DAGBLAD voor AMERSFOORT en OMSTREKEN.
No. 49
ZATERDaö 27 FEBRUARI 1909.
6e JAARGANG.
Uitgave van de Naaml. Vennootsehap „DE EEMUNDER".
Vevsehijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feestdagen.
Coöperatieve Keukens.
FEUILLETON.
DR. XAVIER.
BUITENLAND.
DE EEMLANDER
Hoofdredacteur R. G. RIJKENS.
Abonnementsprijs
Per jaar met geïllustreerd Zondagsblad
Franco per post id.
Per 3 maanden id.
Franco per post id.
Afzonderlijke nummers
f 4.—
- 5.60
- 1.—
- 1.40
- 0.05
Bureau: BREEDESTRAAT 18.
Telefoon Intero. 62.
Prijs der Ad ver ten tién:
Van 1 tot 5 regelsf 0.40
Voor iederen regel meer
Buiten het Kanton Amersfoort per regel
(Bij abonnement belangrijke korting.)
0.08
- 0.10
Tot plaatsing van advertentiën en reelames ran buiten het kanton Amersfoort in dit blad is „nitslnitend" gerechtigd het Algemeen Binnen- on Buitenlandscli Advertentiebureau B. Y. ALTA, ïïarmoesstraat 7878 to Amsterdam.
Te Leiden hebben een aantal dames
besloten tot oprichting van een ge
meenschappelijke keuken. De deel
neming is zeer bevredigend.
Tot zoover een berichtje in de
bladen, dat dezer dagen onze aandacht
trok.
Dat ons leven langzamerhand meer
gaat arwijken van het denkbeeld, dat
ieder voor zich zelf zorgt, dat we
telkens verder den weg opgaan van
wat we met een deftig woord cen
tralisatie gewoon zijn te noemen,
staat als een paal boven water. We
zijn daar al zoo aan gewend geraakt,
dat we het in 't geheel niet meer
opmerkeD. Neem alleen maar eens
licht en water, 't Is nog niet eens
een eeuw geleden, dat iedereen voor
zichzelf olie kocht, die in zijn lamp
goot en branddetegenwoordig bou
wen we een groote fabriek, die ons
allen van gas voorzietmen draait
maar een kraantje open en de licht
bron is er. In diezelfde dagen pompte
iedereen zyn eigen drinkwater op, nu
draait men een ander kraantje open
en 't stroomt.
Wie zou 50 jaar geleden gedacht
hebben, dat in deze dagen huismoeders
de heele wasch buitenshuis zouden
laten behandelen en toch zorgvolle
huisvrouwen kunnen heeten, in haar
eigen oogen en die van anderen En
waarom zouden we dan geen stap
verder gaan en aannemen, dat binnen
25 jaar de dan nieuw gebouwde hui
zen niet meer door den onzin van
afzonderlijke kachels geplaagd, maar
verwarmd zullen worden door een
stelsel van ceDtrale verwarming, bloks-
gewyze, straatsgewijze of misechien
wel stadsgewijze, zoodat wij, of die
na ons komen, maar een kraantje
hebben open te draaien om warmte
te laten uitstroomen, zooals nu al gas
uitstroomt en water?
Naar het Engelsch van
MAX PEMBERTON.
26)
Madame Julia kwam den volgenden
morgen tegen het déjeuner aan. Es
ther had dien nacht veel over de
woorden van den prins nagedacht
maar zij aarzelde over hare ontmoe
ting te spreken, totdat zij merkte dat
Julia al wist dat hij in Parijs was
en dat ze elkaar al gesproken hadden.
Voor de eerste maal sedert zij haar
kende, merkte Esther dat die opper
vlakkige vrouw boos op haar was en
erg grillig deed. Zij klaagde niet, zij
beschuldigde niemand, maar zy sloot
zich Dorsch op in baar eigen kamer
en wilde niemand zien. Eerst toen zij
met elkaar in den trein naar bet zui
den zaten, scheen zij berouw te heb
ben over haar booze buizij barstte
plotseling in tranen uit, kuste Esther
hartstochtelijk en verzekerde haar dat
zij haar geluk op het oog had.
.Het was heel goed, dat ge hem
gesproken hebt, lievelinggij kent
natuurlijk den wensch van mijn broer.
Gij moet zijn vrouw worden. Waar-
Er is geen enkele reden om aan te
nemen, dat we nu, juist nü, aan het
einde zouden zijn gekomen van ons
gezamenlijk overleg, of om het
woord nog oens te gebruiken van
ons streven naar centralisatie. Geen
reden om ook te gelooven, dat altijd
en voor goed iedereen zijn huis zal
maken tot een restaurant, waarin
gekookt wordt voor hem en zijn gezin
alleen met het noodzakelijk gevolg,
dat den hal ven dag het huis, tenzij
het van ongewone afmeting mocht
wezen, vervuld is van etenslucht.
