WEERBERICHT.
Thermometerstand
Merkwaardige Woorden en Daden
MEDEDEELINGEN VAN HET
KONINKL. NED. MET. INSTITUUT.
(Opgemaakt voorin. 10.50 uur.)
De Bildt, 5 Maart 1908.
Hoogste barometerstand 775.9 m.M.
te Horta; laagste 754.7 m.M. te
Seydisfjord.
Verwachting tot den avond van 6
Maart 1908
WindZwakke tot matige winden
uit westelijke richting.
Gesteldheid van de luchtVerander
lijke bewolking, waarschijnlijk regenbuien.
Temperatuur: Iets zachter.
Barometerstand te AMERSFOORT.
Barometerstand hedenmiddag te 12
uur 761 m.M.
Vorige stand te 12 uur 757 m.M.
te Amersfoort.
Hoogste gisteren
Laagste hedennacht
Hedenmiddag 12 uu
F. 37.
F. '28.
F. 33.
Van een anderen kant erkent België
het passief der fondatie, 't is te zeggen
de overeenkomsten met bijzonderen ge
sloten, voor de uitvoering van openbare
werken in België.
Voor de uitvoering en voleindiging
dezer werken wordt een speciaal fonds
gesticht, afgescheiden van de Belgische
begrooting. Bovendien omvat de over
eenkomst de bepaling, dat gedurende 15
jaar eene som van 2a3 millioen 'sjaars
ter beschikking des Konings worde ge
steld.
De voornaamste toegevingen in de
overeenkomst, tusschen den Koning en de
regeering gelrojyen, zijn
le. Het Kongo-budget zal gestemd
worden door de Belgische Kamers
2e. België erft het prachtig domein
van Kaap Ferrat (bezittingen des Konings
te Villefranche, Beaulieu en Passables),
waarvan Leopold II in zijn leven het
vruchtgebruik houdt.
De waarde van het domein van Kaap
Ferrat wordt op 15 millioen fr. geschat.
3e. Het muntgebruik zal algemeen
worden gemaakt in de Kongode negers
zullen dus voortaan overal in geld wor
den betaald en, instee van prestatiën in
arbeid, eene kleine belasting in geld
VAN
Ministers en Kamerleden sedert het
Jaar 1858.
ontl«end aan Kollew^ii's Geschiedenis
van Nederland, 4e deel.
28.
Maar de zo nodige krachtige hand om
het schip van staat te besturen was ver
te zoeken (gaat Blok voort). Wel hadden
de konservatieven in Heemskerk een be
kwaam en handig leider; wel bezat de
antirevolutionaire partij in Kuyper een
energiek en talentvol aanvoerder; wel
was onder de katholieken de uitnemende
redenaar Schaepman opgetreden met
enige kans om, ofschoon priester, de
leiding van die nog altijd weinig geor
ganiseerde partij op de duur in handen
te krijgen, maar die drie fraksies zouden
ook wanneer ze zich onderling verston
den, bij het heersende kiesstelsel geen
meerderheid in de Kamer kunnen krijgen.
En een grondwetsherziening zou feitelik
van de liberale partij moeten uitgaan,
wanneer het ten minste mogelik zou zijn
van de Kroon de tot nog toe geweigerde
medewerking te verkrijgen. Maar wie zou
dan de leiding van de liberalen op zich
kunnen nemen? Kappeyne had, ook al
zou hij gewild hebben, het vertrouwen
verbeurd; Tak van Poortvliet kon alleen
maar op de meest vooruitstrevenden als
getrouwe volgers rekenenGleichman
en Van Rees hadden wel de meeste
oudere liberalen achter zich, maar de
liberalen van de fraksie Tak van Poort
vliet wilden geen samenwerking met
henFransen van de Putte, tans lid van
de Eerste Kamer geworden, was te veel
koloniale specialiteit om als leider van
alle liberalen op te treden, en Van Houten
had rnaar enkele volgers. De liberalen,
in zoveel fraksies verbrokkeld, waren dus
betalen, zoodat het groote verwijt van
den gedwongen arbeid zou verdwijnen.
