DAGBLAD VOOR AMERSFOORT EN OMSTREKEN.
No. 191.
WOENSDAG 17 AUGUSTUS 1910.
7e JAARGANG.
LIBERIA.
BUITENLAND.
EMLANDER.
Hoofdredacteur B. O. BIJHEN8.
Bureau: KLBINE Ha AG 6. TelefIuterc. 183.
Abonnementsprijs
Per jaarf 4.Franco per
post id. f5,60. Per 3 maanden id. f 1.Franco per post
id. f 1.40. Afzonderlijke nummers f 0.05.
Prijs der Ad verten tién:
Van 1 tot 5 regels f 0.40. Voor iedoren regel meer f 0.08,
Buiten het Kanton Amersfoort per regel f 0.10. (Bij
abonnement belangrijke korting).
Tot plaatsing van advert, en reel, van buiten het kanton Amersfoort in dit blad is „uitsluiteud" gerechtigd het Alg. Binnen - en Buiteulandsch Advert.- bureau D, Y. ALTA, [Warmoesstr. 73- 78J Amsterdam
In de laatste week heeft men in de
pers voortdurend artikelen kunnen lezen
over de verhouding tusschen de Ver-
eenigde Staten en de negerrepubliek
Liberia.
De Bngelsohe bladen beweren dat de
Unie den negerstaat onder hare bescher
ming wil nemen. Men weet wat dat
beteekent, als een groote, maehtige staat,
een kleine, vrijwel machtelooze wil be
schermen.
Dit is de oude historie van den aar
den en van den ijzeren pot.
Den eenen of anderen dag wordt de
beschermde de dupe van zijn goed ver
trouwen. En er ligt geen groote afstand
tusschen een protectoraat en eene an
nexatie. ReedB gaan Engelsche bladen
zoover van te beweren dat het Amerika
daarom te doen is en dat de onafhan
kelijke negers weldra eenen meester
zullen hebben.
Indien dat het geval mocht worden,
kan men hen niet ernstig beklagen. Zij
hebben het er naar gemaakt.
De stichting der republiek ging uit
van eene in 1816 in Amerika tot stand
gekomen vereeniging ten bate van vrije
negers. Men kwam op het denkbeeld,
wat trouwens voor de hand lag, dat zij
het best zouden bezorgd zijn in Afrika,
het land vanwaar zij of hunne voor
ouders naar Amerika waren vervoerd.
Een eerste poging om ettelijke neger
gezinnen nieuwe woningen aan te wijzen
op de Shebro eilanden mislukte. Het
klimaat was daar zalfs voor de zwarten
te moorddadig heet. Maar in 1821 was
men gelukkiger met de kolonisatie by
Kaap Mesurado, thans een der gewesten
van Liberia en in 1847 verklaarde de
Senaat der Unie Liberia voor eenen
vrijen staat.
Hij breidde zich uit en de bevolking
nam toe ook door het binnenkomen van
vele zwarten na de afschaffing der sla
vernij in Amerika. De republiek had
eene hoofdstad, Monrovia genaamd, naar
den president der Unie, die zoo dikwijls
genoemd wordt in verband met het
politieke stelsel door hem ingevoerd of
dat ten minste zijn naam draagtHet
Monroestelsel. Liberia heeft instellingen
die naar die van de Vereenigde Staten
zijn gekopieerdeene Kamer, eenen
Senaat, eenen president en eenen vice-
president. Dat alles is in orde. Maar
voor 't overige is het niet in orde in
den zwarten staat. De negers zijn naar
het schijnt weer teruggevallen in de
zonde der vaderen.
De groote meerderheid heet protestant
maar velen huldigen weer den fetisj-
dienst. Er wordt telkens oorlog gevoerd
met de om de republiek wonende stam
men en het schijnt dat men oorlog voert
als wilden. De Kroe's met name hebben
veel te lijden van de Liberianen en
het is reeds gebeurd, dat een Engelsch
oorlogschip vreedzame stammen moest
in bescherming nemen tegen de gevaar
lijke buren. Het gevolg van de buiten
sporigheden, waaraan zij zich schuldig
maken, is, dat Liberia op het punt staat
in anarchie onder te gaan en zijne
schulden niet betalen kan. Nu zou Ame
rika voor de betaling der schuldeischers
zorgen door den negerstaat het noodige
geld te leenen. Maar Uncle Sam is een
goed rekenaar en hij vraagt iets in ruil
voor zijn geld. De staats secretaris der
Unie voor buitenlandsche zaken heeft
onlangs eene eenigszins sentimenteele
beschouwing ten beste gegeven omtrent
de verplichting van Amerika, om de
brave zwarten gedeeltelijk op zijnen
bodem geboren en althans oorspronke
lijk behoorend tot eene Amerikaansche
kolonie, niet aan hun lot over te laten.
Maar die schoone rede is aan beden
king onderhevig.
De Amerikanen zijn niet bijzonder
ingenomen met de zonen van Cham.
