DAGBLAD VOOR AMERSFOORT EN OMSTREKEN. No. 85. WOENSDAG 13 APRIL 1910. 7e JAARGANG BUITEiNLANP. FEUILLETON. Quinnion de Philosoof. BINNENLAND. DE EEMLANDER Hoofdredacteur B>. Q-. RIJKENS. ABONNEMENTSPRIJS Per jaar met geïllustreerd Zondagsblad f 4.Franco per post id. f 5.60. Per 3 maanden id. 11.Franco per post id. f 1.40. Afzonderlijke nummers fO.Oö. Bureau BREEDESTRAAT 18. Telefoon Interc. 62. FRIJS DER AD VERTEN TIEN Van 1 tot 5 regols f 0.40. Voor iederen regel mee f 0.08. Buiten hot Kanton Amersfoort per regel f0.10. (Bij abonnement belangrijke korting.) Tot plaatsing van adverttntiën en reclames van buiten het kanton Amersfoort in dit blad is „uitsluitend" gerechtigd het Algemeen Binnen- en Buiteniandsch Advertentiebureau O.Y.ALTA,Warmoesstraat 76-78 te Amsterdam. DE PRUISISCHE KIESRECHT- BETOOGINGEN. Niet alleen in Berlijn, maar ook in tal van andere, groote en kleine plaatsen zyn Zondag kiesrecht- betoogingen gehouden, en alom is het, zonder dat de overheid ook maar het minste of geringste meehielp, voor beeldig rustig afgeloopen, dank zy de uitnemende voorbereidende maatrege len der leiders en den verregaanden zin voor tucht in hunne gelederen. De ordelijkheid waarmee in Berlyn de 200.000 betoogenaars naar en van de betoogingen in Friedrichs- en Hum- boldtshain en het Treptower Park werden geleid, heeft de bewondering gewekt van partijgenoot en tegen stander. Nergens was een agent te zien en toch was ei geen oogenblik gevaar voor verstoring der ordede sociaal-democratische ordebewaarder trad met dezelfde strengheid op als anders de Pruisische olitieagent in de Berlijnsche straten. In groepjes van honderd man werden de betoogers door een ordebewaarder naar de be- toogingsplaats gebracht, die hun (naar gelang van de ligging van hun woon plaats) door het bestuur was aan gewezen. Er werd niet geschreeuwd, niet gezongen, niet met vaandels ge zwaaid. Op de bijeenkomsten zelf was natuurlijk slechts voor enkelen, die heel dicht bij de redenaarstoelen stonden iets te verstaan. Opmerkelijk is de beschouwing van de nationaal-liberale Kölnische Zei- tung over deze voorbeeldige taktiek der socialisten. Die heeft zijn goeden en zjjn kwaden kant, zegt de Köl nische. Aan den eenen kant is het niet goed, omdat discipline macht be duidt (zie het Duitsche leger) en de VAN GUY BOOTHBY. Staat moet vreezen voor macht bij de sociaal-democraten. Maar aan den anderen kant mag men verheugd zijn, want de ergste gruwelen zijn in den loop der geschiedenis gepleegd door het volk dat niet meer aan zijn lei ders gehoorzaamt. Zoolang het ddt doet, behoeft men niet het ergste te vreezen. DUITSCHLAND. Men zal zich herinneren, dat bij de jongste hervorming der Rijksfinanciën, door de Regeering een „aalmoes" van 50 millioen aan de jonkers, die op hun goederen alcohol stookten, werd cadeau gedaan in den vorm van vrij stelling van belasting. Dientengevolge had het partijbestuur der sociaal-democratie een boycot uit geschreven van den alcohol. In het begin werd dit besluit van verschillende zijden met een ongeloo- vig lachje begroet. Thans echter blijkt uit de statistiek, dat dit boycot-besluit zijn invloed op voor de branders gevoelige wijze heeft uitgeoefend. Het verbruik van alcohol in het Duitsche Rijk is sedert October j.l. met 332.866 liter verminderd. Dit resultaat is stellig niet onbe- teekenend. BELGIË. De regeering heeft een wetsontwerp voorbereid, waarbij aan de ambteoa- ren en arbeiders bij de spoorwegen, de post en de telegraaf slechts een beperkt stakingsrecht wordt toege kend. De beambten