Morgen zal het ontwerp van de over
eenkomst bij de Kamer worden ingediend.
Aldus het ,Hbld. van Antwerpen".
ENGELAND.
Particuliere correspondentie.
Londen, 29 Februari 1908.
Onder de aangenaamste gebeurte
nissen die zich in ons leven voordoen,
behoort zeer zeker het, zonder er ooit
vooruitzicht op gehad te hebben, weder
doorleven van dagen en uren, die een
prettige herinnering hebben achterge
laten.
Voor het oogenblik doel ik in het
bijzonder op de uren, die ik in vroegere
jaren aan Uw geacht blad gewijd heb
en het is daarom mot dubbel genoegen
dat ik de taak aanvaard, U van tijd
tot tijd iets over Engeland en meer in
het bijzonder over Londen te schrijven.
In dezen brief wil ik U een en ander
raededeelen omtrent iets, waaraan wij
hier dagelijks meer worden herinnerd
en dat in den laatsten tijd door de
gehcele internationale pers besproken is,
n.l. de Engelsch-Duitsche verhouding.
Het idee om hier iets over te schrijven
kwam bij mij op, naar aanleiding van
een zeer belangwekkende rede die deze
week door den Duitschen ambassadeur
te Londen, graaf Wolff-Metternich, ge
houden is, tijdens een diner der Lon-
densche Kamer van Koophandel, waar
hij als gast mede aanzat.
De rede, diende als antwoord op een
toast van den Voorzitter der Kamer op
den Duitschen Keizer, waarbij hij op
merkte, dat Engeland en Duitschland
zooveel gemeen hadden, dat de beste
betrekkingen altijd tusschen hen dienden
onderhouden te worden. In zijn ant
woord zeide de Gezant ongeveer het
volgende
Ideale betrekkingen zouden die zijn,
die in het geheel niet behoefden aange
duid te worden, juist zooals gezegd is
geworden, dat het gelukkigste land,
datgene is, hetwelk geene geschiedenis
had. Ongelukkigerwijze, men wist «iet,
waar dit land gelegen was. Hij was
bang dat het geen koninkrijk van deze
wereld was.
Internationale schrikbeel
den. Internationale betrekkingen waren
onderhevig aan wispelturigheid en ver
anderlijk als damesmodes, soms prettig
om er naar te kijken, soms niet.
Het fundament van hetgeen de be
trekkingen tusschen twee landen vast
stelde, was gedeeltelijk denkbeeldig.
Voor zoover het reëel was, had hij ver
trouwen in de verhouding tusschen de
twee landen.
Wat de denkbeeldige zijde betrof,
voelde hij zich minder op zijn gemak.
„Men kan geen spoken vangen en een
dwaallicht is een slechte gids
Men moet geduldig afwachten tol
deze schrikbeelden verdwijnen.
Wanneer men U onophoudelijk ver
telt dat Uwe buurman iemand is, die
niet deugt, die U benadeelen wil, wordt
gij natuurlijk voorzichtig ten opzichte
van hem. Maar jaar na jaar gaat rustig
niet in staat de leiding in handen te
nemen.
In deze omstandigheden was het na
tuurlik, dat de blikken weer gericht wer
den op Heemskerk.
In 1883 trad hij voor de derde keer
als minister van Binnenlandse Zakeu op
met een, zooals Des Amorie van der
Hoeven zeide „bijeengescharreld" minis
terie." Het vond bij geen van de par
tijen in de Tweede Kamer steun, maar
werd toch met zekere welwillendheid
ontvangen. Volgens het reeds vroeger
geuit verlangen van de Koning, kondigde
Heemskerk bij zijn optreden de benoe
ming aan van een staatskommissie tot
onderzoek van de punten waarop grond
wetsherziening gewenst zou zijn, en tevens
beloofde hij behandeling van de finan-
cieële kwesties alsmede invoering van het
nieuwe strafwetboek.