In Amsterdam werd in 1903 een
dergelijke vereeniging opgericht met
een som van f 20.000, verschaft door
een belangstellende dame, de rest moest
komen en komt ook van het aandeel,
dat de leden nemen. Maar dat vlotte
niet maar zoo dadelijk. De onderneming
moest namelijk wezen een werkmans
keuken, met in de toekomst bijkeukens
in de verschillende stadswijken. Was
het mogelijk, die illusie te verwezen
lijken? Wij zullen ons daar geen oor
deel over aanmatigen, maar deze stich
ting slaagde daarin niet. De prijs per
middagmaal, Iper persoon op een
kwartje gesteld, was voor een werk
man die een gezin had, veel te hoog.
De Coöperatieve Keuken zocht tosn
haar deelnemers onder den burger
stand en daar heeft zij ze gevonden.
In 1907 waren er ongeveer Ï10 aan
deelhouders die elk minstens één aan
deel van f 10 hadden genomen. Daar
van werd dadelijk bij toetreden f5
betaald, de rest bij maandelijksche
termijnen van f2,50 afgelost. Daar
onder was ook begrepen de prjjs van
de spijsbus, die f 7.75 A f 10 kost.
Bedankte een lid, dan had hij aan
spraak op een zoodanig deel van de
gestorte gelden, als na afloop van een
dienstjaar door het Bestuur zou worden
bepaald, in verband met den toestand
van de financiën der vereeniging. Steeds
werd het volle bedrag terugbetaald,
om zou je hem dan niet gesproken
hebben 7*
Esther kon haar niet antwoorden.
Zij beefde als iemand, die bet plotse
ling koud krijgt en wist niet of dat
van angst of van vreugde was.
Vijf maanden lang leefde Esther
afgezonderd van de wereld. Een ge
deelte van dien tijd bracht zij door
in het eenzame kasteel Saint Paul,
te midden der bergen en de rest van
den tijd reisde zij door de schoonste
streken vaa Europa.
Al de geheimzinnige kunsten van
dr. Xavier waren intusschenin ruime
mate op haar toegepast. Het rustige
leven, de prachtige natuurtafereelen
op de meren en in de bergen, hadden
haar vertrouwen gewonnen, en al haar
aarzelingen vernietigd. Zij geloofde
nu niet meer dat haar meester andere
plannen met baar bad dan die, waar
voor hij uitkwam. Zy was misschien
zelfs wel bang voor den dag, waarop
zijn werk gedaan zou zyn en het
succes het moest bekronen. Zy hield
van de eenzaamheid en het speet haar
dat zij ze moest verlaten. Ze was
nog nooit zoo verbaasd geweest als
op dien gedenkwaardigen dag in Janu
ari, toen dr. Xavier op eens weer over
Parijs en de wereld sprak.
de spijsbussen werden tegen taxatie
overgenomen of, door tusschenkomst
van 't bestuur, aan andere leden over
gedaan.
Over den bloei van de inrichting
heden kunnen wij helaas niet oor-
deelen, daar de cijfers ons thans niet
ten dienste staan. Wij kunnen op 't
oogenblik zelfs niet eens zeggen of de
inrichting nog bestaat.
De prijs van een middagmaal, be
staande uit aardappelen, vleesch, groen
ten en toespijs (in plaats van de
laatste soms soep) was 25 cents, zonder
vleesch, f 0.36 met een ons, f 0.42 met
IJ ons en f0.48 met 2 ons vleesch.
Als we bedenken, dat het goed
koopste middagmaal „van den kok'
toch altijd nog f 0.80 kost, dan waren
de bovenstaande prijzen niet hoog. De
hoeveelheid was voldoende, aan de
bereiding werd veel zorg besteed en
gelet op de meéstmogelijke reinheid.
De leden hadden evenwel geen keus
tusschen verschillende menu's, ze aten
wat de pot schafte. Alleen met tegen
zin in uien en visch werd rekening
gehouden.
'sMcrgens als de bus werd terug
gehaald, gaven de leden zooveel bons
mee voor diners als ze dien dag noo-
dig hadden. Deze bons werden getee-
kend door den besteller en voorzien
van het nummer van zijn bus. In die
bus kreeg hij altijd dezelfde schalen,
die hetzelfde nummer hadden als de
bus. Tot één uur, desnoods later, kon-
deD meer diners besteld worden, maar
altijd met bijvoeging van bons, die
aan 't kantoor in boekjes verkrijgbaar
waren.
