WEERBERICHT. STADSNIEUWS. Therraometerstand MEDEDEELINGEN VAN HET KONINKL. NED. HET. INSTITUUT. Opgemaakt voorm. 10.50 uur. De Bilt, 11 Juli 1910. Hoogste barometerstaud 767.2 m.M. te Horta, laagste 754.9 m.M. te Memel. Verwachting tot den avond van 12 Juli 1910. Zwakke tot matige N -lijke wind. Gesteldheid van de lucht: Gedeeltelijk be wolkt, droog weer. Temperatuur Warmer. (Barometerstand te AMERSFOORT. 763 m. M. Vorige stand te 12 uur 761 m. M. te Amersfoort. Hoogste gisterenP. 62 Laagste hedennachtF. 54 Hedenmiddag 12 uurF. 72 AMERSFOORTSCHE BAD-EN ZWEMINRICHTING. TEMPERATUUR'van het water op Maan dag 11 Juli des 's morgens 7 uur is 60° F. klaring van den heet Do Marees van Swin- deren, dat er nimmer een speciaal gevaar voor Nederland is geweest, dat ei schijn noch schaduw was van voor ons land ge vaarlijke maatregelen Dat was de hoofd zaak en daar gaat het om. En nu blijkt, dat dr. Kuyper in zyn jongste driestarren op dit hoofdpuit juist den heer Van Heeckeren feitelyk in het gelijk stelt In de tweede driestar toch luidt het: „Mon had toch uit onze woorden afgeleid, dat het onze bedoeling was go- weest, op den heer Van Heeckeren de blaam te leggen, als had hij deze geheele zaak, om 't nu eens plat uit te drukken, geheel uit zijn duim gezogen, tn als ware er in 1904 niets geschied dat aanleiding gegeven had tot het valsche gerucht." Hieruit nu blijkt, al was het gerucht van den brief valsch, dat er wel degelijk iets is geschied. En wel iets van zoodanig be lang, dat het in ieder geval geheim moest blyven, want juist schending van geheim, geenszins eenige onwaarheid, wordt aan den heer Van Heeckeren door de Standaard verweten. Na te hebben aangehaald wat het blad zeide omtrent de meening van het Kabinet van 1901 en het tegenwoordige ministerie, dat het in 1904 gebeurde geheim moest blijven, vraagt de schryver, of dit dan uiet wijst op een speciaal gevaar voor Neder land. Dit werd door den Minister van Buitenlandsche Zaken zoo beslist mogelijk betwist. Maar dan weer zou de heer Van Heeckeren dit alles, om de gevaarlijke maatregelen ging het, wel degelijk uit zijn duim hebben gezogen. Eu hiervan zegt De Standaard, is geen sprake, op dit punt moest juist volgens dit blad den heer Van Heeckeren recht wedervaren. Voor den heer Van Heeckeren kan in dit alles groote onbillijkheid liggen. De Eerste Kamer sloot het debat, ook wijl hij niet fluks genoog de stukken overlegde. Riep niet de heer Staal, die daarna voor sluiting van debat stemde: „Leg de stuk ken nu dadelijk over." Dus het debat werd volstrekt niet ter wille van geheimhouding gesloten. En nu komt De Standaard, of liever dr. Kuyper, die allee van 1904 af weet, den heer van Heeckeren verwijten, dat hy nu reeds geheimen schond en geeft daarby uitdrukkelijk toe, dat er stukken (brieven) in deze te publiceeren zouden zijn. Brieven voor dr. Kuyper onaange naam, ook dit wordt vrijwel toegegeven. Maar het publiceeren, dit wordt er aan stonds aan toegevoegd, zou voor den heer Van Heeckeren nog compromitteerender zijn. Volgens De Standaard had dus de heer Vaó Heecberéll geuoeg te publiceeren, maai bij mocht hot niet, daarom moest het debat gesloten. De heer Van Heeckeren aarzelde bij dit alles en zoo wordt men licht het kind van de rekening. By het bericht van Land en Volk over het briefje van dr. Kuyper aan baron Van Heeckeren teekent Het Volk aan: «Dat is weer een typisch staaltje van het Kuper-régime. Een belofte om over een of andere zaak te spreken of te zwijgen, in dien men tot lid van de Eerste Kamer wordt benoemd, is in flagranten stryd met de Grondwet. Zelfs de ruggespraak over wat men in de Kamer doen zal, is in de Grondwet verboden. Of eenig lid in de ICamer, in de Eerste zoowel als in de Tweede, over eenige zaak spreken of zwygeu zal, daarovor mag hij geen beloften afleggen. „Maarwat in de wet Btaat of wat tot de goede parlementaire zeden