DAGBLAD VOOR AMERSFOORT EN OMSTREKEN.
No. 300.
VRIJDAG 23 DECEMBER 1910.
7e JAARGANG.
Een straal van licht.
BUITENLAND.
DE
LANDER.
Hoofdredacteur B. O. RIJ KR S S.
Abonnementsprijs
Per jaarf 4.Franco per
post id. f 5.60. Per 3 maanden id. f 1Franco per post
id. f 1.40. Afzonderlijke nummers f 0.05.
Bureau: KLEINE HliG O. Telet. Iutere. 183.
Prijs der Advertentiën
Van 1 tot 5 regels f 0.40. Yoor iederen regel meer f 0.08.
Buiten het Kanton Amersfoort per regel f 0.10. (By
abonnement belangrijke korting).
Tot plaatsing van advert, en reel, van bniten het kanton Amersfoort in dit blad is „uitsluitend" gerechtigd het Alg. Siuneij. en Buitenlandsch Advert.- bureau D. Y. ALTA, Warmoesstr. 76-78 Amsterdam
Gelukkig, in deze donkere dagen, heeft
het licht ook eens gezegevierd. Het is nog.
wel niet het volle licht dat ia doorgebroken;
dat geschiedt niet in eens, maar een
lichtstraal is bet toch.
We bedoelen dit het amendement tegen
do openbare leeszalen ut de Tweede Kamer
is afgestemd.
Zooals men weet, was er oen post van
f11 500 voor openbare leeszalen op de
begrooting uitgetrokken.
Wij kunnen onze meeuiug over het
gebeurde niet beter uitdrukken, dan het
Vaderland heeft gedaan.
In het R. Katholieke kamp, schrijft dit
blad, heeft het voorstel wrevel en ontstel
tenis gewekt. Daar immers lust men niet
de bronnen eenor vrije volkeontwikkeling,
waaruit een ieder kennis en ontspanning
naar eigen gading putten kan, daar eischt
men in de eerste plaats de kerkelijke
censuur. Dat standpunt toont het clerica-
lisme in zijn meest teekeneode uiting, wijl
het den ooren om alles te hooren en den
oogen om alles te zien, wijl het den inborst
om alles te doorgronden, slechts waar te
nemen en te peilen gunt, datgene wat pries
terinzicht voor onschadelijk uitmaakt. Het is
het louter R. Katholieke standpuDt van de
onmondigheid der menschen en de voogdij
vau den clerus, van de knechting der ziel
aan de discipline der kerk. En zoo er
onder de groote veroveringen van de Refor
matie er een is geweest, die der monsch-
heid heeft gebaat, dan deze, door de be
vrijding van dat systeem.
Maar de Roomsch Katholieke partij is
machtig in de Kamer om haar overwicht
in de coalitie, zij hoeft den antirevolution-
naireu zoo vaak geholpen en ware het
alleen de gunst der vrije universiteit, reeds
die zou dr. Kuyper dankbaar stommen.
Het wekte dan ook meer afkeer dan
bevreemding, dat weldra de hoer Kuyper
in de Standa'ard tegen het Rijkssubsidie
aan de openbare leeszalen te velde trok:
de eene dienst is de andere waard, de
strijd tegen clericalisme is in autirevolution-
nairen kring allengs vertroebeld en wat er
ook gebeuren zou: het heil der coalitie
was immers nummer één.
Zoo is dan een amendement om den post
subsidie voor openbare leeszalen te schrap
pen door twee R. Katholieken, door den
Christelijk-historicus, door twee antirevo-
lutionnairen onderteekend, zoo hebben de
heeren Van Vuuren en Bruinelkainp zich
met de verdediging daarvan belast. Wy
hebben ernstig gevreesd, dat de toeleg
zou gelukken en de gedachte aan zoo
ongehoord een domperssucces begon ons
onder beider redevoeringen hoe langer hoe
meer te ergeren, vooral de toegespitste
argumenten van den R. Katholieken afge
vaardigde tegen de vrijheid van lectuur,
tegen de mogelijkheid, dat een leeszaal
onpartijdig van boeken en couranten zon
worden voorzien, waarbij de hcele school
strijd als een zweepslag voor weifelaars
nog eens werd omgehaald, die pogingen
om staatsrechtelijke en practische staaf-
gronden tegen het subsidie saam te schra
pen van den R. Katholieken afgvaardigde
die bij zyn vrienden zooveel welgevallen
oogstten, deden ons begrijpen, welk gevaar
er eiken dag nog schuilt in het veelge
prezen Christelijk bewind.
