DAGBLAD voor AMERSFOORT en OMSTREKEN.
No. 122.
VRIJDAG 26 JUNI 1908.
5e JAARGANG.
Uitgave van de Naaml. Vennootsehap „DE EBMLANDER".
Vepsehijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feestdagen.
HALF BLAD.
BUITENLAND.
FEUILLETON.
De Familie Von Kröchert,
BINNENLAND.
UIT DE PERS.
Hoofdredacteur R. Gr. RIJKENS.
Abonnementsprijs
Per jaar met geïllustreerd Zondagsblad
Franco per post id.
Per 3 maanden id.
Franco per post id.
Aizonderljjke nummers
f 4.—
- 5.60
- 1.—
- 1.40
- 0.06
Bureau: BREEDESTRAAT 20.
Telefoon Interc. 62.
Prijs der Advertentiën:
Van 1 tot 5 regels
Voor iederen regel meer
Buiten het Kanton Amersfoort per regel
(By abonnement belangrijke korting.)
f 0.40
- 0.08
- 0.10
Tot de plaatsing van advertentiën en reclames van buiten het Kanton Amersfoort in dit blad is uitsluitend gemachtigd het Nederiandsch Advertentiekantoor PEEREBOOM en ALTA te Haarlem.
Zij, die zich met ingang van
1 Juli op dit blad abonneeren,
•utvangén de tot dien datnm
verscbijnende nummers gratis.
BOELGAARSCHE VERKIEZINGEN.
In Boelgarye hebben de verkiezingen
plaats gehad, waarbij het weer alles
behalve geregeld is toegegaan, omdat
Boelgaarsche regeerders zoo hunne
opvatting van de vrijheid der ver
kiezingen hebben.
De ambtenaren spelen daarbij eene
groote rol. Zy. doen het mogelijke ten
gunste van het Kabinet dat juist aan
het roer is. Maar ook de ministers
laten zich persoonlijk in met de zaak.
Zij reizen het land rond en houden
redevoeringen. De minister Takeff, die
de sterke man is van dit Kabinet,
heeft overal geredevoerd en zonderling
genoeg zeer republikeinsche redevoe
ringen gehouden. Hij is van huis uit
een republikein. Hjj begon overal met
"de leuze der Fransche revolutie: „Vrij
heid gelijkheid en broederschap", die
hij aanpreekt. De vorst heeft er blijk
baar niet tegen. Hy weet dat Takeff
het niet al te ernstig meent met zijne
republikeinsche gezindheid en volstrekt
geen plan heeft iets tegen hem te
ondernemen. Hij weet ook dat zijne
Boelgaren gaarne klinkende leuzen
hooren en vrijwel onverschillig zijn
voor de fijne onderscheidingen der
poli;ieke heeren. Zy zijn beslist van
meening, dat het betalen van belas
tingen een onaangename plicht is,
waaraan zjj zich liever onttrekken en
wjj kennen burgers van hooger dan
Boelgarije ontwikkelde staten die er
ook zoo over denken. Zij verbeelden
zich ook, dat de Boelgaren zoo iets
als een uitverkoren volk zijn, dat
eene roeping heett te vervullen in
het Oosten. Maar, democraten of
conservatieven, dat laat hun koud.
Het belet niet dat bij de verkiezin
gen met alle wapens wordt gestreden.
Zij bieden eene heerlijke gelegenheid
aan om oude veeten uit te vechten
Naar het Duitsch,
VAN
HENRIETTE VON MEERHEIMB.
64)
Waarom heb je me dat nooit
eens geschreven Een oud studie
genoot
Maakt alleen schulden bij zijn
kleermaker. Vooruit, maak nu dat
je naar huis komt. Mevrouw kan hare
oogen bijna niet meer open houden.
Ik kom overmorgen stellig."
Hilmar drukte hem stevig de hand.
Use's vingers rustten slechts heel even
in zijn rechterhand.
Frits Meringer keek glimlachend het
jonge paar na, dat een rijtuig aanriep.
Hij schudde een paar maal zijn hoofd,
drukte zijn hoed over zijn voorhoofd en
begaf zich alleen op weg naar huis.
Hilmar en Ilse reden naar huis,
zonder een woord te wisselen. In hun
kamers was het benauwd warm. Ilse
rukte woest de vensters open en
keerde zich toen op eens om.