Zal in Amersfoort een dergelijke
inrichting kunnen bestaan Dat is
zeker vooraf moeilijk te zeggen 't
hangt zeer af van de wijze van opzet.
Misschien zijn er Amersfoorter», die
willen onderzoeken in hoever hier
kans zou bestaan voor dezen vorm
van centralisatie.
,De bergen kunnen ons niets meer
verschaffen," zei hij. „Wij zijn als
bijen, die den laatsten druppel honig
opgezogen hebben. Kom, wy zullen
onmiddellijk naar Parijs terugkeeren.
Het zal misschien wel de laatste reis
zijn, die wy samen maken."
Esther was zeer verbaasd over het
raadselachtige van die woorden, maar
ze was nu gewend om te gehoorza
men en vergezelde hem naar het
Noorden, zonder iets te vragen.
Een tijd lang speelde zy daarna te
Parys haar rol in die sociale komedie,
waarin de Franscben het zoo ver
gebracht hebben. Overal, in de opera,
in het Bois, in de huizen der bevoor
rechten, was zy onbewust getuige van
de waarheid, van de voorspelling van
den Spanjaard.
Mannen zeiden, dat zy de mooiste
vrouw was, die Parys ooit aanschouwd
had en zelfs de vrouwen waren éen
en al bewondering. Zij was even on
verschillig voor de loftuitingen der
eersten, als voor de jaloezie der
laatsten, en verborg haar eigen geheim
voor de wereld, alsof het een kleinood
was. Haar gezond verstand verbood
haar om aan den eenigen roman van'
haar leven te denken en toch dacht
zy er zoo graag aan. Zy twyfelde er
geen oogenblik aan, dat zij den prins
van Cadi vroeger of later zou weer
zien. Toen zjj hem na verloop van
DE WEEK DER AGRARIËRS.
Berlijn heeft weder „de agrarische
week" gehad. Om dezen tyd van 't
jaar komt de „Bund der Landwirte,*
die zich over geheel Duitschland uit
strekt, te Berlijn bijeen. Daar de Bond
vele leden telt die getrouw opkomen,
daar de vergadering dus zeer talrijk
is wordt zij gehouden in het veel
omvattende circus-Buscb.
Ook de vele tegenstanders van de
groote vereeniging geven toe dat zij
wel iets goeds heeft gedaan voor den
Duitschen landbouw. Maar 't ongeluk
is dat zy zich met houdt op dit ter
rein maar, en zelfs bij voorkeur, zich
op politiek gebied beweegt. Dat is
trouwens zeer natuurlijk, want de
Bond bestaat voor 't meerendeel uit
groot-grondbezitters en onder hen zjjn
de van ouds vermaarde „Pruisische jon
kers sterk vertegenwoordigd. De Prui
sische jonkers dan vormen eene en wel
eene zeer maehtige party .die altijd tracht
haren invloed te vermeerderen en
dien invloed stelt in den dienst der
reactie. En hoewel het aantal land
bouwers niet toeneemt in Duitschland,
en Duitschland geen „agrarische staat"
is evenmin als in Pruisen, waar de
industrie zich meer en meer ontwik
kelt, doen de agrariërs alsof zy het
gansche volk vertegenwoordigen en de
jonkers onder hen gedragen zich als
de heeren en meesters. Dat zij die hou
ding aanDemeD is gedoeltelijk de schuld
der regeering, zy is gewoon zich diep
te buigen voor den agrarischen jon ker en
dit versterkt het aangeboren zelfge
voel van dezen. Hy is niet ver van
de meening, dat de Hohenzollerns
zonder hem niet veel zouden te betee-
kenen hebben. Hij vleit den keizer
en verheft diens naam en dien van
zijn stamhuis als het zoo in zyn
kraam te pas komt, maar duift in 't
andere geval met groote vry moedig
heid de regeering en de Kroon be
strijden. De jonker is voor het per
soonlijk régime, wanneer de koning
aan zijn leiband loopt.
Dat beeft de vergadering in het
circus Busch nogmaals bewezen. Aan
den keizer werd een telegram gericht,
waarin het heet„Op den vasten
grondslag der wetten van het rijk
eenige dagen in het huls van den
Spaanscheu Duque de Rina ontmoette,
beschouwde zy die ontmoeting als on-
mydelijk. De prins woonde toen in
Parijs en zou baar dus natuurlijk ont
moeten. Zij vond niet, dat hy erg
veranderd was. Had ook niets ver
loren van die aantrekkelijkheid, die
vijf maanden geleden haar belang
stelling had opgewekt.
Die avond was op verscheidene pun
ten een gedenkwaardige avond voor
Esther. Zij had door toedoen vaD dr.
