DAGBLAD voor AMERSFOORT en OMSTREKEN.
No. 157-
DONDERDAG 6 AUGUSTUS 1908.
5e JAARGANG.
Uitgave van de Naaml. Vennootsehap „DE EEMLANDER".
Versehijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feestdagen.
Reehtspositie van Ambtenaren.
FEUILLETON.
De Familie Von Kröchert.
BUITENLAND.
Hoofdredacteur R. G. BIJEENS.
Abonnementsprijs
Per jaar met geïllustreerd Zondagsblad
Franco per post id.
Per 3 maanden id.
Franco per post id.
Afzonderlijke nummers
f 4.—
5.60
- 1.—
- 1.40
- 0.05
Bureau: BREEDESTR A AT 18.
Telefoon Interc. 62.
Prijs der Advertöntiën
Van 1 tot 5 regels
Voor iederen regel meer
Buiten het Kanton Amersfoort per regel
(By abonnement belangrijke korting.)
f 0.40
- 0.08
- 0.10
Tot de plaatsing van advertentiën en reclames van buiten het Kanton Amersfoort in dit blad is uitsluitend gemachtigd het Nederlandsch Advertentiekantoor PEEREBOOM en ALTA te Haarlem.
In Nederland is nog altijd de mo
gelijkheid niet uitgesloten, dat een
ambtenaar om redenen, buiten zynen
ambtskring liggende, disciplinair ge
straft wordt.
Een ambtenaar, die in een vak
tijdschrift op behoorlijken toon zyn
meening zegt over publieke hande
lingen zijner superieuren, zonder hen
persoonlijk aan te vallen, en zich be
paalt tot het aanwijzen van gebreken
in het stelsel, waarin ook hy zelf een
•plaats heeft gevonden, moest niet des
wege kunnen worden gestraft, aller
minst disciplinair.
Ook het feit, dat een ambtenaar
het politieke beleid der Regeering, die
boven hem staat en dus zyn brood
geefster is, gispt, mag geen aanleiding
zyn, dat zulk een ambtenaar op de
vingers wordt getikt of ter verant
woording wordt geroepen of, erger
nog, schade lydt in zyn brood.
Een ambtenaar is even goed burger
des lands als een koopman, een ad
vocaat, een kamerlid of een werkman
en heeft dus evengoed aanspraak op
een vrije uitoefening zyner burger
rechten, waartoe toch zeker ook
behoort, dat hij critiek mag oefenen
op publieke daden van publieke per
sonen.
Wy laten in het midden of het wel
gewenscht is, dat een ambtenaar als
politiek agent van de eene of andero
party het land afreist en sterk ge
prononceerde meeningen propageert.
Een ambtenaar, die zyn ambt naar
behooren wil vervullen, heeft daar o.i.
eigenlijk geen tyd voor en komt ook,
dit kan niet anders, dikwijls in een
scheeve verhouding te staan tegenover
superieuren of inferieuren, die op de
een of andere vergadering met hem
in debat mochten komen. Ambte
naren zyn ook menschen en hebben
Naar het Duitsch,
VAN
HENRIETTE VON MEERHEIMB.
98)
Hahs-Henning voelde zich op Mal-
chow veel meer op zyn gemak dan
op Heinrichshagen, hoeveel moeite
Hilda ook deed om het hem naar
zijn zin te maken. In eiken hoek,
aan elk voorwerp, waren voor hem
bittere herinneringen. Hy ging zelfs
op Kerstavond naar Malchow.
Hy vroeg Hilda natuurlijk wel om
met hem mee te gaan, maar zy had
er geen zin in.
Het was een stille Kerstavond
de aarde lag dik onder de sneeuw en
er flikkerden tallooze sterren aan het
uitspansel.
Hilda bleef heel vergenoegd aan
Heini's bedje zittenhet kind iag
kalm te slapen, met zijn nieuw schaapje
in zyn arm. Hare gedachten dwaalden
ver weg.
Ilse had haar geschreven, dat Me-
ringer Berlijn verlaten had, zonder
afscheid van hen te nemen en nu in
evengoed hunne hartstochten als
ieder ander. En waar zij toegeven
aan een hartstocht, wat al heel licht
gebeurt, daar moet hun werk en hun
omgang met hun mede-ambtenaren,
collega's, zoowel als hooger- en lager
geplaatsten, er onder lijden. Dit geldt
zoowel voor een post-ambtenaar als
voor een leeraar, zoowel voor een
schoolopziener als voor een griffier
van een beroepsraad.
