WEERBERICHT.
Thermometerstand
INGEZONDEN.
Uit de Omgeving.
MEDEDEELINGEN VAN HET
KONINKL. NED. MET. INSTITUUT.
Opgemaakt voorm. 10.50 uur.
De Bilt, 1 Augustus 1910.
Hoogste barometerstand 770.6 m.M. te
Horta laagste 7.534 m.M te Duurossnees.
Verwachting tot den avond van 1 Au
gustus 1910. Zwakke tot matige Z.O.-lijke
later veranderlijke wind-
Gesteldheid van de lucht: Meest zwaar
bewolkt, waarschijnlijk onweer.
Temperatuur: Aanvankelijk warmer.
Barometerstand te AMERSFOORT.
761 m. M.
Vorige stand te 12 uur 760 m. M.
te Amersfoort.
Hoogste gisterenF. 76
Laagsto hedennachtF. 58
Hedenmiddag 12 uurF. 69
AHERSFOORTSCHE
BAD-EN ZWEMINRICHTING.
TEMPERATUUR van het water op Maan
dag Augustus des 's morgens 7 uur is 64° F.
rateur te zien. Hij had geld kunnen ver
dienen. De heer G. J. M. Beckers uit
Blcrik is zoo ongelukkig te land gekomen,
dat dr. Groneman opneming in het Zieken
huis alhier, noodzakelijk achtte. Volgens
deskundigen bestaat er geen reden tot
klagen, doch is alles goed afgeloopen.
Do uitslag is (Kampioenschap voor Neder
land) no. 1. H. D. Tamso, Gouda; den
weg afgelegd in 1 u. 39 m. 36 8., van
begin- tot keerpunt in 42 m. 8 s. Hij is
tevens ook winnaar van het Kampioenschap
van Z.-Hollaud. De prijs is een gouden
Kampioen Medaille of f 25.
no. 2. P. van Korsen, Dordrecht.
3. G. H. Fransen, Hilversum, ook
Kampioen.
4. D. M. Nyland, Hilversum.
5. H. Hollaar, den Haag.
6. C. v. d. Wiel, R'dam.
7. K. C. Schipper, R'dam.
A. ten Berk de Boer, Apeldoorn, werd
Kampioen voor Gelderland.
R. Huizinga, Den Ham, Kampioen voor
het Noorden.
No. A. Gaillaird, Tilburg. 2. W. A. Alt
huizen, den Haag. 3. H. Paling, Woerden.
4. P. Hulleman, Gouda. 5. P. Straat, A'dam.
6. P. Dijkshoorn, Wateringen. 7. A. L.
Rutten, A'dam. 8. A. Stroethofif, A'dam.
9. S. Wulfsen, Dordrecht. 10. Ps. „N.N."
Apeldoorn. 11. J. Tijsze, A'dam. 12. J. v.
de Korve Nijmegen. 13. J. de Jong, Utrecht.
14. D. T. van Vliet, Gouda. 16. B. v. d.
Kroft, Leiden.
Sommige deelnemers konden zich met
de uitspraak van de Juri niet vereenigen
en beloofden hiervan een artikeltje in „De
Fiets".
Dinsdag 2 Augustus a.e., muziek
uitvoering in het plantsoen door de Amersf.
muziekvereeniging. Directeur den Heer
J. A. Jochems. Aanvang 8 uur.
De weekprija van het kegelconcours
(week van 23 tot 30 Juli) van het Stedelijk
kegelconcours in de Sociëteit Vereeniging
is behaald door den heer G. C. de Jager
met 38 punten.
Gevonden zijn en aan 't Politie bureau
terug te bokomen: Een motorfluit en een
koralen halsketting met koperen slot.
Programma van het concert, morgen
avond op het terras van Amioitia te geven
door de muziek v./h. lste Regiment Hu
zaren, kapelmeester de heer Scholten
.1. Alte Kameraden, marsch, C. Feihe.
2. Ouverture „La petite Duchesse" Riecius.
3. Tesoro mio, wals, Becucei. 4. Die
Hussaren Kommen, Eilenberg. 5. Traum-
bilder, Lumbege. 6. Ouverture Italienne.
7. Estudiantina Walzer, Waldteuffel. 8.
Emile, Polko für Piston, Dorchsin. 9. Die
Wachtparade kommt, Eilenberg. 10. Nieuw
ste Potpourri, Oomen.
In den nationalen zwemwedstijd,
welke gisteren te Zwolle is gehouden,
hebben de heeren der Amersfoortsche Zwem
en Poloclub een kranig figuur gemaakt.
