DAGBLAD VOOR AMERSFOORT EN OMSTREKEN. No. 70. DONDERDAG 24 MAART 1910. 7e JAARGANG BUITENLAND. FEUILLETON. Quinnion de Philosoof. EEML Hoofdredacteur B. Cr- BIJKENS. ABONNEMENTSPRIJS Per jaar met geïllustreerd Zondagsblad f4.Franco per post id. f5.60. Per 3 maanden id. f 1.Franco per post id. f 1.40. Afzonderlijke nummers fO.C5. BureauBREEDESTRAAT 18. Telefoon Interc. 62. Van 1 Buiten PRIJS DER ADVER ENTIEN tot 5 regels f0.40. Voor iederon regel mee fO.OS. het Kanton Amersfoort per rogol fO.10. (Bij abonnement belangrijke korting.) Tot plaatsing van advertentiën en roclames van buiten het kanton Amersfoort in dit blad is „uitsluitend" gerechtigd het Algemeen Binnen- on Buitenlandsch Advertentiebureau O.Y. ALTA,Warmoesstrcat 76-78 te Amsterdam. Uit- hoofde van den Goeden Vrijdag zal ong blad morgen niet verachijuen. HET HUIS DER LORDS. Het Huis der Lords heeft Lord Rosebery's moties, waarbij de her vorming van het Huis wenschelijk wordt geuoemd. aangenomen in het Lagerhuis z(jn dergelijke moties in gediend en zij zullen er ongetwijfeld aangenomen worden. Derhalvedat het Hoogerhuis hervormd moet wor den, iedereen stemt het toe. En toch, of er van de üervormiüg iets zal ko men 't Is op z'n minstjtwijfelachtig. De positie der liberale regeering schijnt voortdurend zwakker te worden, een poging van Lloyd om de Ieren tot rede te brengen moet ook al mislukt zijn en 't is niet te ver wachten dat ondei die omstandig heden de maatregelen welke in de regeeringsmoties worden in 't voor uitzicht gesteld, spoedig wet zullen worden. En of de Lords het met hun opofferingszin nu zoo heel ernstig meenen Z(j hebben er wel wat héél sterk den nadruk op gelegd, dar de aanneming van Lord Roseberys mo ties waarin werd uitgesproken dat niet langer geboorte alleen recht van zitting in het Hoogerhuis mag geven geenszins de algeheele afschaffing van bet „erfelijke beginsel" beduidt. De aanneming der moties in het Hoogerhuis is inderdaad niets meer dan Lord Rose'oery zei het zelf de alg9meene inleiding tot een nog ganscheljjk onbestemd hervormings plan. Hetgeen zooveel schijnt te willen zeggen alsweest maar niet bang, Hylords, ge neemt nu wel een molie aan waarbij ge hervorming wenschelijk VAN GUT BOOTHBY. verklaart, maar die motie bindt u tot geen enkel hervormingsplan. Is het niet alsof het indienen van die motie door Lord Rosebery en de aanneming door het Hoogerhuis niets anders beteekent daD een verkiezings manoeuvre, waardoor het de liberale partij bjj de komende verkiezingen onmogelijk gemaakt moet worden, den strjjd uitsluitend te laten gaan over de vraagvdor of tegen hervor ming van het Huis der Lords Het heeft er allen schijn van. De pers van gistermorgen bespreekt in haar hoofdartikelen Asquith's veto resoluties. De Times i.cht ze hatelijker nog dan Campbell-Bannerman's plan nen. De Standard vraagt spotten I, of dit nu die veelbesproken moties zijn, waarop de regeering sinds de parle- mentsontbinding heeft zitten broeden Iedere secretaris van een joDgens- debatingclub had ze evengoed zoo kunnen maken, zegt het blad. De Daily Mail is van meening dat, in dien de voorstellen wet werden, het land zou komen onder de dictatoriale macht der regeering. Alzoo spreekt de conservatieve persdie van de regeering doet het natuurlqk juist andersom. FRANKRIJK. De vermindering van het aantal geboorten in de Fransche Republiek, maakt, gelijk men weet, sinds lang de Franschen die^het wel meenen, met hun vaderland, ODgerust. Thans heeft een tijdschrift „les Documents du Progrès" getiteld, een enquête ingesteld over de oorzaken van het verschijnsel en de middelen om