan trouwen, een belasting van
25 pet. te heffen.
Hij berekent de sommen, die door
Europeesche huwelijken der rijke Ameri
kaansche meisjes voor het nationale
vermogen verloren gaan, op meer dan
2160 millioen gulden.
Mr. Hull, de afgevaardigde van Iowa,
heeft een amendement op dit wetsont
werp voorgesteld, dat de restitutie der
reeds geheven belasting beoogt, „na de
gebruikelijke scheiding, ot wanneer de
echtgenoot zijn vrouw verlaat
De „suffragettes". Van de
laatste betooging der Engelsche voor
vechtsters voor vrouwenkiesrecht bij
eene vergadering van den ministerraad,
hebben wij reeds met enkele woorden
gerept. De Engelsche bladen staan er
natuurlijk vol van. Vermelding verdient
de verklaring van den politieinspecteur,
die de dames heeft gearresteerd, voor
den politierechter. De dames hadden
stalen kettingen en hangsloten meege
bracht, waarmee zij zich gedurende de
opstootjes aan het ijzeren hekwerk voor
het paleis van den minister-president
vastsloten. Verscheidene krachtige con-
stabels moesten de ketens stuk trekken,
om de zich geducht verweerende dames
weg te brengen.
Hier riep een der beklaagden dat
Engeland een vrij land was, waar zij
kon vastketenen, waar zij wilde. Bij de
keuze, een borgstelling voor zes maan
den fatsoenlijk gedrag of drie weken de
doos in, verkozen de vijf gesnapte dames
het laatste.
De dames hadden zich op de straat
voor het huis heel kalm gehouden
toen echter haai grootste tegenstander
kwam aangereden, volgde hem de
vrouwenbende joelend en schreeuwend
in de vestibulede politie moest nu
ingrijpen. Het kostte hun groote moeite,
de dames die zich als razenden gedroe
gen, zich aan deurposten en hekwerk
vastklemden, en door huil- en schreeuw-
stuipen werden overvallen, op straat te
krijgen.
Burgerlijke Stand
van 22 en 23 Januari 1908.
GEBORENJacoba, d. van Johannes
Maas en Antje Hagenbeuk. Elberta,
d. van Jacobus Cornelis Veenendaal en
Clara Reijerse. Cornelia, dochter van
Lodewijk Lablans en Cornelia Veenen
daal. Petronella, d. van Gerrit van
der Heijden en Rengertje Adelaar.
ONDERTROUWD: Gerardus Lam-
bertus Kortbeek en Agnes van Valken-
hoef. - Hendrika van Veenendaal en
Johanna Wilhelmina Vrekenhorst.
Carolus Victor Janssens en Anna Jo
hanna van Stokkum.
GETROUWD: PhilippusBartholomeus
Merkenij en Heintje van den Brink.
Jan Hendrik van den Berg en Cornelia
Maria Johanna de Rijk. Bernardus
Jasink en Anne Goetmakers.
OVERLEDEN Elisabeth van Effrink,
6 maanden. Hendrika Boon, 9 m.
Louisa Cornelia Petronella Moesman,
81 jaar, ongeh. Johanna Catharina
Everts, 90 jaar.
386e Staatsloterij.
Vijfde klasse.
Tie-king van 22 en 23 Jan. 1908.
(1400 loten.)
Ten kantore van den Collecteur A.
C. R. O. Leinweber te Amersfoort
(Breedestraat 22) zijn aan de navol
gende nummers te beurt gevallen
Prijzen van f 1000 op Nos. 10075 en
15032-
Prijzen van f 100 op Nos. 1237 en
2453.
Prijzen van f 70.
531 554 1257 9072 9073 9828
>3069 15357 20251
Te zamen 13 prijzen.
Zonder prijs zijn uitgetrokken
502 1236 2168 2203 2206 2213
2231 2364 2413 2430 9086 9088
9813 9818 10078 10080 13059 15355
15361 15380 15786157992089020913
20914
Volgende trekkingen geschieden
2831 Jan., 36 en 1014 Ferb.
1908. Behalve de premie van
f 30.000 voor den laatst uitkomenden
prijs van f 1000 of hooger en de premie
van f 3000 voor het laatst uitgetrokken
lot, zijn ingebleven de navolgende
prijzen
1 van f IOO.OOO, 1 van f 50.000,
1 van f 25.000, 1 van f 10.000, 1 van
f5.000, 1 van f2000, 1 van f1500
44 van fiooo, 41; van f400, 64 van
f 200, 134 van f 100 en 3027 van f 70
DE SLOEP VAN DE „AMSTERDAM".
Men seinde ons heden half elf uit
Hoek van Holland
Van de sloep met 21 vermisten is
nog niets bekend. De mist is nog
even dicht; geen boot durft in ot uit
ook de reddingsboot niet. Alles is kalm
en doodsch hier slechts eenige repor
ters zijn aangekomeD.
Men seint ons uit de Hoek van Holland
om 6 uur:
De reddingsboot is onverrichterzake
teruggekeerd; tal van schepen zijn ge
praaid, die van niets afwisten. De mist
op zee is zwaarder dan gisteren. Men
gaat met bezorgdheid den nacht tegen.
Tal van reporters en teekenaars, ook
uit Engeland, zijn hier aangekomen.
Het meest amusante gezelschaps
spel ter wereld.
De SJOELBAK is lang 2.25 M.
en kost met 30 schijven
in Mahonie f8 75,
In Gebeitst f5.75.
Uitsluitend bij
Een Sjoelbak wordt gaarne ter
kennismaking toegezonden.