In het no. II 80 meter Buikzwemmcn
werd de eerste prijs behaald door J. E.
de Boer in den enorm mooien tijd van
1 min. 113/6 sec., de 2e prys werd behaald
door J. J. llogelaud van Amsterdam, in
den tijd van 1 min. 12 sec., terwijl de
derde prijs werd behaald door H. J. Smit
in 1 min. 13"c sec. Zeer spannend was
de strijd tusschen J. E. de Boer en J. J.
Hogoland, daar laatstgenoemde op de 60
meter ongeveer 3 meter voor was, toch
gelukte het de Boer na een zeer mooie
spurt met 'ib sec, te winnen, wat hem
een reusachtig aplaUB bezorgde.
In hot no. Ill Rugzwemmen 80 meter
werd de tweede prijs een groote zilveren
medaille gewonnen door K. Beem, in den
zeer goeden tijd van 1 min. 27 sec. (de
eerste prijs ging weg in 1 min. 243/L sec.)
daar de heer K. Beem voor het eerst in
een nationaleu wedstrijd uitkomt, en zich
zeer goed plaatste, is er na goede training
een zeer goed rugzwemmer van hem te
maken. In no. IV, Estaffeterit werd de
tweede prijs behaald, te zwemmen door 4
deelnemers, 40 meter Spaansche slag, 40
meter Schoolslag, 40 meter rug- en 40
Engelsche slag. Daar een van onze in-
schrijvers niet meer uit kon komen, zagen
wij ons genoodzaakt, ont den heer H. J.
Smit eerst de 40 meter Spaansche slag te
laten zwemmen, en daarna de 40 meter
Schoolslag, waarin hij zich kranig heeft ge
houden daar hij na de 80 meter nog één was.
De 40 moters rag- werd door K. Beem
en de 40 meter Engelsche slag door J. E.
de Boer gezwommen. Het is voorwaar
een ware triomfdag geweest voor een zoo
jonge vereeniging als de Amersfoortsche
Zwem- en Poloclub.
Nog zij gemeld dat het record van L.
Pesie 600 meter staand op 10 min. 27
sec. van 1203, gister door den heer P.
Ooms is verbeterd met 1 sec.
Hedenmiddag omstreeks één uur
sproug aan de Zuidsingel tegenover het
R.-K. meisjes-pensionaat, een R.-K. liefde
zuster te water. Kapelaan van Driel en
dokter Jorissen, die zich toevallig in de
onmiddellijke nabijheid bevonden, begaven
zich terstond te water en na veel krachts
inspanning mocht het hun gelukken de
drenkelinge boven water te halen en in
veiligheid te brengen.
Geachte Redactie.
U zouden ondergeteekenden ten zeerste
verplichten opname van het volgende in
Uw geacht blad te doen plaats vinden.
Door de afdeeling Amersfoort van de
Nederl. Vereeniging tot afschaffing van
alcoholhoudende dranken is naar aanleiding
van een door ons verzonden request aan
den Raad dezer Gemeente, aan genoemden
Raad eene beschouwing of beoordeeling
gezonden welke wij vermeld vinden in Uw
blad van 26 dezer.
Over de resultaten door ons bij die af
deeling door ons request bereikt, zijn wij
ofschoon niet voldaan toch reeds tevreden.
Door ons toch werd o.m. aangetoond
dat vele verwachtingen welke die afdee
ling, aan de door haar gevraagde verorde
ning verbond, niet zouden worden ver
wezenlijkt.
De afdeeling stelde het toch voor, alsof
door die verordening bij het overlijden
van eene vergunninghoudster of eenen ver
gunninghouder, of bij het metterwoon ver
laten van een perceel door hem of haar
aan wien daarvoor eene vergunning was
verleend die vergunning z.m. verviel. Voorts
de voorstelling alsof voor alle gelegenheden
met Verlof eischen bij de D. W. waren
gesteld en voor al die gelegenheden krach
tens art. 35 der D. W. hoogere eischen
door den Raad dezer Gemeente konden
worden gesteld.
Wij toonden aan dat het eerst niet het
tweede slechts gedeeltelijk waar was.
Blijkbaar gaat de Afdeeling daarmede ac-
coord want in hare gegeven beschouwing,
wordt daaromtrent mot geen enkel woord
gerept.
Het heeft verwondering en bevreemding
bij die afdeeling veroorzaakt dat wij, die
geene practische gevolgen verwachten van
de door haar gevraagde verordening ons
de moeite hebben getroost, te trachten
aanneming door den Raad dezer Gemeente
daarvan te voorkomen.
Wij meenen, dat er nooit meer aan
leiding bestaat zich uit te spreken den
juist dan, wanneer men gedrongen wordt
door de overtuiging dat de practische ge
volgen, verbonden door anderen aan iets
wat zij tot stand wenschen te brengen,
niet kunnen worden verwezenlijkt.
