WEERBERICHT.
Thermometerstand
Uit de Pers.
KUNST EN WETENSCHAPPEN.
STADSNIEUWS.
MEDEDEELINGEN VAN HET
KONINKL. NED. MET. INSTITUUT
Opgemaakt voorm. 10.50 uur.
De Bilt, 9December. 1910.
Hoogste barometerstand 759.0 m.M. te
Memel, laagste 726.4 te Valencia.
Verwachting tot den avond van 10 De
miber 1910. MeeBt matige, tijdelijk
i rachtige Z.-lijke tot Z.W.-lijke wind.
Gesteldheid van de lucht: Zwaarbewolkt
betrokken, waarschijnlijk regenbuien.
Temperatuur: Dezelfde.
(Barometerstand te AMEBSFOOPT.
Barometerstand hedenmiddag te 12 uur
749 m M.
Vorige stand te 12 uur 752 m.M.
te Amersfoort.
Hoogste gisterenF. 46
Laagste hedennachtF. 38
Hedenmiddag 12 uurF. 47
welke er niets mede te maken hebben.
En om aan de vele en velerlei grie
ven, aan de opperheerschappij van den
heer Grevers en aan den gecentrali-
seerden invloed een einde te maken,
gaf onze deskundige verder als middel
aan het scheppen te Amsterdam van
een gelegenheid voor officieele practi-
sche opleiding tot tandarts met gelegen
heid tot hef afleggen ook van het prac-
tisch examen. Daarmede zouden de
belaugen van de Nederlandsche Tand
heelkunde gebaat worden.
Engeland en Nederland.
De Times bovat een hoofdartikel over
Engeland en Nederland in verband met
's konings voorgenomen bezoek aan Neder
land.
Het blad wijst er op, dat de betrekkin
gen tusschen beide landen vnenschappelijk
zijn en dat de verlichte staatkunde, door
Engeland in Zuid-Afrika gevolgd edel
moedige waardeering heeft gevonden in
Nederland.
De Times wijst verder op het belang van
deze vriendschappelijke betrekkingen, om
dat de volkomen onafhankelijkheid der
kleinere Europeesche staten hoofdvoorwaar
de Js voor de Btabiliteit van het Europee
sche evenwicht. De positie van Nederland
is van groot belang voor Engeland. Dan
is Nederland een wereldmacht door z(jn
overzeesche bezittingen.
Te Times bespreekt ten slotte de zeer
belangrijke quaesties betreffende de ver
sterking van Vlissingen en do Rijntollen
en eindigt met de verklaring, dat Britsche
belangen en Britsche tradities in gelijke
mate betrokken zijn bij de welvaart en
de onafhankelijkheid van België en Neder
land.
De Kustverdedigingsvoorstellen.
De Standaard schrijft:
„Ten opzichte van de kustverdediging
is zoo lang op publicatie van de geheime
stukken aaugedrongen, dat het Kabinet,
ten einde raad, ten doele althans voldoe
ning hieraan heef: toegezegd; wat maakt,
dat zelfs het sectie-onderzoek over dit
ontwerp eerst na 1 Febr. aan de orde kan
komen."
De Papendrechtsche Psychiaters.
Het Leidsche Dagblad schrijft:
„Prof. Jelgersma machtigt ons uit zijn
naam tegen te spreken, dat hij iets met
het zenden van het prospectus te maken
heeft gehad en zijn mededeskundigen
daaraan natuurlijk part noch deel hebben.
Prof. Jelgersma schrijft het toe aan een
misplaatste grap."
Wij hebben slechts op te merken, ant
woordt het Hbld. hierop, dat déze tegen
spraak niets te beteekenen heeft. Dat de
president commissaris cenor instelling zich
niet met het verzenden van prospectussen
onledig pleegt te honden, is bekend. En
wat Prof. Jelgersma verder omtrent zijne
mededeskundigen zegt, is slechts de
onderstelling van Z. H. G. Niet uit Leiden,
doch uit Arnhem, waar het betrokken
Sanatorium gevestigd is, zou ccne ontken
nende verklaring moeten komen. Tot
dusverre schijnt de geneesheer-directeur
daartoe geen vrijheid te hebben gevonden.
Tweede Kamer.
De begrooting van Landbouw, Nijverheid
en Handel is gistor zonder hoofdelijke
stemming aangenomen.