Maar, zooals gezegd, op 't oogen-
blik laten wy deze kwestie rusten om
ons alleen te bepalen tot de vraag of
de rechtspositie van den ambtenaar
ten onzent zóo geregeld is, dat hij zyn
volle burgerrechten onbeschroomd kan
uitoefenen.
Ons antwoord daarop moet zijn
neen, helaas niet.
Behalve in enkele speciale gevallen
is de wijze van benoemen en ontslaan
der ambtenaren niet by de wet ge
regeld. Omtrent de maatregelen van
tucht, die op hen kunnen worden toe
gepast en de wijze, waarop zij van
zulke maatregelen by een onpartijdig
rechter in beroep zouden kunnen ko
men, is zoo goed als niets bepaald.
Of de Regeering een ambtenaar op
wachtgeld wil stellen, of hem naar
een ver afgelegen plaats wil zenden,
hem ter beschikking wil stellen, hem
wil schorsen, hem zelfs wil ontslaan
het is alles aan haar onbelemmerd
goeddunken toevertrouwd.
't Is waar, van misbruik in dezen
spreekt men nog niet en ook is het
waar, dat er nog steeds een Tweede
Kamer is, die door middel van een
motie haar afkeuring over een der
gelijk feit zou kunnen uitspreken,
maar wanneer het reeds tot mis
bruik was aangegroeid, zou het reeds
te laat zijn voor herstel en wat het
tweede betreftde weg naar de be
handeling in de Kamer is zoo lang,
dat maar weinigen hem bewandelen
en nog kleiner is het aantal van hen,
een klein stadje aan den Rijn woonde.
Zijn laatste boek„Verhalen, die de
Rijn mij gedaan heeft", had 't pu
bliek stormenderhand veroverd en er
werd nu ook van zijn andere werken
veel verkocht. Het ging hem dus nu
geldelijk ook beter.
Over haar eigen leven schreef Ilse
nu dankbaar en gelukkig. Al dat
ziekelijke en onnatuurlijke scheen uit
hun huwelijksleven verdwenen te
zyn. Zij mocht haar man zoo nu en
dan helpen, handschriften overschrij
ven, drukproeven corrigeeren, enz.
Den volgenden zomer heb ik er
toch geen tijd meer voor," schreef zij
verder. „Hilmar trekt een boos ge
zicht, als ik zeg, dat bij nu in de
tweede plaats zal komen. Maar ik
weet hoe gelukkig hy ook is. Een
kind is een kleine koning, die met
zijne teere handjes huis en hart
regeert. Hilda, wilt gij mij wat
les komen geven Je hebt het aan
Heini zoo goed geleerd
Hilda verheugde zich in meer dan
een opzicht over dien brief. Zij be
hoefde zich niet meer ongerust te
maken over Ilse's geluk, want Ilse
scheen over de moeilijke periode van
haar huwelijk heen te zijn. Het deed
haar ook pleizier, dat Meringer ein
delijk zijne welverdiende, letterkundige
lauweren begon te plukken maar
wat was hy nu ver van haar af
die succes hebben bij een publieke
behandeliDg hunner zaak. De party-
politiek heeft ook dikwijls hare eischen
en vergiftigt menig debat.
Wy hebben in het Arbeidscontract
eene regeling van de rechtspositie van
den arbeider, dat wy slechts kunnen
toejuichen. Maar de zeer talrijke
ambtenaarswereld staat nog steeds
buiten dit voorrecht en zy is onder
worpen aan het gezag van den supe
rieur zonder en hier ligt het kwaad
recht van beroep.
In Duitschland is dit anders.
Daar wordt een ambtenaar, als regel,
voor zyn leven aangesteld. In geval
van ontslag is de uitspraak veroischt
van een disciplinaire rechtbank, van
welke uitspraak nog beroep mogelijk
is op een disciplinair hof. De geheele
vorm der te volgen procedure is by
de wet geregeld en de uitspraak, ook
in geval van ontslag, wordt gedaan
door een onpartijdig rechtscollege. Ge
heel dus in denzelfden geest als het
gaat bij ons wanneer een rechterlijk
ambtenaar ontslagen wordt.
Daar vindt dus de rechtseisch be
vrediging geen straf, dan krachtens
uitspraak van een onpartijdige recht
bank. En dat niet pas sedert kort maar
reeds sinds meer dan dertig jaar.