Bij de verkiezingen van bet jaar 1883
verloren de voortdurend achteruitgaande
liberalen weer enkele stemmen, die ten
goede kwamen aan de steeds in kracht-
winnende antirevolutionaire partij. Deze
had onder de handige leiding van de
talentvolle journalist en volksredenaar
Kuyper, die met buitengewone bekwaam
heid het „instrument van de volkskon-
siëntie" wist te bespelen, en aan zijn
partij in 1877 een aan duidelikheid niets
te wensen overlatend program had ge
schonken, een aantal Kamerzetels, eerst
aan de konservatieven en toen aan de
inwendig verdeelde liberalen ontrukt. Het
was te voorzien dat de liberalen eerlang
over niet meer dan de helft van de 82
zetels zouden beschikken en de Kamer, wat
men noemde, op het „dode punt" zou
zijn gebracht.
Meer en meer begon het bevorderen
van eigenbelang, met geheel voorbijzien
van algemeen belang, in het staatkundige
en maatschappelike door te dringen. De
talentvolle en dweepziek socialistiese
dominee bij de Lutherse gemeente te
voorbij en indien gij bemerkt dat Uw
buurman vreedzaam zich met zijne eigen
zaken bemoeit, zonder ongewenscht zich
in de Uwe te mengen en nog beter zelfs,
gij ziet in Uw buurman iemand, om
menige goede overeenkomst mede te
treffen, dan zullen de waarschuwingen
van hen, die hem zwart maakten onge
merkt geheel hun kracht verliezen.
Wat waren de werkelijke feiten op
grond waarvan de betrekkingen tusschen
Duitschland en Engeland werden geleid?
Daar was het verleden een ge
schiedenis bijna zoo goed, als die van
het land zonder eene, naar hetwelk hij
verwezen had. Er was eeuwenlang een
onderbroken record van vriendschap
tusschen ons, terug van de middeleeuwen
tot op den huidigen dag, toen hereenigd
Duitschland wederom krachtig was ge
worden in de rij der volkeren.
„Er staat geen geraamte, in een kast
verborgen, tusschen ons, dat zijn terug-
stootende gedaante op een ongewenscht
oogenblik zou kunnen vertoonen, om
onaangename herinneringen uit het ver
leden terug te roepen. Hetzelfde kan
niet gezegd worden van iedere natie,
met welke ieder van ons relaties heett.
Dit is iets voor het te goed op de
balans."
Tot zoover het verslag, dat de Daily
Telegraph van de rede gaf Verder
merkte Zijne Excellentie nog op, dat de
handel geen hinderpaal voor vriendschap
behoefde te zijn en met veel genoegen
constateerde hij de vriendschappelijke
overeenkomst, die kortgeleden tusschen
groote Stoomvaartmaatschappijen op
Amerika getroffen was. Na nog opge
merkt te hebben dat Duitschland ten
opzichte van de Balxan, die houding
aannam, die door de vereenigde Mogend
heden als de beste werd erkend, om de
algemeene welvaart en beschaving te
bevorderen, beëindigde hij zijne rede
voering, waarvoor hij op de meest harte
lijke wijze bedankt werd en die herhaalde
malen door luide blijken van instemming
onderbroken was.
Op deze wijze bracht de Daily Tele
graph hare lezers een stukje Engelsch-
Duitsche politiek onder het oog.
BlNJNEiNJLANu.
Decoratie n. Het bedrag van
f 8000 voor aankoop en herstellingen
van decoratiën op de begrooting van
1907 is met luim f -1000 overschreden.
Naar de minister van financiën mede
deelt hebben tot die overschrijding ver
schillende buitengewone omstandigheden
medegewerkt, waarop bij het opmaken
van de raming van het artikel niet is
gerekend kunnen worden.
Zoo zijn in 190/ een grooter aantal
benoemingen in de Militaire Willemsorde
noodig geweest dan gewoonlijk jaarlijks
plaats hebben en zijn tal van gouden
eeremedailles, verbonden aan de orde
van Oranje-Nassau, toegekend o. a. aan
de redders der schipbreukelingen van
de „Berlin". Voorts zijn vele decoratiën
verstrekt in verband met de reizen van
Hare Majesteit de Koningin naar hei
buitenland en met de bezoeken van
Hare Majesteit aan de provinciën Zee
land en Drente en aan de fabrieken te
Hengelo en Enschedé alsmede bij ge-
Amsterdam, Domela Nieuwenhuis, legde
in 1879 zijn betrekking neer om op te
treden als redakleur van het nieuwsblad
„Reiiit voor Allen," waarin hij voort
durend opwekte tot revolutionair verzet
tegen de bestaande toestanden, zodat hij
een grote invloed kreeg op de werkmans
stand. Reeds bestond er een werklieden
verbond onder de leiding van de ge
matigde meubelmaker Heldt, dat in de
richting van de vooruitstrevende liberalen
een geleidelike ontwikkeling van de vak
beweging in ons land zocht te verkrijgen.