behoort, wat gaat dut dr. Kuyper aanP Hij stelt zijn satellieten voor de keuzo: mijn zin doen en anders er uit. „De van God gegeven leider moet zich wel onlekker voelen over deze zaak Van Heeckeren, om met zulke lompe middelen, de waarheid in den put te willen houden. „En typisch is toch ook de broederlijke verhouding onder deze Christenen. De heer Van Heeckeren stuurt het briefje terug, maar, na het eerst gephotographeerd te hebben. Gewoon overschrijven was niet voldoende, men weet in die kringen wel van elkaar, dat men tegen een leugen niet opziet 1 „Fyne familie!" KENNISGEVING. Burgemeester en wethouders van Amersf. brengen ter openbare kennis dat op Donder dag, den 28e Juli 1910 van des voor middags 9 tot der namiddags 4 uur ten Stadhuize, bij den Burgemeester gelegen heid bestaat tot het inleveren van opgaven van caudidaten ter verkiezing van een lid van den Gemeenteraad van Amersfoort in het 111e kiesdistrict, ter voorziening in de vacature ontstaan door de ontslagname van den heer Th. Sanders. De formulieren van de opgaven van candidaten zijn ter Secretarie kosteloos verkrijgbaar van af heden tot op den dag der verkiezing. Deze opgaven moeten inhouden de namen, de voorletters en woonplaatsen van de candidaten en onderteekend zijn door minstons 15 kiezers uit gemeld district. De stemming en herstemming zoo noodig zullen plaats hebben op 9 en 19 Augustus d. a. v. Amersfoort, 11 Juli 1910. Burgemeester en "Wethouders voornoemd, De Secretaris, De Burgemeester. J. K. H. de Beaufort. Wuytiers. Aan den Gemeenteraad is het volgende adres verzonden: Geven metverschuldigden eerbied te ken nen de ondergetoekenden J. J. v. DOORN, Voorzitter, H. N. PRINS, Secretaris en E. VAN KOLFSCHOTEN, Penningmees ter, vormende het Dagelijksch Bestuur der Vereeniging „Vergunning" alhier, Konink lijk goedgekeurd dd. 28 Nov. 1907, Staatsblad No. 279, dat zij naar aanleiding van een aan Uw geacht College ingediend request door de Afdeeling Amersfoort van de Nederlandsche Vereeniging tot afschaf fing van alcoholhoudende dranken ged. 30 Juni 11. de vrijheid nemen het volgende onder Uwe aandacht te brengen. Door genoemde afdeeling wordt aan U verzocht eene verordening te ontwerpen als bedoeld bij art. 4, 2e lid 2o der Drank wet, terwijl zy in de toelichting, die U daarnevens wordt aangeboden, de gronden uitspreekt waarop die verordoning rust. Met verwondering en bevreemding is door ons die toelichting gevolgd. Zij geeft aan hoe zeer gering aan die zijde, de ken nis omtrent den inhoud der D. W. aan wezig is en dat aldaar zeer oppervlakkig geoordeeld en gehaudeld wordt. Art. 4, 2e lid 2o dor D. "W is door de Hoeren leden dier afdeeling sleohts ge deeltelijk gelezen, en blijkbaar niet anders gelezen, dan het in de gedeeltelijke overname, voorkomende in hunne Toelich ting, vermeld staat. Wanneer toch die Ileeren aandachtig hadden gelezen, indien ze niet zoo vreemd stonden op het terrein waarop zij U tot gids willen dienen, zoo hadden ze kunnen weten, dat nimmer eenige vermindering van het aantal vergunningen voor deze Gemeente van de door hen gevraagde verordening te verwachten is. Neen, in tegendeel, het thans bestaand aantal ver gunningen zoo lang mogelijk in stand houdt. Zij hadden dan geweten, dat, wordt door U de gevraagde verordening ontworpen en aaugenomen, U daarbij alleen kan bepalen, dat te beginnen met 1911 door Heeren, Burgemeester en Wethouders dezer Ge meente geen vergunningen meer mogon worden verleend bedoeld by art. 1, 2e lid 1. a., maar geenszins de vergunniugon be doeld bij letter b van dat artikel der D. W. Die verordening zoude dus tot gevolg hebben, dat in de toekomst tot zelfs in de grootste koffiehuizen geen gedistilleerd meer verkrijgbaar zoude zijn; want alle vergun ningen voor den verkoop van sterken drank in hot klein met gebruik ter plaatse ko men daardoor te verdwijnen en zullen stel lig, tot op hot wettelijk