De heer Brammelkamp plaatste zich
meteen op zuiver clerieaal standpunt en
getuigde met verheffing van zijn ylesiem,
dat de opvoeding des volks maar in de
leeszaleu mogen alleen meu6chon boven 18
jaren worden toegelaten niet zouder
deugdelijke leiding mag geschieden Het
ging goed voor de vijandeu van vrije kennis
en vrije wetenschap en waar de Minister
geen ernstige poging zou doen om hot
subsidie te behouden, meenden de bond-
genooten de overwinuing al te zien....
Toon is de heer De Visser opgestaan,
de Christelijk-historische afgevaardigde voor
Leiden, eu in een redevoering, die was een
model van welsprekendheid eu een monu
ment, dat hem als staatsman altoos tot eer
zal blijven strekken, heeft hy dien waan
tor rechterzijde verscheurd. Hij heeft de
vaan der Hervorming hoog geheven eD
ontplooid tegenover het dryvon der Katho
lieken, het slaafsche volgen dor antirovolu-
tionnairen en hij is opgekomen voor de
franke eu vrye ontwikkeling van den vrijen,
mondigen mensch.
Het waB een historisch oogenblik en het
was een heugelijke gebeurtenis, dat daar
in de coalitie er althans nog één was, die
den moed had op te komen voor eigen
verheven beginsel en te getuigen van een
wereldbeschouwing, die daverend inrammelt
togen de kerkleer der bondgenooten. Dat
zulks nog mogelijk was! De Katholieken
ontwaarden het met verbijstering: roerloos
stil, de hoofden bij elkaar gestoken, hebben
zij de klare, gebeeldhouwde zionen van den
heer De Visper aangehoord en zelfs het
geestdriftig bravogeroep der linkerzyde
dreef hen niet op.
De heer De Visser is kort geweest.
Eerst constateerde hij, dat hij het R.
Katholieke standpunt volkomen begreep,
maar dat het altijd heeft gefaald in de
historie. Toen scnet6te hij het standpunt
der Reformatie tegenover die dienstvaardige
anlirevolutionnairen uit wier aller naam
de heer Brummelkamp gesproken had, Dr.
Kuyper'e Kamerfractie had de partij in den
lande niet achter zich en hij noemde de
voorbeelden hoe antirevolutionnairen zich
in het land hebben geïnteresseerd voor de
openbare leeszalen, hoe de heer De Wilde,
de Haagsche wethouder, onlangs nog mot
kracht cn warmte een gemeentelijk subsidie
tegenover de Roomsche leden van den
Raad verdedigd heeft, hoe dr. Rutgers,
te Hilversum en zoon van een hoog
leeraar aan de Vrye Universiteit, zich
er voor geweerd heeft, hoe er in do
besturen van alle leeszalen antirevolution
nairen zitting hebben. Hij besprak den
zegen door de openbare leeszalen gebracht
aan hen, die hun vrije uren nuttig willen
besteden en die de middelen missen om
boeken of tijdschriften te koopen, zich op
couranten te abonneeren. Zeker, de
vrijheid van lectuur kan afschuwelijke
gevolgen meebrengen, het gevaar wordt
niet ontkend, maar als Protestanten moeten
wij die vrijheid aandurven des ondanks. "Wij
moeten toonen, dat wij genoeg vertrouwen
in onze beginselen stellen om de kwade
gevolgen te overwinnen, dat is de vrijheid
der reformatie.
Zoo ongeveer besloot de afgevaardigde
zijn rede en daarmede was van de voor
standers der leeszalen het laatste woord
gezegd. Wel spraken de heeren Schaper en
Bos nog een enkel woord tot deu Minister
en tot elkaar, maar geen van beiden wilde
verder op de zaak ingaan, om den diepen
indruk van dr. De Visser's woord uiet te
vervagen. Do heeren Aalberse en Heems
kerk probeerden dit laatste met een paar
onbeduidende spcechjes, de Minister, die do
beslissing aan de Kamer wilde overlaten,
redeneerde in en uit, maar scheen toch zijn
sympathie voor de openbare leeszaal niet
geheel te kunnen verbergen en de stemming
kwam.
Het amendement is govallen.
De aanslag op de intellectueele ootwik-
keling des volks is verijdeld.
Wellicht zaldeze gebeurtenis een verdere
strekking hebben. Reed6 meer dan eens
rees twijfel of de Christelijk-histoiïschen
zich nog wel thuis gevoelen in de coalitie.