Aan Domela Nieuwenhuis gelukte het
echter bij veel leden van dat verbond
de Internationale en sociaal-demokratiese
beginselen ingang te doen vinden. Het
gevolg hiervan was dat de antirevolutio
naire ambachtslui zich op aandrang van
Kuyper van het werklieden-verbond af
scheidden en onder de leiding van de
werkman Kaler een nieuwe vakvereeni-
ging stichtten onder de naam Patri
monium. Ook begonnen de Roomse
geesteliken de tot hun kerk behorende
werklieden te waarschuwen tegen het
revolutionaire streven, om, des noods
met geweld, hun zin door te drijven zon
der te letten op de belangen van anderen,
en weldra werden verenigingen van
Roomse werklieden onder kerkelik toe
zicht geplaatst, met een geestelike als
raadgever. Daarentegen was in Mei
1879 door de smid Ansing te Amster
dam een sociaal-demokratiese vereniging
opgericht, die een Duits program tot
leidraad nam. Hieruit onstond een nieuwe
staatspartij, die in navolging van de
antirevolutionairen vooral propaganda
maakte onder het volk achter de kiezers
en aanstuurde op algemeen stemrecht,
direkte verkiezingen, wetgeving door het
volk in demokraliese, en maatschappe
like hervormingen in socialistiese zin.
Een nawerking van deze richting was
hel ondermijnen van wettig en natuur
lijk gezag. Daar de socialisten in de
legenheid van de De Ruyter-feesten, van
de opheffing der schutterijen, van de
viering van het vijftigjarig beslaan der
rij- en hoefsmidschool en van het Col
lege voor de zeevisscherijen, van de
tentoonstellingen te Milaan en te Mann
heim, van de komst van het buitenge
woon gezantschap ter aankondiging der
troonsbestijging van den Sjah van Perzië
en ten slotte bij gelegenheid van het
bezoek van Zijne Majesteit den Keizer
van Duitschland en Hare Majesteit de
Koningin.
Vereenigingsrecht. Meri
schrijft uit Hilvarenbeek aan het Dag
blad van Nbr.
In dit blad werd meermalen reeds
gewezen op de tegenwerking, ondervon
den bij de oprichting van een R.-K.
Vakvereeniging van Leerbewerkers. Zater
dag nu zijn al de 16 schoenmakers, die
zich bij deze Vereeniging hebben aan
gesloten, ontslagen en staan zij nu op
slraat, alleen omdat deze menschen het
gewaagd hebben lid te worden van een
R.-Katholieke Vakvereeniging. Er zijn
arbeiders onder, die 20 jaar bij hun
patroon gewerkt hebben. De leerlooiers
patroons hebben hun georganiseerde
werklieden aan het werk gelaten.
Omtrent den nieuwbenoemden
burgemeester van Utrecht schrijft het
U. Dgbl.
„Wij vernemen dat de nieuwe titularis
geboren werd in 1856 en dus thans
ruim 51 jaar oud is. De heer Van Lyn-
den wiens ouders geruimen tijd hier ter
stede woonachtig waren, studeerde aan
de Utrechtsche Hoogeschool. Na hot
verlaten der academie werd hij gemeente
ambtenaar ter secretarie van 's Graven-
hage, om na verloop van korten tijd in
Staatsdienst te treden aan het departe
ment van binnanlandsche zaken, waar
hij alle rangen doorliep van adjunct
commies af. Als referendaris trad hij op
als chef van de afdeeling „medische
politie". Toen mr. Dijckmeester benoemd
werd tot Commissaris der Koningin in
de provincie Zeeland, werd mr. Van
Lynden zijn opvolger als secretaris-gene
raal van het departement. Hij is ongeveer
25 jaar in Staatsdienst geweest.