Uitvoerig heeft de Minister nog enkele
beginselen zijner ziekteverzekeringswet ver
dedigd, terwijl hij volhield, dat een nota
over de wijziging der Ongevallenwet der
Kamer voldoendo materjêul voor de behan
deling van gene zou vcrscl aften. Met de
uitbreiding der Ongevallenwet op visschers
en zeelieden gaat het niet vlug, slechts is
een avant-projet voor een gewijzigd ontwerp
in bewerking', de ongevallenverzekering
voor den landbouw is in studie.
Wat de ouderdomsvoorziening betreft,
boloofde de Minister, in 't begin van het
volgende jaar nu ook eens een onderzoek
naar de werking van het Engelsche stelsel
te zullen doen instellen.
Het ging weer een oogenblik rumoerig
toe in de Kamer, de overzichtschrijver
in het H.bld. zegt daarvan:
De Minister beantwoordde een rede van
den heer Duys. Do afgevaardigde van
Zaandam interrumpeerde herhaaldelijk, de
Minister liet geen enkele interruptie onbe
antwoord en de Voorzitter liet dat par
ticulier discuteeren ongehinderd voortgaan.
Een enkele maal reeds had de Minister,
wat zachtjes, gezegd: „Och, hou nu toch
uw mond", maar de heer Duys blaakte van
debatersvuur en viel den Minister telkens
weer met zijn wijsheid op 't lijf. Plotseling
sloeg do Minister met de vuist op de tafel
en riep luid: „Hou nu asjeblieft je mond!"
Waarop do heer Duys antwoordde „U
interrumpeert zelf ook altijd!"
De Voorzitter vond het nu toch tijd om
te doen merken dat hij er ook nog zat en
verzocht het herhaalde intorrumpeeren na
te laten. „Er komt anders nooit een eind
aan" voegde hij er aan toe. En dé
Minister, die dezo laatste woorden opvatte
als een uiting van presidialen wrevel over
den langen duur der discussie en zich dat
persoonlijk aantrok, ging opeens boos zitten.
De Voorzitter verzekorde den Minister
dat hij niets persoonlijks '.egen Z. E had
bedoeld en vroeg hem of hij nog wilde
voortgaan, maar de heer Talma, geraakt,
antwoordde kort ontkennend: Pardon mijn
heer de Voorzitter".
Nadat toen een andere spreker (de heer
Nolens) even 't woord had gevoerd, kwam
de Voorzitter op het geval terug. Hij ver
klaarde nog eens, dat hij geen aanmerking
had willen maken op den tijd, dien de Mi
nister noodig meende te hebben en hij
besloot door, op den meest vriendelijken,
goedmoedigen, haast vleiïgen toon, den
Minister te vragen: „Mag ik Z. E. nog
eens beleefd verzoeken, zijn rede wel te
willen voorzetten?
En waarlijk, het pruilende kind achter
de Ministerstafel liet zich vermurwen om
althans nog een paar vragen te beantwoor
den, die zonder bescheid waren gebleven.
Doch ging daarna heel gauw weer zitten.
Ten slotte zij gewaagd van een grief,
bedektelijk door dr. Nolens en openlijk
door den heer Schaper ingebracht tegen
dr. Kuyper. In De Standaard wordt het
namelijk in do laatston tijd voorgesteld
alsof de Kamer opzettelijk talmt met het
behandelen van de Ziekteverzekering. De
heer Nolens nu, die voorzitter is van de
Commissie van Voorbereiding, kwam op
tegen die voorstelling die „iu de pers" was
gegeven (rechtstreeks werd Zijne Majesteit
De Standaard niet aangevallen door den
Venlo'schen afgevaardigde) en legde uit,
dat men niet vlugger had kunnen werken.
En de heer Schaper, die geen coalitie
redenen heeft om dr. Kuyper of diens
orgaan te ontzien, vorderde vinnig dat „die
man" (de Voorzitter vond dat niet netjes
gezegd!) die zóó in zijn blad schreef, hier
in de Kamer behoorde te wezen als hij zulke
beweringen wilde uiten, opdat meu hem
dau terstond daarover te woord kon staan.
Maar de heer Kuyper was weer niet
aanwezig. Ook heden kwam hij weder alleen
's middags.
En over de beschuldiging van den heer
Patijn geen woord meer.
Wij hadden gedacht dat de heer Kuyper
wellicht de Handelingen van Dinsdag had
willen afwachten om te antwoorden op de
zware beschuldiging van den heer Patijn,
die, als een echte Coup de Nevers, hem
recht in 't gezicht gestooten is.
Maar de heer Kuyper zwijgt.