Het blijkt bij elke gelegenheid, zelfs
als een neger eenen blanke in een boks-
partij overwint, wat de blanke menschen
niet kunnen verdragen. Als de Unie zich
met Liberia bemoeit, is het omdat zij
daarbij belang heeft. Het Amerikaansche
kapitaal ziet misschien eene goede be
legging in Liberia als het land eerst
onttrokken is aan het zwarte bestuur of
dit ten minste onder contrêle staat van
Amerikanen. Ook gelooven blijkbaar de
Engelschen bladen niet aan de neger
liefde der Amerikaansche politici. Maar
zij waarschuwen hen. Wat de Unie op
het punt staat te doen, is in strijd
men de Monroeleer, die men anders zoo
hoog houdt en geene inmenging van
andere staten gedoogt in Amerikaansche
zaken, maar dan ook niet wil dat
Amerika zich met de inwendige zaken
van andere staten in laten zal. Bij
ouderwetsche Amerikanen is reeds eene
sterke bedenking opgekomen toen de
Unie zich meester maakte van de
vroegere Spaansche bezittingen. Trou
wens tot heden beleeft men daarvan
niet veel genoegen. En nu heeft men
nogal beproefd in den laatsten tijd om
dit politieke dogma ook te doen aanne
men door de Zuid-Amerikaansche repu
blieken. Het schijnt dat Brazilië gewon
nen was voor de propaganda van de
leer, maar Argentinië dat zich begint
te gevoelen, heeft er zich tegen verklaard
en tegen eene intieme toenadering tot
de grootste republiek, die naar men
meende voor de kleinere gevaarlijk kon
worden.
Zal de bescherming die volgens de
Engelsche bladen, de hulp volgens
de Amerikaansche, die de Unie thans
aan Liberia bewijzen wil, uitloopen
op eene annexatie, het begin van het
einde der negergrootheid Het is moge
lijk. Maar de Vereenigde Staten betreden
dan eenen weg die hen ver kan voeren
en niet zonder gevaar is. Zij kunnen
nooit zeggen, dat zij niet gewaarschuwd
zijn de Engelsche pers is vol waar
schuwingen en zedepreken. Maar in
Amerika weet men die op de rechte
waarde te schatten en men zal zich
daardoor niet laten weerhouden als men
eens een besluit heeft genomen.
De brand op de Brnsselsclie
Tentoonstelling.
De brand gaf een schoon en huivering
wekkend schouwspel te zien, waartoe de
vele toeschouwers deels zich toe voelden
aangetrokken, dan weer in overhaasten vlucht
de wijk namen als een toren, door het vuur
aangetast in elkaar stortte.en de vonken om
zih heen wierp, of de vlammen zoo snel
liepen, dat de menigte voor omsingeling
vreesde. Dan perstten de menschen zich
door uitgangen, liepen elkander onder den
voet, sloeg, duwde en raasde men. Het
scheen een vlucht voor het leven te worden.
Daarachter en daarboven vlogen dan snel,
hoog eu licht de vlammen op, spelende,
steeds begeerlijk, vroolijk byna in hun dar
tel maar zeker spel, de trage materie-massa
verlevendigende in hun vurige omstrenge
ling. De hevige knallen der ineenstortende
gebouwen verkondigden hun triomfen, steeds
verder woekert het vuur. Hoog tegen de
lucht ziet men de grauwe, geel-bruine vuile
smook snel met den wind meedryven, alle
glorie van deze schoone verzamelingen in
spanning en kunstzin van oude tyden,
arbeid van jaren, gaan daarheen, als mee
genomen door de furie van het verderf.
Daartustchen door 't verlaten huilen van
de wilde beesten in hun kooien van de
menagerie van BoBtock in Bruxelles-Ker-
messe, die in de hun onmacht aangrijnzende
vlammen den dood zien naderen. Enkele
worden doodgeschoten, omdat men bevreesd
is, dat zy uit zullen breken te midden van
de menigte en de paniek nog grooter zul
len maken. Dan weer komt een tegenbovel
de kogels zouden anderen kunnen tref
fen. Aan het personeel van de menagerie
wordt toegestaan de niet-gevaarlijke dieren
weg te leiden, de zebras, olifanten, witte
ezels, rendieren. De roofdieren moeten
verbranden.
Het vuur komt nader. Begcerig lekken
de vlammen reeds hun prooi tegemoet,
snerpend tieren zy langs de gebouwen van
het koketto stadje van Oud-Brussel, waar
heen het vuur van uit het hoofdgebouw
was overgesprongen. Daartusschen door
hoort men het afgryselykc brullen der
leeuwen, tygers, panters, de heesche,
rochelonde uitroepen der ijsberen. Het
vuur omsingelt ze, zijn voorhoede de
rook heeft hun misschien reeds de ver
stikking en daarmee een meer genadigen
dood gebracht. Spoedig daarna was alles
één vuurhaard geworden.