Meende je dat heusch
Wat?" Hjj bladerde in een tijd
en men kan dit doen met te grooter
gerustheid, omdat de Kamer geregeld
als de verkiezingen zijn afgeloopen
en zij zich geconstitueerd heeft, haar
werk begint met het aannemen van
eene amnestiewet ten bate van de
personen, die in de verkiezingsdagen
een tijdgenoot naar de andere wereld
hebben bevorderd. Hevige kloppar
tijen, moord en doodslag zijn niet
zeldzaam in deze schitterende gele
genheden om de menschen tegen wie
men iets heeft, half of geheel dood te
slaan. De minister van justitie, die
ook op reis was, kon ditmaal in een
dorp bij Philippopel aanzien hoe drie
personen door tegenstanders, politieke
tegenstanders naar het heet, werden
doodgeslagen en twintig anderen ge
wond. De daders hebben niets te
vreezende Sobranje neemt toch
weer eene amnestiewet aan, die de
regeering niet zal nalaten in te dienen.
Want de Kamer zal alles wat de
regeering voorstelt, goedkeuren om de
eenvoudige reden, dat er nagenoeg
geene oppositiemannen zyn gekozen.
Er zijn ruim tweehonderd leden van
de Sobranje en van die tweehonderd
behooren slecht3 negen tot eene of
andere groep van de oppositie.
Als dat geen schitterend succes is,
wat noemt men dan een succes
FRANKRIJK.
De Minister van Onderwijs heeft
een wetsontwerp ingediend,strekkende
tot het invoeren van onzijdigheid op
schoolgebiedhet verleent het recht
vervolgingen in te stellen tegen per
sonen, welke kinderen het schoolbe
zoek beletten, terwijl het tevens op
treedt tegen iedere vereeniging, die
ten doel heeft aan onderwijzers het
gebruik in de klas van zekere boeken
te beletten.
ITALIË.
In den Dom te Turijn is Woensdag
bij het hoogaltaar, juist op het oogen-
blik dat de kardinaal-aartsbisschop
Richelmy de mis zou gaan lezen, een
bom ontploft. Er onstond natuurlijk
groote verwarring, maar niemand
werd gekwetst.
In den afgeloopen nacht is te
Turyn een bark op de Po omgeslagen.
schrift, dat de een of andere redactie
hem had toegezonden.
Ik bedoel die Ryn-reis met dien
vriend, die op eens uit de lucht is
komen vallen. Waarom heb je nooit
over hem gesproken
Kindlief, je zult toch niet vergen,
dat ik tegen je spreek over alle men
schen die ik in myn leven wel eens
ontmoet heb?"
Als het maar een oppervlakkige
kennis is, dan lijkt het mij al heel
bespottelijk van jullie om op eens
samen op reis te gaan."
„Of het bespottelijk is of niet, doet
er niet toe ik heb er lust in.
Meringer is een oud studiegenoot van
mehet speet me, dat ik hem uit
het oog verloren had. Hij was te fijn
gevoelig om me te komen opzoeken."
Als hij zoo fijngevoelig is, tracht
hem dan niet over te halenhij past
waarschijnlijk in het geheel niet
bij je."
Dat zal ik op reis wel gewaar
worden. Ik heb het heel hard noodig
om er eens uit te komen."
Hoe lang
Dat weet ik nog niet. Ilse, kwel
me als het je blieft op het oogenblik
niet om alles precies te moeten op
geven. Ik moet me vrij voelen en vrjj
zijn. Zie dat in 's hemels naam toch
eens in I"
Je bedoelt, dat je ontslagen wilt
Negen passagiers, onder welke vier
vrouwen, zijn verongelukt.
PERZIË.
In den loop van een mededeeling
over de troebelen te Teheran, zeide
de minister van buitenlandsche zaken,
Sir Edward Grey, dat de Britsche en
de Russische regeeringen hare ver
tegenwoordigers hebben gelast Zill es
Sultan te waarschuwen om op te
houden met zijn kuiperijen tegen den
troon en den Sjah mede te deeleD,
dat eenig vijandig optreden tegen de
constitutioneele partij bij haar geen
steun zou vinden.
In Teheran worden intusschen de
inhechtenisnemingen van afgevaardig
den en burgers, de summiere terecht
stellingen en de plundering der stad
voortgezet. Er heerscht een schrik
bewind. Een groot aantal bekende
personen blijft de wijk nemen in de
gezantschapsgebouwen.
Vier afgevaardigden zyn in het
Italiaanscbe gezantschapsgebouw ge
vlucht.
Ook te Tabriz wordt hevig gevoch
ten. Het gevecht heeft gisteren den
geheelen nacht voortgeduurd, het
voordeel was merkbaar aan de zijde
der reactie. De verliezen der twee
partijen beloopen ongeveer 100 dooden.