hadden in verband daarmede het plan opgevat te Brussel door een groote straatb:tooging de aandacht van het publiek te vestigen op hun wenschen tot lotsverbetering. De minister heeft, zoodra hem dit voornemen ter oore kwam, zijn on- 34) Dat is, geloof mij, een van de wei nigen voordeelen, verbonden aan een positie zooals de mijne. Er zoo slecht aan toe te zijn, dat het eigenlijk niet erger kan. Maar kom, ik laat u hier maar in de kou staan. Goedennacht en nogmaals hartelijk bedankt voor uw gastvrijheid. Het zal lang duren, eer ik dezen avond vergeet. Voor ik verder nog iets tegen hem kon zeggen, want ik wilde graag we ten, waar ik eens wat van hem zou kunnen hooren, was hij weg gewan deld en verdween in een zijstraat, in de richting van Leicester Square. Ik beu niet overgevoelig, maar ik kon toch een zucht niet weerhouden, toen ik aan hem dacht. Hij was de levens reis begonnen, toegerust met alles, wat een gelukkige reis voorspelt; toch was die belofte door een of ande ren tegenspoed niet vervuld. Wat zou het einde daarvan zijn? Het was on mogelijk vooruit te zeggen. Zoo met mij zelf redeoeerend, ging ik langs den Charing Crossweg, stap te daar in een cab en reed naar huis. Of mijn overpeinzingen over de moei lijkheden van mijn gast van daar even er verantwoordelijk voor waren kan ik niet zeggen ik weet alleen dat ik leed onder een ernstige bui van zwaarmoedigheid, die m(j maar niet wilde verlaten. Omdat ik bever niet met de cab op het plein wilde komen, stapte ik op den Gray'sInnweg uiten wandelde vanda ,r naar huis. Het was intusschen bij half drie ge worden en een he;l koude morgen. Behalve twee politieagenten, die met elkaar stonden te praten op den hoek van een straat, een dronken man, die zijn best deed tegen den muur van een huis overeind te blyven, en een groote hoeveelheid katten, was het of ik de groote stad voor m(j zelf al leen had. Voor het huis aangekomen, liet ik mij zelf in, want Quinnion had mij een huissleutel gegeven, opdat ik al tijd kon komen en gaan zooals ik verkoos. Het electrisch licht in do zaal brandde, maar het vuur was al lang dergeschikt6n per circulaire gewezou op het reglement dat dergelijke mani festaties verbiedt. Daar dit verbod groote ontevreden heid verwekte onder de beambten, besloten hun afgevaardigden een on derhoud te vragen met de hoofdamb tenaren. Dit leidde tot hun onder werping aan den ministerieelen wil. Maar nu heeft de Boud van ge- pensionneerde ambtenaren zich met de regeling der betooging belast, on afhankelijk als deze is van eenigen druk van boven. De actieve beambten zjjn uitgenoodigd hetzij persoonlijk deel te nemen, hetzij zich door hun vrouwen te doen vervangen. Leden der linkerzijde zullen de re geering interpalleeren over het verbod tot het houden der straatraanifestatie. FRANKRIJK. In Toulon is kapitein Robert, offi cier der intendance, in hechtenis ge nomen onder verdenking van allerlei materialen voor de te bouweo kazerne verduisterd te hebben. Er schijnen behalve deze officier, een heele reeks aanzienlijke zakenmannen uit de stad bij het schandaal betrokkeu te zjjn, o.a. de leveranciers. Noble en Guerre, die echter ontkennen. PERZIË. De Perzische regeering heeft een uiterst belangrijke beslissing geno men. Ze heeft den Engelschen er, den Russischon gezant aangezegd dat ze niet bereid is de leening dezer mogendheden op de gestelde voor waarden aan te nemen. De reden is dat die voorwaarden van politieken aard zijn en niet alleen de zekerheid voor het terugbetalen van het ge leende geld betreffen. Met andere woordende