Omtrent de politieke overtuiging van
den nieuw benoemden burgeme:ster
vernamen wij ten slotte nog, dat deze
niet nauwkeurig is le bepalen. Hoewel
niet aangesloten bij de Christelijk-
Historische partij, heeft mr. Van Lynden,
naar men ons meedeelt, deels Cristelijk-
Historische, deels liberale symphatieën."
Komaan, als men maar eens goed
naspeurt, ontdekt men misschien ook
nog wel een paar antirevolutionaire,
Roorasch-Katholieke en soc. demo
cratische sympathieën. Dan is ieder te
vreden.
De gemeenteraad van Anlo heeft
heden den onderwyzer A. E. H. te
Eexterveen, die herhaaldelijk school
kinderen lichamelijk strafte en mis
handelde, wegens wangedrag niet eervol
ontslagen met ingang van het tijdstip
waarop Ged. Staten het raadsbesluit
goedkeuren. De ontslagene is direct
geschorst.
Arbeidsbeurz ejn. In de
gisteren te 's-Gravenhage gehouden bij-
eerste paats aandrongen op verhogingen
van werkloon en verkorting van werk
tijd, onttrokken zij veel leden aan het
werklieden verbond,vooral in de fabriek-
plaatsen. Vooruitstrevende |liberalen
werkten aanvankelik op staatkundig ge
bied met het werkliedenverbond en de
socialisten mede om algemeen kiesrecht
te verkrijgen. In 1880 werden in Am
sterdam voor 't eerst werklieden kandi
daat gesteld voor de Tweede Kamer.
Wel werden niet veel stemmen op hen
uitgebracht, maar reeds twee jaar later
werd te Utrecht een Bond voor alge
meen stemrecht opgericht.
Te midden van de staatkundige on
zekerheid tengevolge van de voortdurende
onenigheden onder de liberalen, de zich
uitbreidende demokraliese en kerkelik-
staatkundige bewegingen, bestuurde
Heemskerk met beleid het roer van
staat, bij het steeds moeiliker worden
om de klippen te ontzeilen. Vooral ten
opzichte van kolonieën, financieën en
marine konden de ministers het maar
niet eens worden met de Kamer, zodat
zij vaak vervangen moesten worden.
Alleen Du Tour van Bellinchave voor
Justitie, en Weitzel voor Oorlog hielden
het evenlang uit als Heemskerk.
Nog was de staatskommissie tot her
ziening van de grondwet van zestien
uitstekende mannen niet gereed met de
opgedragen taak, toen Keuchenius in
November 1883 verklaarde, dat de anti
revolutionairen zich voortdurend tegen
grondwetsherziening zouden verzetten,
zolang de bezwaren die zij tegen de
artikelen 194') en 168') van degrond-
Het openbaar onderwijs, is een voor
werp van de aanhoudende zorg van do
Regering.
De traktementen, pensioenen en andere
inkomsten van welke aard ook, thans door
de onderscheidene godsdienstige gezindten
of dezelver leraars genoten wordende, blijven
aan dezelve gezindten verzekerd enz.
1
d, de
ct I flrèf
raü
eenkomst van besturen van arb;
beurzen waren vertegenwoordigd
gemeentelijke arbeidsbeurzea te Si tei
dam, Groningen, Haarlem, Art do
Venlo, Leiden, Enschede en Den 1 Pr<
en de bijzondere arbeidsbeurzen, 8e'
Utrecht, Dordrecht, Amsterdam en li
tricht. Besloten werd tot de opritt^j
van een Vereeniging van Nederland
Arbeidsbeurzen, met het doel sat
werking tusschen die instellingei
bevorderen door:
a. onderlinge mededeeling vat
arbeidsbeurzen ingekomen aanvra
b. onderlinge verstrekking vaD
lichtingen en het houden van
komsten
c. het brengen van eenheid ii
statistische opgaven der arbeidsbeur
d. het behartigen van de belar
der arbeidsbeurzen naar buiten
e. het bevorderen van de oprich bl
van arbeidsbeurzen, die geen winstb ti
beoogen, en niet alleen door werkgei sc
ot alleen door werknemers worden
beerdb
f. andere wettige middelen die f
het doel bevorderlijk kunnen zijn.
