i
DAGBLAD voor AMERSFOORT en OMSTREKEN.
No. 245.
WOENSDAG 18 NOVEMBER 1908.
5e JAARGANG.
Uitgave van de Naainl. Vennootsehap „DE EEMLANDER".
Versehijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feestdagen.
HALF BLftP.
BUITENLAND.
FEUiLLETON.
Een Verborgen Erfenis
BINNENLAND.
UIT DE PERS.
EEMLANDER
Hoofdredacteur It. G. RIJKENS.
Abounementsprij s
Per jaar met geïllustreerd Zondagsblad
Franco per post id.
Per 3 maanden id.
Franco per post id.
Afzonderlijke nummers
f 4.—
- 5.60
- 1.—
- 1.40
- 0.05
Bureau: BREEDESTRAAT 18.
Telefoon Interc. 62.
Prijs der Adverténtièn:
Van 1 tot 5 regelsf 0.40
Voor iederen regel meer- 0.08
Buiten het Kanton Amersfoort per regel - 0.10
(Bij abonnement belangrijke korting.)
Tot plaatsing van adverfentiën en reclames van liniten liet kanton Amersfoort iD dit blad is „uitsluitend" gerechtigd het Algemeen Binnen- cn Buitcnlaudsch Adtertcnticbnrean II. Y. ALTA, ïïarmoesstraat "6—78 te Amsterdam.
KEIZER EN RIJKSKANSELIER.
In de gisteren plaats gebad hebbende
audiëntie bij den Keizer heeft Von
Bülow de stemming geschilderd van
het volk, in zake het door de Daily
Telegraph openbaar gemaakte. De
Rijkskanselier gaf vervolgens een relaas
over zijn houding bij de Rijksdag-*
debatten. Keizer Wilhelm hoorde deze
verklaringen van Von Bülow met
grooten ernst aan, en gaf als zijn wil
te kennen, dat, afgescheiden daarvan,
dat wat hij voor overdrijvingen be
schouwde, het voornaamste doel moest
zijn de verzekering te erlangen van
de politiek des Rjjks, met inacht
neming der grondwettige verantwoor
delijkheid.
De Keizer keurde vervolgens de
uitingen van den Rijkskanselier in den
Rijksdag goed, en gaf Von Bülow de
verzekering van zijn voortdurend ver
trouwen.
De officieel Nordd. Allg. Ztg. deelt
dan ook in de gister verschenen editie
het volgende mede: „Dadelijk na zijn
terugkeer van Potsdam, heeft de Rijks
kanselier, prins Von Bülow, het
Pruisisch ministerie bij elkaar geroepen
tot een vertrouwelijke beraadslaging,
waarin hjj over de uitkomst van zijn
onderhoud met den Keizer verslag
aflegde. Onmiddellijk daarop zal de
Rijkskanselier den voorzitter van den
Rijksdag, Stolberg, tot een langdurig
onderhoud ontvangeD. Terzelfder tijd
doet de vertegenwoordiger van den
Rijkskanselier, minister Bethmann
Hollweg, aan de stemgerechtigde
medeleden van den Bondsraad, in op
dracht van den Rijkskanselier, een
overeenkomstige medeaeeling."
Een extra-nummer van de Lokal-
Anzeiger, meldt, dat Keizer Wilhelm
zich volkomen vereenigd heeft met de
opvattingen van den Rijkskanselieren
dat deze zijn ambt blijft waarnemen.
Zal men de uitingen van den Keizer
nu als waarborg voor de toekomst
aannemen
Het N. v. h. N. antwoord hierop
„Een waarborgHet is, het klinkt
(naar het bngelsch.)
58
Nancy gaf hem een verslag van het
bezoek van Curzon aan baar vader
en bob hij haar dien dag overvallen
had, waarnaar hij zwijgend luis
terde.
Het zelfde onverklaarbare gevoel,
dat Violet gedwongen had hem over
haar eigen zaken te spreken, noopte
Naney nu hem het een en ander van
Elmwood en van Violet's ongelukkige
positie te vertellen.
Nancy in haar witte zomerkleedje,
waarvan de fijne kant langs hals en
armen hing, Nancy met haar groote,
grijze oogen, waarin een ernstige, be
zorgde uitdrukking, vormde een scher
pe tegenstelling met den zwijgenden
man, die haar ernstig en zonder te
antwoorden zat aan te kijken.
Alles is de schuld van tante Har
riet, zei ze. Zij wenschte, dat Anthony
een rijk huwelijk deed, en nu wreekt
ZÜ zich op Violet.
Uw zuster wist dat alles vóór
dat zij trouwde, is 't niet?