maximum aantal, worden vervaugou door slijterij-vergun liu- gen met een minimum verkoop voor ge bruik elders dan ter plaatse van 2 deci liter. Een spotter zoudo in dit geval zeker de opmerking maken, dat de Heeren leden van meergenoemde afdeeling den inhoud van de tegenwoordige glaasjes zeker te gering vinden en daarom wenschen zorg te dragen, dat in de toekomst het gedis tilleerd bij minstens 2 deci liter zal worden verstrekt. Weliswaar wordt daar genoemde af deeling verzocht te verzoeken, dat die verordening zal gelden voor den tijd van vijf jaren; maar dit gaat boven de macht Hare Majesteit de Koningin bij de Wet verleend. Een besluit als bedoeld, bestaat krachtens zich zelf voor minstens vijf jaren, maar blijft onverauderd van kracht, indien niet door den Raad van do desbetreffende Gemeente in de jaren door de D. W. daarvoor aangegeven, wijziging of opheffing van zulk een besluit i6 verzocht. Wij twijfelen niet, of het zal bij de verzending van het genoemde request wel de hard- grondige wensch der verzenders zijn geweest zulk een besluit altoos te doen voortduren. Wij vragen Uw geacht College echter in gomoede af: wat zoude meer het mis bruik van sterken drank in de hand werken, het in de toekomst doen voortbestaan van vergunningen a of b of uitsluitend van vergunningen b. Kan to-ch iemand die sterken drank wil gebruiken, in het eerste geval die begeerte ook bevredigen door in een café één glaasje daarvan te consuuieerou, in het laatste geval zal hij zich minstens van 2 deci liter moeten voorzien. Wij twijfelen niet, of ook Uwe meening zal zijn gelijk aan die van ondergeteekenden, dat het misbruüfc van sterken drank bij het uit sluitend bestaan van vergunningen b ten zeerste in de hand zal wordon gewerkt. Een ieder toch weet bij ervaring, hoe groote r de hoeveelheid is van eon cou- 6Ump'(ie-artikcl in zijn bezit als particulier, hoe grooter het gebruik dat, op eene enkele uitzondering na, daarvan zal worden ge maakt. Voorts wordt het in meergenoemde Toe lichting voorgesteld alsof door de te maken verordening bij het overlijden van een 'vergunninghouder of diens weduwe de ver gunning vervalt. Hierbij valt weer te constateeren een gemis aan kennis omtrent den inhoud vau art 55 der D.W.. hetwelk zorg draagt, mede door het noemen van de uitsluitende gronden tot weigering, de rechten van de nablijvende echtgouoote of van den nablij- venden echtgenoot van een zoogenaamden ouden vergunninghouder of oude vergun- minghoudster, op een nieuwe vergunning, Ikrachten8 de voorgestelde of voor te stellen verordiugen, niet kan worden ontnomen. De voorstelling alsof bij het metterwoon verlaten van een perceel, door hem of haar, aan wien daarvoor eene vergunning mocht zijn verleend, die vergunning z. m. vervalt, getutgt, dat meu art. 28, 2o ge lezen heeft gelijk art. 4, 2e lid 2o en dat men ook geen keunis draagt aan den inhond van art. 68 der D.W. Wordt die verordening niet door Uw geacht College gemaakt, dan zullen steeds zoolang het raax.imum-xantal vergunningen in deze Gemeente is overschreden, gega digden zich voordoen om door het opkoo- pen van twee vergunningen, éeno vergun ning- a of b te ve rkrijgen en daardoor steeds eene ve rminderiog van het aantal vergun ningen plaats vladenterwijl by aanneming van zulk eene verordening, uitsluitend langs genoemden weg het aantal verg. verminderd zal wordien, door die enkele belanghebbende, die in de tegenwoordige omstandigheden den prijs van 2 vergunningen over heeft tot ves tigii tg -van eene vergunning b. Bo vendien- h Bt uitstervlugssysteem hetwelk door de D. W. wordt gevolgd, ondergaat bij de al of niet aanneming der gevraagde verordening niet de minste verandering. Voorts wordt nog verwezen naar art. 35 der D. W., krachtens hetwelk Uw College hoogere dan de gestelde eischen, kau tot stand brengen voor gelegenheden met Verlof n.m. bierhuizen enz. Blijkbaar wordt