Toetreding der onderscheidene
beidsbeurzen die vertegenwoordigd
ren werd toegezegd, onder voorbei
van de goedkeuring der betrol
besturen.
De statuten werden vastgesteld wai
de Koninklijke goedkeuring zal woi
gevraagd. Ook werd een huishoud
reglement vastgesteld.
Het bestuur wordt samengeste!,
aigevaardigden van drie arbeidsbeis
waarvoor werden aangewezen Den B.
Amsterdam en Arnhem. Voor het g
twee dezer arbeidsbeurzen niet tol
vereeniging mochten toetreden, wei
aangewezen Groningen en Utrecht.
ti:
hi
w
K
le
te
n
k
o
v
V
1:
1<
v
sle i
'or
n t I
De directie der Staatsspoor:
maatschappij heeft de volgende die
order uitgevaardigd
Het komt niet zelden voor, dal
wielen als bagage ten vervoer woo
aangeboden, welke als zoodanig
mogen vervoerd worden. Een door
directie uitgevaardigde dienstorder 1
meldt thans, dat iedere reiziger f
rijwiel, dat tot zijn persoonlijk geb>
dient, als bagage ten vervoer kan i
bieden.
Daaruit volgt, dat een rijwiel
dan als bagage mag bevracht woi
als degeen, die het aanbiedt, van t
plaatskaart voorzien is. Immers,
persoon, die zich niet voorziet van I
plaatskaart, is geen reiziger. Voor
rijwiel meer moet daarenboven een 1
zonderlijke plaatskaart genomen won J
Bij dit alles moet goed in het al
gehouden worden, dat bevrachting 1
elk rijwiel slechts mag geschieden tfl'l
het op de plaatskaart aangegeven sta 'i
van bestemming of naar een daaraa:
de tarief-route voorafgelegen station
De geschorste predikant M. II
van der Valk, schrijft aan de N
Courant
„Het bericht, als zoude ik hier Zon:
avond eene gemeente gesticht hebben, i
taal uit de lucht gegrepen. Ik heb Zonf
avond in Caledonia gepredikt, gelijl
ook Zondag a.s. hoop te doen, maa,
behoor tot de Ned. Herv. Kerk.
wet hadden, bleken niet te worden
ëerbiedigd. In Januarie 1884 bracht!
staatskommissie een verslag uit, wa
de noodzakelikheid werd aangetoond
grondwetsherziening aangaande het 1
recht voor de Tweede Kamer, I
defensie, de inrichting van de reca|f
pleging, de regeling van de werkzafl
heden van de Staten-Generaal,de adn
stratieve rechtspraak enz. Op soroi
punten was het aan de kommissie
gelukt een meerderheid te verkrijs
over de samenstelling en de bevoi
heid van de Eerste Kamer, het beh:
van een financieel verband tusschen
slaat en de kerkgenootschappen,
vooral de regeling van het opent
onderwijs.
Toen in Junie 1884 de kroon,®
Alexander overleed en daardoor 'sKorin
dochter Wilhelmina, nog geen vier j
oud, kroonprinses werd, moest mei
oog op de leeftijd van Z. M. een wel
het regentschap worden vastgesteld.
had dan ook plaats en in vereni
zitting van de Staten-Generaal ui
Koningin Emma tot regentes aangewr.,
met 97 tegen 3 stemmen. Bij de bent
slaging over dat onderwerp gaf l
Houten als zijn mening te kennen,
de kroon geen fundament, maar v1
eer een ornament van ons staatstf
was, waarop Schaepman antwoord
dat de kroon geen fundament kon we;
maar ook geen ijdel ornament, doet
sluitsteen in het gewelf, die tegelijker
is een sieraad en tevens het konstrukj
ve lid, dat geheel de opstrevende bcq
samenhoudt.
(Wordt vervolgd}