Ja, ik weet, dat het verkeerd
was, Het was groote dwaasheid van
althans als een belachelijkheid, een
woord van dezen Keizer als een waar
borg te beschouwen. Een man, die
lacht en schreit te gelijk, die vriend
zich toont en vijand is, die herverze
keringen tracht te sluiten tegen be
vriende naties met zijn vijand en on-
dertusschen dien vijand een krijgsplan
aanbiedt, dat hem uit den nood helpt,
en die ten slotte nog schaamteloos ge
noeg is om dit alles, dit warnet van
bedriegerij en misleiding, aan de we
reld te vertellen met een glimlach op
het gelaat en als het ware vragend
om applaus I"
BELGIË.
De afgevaardigde Paul Janson hield
in de Kamer een redevoering, die op
het volgende neerkwam.
Eenige dagen geloden stonden wij
aan den vooravond van een strijd tus-
schen twee groote volken, en de storm
is bijna boven onze hoofden losge
barsten, maar beide volken besloten
het geschilpunt aan het Hof van
Arbitrage voor te leggen. Ik stel de
Kamer voor beiden volken geluk te
wenschen, die een zoo groot voor
beeld hebben gegeveD. Dat alle Parle
menten op dezelfde wijze mogen han
delen en dat Koningen en volkeren
ten slotte mogen begrijpen, dat de
oorlog een vreeselijke zaak is I (Lang
durige toejuichingen.)
Bij afwezigheid van den Minister
van Buitenlandsche Zaken neemt de
Minister van Financiën akte van deze
motie, geeft zijn sympathie erjvoor te
kennen en belooft, dat zij aan het
Ministerie van Buitenlandsche Zaken
zal worden overgelegd.
FRANKRIJK.
Daar in den laatsten tijd het aantal
Duitsche ballon», dat in Frankrijk
komt schipbreuk lijden, aanmerkelijk
is vermeerderd, heeft de regeering zich
bezig gehouden met het beramen van
middelen om zooveel mogelijk een
herhaling van dergelijke voorvallen
te voorkomen. De minister van buiten
landsche zaken stelt zich voor over
deze aangelegenheid bevelen aan den
Franschen gezant te Berlijn te zenden.
CHINA.
De geruchten als zouden de pas
haar, te denken, dat zij op Elmwood
kon wonen. Zij deed het zonder iemand
te raadplegen. Maar daardoor heb
ik toch niet minder medelijden met
haar.
En wat zegt Mr. Egerton er
van
O, het spijt mij haast even veel
voor hem als voor Violet I Hij is zoo
veranderd. Tante Harriet was op haar
manier altijd vriendelijk voor hem,
daarom wist hij werkelijk niet, hoe
verschrikkelijk het voor Violet zou
zijn. Bovendien zijn zij zoo arm Ik
geloof werkelijk, dat Violet dikwijls
aan het allernoodigste gebrek heeft.
Het is een vreemde manier voor een
man, om zoo zijn vrouw te behande
len zijn moeder alles te geven en
zijn vrouw bijna te laten omkomen
van gebrek. Arme Anthony I Als u
hem zagl Ik heb er nog geen gesprek
met hem over gehad en hij zei, dat
hjj wist een fout begaan te hebben,
maar hij kon er nu geen verandering
meer inj brengen. Ik zou er nog wel
eens met hem over gesproken hebben,
als tante Harriët niet aan papa ge
schreven had om hem jte vertellen,
dat ik op Elmwood was en mij niet
aldus gedwongen had dadelijk heen te
gaan.
En toch bljjft u volharden bij
uw wensch om het geld vau Oom
Peter tusschen de kinderen van zoo'n
overleden Keizer en Keizerin-weduwe
van China een anderen dan den na
tuurlijken dood gestorven zijn, worden
bij voortduring tegengesproken, en
het manifest, dat de laatste bij den
dood van haar zoon de wereld inzond,
doet vermoeden, dat dit, voor zoo
ver het haar zalf betreft, werkelijk
niet het geval is geweest.
In dit merkwaardige Staatsstuk
wijst zij er op, hoe zjj in moeilijke
tijden rust en orde in het Hemelsche
Rijk zoo noodig met kracht wist te
handhaven en hoe zjj in 1906 de
invoering van een grondwet aankon
digde en hoe zij nog dit jaar bepaalde,
wanneer dit belangrijk feit zou ge
beuren. Zij spreekt verder over haar
krachtige gezondheid, die haar in staat
stelde nacht en dag voor haar volk
te arbeiden, zonder zich rust te gun
nen. Maar in den afgeloopen zomer
voelde zij zich onwel, kon niet meer
voldoende slapen en eten en toen
Zaterdag jl. de Keizer overleed, was
haar kracht gebroken. Mijn toestand
is ernstig en alle hoop op genezing
is verdwenen. Op dit oogenblik is
het werk der hervorming reeds
eenigszins gevorderd.