Yolhard bij 't ideaalvan 't quasi
ambtsgeheim.
Waant zich te kunnen blijven dekken
onder een jammerlijk gebarsten, door hem
zelf reeds lang gebroken schild.
Wie zóó armzalig wegkruipt onder een
schild, dat gapend is gebarsten dwars over
het blazoen heen, die mocht over do „oer
van het blazoen" wel zwijgen.
Waarlijk, de Kuyperfiguur is in de
laatste jaren wól afgetakeld.
Het incident PatijnKuyper.
De N. R. Ct. schrijft:
Ook do vergadering van de Tweede
Kamer van gisteren is voorbijgegaan, zonder
dat de heer Kuyper het raadzaam geoor
deeld heeft op de zeer scherpe beschuldi
gingen, die de heer Patijn op hem afge-
slingerd heeft, te antwoorden.
De heer Kuyper was, toen de heer Patijn
in tweeden termijn sprak, afwezig tot
ieders verbazing, doch dit doet niets af van
het feit: hij was er niet. Onder die omstan
digheden lag het voor de hand, dat de
hoer Kuyper, alvorens de vierkant op den
man af geuite beschuldigingen de felste
beschuldigingen, die misschien ooit in ons
parlement zijn gedaan te beantwoorden,
uit de Handelingen den letterlijken tekst
zou willen leeren kennen. Vandaar was
zijne stilzwijgendheid eergisteren nog ver
klaarbaar. Maar eergisteravond zijn de
Handelingen verschenen, en gisteren was
dus het oogenblik daar.
Het moment, om te antwoorden, is thans
verstreken, en do heer Kuyper schijnt de
beschuldiging op zich te laten rusten. Hij
kon antwoorden zonder zijn ambtsgeheim
te schenden, aangezien de heer Pat|ju hem
heeft aangevallen en beschuldigd als drie
starschrijver in De Standaard. Daar uien
moet aannemen, dat de heer Kuyper bij
hetgeen hij in De Staudaard geschreven
heeft, zijn ambtsgeheim, dat hem zoo heilig
is, niet zal hebben geschonden, kon een
uadere verdediging daarvan zijn geheim
ovetimin raken Daarenboven, de heer Pa
tijn heeft aangetoond, dat het ambtsgeheim
met zijne beschuldigingen niets heeft te
maken. Daarin zit dus de reden van dr.
Knyper's stilzwijgendheid niet.
De heer Kuyper kan ook niet zeggen,
dat eene discussie over hetgeen hij als
driestarschrijver te boek heeft gesteld, in
de kamer geen pas had, want hij zelf
heeft zich er op beroepen, dat door hem
in de Van Heeckeren zaak ook geen enkel
woord gesclnoven is, dat niet met de volle
waarheid stiptelijk en volkomen overeen
stemt (Handelingen blz. 731) Hij zelf
heeft dus de verantwoordelijkheid voor de
driestarren in do Kamer aanvaard.
Noch van de zijde van de regeering,
noch van de zijde van de vrienden van
den heer Kuyper in de Kamer, heeft
iemand een woord tot zijue verdediging
of zelfs te zijner verontschuldiging gezegd.
En dr. Kuyper zwijgt- Zoo wordt dit
incident gesloten. Wij gelooven niet, dat
zoo iets nog ooit voorgekomen is.
Dr. K uyper en de Van heeckeren-zaak.
De Beukelaar schrijft 0. m.
Te veronderstellen dat de minister thans
diplomatieke handigheid zou hebben aan
gewend is schier beleedigend; zoo blijven
dau do minister en Dr. Kuyper scherp
tegenover elkaar staan. Van links heeften
had men zijn oordeel al gereed zoo ook
in de schitterende, zoo scherpzinnige rede
van Mr. Patijn Dr. Kuyper gaf een
leugenachtigo voorstelling, zelfs ten koste
van 's lands belang, men leze Mr. Patijn's
beschuldiging. Maar van rechts en dat
is zoo bedroevend schijut men eigen
lijk van die leugenachtige voorstelling ook
vrijwel overtuigd. Een der rechtsche boofd-
bladen noemde de vroegere driestarren in
„De Staudaard" wel verbijsterend, maar
het moest uit zijn, dat zong men in een
koor. „Afgedaan" en „Uit" waren voor
„De Nedeilauder" de stopwoorden, als de
zaak van Henckeren aan de orde kwam,
Dat er bij een zoo ernstige zaak ge
draaid of gelogen was, kwam er niet op
aan. De minister had gelijk, Dr. Kuyper
natuurlijk zei men het niet, zooals van
links zou wel gedraaid hebben, de zaak
wel lougenachtig hebben voorgesteld Voor
ons was dit nog niet zoo geheel vaststaand
naast het oordeel van den heer Van
Heeckeren was immers ook nog het
getuigenis van den heer Hovy -de
ïechlsche bladen schenen het natuurlijk te
vinden; zij kennen Dr. Kuyper trouwens
beter dan wy.