Xavier, sedert haar komst te Parijs,
al zeer veel bizonder mooie tooDeeltjes
bijgewoond, maar die avond in het
huis van den hertog Rina overtrof
alles. In naam een soirée musicale voor
de aristocratie der Fransche hoofdstad,
was het in Esthers oog voornamelijk
een visioen van onmetelijke groote
kamers, van schitterende vrouwen,
van militairen, staatsliedenen priesters,
van een woelige menschen massa, die
uiteen ging, toen zij aan den arm van
dr. Xavier binnenkwam en haar byna
zwijgend gadesloeg, toen zij de ver
hevenheid opruischte, waar de hertog
en de hertogin hunne gasten ontvin
gen. Toen merkte zy misschien voor
den eersten keer dat de tooversleutel
der vrouwelijke macht aan haar was
toevertrouwd. Dat gemompel en die
jaloersche blikken konden niet ver
keerd opgevat worden.
staan wij met de oude trouw onwrik
baar om onzen keizerlijken heer."
Wat men eigenlijk bedoelde bleek uit
de commentaar van den heer vnn Wan-
genheim bij die woorden„HetDuitsche
volk" zij zyn immers het Duitsche
volk 1 „wil geen schaduwkeizer het
wil een keizer van vleesch en bloed vol
energie en van vasten wil."
„De buitengewone toestand eischt
eene buitengewone betooging." Dat
beteekent dat de agrariërs zich ver
zetten tegen de vyandeQ van het
persoonlijk régime, die na het be
ruchte „interview" des keizers van
zich deden spreken. Hebben toen ook
conservatieve bladen tot zekere hoogte
zich bij de beweging aangesloten en
by den keizer aangedrongen op het
bedwingen van zijne neiging tot spre
ken en van zich te doen spreken,
op 't oogenblik acht men bet geschikt
eene kleiDe manifestatie te houden,
uit naam van bet Duitsche volk, tegen
de gevoelens, die de meerderheid van
het Duitsche volk zoo krachtig heefftt.
geopenbaard.
Dat het liberalisme het zwaar te
verantwoorden had in het circus Busch
is niet meer dan natuurlyk. Het heeft
de eer vele vijanden tegenover zich
te zien, aangevallen te wordeD door
alles wat met de reactie heult. Daaf -
is het beter om.
DE BALKAN-CRISIS.
De toestand lykt op het oogenblik
een weinig minder gespannen. Uit
Berlyn wordt namelijk aan de Temps
geseind, dat Oostenrijk gunstig gezind
is ten aanzien van de hervatting der
onderhandelingen met Servië, indien
deze mogendheid zich tot oeconomische
eischen beperkt. Door tusschenkomst
der mogendheden zou Oostenrijk zjjn
verlangen aan Servië kenbaar maken
met name, zou Oostenrijk erkenning
van den huldigen staat van zaken in
Bosnië en ophelderingen nopens de
oeconomische vorderingen van Servië
eischen.
De bezwaren die Oostenrijk tegen
Servië heeft, zou, volgens de Parysche
Liberté, minister Aebrenthal in een
nota aan Prins Bülow hebben opge
somd. Ze zjjn de volgendelo. Ser-
vië's eisch van gebiedsvermeerdering
ten koste der Donau-monarcbie2o.
Esther in haar eenvoud durfde niet
te vragen of het wel geheel en al
haar zegepraal was, of dat 't gedeel
telijk 't gevolg was van nieuwsgierig
heid door verschillende vertelseltjes
opgewekt. Zy was overbluft en mis
schien wel geschrikt door den lof, dien
die geniale man haar had weten te be
zorgen en toen de leiders van de
Parysche uitgaande wereld één voor
één aan haar voorgesteld werden,
antwoordde zij nauwelijks wetend wat
zy zei. Zy voelde dat zij een rul ver
vulde, dat zy niet de oude Esther was
ja, dat zij het slachtoffer was geworden
van den medesleependen droom, waar
uit zy weldra zou ontwaken om de
koude werkelijkheid te trotseeren.
Overal waar zy heenging ving zy een
gemompel van bewondering en ver
bazing op. De stemmen der vreemde
lingen klonken haai bijzondei hard in
de ooren. De muziek wond haar op.
Zij zag vreeselyk op tegen het oogen
blik, waarop haar vriend haar alleen
zou laten en toen dat oogenblik kwam,
was zy als een angstig verdwaald kind.
Het was niet meer dan natuurlyk, dat
een ander zich zou haasten om de
plaats van dr. Xavier in te nemen.
Esther was dan ook maar half ves-
baasd, toen zy den eenigen man, dien
zy in Parijs kende, plotseling voor
zich zag staan.
Wordt vervolgd)