Ook in het afscheid, dat de Keizer
tot zijn volk richtte, wordt gewezen
op de noodzakelijkheid om de grond
wet in te voeren na een verloop van
negen jaar en om ieder jaar de vast
stelling hervormingen in te stellen,
ten einde mjjn onvoltooide plannen
te voleindigen. Op die voorwaarde zal
mijn ziel in den hemel eenige ver
troosting hebben, aldus de jongge
storven Keizer, die op aarde zeker
niet al te veel troost en opbeuring
genoten heeft.
Wette lij ke t(jd. Staatsblad
no. 336 bevat de wet van 23 Juli tot
invoering van een wettelijken tijd,
welke in werkiDg treedt den len Mei
1909, met den aanvang van het et
maal, dat na middernacht van den
30en April 1909 zijn begin neemt.
D r. A. K u y p e r. Nader meldt
men nog aan bet Nws., dat het ver
blijf van dr. Kuyper te Berlijn vier
vrouw te verdeelen?
Cbristal en Anthony zijn slacht
offers van haar, ieder op een andere
wijze.
Haar broeder was ook een
slachtoffer van haar, zooals u zei.
Maar het gelukte hem te ontsnappen,
en, in weerwil van haar, te slagen.
Het zou toch wel wat hard zijn, dat
het geld, dat hij verdiende, aan
haar kinderen alleen ten goede zou
komen.
Ik dacht alleen aan Christal en
Violet.
Nancy streek vermoeid met haar
hand over het hoofd, toen zij van
tafel opstond. De bezorgdheid over
haar zuster, de lange wandeling, ge
volgd door een ernstig gesprek over
pijnlijke onderwerpen, hadden haar
vermoeid.
Mr. Wickham merkte op hoe lang
zaam zij de kamer verliet.
Houdt u van lezen? vroeg hij.
O ja, heel veel. Ik was juist van
plan naar de bibliotheek te gaan om
een boek te halen.
Er zijn er enkele in mijn kamer,
die u misschien liever heeft. Zij zijn
van mijn dochter. Gaat u met mjj mee
om er een paar uit te zoeken?
Heel graag. U is zeer vriende
lijk.
Met veel lichter stap ging Nancy
met hem mee. Hy bracht haar niet
weken zal duren en dat hy hoopt al
daar zoodanige verlichting van zijn
hartlijden te vinden, dat hy na zyn
terugkeer zal kunnen deelnemen aan
den arbeid der Tweede Kamer, en zoo
mogelijk in 1909 in de provinciale
hoofdplaatsen van ons land spreek
beurten zal kunnen vervullen.
Mr. N. G. P i e r s o n. Met groot
genoegen vernemen wy, dat de ge-
zondsheidstoestand van den heer inr.
N. G. Pierson vooruitgaande is. Deze
week verlaat hjj Val-Mont, boven
Montreux, waar hy sinds half Sep
tember verblijf hield, om zi«h voor
eenigen tyd naar Wiesbaden te be
geven. (N. R. Ct.)
Rijksverzekeringsbank.
Met ingang van 15 dezer zijn de dienst-
kringen den controleerende genees
kundigen van de Rijksverzekerings
bank samengesteld.
Dienstkring IV, standplaats Utrecht,
omvat de provincie Utrecht en van
de provincie Noordholland de ge
meenten Ankeveen, Blaricum, Bussum,
's-Graveland, Hilversum, Huizen, Kor-
tenhoef, Laren, Naarden, Nederhorst
den Berg, Uithoorn, Weespercarspel
van de provincie Gelderland de ge
meente Culenborg; van de provincie
Zuidholland de gemeenten Ameide,
E verdingen, Hagestein, Hei- en Boei-
cop, Langerak, Lexmond, Meerkerk,
Tienhoven Vianen.
Bestrijding van het
wedden in de sport. Na toe
spraak van de heeren Thomson, lid
van de Tweede .Kamer, en Muiier,
eerevoorzitter van den Ned. Voetbal
bond, werd in een te 's Gravenhage
gehouden bijeenkomst de volgende
motie aangenomen:
„De vergadering enz.
overwegende dat er een toenemende
neiging in ons volk is te bespeuren
om zich over te geven aan het wed
den op sportgebeurtenissen, als gevolg
daarvan steeds meer in het openbaar
gelegenheid tot het afsluiten van zulke
weddenschappen wordt gegeven, vooral
ook door personen die daarvan een
bedrijf maken
van oordeel dat dit wedden moet
beschouwd worden als een ernstig
sociaal euvel, dat noodlottig kan zijn
door de scilderijen-galery, maar door
een andere deur, die dadelijk toegaug
gaf tot de vierkante hal, waar Jhon
Thompson Christal Egerton had bin
nengedragen. Daar opende hij een der
deuren en verzocht Nancy binnen te
gaan.