het tegen te gaan. Een groot aantal bekende personen en autoriteiten werden gehoord en gaven allerlei middelen tegen het kwaad aan de hand. 20) Ook is het mogelijk, dat ik niet. zoo hard werkte als ik kon doeD, en ook dat ik een beetje wild was, dat zal ik Diet heelemaal ontkennen, mair alles wel beschouwd een jonge man is een jonge man en waarschijnlijk was ik niet erger dan mijn mede studenten. Toch, ofschoon al mijn fouten en tekortkomingen in het ergste daglicht werden gesteld, toch wilde de brave, oude Squire geen kwaad van mij hooren. „Jongens moe ten jongens zijn", placht hij te zeg gen, en hij zal tot kalmte komen als wij hem den tjjd geven. Dat was ech ter juist hun plan niet. Mijn gastheer knikte tegen mij ten teeken, dat hij mij begreep. De volgende week juist een jaar geleden, ging ik voort, giDg ik naar de stad om eenige oude studievrien den te ontmoeten. Wij brachten met elkaar een heel prettige week door, met veel meer kaartspel dan voor mijn gemoedsrust goed was. Van het begin af was ik ongelukkig, en ten slotte was ik niet minder dan een som van vijf honderd pond schuldig. Ik wist niet tot wien ik mij moest wenden om het geld te krijgen. Ein delijk stelde een mijner kennissen mij aan een geldwoekeraar voor, die na onderzocht te hebben mijn positie en mijn bloedverwantschap met Sir Cuthbert mij het geld tegen een ongehoord hoogen interest leende. Ik leende ODder conditie, dat ik het over zes maanden zou terugbetalen. Toen het oogenblik daar was, had ik het geld niet, en tenzij ik bij mijn oom aanklopte en hem alles vertelde, wist ik niet, wat mij te doen stond. Ik liep rond als een man, wiens laatste uurtje weldra geslagen zal zjjn werkelijk geloof ik, dat ik zelfs de laatste weken mij niet zoo ellen dig heb gevoeld als toen. En toen de rekening gepresen teerd werd Vreemd moge het klinken, maar zij werd heelemaal niet gepresenteerd. Ik hoorde er niets van. Maar de moei lijkheid moest nog komen. Het was een onveranderlijke gewoonte van Zoo beval Alfred Fouillée aan om aan de gehuwde mannen bij de ver kiezingen twee stemmen te geven, en de afgevaardigde Coutant, om de groote gezinnen geheel of gedeeltelyk vrij te stellen van belasting. Verder ziu aan elk gezin een pre mie moeten worden toegekend bij de geboorte van het vierde kind, enz. „Het is heel aardig", merkt de Matin hierbij op, „om de menschen aan te moedigen om voor een zoo groot mogelijk kindertal te zorgen maar beter ware het om hen te hel pen om hun kinderen groot te bren gen, of er hun de middelen voor te schenken." Gelijk men weet behoort Parijs niet tot de allerveiligste onder de steden. Io den gemeenteraad is over die onveiligheid gedebateerd, en daarbij heeft de prefect van politie, de heer Lépine, teegegeven dat, al overdrijft men wel eens, inderdaad de veiligheid in Parijs te wenschen overlaat. De prefect noemde als een der oorzaken opde humanitaire richting der laatste jaren. Als de menschen eenmaal in de gevangenis gebracht zijn, dan nog kunnen ze een heel arsenaal van wetten vinden, om er weer uit te komen, afgezien nog vau de geregelde gratie-verleeiiing op 1 Januari en 14 Juli. Overigens een afdoend middel tegen de onveiligheid wist de heer Lépine ook niet. OOSTENRIJK-HONGARIJE. Het Hongaarsche parlement is op de gebruikelijke wijze en in de beste orde gesloten. De levenmakers en vechtersbazen van de Justh-partij waren niet aanwezig. De troonrede, die zeer kleurloos was, werd alleen toegejuicht bij de woorden waarin de wenscb wordt ge- mijn oom om in de eerste week van iedere maand z(jn bankrekening na te kyken en haar te vergelijken met de