Het is mogelyk, dat men zegtnu
ja, wat gij schrijft is waar, maar
wordt de behoefte aan regeling van
de rechtspositie der ambtenaren wel
zoo gevoeld Is niet ieder, blijkens
de lange sollicitantenlijsten voor byna
alle openbare betrekkingen, begeerig
naar een staats-of gemeentebetrekking?
Ons antwoord op deze bedenking kan
kort zijn. Onder het Boeren-regime
was het in de Zuid-Afrikaansche Repu
bliek wet, dat ieder ambtenaar van
den Staat moest behooren tot eene der
Hollandsche protestantsche kerken in
dat land. Dit had ten gevolge, dat
meerdere Nederlanders en Duitscbers
en ook wel Engelschen, die het happen
En toch had Ilse gelijk. Een kind
is werkelijk een koning en een koning
heeft zijne eischen. En zij had ook
geen tyd om te verlangen naar den
gepasseerden liefdesdroom en naar
geluk en een eigen huis. Heini had
haar noodig.
Maar als Hans-Henning nu eens
hertrouwde? Waren zyne talrijke
bezoeken aan Malchow alleen maar
een uiting van zijn genegenheid voor
zyn oom Dat kon welhaast niet
De woorden van mevrouw v. Hohen-
thal schoten haar weer te binnen
„De meest wanhopige weduwnaar
troost zich het gauwste 1" Waarom
Misschien omdat het gemis te diep
gevoeld wordt en dus snel vergoed
moet worden.
Maar in dit geval werkte er nog
iets anders mee en dat was het dag
boek, dat Hilda hem zelf gegeven
had. Zij had er geen berouw over,
hy was er beter door geworden, maar
haar zou dat redmiddel misschien
alles weer ontnemenhaar werkkring
en het kind.
Karola zou zeker niet tevreden zyn
met de liefde van Hans-Henning
alleen zy zou Heini ook willen
hebben.
Neen, dat kon zij niet verdragen
De liefde, de aanhankelijkheid van
het kind met een ander deelen
liever gaf zij dan in eens weg, wat
uit de staatsruif begeerig vonden, hun
kerkelijke belijdenis verloochenden en
ter wille van het ambt hun attestatie
inleverden bij een kerk, die geautho-
riseerd was. Af te keuren voorzeker,
maar werd het renegaat-worden op
die manier niet in de hand gewerkt?
Hier is geon staatskerk, maar is hier
ook geen staatspolitiek, als we 't eens
zoo mogen noemen Of durft iemand
beweren, dat nooit politieke bolydenis
aanbeveling was by het dingen naar
een staatsambt, hetzy dan onder dit
Ministerie of vorige. En zoolang men
hier niet van ganscher harte een be
vestigend antwoord durft geven, zoo
lang mag men blijven roepen om een
regelen van de rechtspositie der amb
tenaren, opdat ons ambtenaren-corps
hoog moge komen te staan en in dat
corps niet de leus levensvatbaarheid
kryge„wiens brood men eet, diens
woord men spreekt."
Waarlijk, bij de interpellatie destijds
inzake het ontslag van den heer Lin
deman, heeft het kamerlid Drucker te
recht gezegd, dat de ambtenaren be
hooren tot degenen, op wie het poli
tieke en maatschappelijke leven voor
een groot deel drijft. Voor een opge
wekt openbaar leven is een onafhan
kelijke, fiere ambtenarenstand een ver-
eischte en het ontbreken eener by de
wet geregelde rechtspositie heeft ten
gevolge, dat al wat ambtenaar is zich
overmoedig gedraagt of onveilig ge
voelt al naarmate de richting is der
bovendrijvende party.
Wat tot groote schade is van een
gezond en krachtig leven in Staat en
Maatschappij.
DE TURKSCHE GRONDWET.
Het is thans de tyd om van deze
wet van 1876 te spreken, diefeitelyk
zoo kort heeft geleefd. Zy proclameert de
ondeelbaarheid van het Ottomaansche
haar anders zeker stuk voor stuk
ontrukt zou wordeu.
De tranen stroomden onophoudelijk
langs haar gezicht.
Heini stond op haar schoot. „Ei
eiHij veegde met zyne handjes hare
tranen weg. Hy steunde zijn kopje
tegen haar schouder.
Zjj drukte hot kind tegen zich aan.