regeering in Teheran verzet zich tegen de inmenging van Rusland en Engeland in de binnen- laudsche politiek van Perzië. De diepere oorzaken van deze be slissing zijn gelegen ten eerste in den steeds stijgenden afkeer welken men iu Perzië tegenover Rusland koestert, en ten tweede in den bete ren toestand van de Perzische schat kist. Deze laatste is te danken aan het besluit, zoo noodig de krooDju- weelen te verkoopen en aan de stij gende inkomsten, een gevolg van het betere beheer der financiën. Een incident in een Raad. Maandagavond was de Raad van Eind hoven bijeengeroepen om do bekende schoolquaestie nog eens te bespreken. Daarbij deed zich het volgende inci dent voor Het lid Verhagen verklaardo uit bevoegde bron vernomen te hebben, dat B. en W. doende waren, eene ver betering van het openbaar onderwijs voor te bereiden. Naar de bevoegde bron nader go- vraagd wees hij als zoodanig den ge meente-secretaris, den heer Van Vorst, aan. Deze zou tevens verklaard hebben, dat hem altijd door het college van B. en W. verboden was, den Raads leden inzage van bijzondere stukken te geven die nog niet aan de orde waren. De burgemeester was na dit ge zegde zichtbaar getroffen,en verklaarde vol verontwaardiging, dat nimmer een dusdanig verbod van dat college is uitgegaan en dat de secretaris thans het vertrouwen van het college van B. en W. heeft verloren. Onmiddellijk hierna vroeg het lid De Haes het woord en verklaarde, dat hij de tolk meende te zijn van het grootste gedeelte der Raadsmeerderheid, wanneer hij den uitgedoofd. Toen ik beneden alles had gesloten, drukte ik tegen den knop in het paneel, en de deur, die de trap verborg, schoof vlug terzijde weg. Op het portaal aangekomen, be merkte ik, dat er nog licht brandde in de studeerkamer, en daarheen J richtte ik mijn schreden, om de oor zaak daarvan op te sporen. Zooals ik verwachtte, was het Quinnion zelf, bij was blijkbaar aan het werk geweest, maar was nu in zijn stoel vast in slaap gevallen, met zijn hoofd rustend op de armen, die gevouwen lagen op zijn lessenaar. Terwijl ik daar naar hem stond te kijken, ontsnapte hem een zware zucht, gevolgd door nog een en nog een. Deze werden gevolgd door enkele weinig gearticuleerde woorden, die ik niet kon verstaan. Op eens hief hjj zijn hoofd op, wendde zijn blik naar de zoldering en strekte zijn armen als smeekend uit. Genade, genade, mompelde hij, en Uk merkte op, dat groote zweetdroppels op zjjn voorhoofd ston den. Is er niemand die genade met my wil toonen? Toen liet hy zijn hoofd weer vallen op zijn gevouwen armen. Hij was blijkbaar aan het droomen, en de droom scheen hem als een nacht merrie te benauwen. Of het al dan niet het gevolg was van de geheim zinnige zaken, die hem genoodzaakt hadden, mij in Pall Mali te verlaten, dat kan ik niet zeggen, ik weet al leen, dat het mij onuitsprekelijk trof. De mau was zoo edelmoedig en voortdurend zou vriendelijk tegenover mij geweest, van het oogenblik af, dat ik hem voor het eerst ontmoet had, dat het my pijn deed, nu hy zorgen had, daar machteloos tegen over te staan. Een oding was heel duidelijk, en dat was, dat ik hem wakker moest maken. Hy kon daar niet blijven liggen slapen, maar hoe kon ik dat doen zonder hem bet idéé te geven, dat ik hem zoo had ge vonden Terwijl ik dit bij zelf overwoog, stond hij tot mijn grooten schrik en verbazing van zijn stoel op en bleef vlak tegenover mij staan. Zijn oogen waren nog gesloten en zijn ademhaling ging zwaar. (Wordt vervolgd).

Historische kranten - Archief Eemland

De Eemlander | 1910 | | pagina 1