Bovendien heeft het dan toch ook, deze
nuttige zijde gehad, dat die Afdeeling zich
thans reeds, de werking der door haar
gevraagde verordening anders voorstelt,
dan aanvankelijk door haar plaats vondt,
waarvoor eenige woorden van dank in
hare geleverde beschouwing niet mis
plaatst zoude zijn geweest. Wij zien het
echter ook weer in dit opzicht bewaarheid
ondank is enz.
Indion we toch de genomen moeite ons niet
hadden getroost, dan zoude die Afdeeling
ons later met recht hebben kunnen verwij
ten, waarom hebt ge ons niet gewaarschuwd
terwijl ge wist dat wij bedrogen zouden
uitkomen
Dat ook wij, vermindering van het aantal
drankgelegenheden wenschen, al is 't ook
zonder inkrimping van het voor deze Ge
meente geldend maximum aantal der te
verleenen vergunningen, heeft blijkbaar-
die Afdeeling verrast, waardoor weer aan
den dag kwam dat partijen vaak dichter
bij elkaar staan, dan dikwijls wordt vermoed.
Thans eene toelichting op de uitlegging
door ons verbondon aan art 4, 2e lid 2o
der D. W.
Golijk bekend is trad bij de inwerking
treding der thans geldende gew. D. W. de
splitsing van ons bodryf in.
In alle gemeenten van ons land, dus ook
in die, waar de splitsing niet van toepas
sing was moesten bestaande vergunning
houders aan Heeren B. en W- hunner Ge
meente vorzoekon hunne vergunningen te
vervormen tot vergunningen voor tappen
en slijton m.a.w. tot vergunningen a en b.
Zie art. 59, 2e lid der D. W.
Bestaande vergunninghouders kwamen
dus in het bezit van vergunningen (let wel)
niet a of b, maar van vergunningen a en b.
In Gemeenten waar de splitsing niet van
toepassing is kunnen B. en W. niet anders
verleenen dan vergunningen a en b, terwijl
in Gemeenten waar de splitsing wel geldt
B. en W. vergunningen a en b verleenen
aan de overblijvende echtgenoote of over-
blijvenden echtgenoot bedoeld bij art. 55
le lid b, der D. W en aan anderen dan
de bij dat artikel bedoelden eene vergun
ning A of eene vergunning B.
Er bestaan dus niet alleen vergunningen
maar in iedere Gemeente kunnen
door B. en W. worden verleend vergun
ningen a en b en bovendien in Gemeenten
waar de plitsing geldt vergunningen a en
vergunningen b.
Rekening nu houdende met hetgeen
werkelijk bestaat kan daar volgens onze
meening nooit sprake zijn dat wanneer de
D. W. spreekt van vergunningen a en b
zij daarmede aanduidt vergunningen a en
vergunningen b maar wel van vergunnin
gen krachtens welko een verkoop mag plaats
hebben geuoemd bij de letters a en b van
art. 1. 2e, lid der D. \V.
Ook in de Memorie van Antwoord uit
gebracht door Z.E. den Heer Minister van
B.z. op het Yoorloopig Verslag van de
than6 geldende D. V. wordt ap bladz. 4
2 laatste alinea dus deor Z.E. persoonlijk
de volgende strekking aan de nos. 2 en 3
van art. 2 (thans art 4) toegekend.
Het denkbeeld de t a p p e r ije n te doen
uitstreven door bij de wet te bepalen dat
bij het. vervallen van eeno vergunning
geene andere mag worden verleent ligt ten
grondslag aan art. 2e lid 2e en 3e en op
blad. 20 onder art. YI vinden wij daar
omtrent opgemerkt. Yolgens de bepalingen
van de nrs. 2 en 3 zal in gemeenten waar
de splitsing van tapperij en slijterij van
toepassing óf de eerste en de tweede g e-
zamenlijk geweerd kunnen worden, m.o.
w. óf de tapperij óf de tapperij en slijterij
gezamenlijk geweerd kunnen worden.
Nogmaals rekening houdende met het
geen ten deze werkelijk bestaat kan volgens
onze meening niemand er toe komen, vooral
wanneer hij de genoemde inlichtingen in
verband met elkaar beschouwd, te besluiten
dat bij art. 4, 2e lid 2e zal zijn bedoeld
niet meer te doen verleenen vergunningen
vergunningen a of ook niet meer vergun
ningen a en vergunningen b maar wel,
niet meer te doen verleenen vorgunningen
a of vergunningen a cd b gelijk er ook
werkelijk staat.