Tot bestuursleden der Carnegie-
stichting zyn bij kon. besluit herbe
noemd de heeren jhr. mr. A. P. C.
van Karnebeek, jhr. mr. A. F. de
Savornin Lohman en jhr. S. van Citters,
de eerste als voorzitter en de derde
als secretaris-penningmeester.
Middenstandnieuws.
Gisteren vergaderde te 's- Gravenhage
de Staatscommissie voor den Midden
stand, ter bespreking van de uitvoe
ring der enquête en ter behandeling
van het door de IVde subcommissie
opgemaakte concept-ontwerp op de
vervroegde winkelsluiting. De com
missie besloot op 29 Augustus de
behandeling der laatstgenoemde zaak
voort te zetten.
zijn van mij Zij haalde met moeite
adem.
Hij antwoordde niet.
Heb ge gehoord wat ik vroeg,
Hilmar? Je wilt van mij ontslagen
zijn
Ja, ik hoor het wel
Maar je antwoordt niet
Och kind, laat alles toch onuit
gesproken tusschen ons blijven. Je
pijnigt jezelf dat merk ik heel goed
en mij maakt ge bijna gek
Maak ik je bijna gek
Ja, jij je kwelt me met je
verwijten, je blikken en je eeuwig
gekrenkte liefde. Ik kan niet meer,
Ilse wees barmhartig en zie dat in I
Wat kunt ge niet Niet meer
met mij samen leven
Een poosje niet. Geef me mijne
vrijheid. Er moet iets komen van die
reis I"
Goed ik zal je niet vast
houden 1" De klank van hare stem en
de doffe blik harer oogen waren wel
sprekender dan welke verwijten ook.
Hilmar viel in een stoel neer. „Lieve
hemelIk wilde een paar weken op
reis gaan met een vriend en nu krijg
ik een scène aan te hooren alsof ik
iets afschuwelijks van plan was. Het
is heusch om er wanhopig van te
worden
Ilse ging zwijgend naar hare slaap
kamer en bleef daar lang in het donker
In de gisteravond te Amsterdam
gehouden vergadering van den be
stuursraad van de negen Vrijzinnige
Kiesvereenigingen „Vooruitgang" is de
volgende motie aangenomen
„De bestuursraad,
overwegende, dat mr. S. de Vries
Czn. door den Gemeenteraad is ver
kozen tot wethouder en door het
college van B. en W. is belast in
het bijzonder met de zorg voor het
onderwijs in deze gemeente,
betreurt, dat door de medewerking
van vrijzinnige Raadsleden aan een
principieel tegenstander van het open
baar onderwijs de zorg voor dat
onderwijs in Amsterdam werd toe
vertrouwd,
en verzoekt het Centr. Comité de
negen vereenigingen met deze uit
spraak in kennis te stellen, ten einde
daarmede rekening te houden bij de
voorbereiding van volgende verkie
zingen voor leden van den Gemeente
raad."
De vereeniging Volksweerbaar
heid, thans omvattende 124 atdeelin-
gen, met tezamen 11,542 leden, houdt
haar tweejaarlijksche algemeene ver
gadering op den 4en Juli te Utrecht.
Men schrijft aan het Vad
De oud-Minister van Oorlog, luit.-
generaal Bergansius, die dezer dagen
zy'n ontslag nam als lid van den
Raad van State, kan zijn ziekekamer
niet meer verlaten. Alle beweging is
hem ontzegd, en hoewel hij nog van
alles op de hoogte wordt gehouden,
kan hij niet meer spreken en niet
meer schrijven, en ternauwernood
zelf iets meer lezen. Als een hulpe-
looze wordt hy verzorgd.
HET ATJEH-RAPPORT.
De Nieuwe Arnhemsche Courant is
van oordeel, dat het Atjeh-rapport
een zeer somber licht werpt op de
wijze, waarop onze bestuurstaak in
Indië wordt uitgeoefend.
Wat blijkt, zegt zij, uit het verslag
van den gouverneur-generaal
Dat de hooge bewindsman, die ge-
naar buiten zitten kijken. De lantaarns
wierpen hardwitte lichtplakken in de
kamer.
Zij liet haar hoofd tegen het venster
rusten.
„Als ik maar iemand wist die mij kon
helpen I" zei zij snikkend. „Ik ben zoo
alleen en kan mij zelf niet helpen."
Er woei een harde docli zoele wind.
Ilso rilde. Er overkwam haar steeds
sterker een troosteloos gevoel van
algeheele verlatenheid.
Maar ware hulp kan nooit van
buiten, kan alleen maar van binnen
komen. Dat wist zjj nog niet. Zij zocht
tevergeefs bij anderen, wat een ieder
in zich zelf moet vinden.