chèques, die hem waren toege zonden. Ditmaal trof hem iets. dat eenige verbazing bjj hem opwekte. Er was een cheque afgegeven ten gunste van zekeren Ezechiël Levy en voor niet minder dan een som van vijf hoDderd pond. De onderteekeuing was een merkwaardig goede nabootsing van zijn eigen handteekeniDg, toch was hij stellig overtuigd, dat zjj valseh was. De Squire was overtuigd, dat bjj nooit in zjjn leven van iemand van dien naam had gehoord. Toevallig was Feversham op dat ocgenblik juist bjj ons gelogeerd, er. hjj en ik werden binnengeroepen om de handteekening te onderzoeken en onze opinie er over te zeggen. Stel u mijn gevoelens voor toen ik daar stond en naar het stukje papier in injjn hand staarde. Ik kon het niet begrjjpen. Feversham maakte gebruik van den toestand door te verklaren, dat hjj eeD advertentie in een courant had gezien van een geldwoekeraar, die denzelfden naam droeg. Je moet hem stellig kennen, zei uit, dat de zaken verder rustig eu ongestooid, overeenkomstig de grond wet, haar gang zullen gaan. Graaf Khuen Hedervary, de eerste- minister die zoo deerlijk met boeken en inktkokers werd gegooid, is thans aanmerkelijk beter. Het verband om zijn wond kan afgenomen en door een hechtpleister vervangen worden. Zijn lotgenoot, de minister van landbouw Serenyi, zal nog minstens een week het verband moeten dragen. Twee leden der fractie van Justh zjjn uit die partij getreden naar aan leiding van de ergerlijke voorvallen. DUITSCHLAND. Deze week verschijnen voor de Ber- ljjnsche rechtbank de menschen, die op den „rooden kiesrecht-Zondag" door de politie in hechtenis genomen zjjn. Gisteren hebben er reeds twee terecht gestaan. Een had de politie beleedigd, zoo beweerde $deze, maar de man sprak het tegen integendeel, de poli tie had gezegd, dat men „die lummels" (onder wie hij zich bevond) „op hun bek moest slaan." Het O.M. eischtte een maand gevangenis, de beklaagde kreeg 120 mark boete. De tweede beklaagde zou de politie uitgescholden hebben voor bloedhon den. Ook hjj ontkende en hield vol, dat de politie zonder rede op arge- looze voorbijgangers losi anselde. Eeni ge getuigen verklaarden hetzelfde. Een politieagent evenwel verzekerde den beklaagde „bloedhonden" te hebben hooren roepen en de rechtbank ver oordeelde hem tot drie weken gevan genisstraf. ZWEDEN. Een overwinning van het feminisme wordt uit Stockholm bericht. In de Zweedsche hoofdstad zijn twee dames in den Gemeenteraad gekozen. De hij tot mij. Ik heb gehoord, dat hjj veel zaken doet met studenten. Toen wendde mjjn oom zich tot mjj, en vroeg of ik ooit iets met hem to doen had gehad. AVat moest ik zeg gen? Ik kon tegenover hem niet lie gen, en toch als ik het niet deed zou hjj denken, dat ik de valsche handtee kening had gezet. Daarom deed ik, wat mjj als het beste voorkemen; ik bekende n.l. dat ik vijf honderd pond van den man had geleend, maar ze tot op dit oogenblik nog niet terug had gegeven. Ik stemde toe, dat ik schulden had en bood aan al mqn onbetaalde reke ningen te laten zien, waarop ik naar mijn kamer ging om ze te halen. De Squire weigerde eerst ze in te kijken, maar Feversham kwam daar tegenop en zei dat het niet meer dan billijk tegenover mjj zou zjjn. Tot mijn onsteltenis kwam hjj halverwe ge het stapeltje aan een quitatie van Levy zelf .waarin de ontvangst van de chèque van Sir Cuthbert voor vijf honderd pond erkend werd en waarin lijj zjjn bereidwilligheid betuigde om bij een andere gelegenheid nog eens zaken met mjj te doen. W t kon ik zeggen Wat kon ik doen (Wordt vervolgd).

Historische kranten - Archief Eemland

De Eemlander | 1910 | | pagina 1