Den volgenden morgen wjjst een ge
weldige stank aan, waar eens het beesten
spel was. Een bezoeker ziet een krokodil,
die opengebarsten, daar op den weg lig
gende op akelige wijze den muil openspert,
de korte pooten als belachelijke, onmachtige
klauwen. Een lijk, als dat van een ver
dronken hond, móet een6 een leeuw geweest
zijn. Naakte, verkoolde ribben zijn die
van een lijger.
Intusschen vreet het vuur steeds verder
voort. De Belgische afdeeling is als een
groote krater geworden, die reusachtige,
den horizon verlichtende, roodblauwe vlam
men uitspuwt. Drie leeuwen, hoog op
den gevel aangebracht, blijven nog een
oogenülik boven den gloed uitsteken met
hun fantastische silhouetten eu duikelen
dan op hun beurt in den vurigen poel weg.
De Engelsche afdeeling wordt nu aan
getast en langs de linkerzjjde van de Ave
nue des Nations raast het verslindende
element over de aldaar staande kleinere
paviljoens naar het paviljoen der stad Pa-
rjjs, de galarie Franjaise, het restaurant
Franyais. Van alle kanten vallen de spuit
gasten het vuur aan. Het mocht nog niet
baten. Van af de daken stroomt van tijd
tot tijd het gesmolten zink als in een gloe-
ienden regen van matgroene vonken naar
beneden en doet aan een schoon vuurwerk
denken.
De lucht is vol rook, die bijtend in
longen en oogen dringt. Ruim 10 u. wa
ren de vlammen over dan Pont de l'Ave-
nue de Solbosch gekomen, den „pont de
l'entente cordiale'. Do Fransche afdeeling
wordt aangetast. Men trachtte de kostbaar
heden te redden, want alleen aan diaman
ten was er voor een waarde van 17 inilli-
oen francs. Eenige trachten te plunderen
en worden in hechtenis genomen. De sol
daten hebben hun geweren geladen. Het
vuur woedt in de Fransche afdeeling voort.
Het verbrande hoofdgebouw gloeit nog na
als een vurig tooverslot. Eindeljjk om 2
uur 's nachts slaagt men er in de Itali-
aansche afdeeling van het Fransche te
isoleeren en zoo de eerste voor een groot
gedeelte te redden. De wind die keert,
helpt mee het vuur. te bedwingen. Einde
lyk voelde men terrein winnen.
Intusschen de aanblik was troosteloos.
Verkoolde overblijfselen, zwarte skeletten
van gebouwen, zwaar rookende puinhoopen
zag men overal in 't rond. De trots van
Brussel was in enkele uren vernietigd.
FRANKRIJK.
Aan het Journal wordt uit Bayeux be
richt, dat Woensdagavond een poging is
gedaan oxi den sneltrein, die van Cherbourg
kwam, te doen ontsporen.
De machinist van een goederentrein be
merkte even van Bayeux, dat do weg ver
sperd was en daar hij wist, dat de snel
trein een oogenblik later aan het versperde
gedeelte moest aankomen, bracht hij zijn
trein tot staan en wist hij daarop door
zwaaien met een roode vlag te voorkomen,
dat de sneltrein doorreed.
Bij onderzoek bleek, dat 31 zwnro balkeu
over de rails waren gelegd.
Wat de Fransche regeering wildoen
om de vliegtoestellen dienstbaar te maken
ten nutte van de landsverdediging, daar
omtrent heeft de rapporteur der commissie
voor de oorlogsbegrooting Clementel, in
een gesprek met een Matin-berichtgever,
het een en ander medegedeeld.
De minister van oorlog zal dit jaar ten
spoedigste vliegtoestellen van de best ge
bleken typen bestellen en in de allernaaste
toekomst zal er een militair vliegerskorps
worden gevormd.
Bij de drie thans bestaande oefenings
plaatsen voor militaire vliegtoestellen: te
Vincennes, Satory en ChSlons, zullen nog
drie andere worden ingericht, namelijk te
Sissone, te Reims-, Béthény en nog oen
in een bergstreek.
Over die zes plaatsen zullen de tegen
woordige „vliegers" van het leger worden
verdeeld, met opdracht leerlingen te vormen
en zichzelven in de vliegkunst te volmaken
om het diploma van hoogere vliegkunst
(100 kilometer over land bij een gemid
delde hoogte van 600 Meter) te verwerven.
De regeering zal voorts prijsvragen uit
schrijven voor een geschikt vliegtoestel,
dat tochten moet kunnen doen van 200
kilometer met minstenB drie passagiers in
volle uitrusting en bewapening, en die
tevens licht zijn eu gemakkelijk uiteen
genomen en vervoerd kunnen worden.
Voortaan zullen aan alle manoeuvres
militaire vliegtoestellen deelnemen.
Voor de nadere uitvoering van dat
programma zal de regeering, terstond bij
het begin der kamerzitting, 2 millioen francs
aanvragen en, als het noodig is, zal zij in
den loop van 1911 nog meer vragen.
Het geheele militaire vliegerskorps zal
onder bevel van Generaal Rocques worden
gesteld.