Ilse wendde heel gauw aan de tal
rijke visites van Meringer, want zy
zag in, dat zy Hilmar goed deden. Zjj
zelf voelde zich ook vrijer in zijne
tegenwoordigheidzij behoefde dan
niet voortdurend op hare hoede te zijn
of zij Hilmar ook met het een of ander
hinderde. Meringer's hartelijke, dreu
nende lach, het zonnig-opgewekte van
zyn heele natuur, had een kalmeerende
werking in hun huishouden, waar de
atmosfeer steeds zoo zwoel was.
In hare hoedanigheid van huisvrouw,
verheugde zy zich over zyn gezonde
eetlust. De eerbiedig-bewonderende
blikken die hij haar toewierp, waren
balsem voor hare gekrenkte ijdelheid,
haar gewond zelfbewustzijn. By andere
acht werd Atjeh beter te kennen dan
iemand, die verplicht was alles te
weten omtrent de daar bestaande
toestanden, er feitelijk niets van wist
en moest verklaren dat zijne naspo
ringen hem hadden geleid tot uit
komsten, die hij niet verwacht had,
„die hy niet verwachten kün". Niet
verwachten kbn, omdat hij zich nim
mer de moeite gegeven had zich vol
doende op de hoogte te stellen, zooals
zyn plicht ware geweest.
Men staat dus voor het onomstoote-
lijk feit, dat de personen die tegenover
de natie verantwoordelijk stonden voor
het in Atjeh gevoerde beleid, er on
kundig van waren. De minister mis
leidde de Kamer en de Natie op zijne
beurt werd hy misleid door den Gou
verneur-Generaal, die verzuimde te
doen wat zijn plicht was. Zonder de
„lasteraars" Wekker c. s., en de
Kamerleden De Stuers, Van Kol,
Thomson, de schetteraars en reclame
makers volgens het Handelsblad,
zouden Regeering en Natie thans nog
in onwetendheid verkeeren omtrent de
werkelijke oorzaken van d„n achter-
uitgaanden toestand in Atjeh.
Ook om andere redenen, zoo zegt
het blad verder, laat de lezing van bet
rapport een hoogst onaangenamen in
druk achter.
Er ligt immer iets kleins in, als een
chef ter zijner rechtvaardiging de
schuld afwentelt op een inferieur. Dit
stellen van een zondebok wordt erger
lijk, indien het strekken moet om eigen
plichtverzuim goed te praten.
Dit nu is hier het geval.
Gouv.-gen. Van Heutsz laat het nu
voorkomen alsof hy in 1904 overste
Van Daalen als zijn opvolger voor
droeg faute de mieuxdat hij wist
hoe deze „niet altijd met de noodige
bezadigdheid en overleg te werk ging."
Het was in dat geval zyn plicht ge
weest, aan het algemeen belang den
voorrang te laten boven persoonlijke
eerzucht, de landvoogdij over Indië af
te wijzen en op zijn post te blyven,
tot tijd en wyle hij het gouverneur
schap van Atjeh kon overdragen aan
volkomen betrouwbare handen. En
wetende, wat hij wist, was het daarna
zyn plicht geweest met de uiterste
nauwlettendheid toe te zien op de
mannen viel zij nog wel in den smaak.
Waarom deed zy het Hilmar dan
niet meer? En het leek haar dikwijls
toe alsof deze haar in het by zijn van
Meringer ook met andere oogen aanzag.
In elk geval vond by het niet onaan
genaam, dat zyn vriend zyn jonge
vrouw zeer scheen te bewonderen,
alles wat zij zei en deed aardig vond,
zich op kinderlijk-aandoenlijke wyze
verheugde over al de mooie dingen in
hun huishouding en zich by hen erg
thuis gevoelde.
Ilse ontvouwde dan ook al haar
natuurlijke beminnelijkheid en was
zoo vriendelijk en hartelijk tegen
Meringer, als tegen een ouden vriend.
Aangezien Hilmar niets bijzonders
onderhanden had, speelde ze de beide
heeren na tafel vaak wat voor.
Meringer lag dan op zijn gemak in
een luien stoel. Hij kon haar fijn
profiel zien en den eleganten lijn van
haar hals. Het lamplicht gaf een gouden
glans aan haar roodblond baar.
Hjj neuriede de wiegende melodie
van het gondellied zachtjes mee.
Mevrouw ik heb nog een ver
zoek!" riep hy.
Wat is dat danHebt u nog niet
genoeg muziek gehad?"
Wordt vervolgd).