„Ik lach alweer. Heini ik lach
Je hebt rae getroost, lieveling
Tegen den zomer, liep Heini al
alleen door het huis. Met een snel
iriomfgeschreeuw kroop hij het trapjo
af naar den tuin. Hilda volgde hem
in doodsangst.
Laat hem toch Wat doet het
er toe of hy eens valt Dan staat
hy eenvoudig weer opzei Hans-
Henning ietwat verontwaardigd. „Zoo
dra hij in een broek steekt, zet ik
hem op een paard
Hans-Henning, dat zou een al
te groote angst voor me zyn I"
Hij trok zyne schouders op. „Dat
helpt je allemaal niets, Hilda I" Hij
tilde Heini op. Het kind kraaide van
pleizier en zwaaide met armen en
beenen.
Een echte Kröchert", zei Hans-
Henning. „Ik zal er later voor zor
gen, dat hij niet te koppig wordt.
Maar zoolaDg jij het oppertoezicht
in handen hebt, heb ik toch niets in
te brengen."
Rijk. De khalief, beheerscher der ge-
loovigen, is onschendbaar. De onder
danen van het Rijk heeten zonder
onderscheid van afstamming, ras, natio
naliteit, Ottomanen. De persoonlijke
vrijheid wordt door de wet gewaar
borgd. De Islam is de staatsgodsdienst,
maar belijders van andere erkende
godsdienstige genootschappen mogen
in vrijheid de plechtigheden vanjhun-
nen eeredienst vieren. De pers is vry.
De Ottomanen hebben het recht van
vereeniging en vergadering.
Zy zijn allen gelijk voor de wet en
kunnen zonder onderscheid van natio
naliteit of kerkelijke belijdenis totèlk
staatsambt benoemd worden. De mini
sters zjjn verantwoordelijk aan de
Kamers. Er zijn een Senaat en eene
Kamer van afgevaardigden, die den
eersten November van ieder jaar bij
eenkomen en wier zittingen, die vier
maanden duren, geopend worden door
eene boodschap van den Sultan. Op
honderdduizend inwoners komt een
kamerlid, bij geheime stemming ge
kozen.
Dat zijn de voornaamste bepalingen
der wet van 1876, die thans is her
steld.
De Sultan heeft trouw gezworen
aan de beginselen van die wet ten>-
overstaan van dien anderen machtigen
man in Turkije, weinig minder machtig
dan de Khalief, den Sjeik oei Islam.
Abdoel Hamid heeft eens verklaard,
dat hy de voetstappen zou drukken
van zijnen voorganger Mahmoed. Deze
Mahmoed, die juist honderd jaar
geleden den Turkschen troon besteeg,
wilde hervormen, maar slaagde niet
omdat hij tegengewerkt werd door
den Sjeik oei Islam. De tegenwoordige
Sultan is gelukkiger de machtige
man, de opperste der schriftgeleerden,
verklaart zich voor hervormingen. Zy
zyn trouwens noodzakelijk.
DUITSCHLAND.
't Is of natuur verbiedt den toeleg
door te dry ven, zou men met Tollens
kunnen zeggen, met het oog op Zeppe
lin's tochten.
Het laatste telegram over den merk-
waardigen tocht van eergisteren en
gisteren kwam uit Echterdingeu en
luidde
„Door een on weder werd heden-
Hij boog zich over het kind heen
en kuste het teeder. Het kind stak
zyn handjes in zijns vaders baard en
trok er derdege aan. Voorloopig had
hij nog in het geheel geen respect
voor zijn vader, aangezien de vader
lijke strengheid nog toekomst muziek
scheen te zijn.
Hans-Henning liep voorzichtig het
trapje weer af om niet op Heini's
handjes te trappen.
Waar gaat ge heen vroeg Hilda.
Naar het bosch. Ik tref er Ka
rola aan. We gaan samen rijden. Ik
denk, dat ik op Malchow zal blijven
eten. Wacht in elk geval maar niet
op mij."
Neen, Hilda zou niet op hem wach
ten. Zy wist hoe graag hij op Malchow
bleef. Daar waren geen treurige her
inneringen, evenal3 hier op Hein
richshagen.
Karola's zonnige opgewektheid, haar
teedere liefde die zij nauwelijks meer
verborg, zouden hem zeker wel weten
te troosten.
Ga je mee terug naar Hein
richshagen, Karola?" vroeg Hans-
Henning.
Wordt vervolgd.)