Dit is myn studeerkamer, zeide
hij en hier zal u eenige boek.-n van
Gillian vinden.
De kamer was groot met een diep
boogvenster, dat aan den achterkant
van het huis uitkwam, gezellig ge
meubileerd, zonder poging om haar
deftig te maken. Met leer bekleede
stoelen en een canapé, een schrijf
tafel en een groot bureau voor aller
lei papieren, plankeD met boeken en
andere boeken, hier en daar opge
stapeld, maakten de stoffeering van
dit vertrek uit. Bij het venster stond
een sierlijker schrijftafel en een
kleinere boekenkast; dat moest, vol
gens Nancy, aan Miss Wickham be
boeren.
De uitnoodiging van haar gastheer,
om zijn studeerkamer te bezoeken,
had haar verbaasd en zjj besloot
iets te vragen of iets anders te doen,
dat hem reden zou kunnen geven,
spjjt te hebben van zjjne uitnoodi
ging.
Dit zijn de boeken van Gillian,
zei hy, terwijl hij naar de boekenkast
bij het venster wees. Kies er als 't u
Toor vele personen en dat bederf kan
brengen in de sport, die van zoo
groote beteekenis is voor de physieke -
ontwikkeling van het volk
spreekt de hoop uit dat de vereeni-
gingen en bonden in eigen kring dit',
kwaad zullen tegenwerken, maar ook
dat de Regeering en de Staten-Gene-
raal zoo noodig zullen willen bevor
deren het tot stand komen van wet
telijke maatregelen, waarbij het geven
van gelegenheid tot wedden wordt
verboden en strafbaar gesteld."
HET KABINET EN Dr. KUITER.
Het Handelsblad «chrijft
Dr. Kuyper heeft dus niet zijn in
trede in de Kamer willen doen, zon
der van het ministerie een verklaring
te krijgen, dat het hem in alles getrouw
is gebleven, dat de politiek van dit
ministerie, de politiek van hem, den
leider der anti-revolutionaire party,
het nieuwe Kamerlid is.
Het spreekt vanzelf, dat het hier
niet om de voorstellen gaat die dit
Kabinet heeft ingediend of gezegd
heeit te zullen indienen. Het is by het
meerendeel der wetten volstrekt on
mogelijk te Jzeggen of zij al of
dan niet een cachet van Christelijk
heid dragen dit moge met wetten ter
subsidieering van Christelijke scholen,
op de Zondagsrust en bij nog enkele
het geval zjjn, het meerendeel der
wetten is nog specifiek paganistisch.
Tegen de wetsvoorstellen door dit
Kabinet ingediend of niet ingediend
is van de zjjde van het Kamerlid
voor Ommen geen verzet gekomen.
Het ging niet om de practische po
litiek, niet om het feitelijke werk
programma van een ministerie. Het
ging om de oude strijdleusde oude
antithese-leus moest ook door het
tegenwoordige Kabinet worden aan
geheven.
Dr. Kuyper meent dat dit thans
geschied iseerst heeft het Kabinet
„zijn politieken geloofsbrief" in han
den van de Kamer gesteld, de „breuke",
die er was, is thans geheeld.
Is die meening de juiste? vraagt
het blad.
belieft een paar uit, dij u denkt, dat
u zullen bevallen, en breng ze terug
wanneer het u behaagt, maar vraag
vooral eerst, of ik ben uitgegaan. Dat
is de eenige bepaling, die ik er bij
maak.
Hy ging voor zjjn schrijftafel zitten
en opende eenige papieren, als wilde
hij zich daarmee van de dankbetui
gingen van Nancy afmaken.
Nancy nam dit terecht op als een
aanwijzing, dat hy het gesprek als
gesloten beschouwde, koos een boek
uit en verliet zachtjes de kamer.
Toen zij de hal doorging, viel haar
oog op de trap, die naar de schilde
rijengalerij leidde, zy ging die trap
op, met het plan, zoo naar haar eigen
kamer te gaan. Eenig geruisch trok
haar aandacht en vertelde haar, dat
Christal er weer was.
Zij zat daar lusteloos met de armen
langs zich heen hangend, en een
hopeloozer uitdrukking dan ooit op
haar gelaat. Zy had juist alles in de
galerij doorzocht, alles met hetzelfde
resultaat.
Zij hief het hoofd op en keek Nancy
woedend aan, terwijl zij naderde.
Wordt vervolgd.)