En de doofpot stond gereed „Afgedaan"
riep „De' Nederlander". De coalitie gaat
vóór alles; wil Dr, Kuyper wat draaien,
men heeft hem te nomen zooals hy is. De
bai.ilen van gezainelijke macht zijn sterke
banden. Vóór alles moet men elkander
tegen links verdedigen.
I-, de zaak dan nu uit, past niet de
minste twijfel aan hetgeen de minister zeide,
welnu, dan is Dr. Kuyper opnieuw men
denke ook aan het eerste optreden in de
zaak Van Heeckeren leugenachtig ge
bleken. Wil men aau deze gevolgtrekking
nog ontkomen, de heer Van Heeckeren
publiceere zijn stukken. Als er toch niets
is gebeurd, zal publicatie dier stukken
waarschijnlijk ook 's lands belang niet
schadeu.
Maar Dr. Kuyper leugenachtig of niet,
do zakeu wordeu op denzelfden voet voort
gezet. Ook de Christel ijk-IIistorischen
zullen voortgaan met Dr. Kuyper te steu»
uen eu op hun beurt door hem gesteund
worden. In „De Nederlander" zullen
telkens artiicelen verschijnen over de be-
toekenis der waarheid, het gevaarlijke van
het succes, de hooge eischen van het
Christen zijn. Maar het leugenachtige
altoos leugenachtig noemen, dat gaat nu
eenmaal niet in de coalitie. Er zijn eischen
van de practijk.
En zoo gaat men laveeren, maar met
de Christelijke vlag hoog in top.
Dr. Kuyper sprak in zijn jongste rede
van rattteukruid, waaraan men langzamer
hand gewent. Zoo kan men ook wennen
aan politiek geknoei, men speurt het
schier niet meer, als de dosis maar niet
te groot is. Zoo went men ook aan dit
rottenkruid, maar of het soms ook nog
geestelijke schade zou kunnen doen
606.
Het door prof. Ehrlich gevonden anti-
syphiliticum 606, zal thans in het groot
wordeu gefabriceerd. In de Höchster-
kleurstoftenfabriek zijn daartoe thans
de machines in gereedheid gebracht,
zoodat in het midden van deze maand
kan worden begonnen met de fabricatie,
die onder toezicht van prof. Erhlich
staat.
Het geneesmiddel zal den naam krij
gen van Salvarsan en worden afgele
verd in buizen, die 0.6 gram bevatten
en 6 gulden zullen kosten.
Daar bij niet volkomen zorgvuldige
bewerking vergiftige bijproducten ont
staan, zal elke buis met Salvarsan
voor de aflevering op de zuiverheid
worden onderzocht in een onder Ehr-
lich's leiding staande biologisch labora
torium.
Blijkens kennisgeving van Burg. en Wet
houders, zal ter inschrijving voor de
Nationale Militie van jongelingen, die in
het jaar 1892 geboren zijn, voor deze
Gemeente worden zitting gehouden:
op Donderdag den 5en Januari 1911
voor hen wier geslachtsnaam begint mot
do letters A tot en met G,
op \rijdag den 6dcn Januari 1911 voor
hen wier geslachtsnaam begint met de
lottere H tot en met Q, en
op Zaterdag den 7en Januari 19il voor
hen wier geslachtsnaam begint met de
letters R tot en met Z, telkens van des
voormiddags 10 tot des middags 12 urn
en van 2 tot 4 namiddags.
De kapitein-intendant G. Kroeze, thans
iverkzaam in de Stelling van Amsterdam,
zal met 1 Februari worden benoemd tot
majoor-intendant bij de 4e divisie te Amers
foort.
De 1ste luit. L. J. Baerends, van het
5de reg. infanterie te Amersfoort, zal een
technischen cursus volgen bij de normaal
schietschool te 's-Gravenhage.
- De vorig week uitgestelde korfbal-
wedstrijd A. Y. O. G.D. E. V. zal nu
a.s. Zondag worden gespeeld.