De redactie vanj het bewuste 2e is geheel
niet te verklaren indien onze meening
daaromtrent onjuist is. Yolgens onze mee
ning zoude het alsdan moeten luiden:
worden bepaald dat in eene gemeente
waar art. 1, tweede lid van toepassing is
die voor den verkoop bedoeld aldaar onder
letter a niet meer verleend mogon worden
of ook kunnon worden bepaald dat in eene
gemeente die al of niet onder art I tweede
lid valt, geene vergunningen meer mogen
worden verleend.
Gesteld echter onze meening omtrent
de strekking van art. 4, 2e lid wordt niet
en die der afdeeling wordt wel al de juiste
aanvaard, maar dan bestaat er nog meer
reden om ons stellende op het standpunt
dier afdeeling aanneming van de door haar
gevraagde verordering te ontraden.
Door de thans geldende D. \Y. wordt
voor alle gemeenten waar het maximum
aantal der te verleenen vergunningen een
terugkeer tot dat maximum, dus eene ver
mindering van het aantal drankgelegen
heden lungs tweeërlei weg beieikt; 1 door
te volgen een uitsfervingssysteem, 2 dooi
de gelegenheid te openen dat tegen intrek
king van twee vergunningen eene ver
gunning door B. \V. van zulk eeue Ge-
meemte kan worden uitgereikt. Waar dus
eene vermindering plaats vindt door 1 en
2 zouden wij dit gevoegelijk kunnen aan
duiden door te gewagen dat aldaar in be
doeld opzicht, bet mos -.van 2 kanten snijdt.
Is nu onze meening omtrent art. 4 2e
lid 2° juist dan blijft, ofschoon er wel niet
veel gebruik van zal worden gemaakt, de
mogelijkheid bestaan om tegen intrekking
van twee vergunningen, eene vergunning
b te verleenen en daardoor verkregen dat
indirect door anderen wordt medegewerkt
het aantal vergunningen te verminderen.
Wanneer echter de meening omtrent art.
4, 2e lid 2° der afdeeling juist is dan wordt
bij aanneming van de door gevraagde ver
ordening art 5, 2e lid geheel buiten werking
gesteld.
Terwijl de wetgever het tweede lid van
art. 5 in D. W. heeft opgenomen om de
vermindering van het aantal drankgelegen
heden in een korteren (tijdsduur tot het
maximum-aantal te doen plaats vinden dan
b(j het uitsluitend ibestaan van het in de
D. W. opgenomen uitstervingssysteem zoude
geschieden, en terwijl overal is gebleken
dat art. 5, 2e lid der D. W. veel sneller
het aantal vergunningen doet dalen door
het uitstervingssysteem, verzoekt hier een
afdeeling van onthouders, en dat zelfs voor
de tweede maal, te willen bepalen dat
voortaan die vermindering langzamer dan
tot heden, uitsluitend langs den weg van
het uitstervingssysteem zal mogelijk zijn.
Wij besluiten met aan de Heeren leden
dier afdeeling te verzoeken éene, wij willen
niet zeggen nuchter, maar ernstig te denken
over de verordening welke zij den Raad
dezer Gemeente afvragen, zij zullen dan
volgens onze meening er toe komen te
erkennen ;dat zulk eeue verordening voor
eene Gemeente waar het maximum-aantal
vergunningen nog zoo is overschreden gelijk
hier, allereerst van het standpunt van een
geheelonthouder, de Heeren houden het
ons ten goede, pure onzin is. Mot dank
voor de opname.
Het Dagelijksch Bestuur der Ver. Verg.
J. J. v. Doorn, voorzitter.
H. N. Prins, secretaris.
E. van Kolfschoten, Penningmeester.
Amersfoort, Juli 1910.
ZEIST. Voor het examen Hoofacte
is geslaagd de heer A. J. van Drongelen
onderwijzer alhier.
BAARN. Precies op tijd 3.49 uur stoom
de Zaterdag de extra-trein, welke de Vors
telijke personen met klein gevolg overbracht,
het station Baaru binnen. H. M. de Koningin
Moeder ontving Hare gasten, terwijl ook
de Commissaris der Koningin en de bur
gemeester aanwezig waren. Na eenige
oogcnblikken in de wachtkamer vertoefd
te hebben, had de intrede van ons Prin
sesje in Baarn plaats.
Van uit rijtuigen en uit villa's, alsmede
door zeer velen langs den weg werd met
vlaggen en hoeden gewuifd.
Gevolgd door een talrijk publiek werd
in vier rijtuigen naar Socstdjjk gereden.
Er heerschte veel enthousiasme onder de
talrijke menigte, welke voor het paleis
wachtte, in de hoop hulde te kunnen bren
gen aan de Vorstelijke Familie. Deze hoop
werd niet teleurgesteld, want weldra ver
sohenen de Prinses, H. M. en de Konin-