daarby over 't hoofd gezien, dat er geen eischen ziju of kunnen wordon gesteld voor gele genheden met een Verlof voor den verkoop van zoogenaamde alcoholvrije dranken. Ons stellende op het standpunt van de Afdeeling Amersfoort van de Nederlandsche vereeniging tot afschaffing van alcoholhou dende dranken verzoeken wij U, afwijzend op hun verzoek te beschikken, daar de inwilliging van dat verzoek onmogelijk kan strekken in het stoffelijk en geestelijk be lang der ingezetenen. Ofschoon Uw geacht College daartoe op heden niet wordt aangezocht, nemen ondergeteekenden teveus deze gelegenheid te baat U beleefd te verzoeken ook niet 07er te gaan tot inkrimping van het voor deze gomeente geldend maximum-aantal dor te verleenen vergunningen. Vele ver- gunuinghouders die door het opkoopen van twee vergunningen zich in het bezit van éene vergunning zien ge6teld, hebben hoop dat nog gedurende hun leven bedoeld maximum aantal niet mag zijn overschreden; opdat ook bij hun overlijden hunne weduwen voor voortzetting der vergunning, gelijk als de weduwen der oude vergunning houders, in aanmerking mogen komen. 't Wolk doende, enz. KAMER VAN KOOPHANDEL. Zaterdagavond hield do Kamer van Koop handel en Fabrieken haar 161ste openbare vergadering ten Raadhuize, onder voor zitterschap van den heer J. Gor. Kleber. Aanwezig waren alle leden. Na opcnir.g der vergaderingen leest de secretaris de notulen der vergadering van 21 Mei en 7 Juli, li worden goedgekeurd. De Voorzitter deelt mede, dat in gekomen is een schrijven van den Minister van Landbouw, Nyverheid en Handel, waarin aan de Kamer kennis wordt gege ven van hot overlijden van prinses Marie. De Voorzitter zegt zeker de tolk dei- leden te zijn als hij zijn deelneming be tuigt met het verlies dezer prinses, die hoewel in het buitenland wonende, steeds een Hollandsche is gebleven. Besloten wordt een adres van rouwbe klag te zenden. Ingekomen zyn le. De gewone periodieken, zooals wekclijksche kenuisgeving van het depar tement van handel, Consulaire verslag, Statistiek van in en doorvoer, Verslagen van den Gezondheidsraad, enz. die ter inzage liggen by den secretaris. 2e. Jaarverslag omtrent de staatmynen iu Limburg. Ter inzage. 3e Beschrijving van de aardappel cul tuur in Nederland. Idem. 4e. Een overzicht van de ijswaarnemin- gen langs de Noord en Zuiderzeekusten van het Kon. Ned. Met. Instituut. Idem. 5. Van het Ministerie van Landbouw, Nijverheid en Handel een missive inzake certificaten van oorspiong vooi goederen, die naar Servië worden gezonden. Idem. 6. Een adreB van dr. A. Pulle, leeraar aan het gymnasium te Amersfoort, wonende te Utrecht, inzake de spoorweg dienstrege ling AmersfoortUtrecht. Adressant deelt mede, dat de II. S. M. trein van 12.46 uit Amersfoort naar Utreccht is opgeheven, zoodat er tusschen 11 en 1 uur geen gelegenheid meer bestaat naar Utrecht te komen. Van 's morgens 7 tot 11 vertrekken er treinen met tusschonruimten om 32 min., dan staat het vorkeer 2 uur stil en daarna kan men tot 's nachts met tusschenruimten van 39 uiin vertrekken. Voor personen, wier werkzaamheden om 12 uur te Amersfoort eindigen is het nu onmogelijk om voor 2 uur te Utrecht te komen, terwijl ook reizigers naar het wes telijk deel van ons laud zeef lang op aan sluiting moeten wachten. Deze dienstrege ling acht adressant niet in het belang van het publiek en den handel, waarom hij der Kamer verzoekt bij de H. 8. M. en de rogeering er op aan te dringen bij de wintel-dienstregeling in deze leemte te voorzien. Op voorstel van den voorzittor wordt besloten dit adres aan te houden tot de voorloopig vastgestelde winterdienstregeling er is. 7. Van de Kamers van Koophandel te Deventer en Oldenzaal adressen aan de Tweede Kamer inzake de wijziging der- Arbeidswet. Zullen in de volgende vergadering be handeld worden.

Historische kranten - Archief Eemland

De Eemlander | 1910 | | pagina 2