Voor hen zullen de jongste weken het
gevoelen van saamboorigheid niet weinig
hebben geschokt En of do R.Katholieken
er pleizier in zullen hebben het huishouden
verder te doen met zoo'n oproerig groepje,
dat staat te bezien. In elk geval heeft er
e> n waarschuwing geklonkoD tegen ver
flauwing der grenzen", tegen een steeds
steviger aanspanning der antirevolution
nairen voor den Roomschen zegekar. En
in het laud, daar twijfelen wy niet aan,
zal die waarschuwing vernomen worden.
Zij kwam op tyd.
Regeeringshervorming in China.
De Temps wijdt een hoofdartikel aan de
beweging, die op het oogenblik in China
gaande i6 ten gunste van de invoering van
het constitntioneele stelsel.
De mogelijkheid ia niet buitengesloten,
zegt het Fransche blad, dat de beweging
op nietB uitloopt; maar wat dan blijven
zijn de verschijnselen en die zijn merk
waardig. Het volk kan de provinc. ver
gaderingen niet meer vergeten, die door
haar indrukwekkend gezag gonverneurs
en mandarijnen het zwijgen hebbeu opge
legd, noch den raadgevenden senaat, die
op voet van gelijkheid met de regoering
onderhandelde. Als er gevaar di-oigt, of
er is hongersnood, zal het Chineesche
volk als vanzelf weer denken aan een
verandering van regeeringsstelsel. Daar
om is het niet waarschijnlijk dat de be
weging van thans gesmoord wordt, ja, het
tegendeel zal waar zijn want te voorzien
is dat de Chineesche hervormers, die reeds
op eenig succes kannen bogen, hun taak
vol vuur zullon voleindigen en steeds meer
invloed zullon bekomen.
De RussischJapansche oorlog heeft de
groote sloot aan deze agitatie gegeven.
De overwinning door de „gelen" op den
"Westeischen staat behaald heeft China
wakker geschud en het nationaliteitsge
voel in hen doen ontwaken, een feit,
waarop in den laataten tijd dikwijls de
aandacht gevestigd is.
Ook Japan heeft, zy het ook indirect
invloed geoefend op het onlangs genomen
besluit om in het jaar 1913 een parlement
bijeen, te roepen. Eerst zou dit in 1917
plaats hebben, doch twee keer richtten de
afgevaardigden der provinciale raden een
verzoek tot de regeering, om zoo spoedig
mogelijk met het inwerking brengen van
de parlementaire machine te beginnen.
Terwijl men een derde verzoek voorbereidde
werd de sluiting van het Russisch Japaosch
vredesverdrag en de annexatie van Korea
door Japan vernomen, waarvan een gisting
onder de bevolking het gevolg was, waarin
de studenten te Peking zich mengden.
Tal van studenteuvergaderingen hadden
plaats, waarop de wellicht toekomstigo
regeerders van het Ryk zichzelf, als toeken
van rouw, bloedigo vorwoudingen toe
brachten. Ecu petitie waaraan hun bloed
kleefde en waarin ,nen den raadgovenden
senaat laksheid verweet, maakte veel in
druk en animeerde den senaat zich on
middellijk met den meesten ernst met de
hervormingeplannen bezig te houden. Do
senaat richtte dan achtereenvolgens ver
schillende vragen tot de regeering over
verschillende hoogst belangryke kwesties,
vooral buitenlandsche.
Volksorganen sedert kort opgericht,
maken krachtig propaganda voor eon re-
geering8hervorming. Men vorwacht, dat,
waar het geheele volk deze wil, enkele
reactionaire mandarynen haar niet zullen
kunnen tegenhouden.
Frankrijk.
Gisteren heeft de regeering de ontwerpen
van de stakingswetten ingediend.
Staking van spoormannen wordt niet
strafbaar gesteld, het desbetreffende ontwerp
is zelfs uiterst mild ten opzichte van do
staking zelve. Het eenige wat hieromtrent
voorzien en geregeld wordt, is de weigering
van den spoorwegarbeider, om door te
werken onder de voorwaarden, die by
schoidsrcchterlyke uitspraak vastgesteld zijn.
Voor dat sterke geval wordt alleen nog
maar bepaald dat dan de maatschappij den
staker zonder de anders vereischto formali
teiten vervangen kan.
De Temps is zeer boos over deze mild
heid. Het Journal dos Débats schijnt tevre
den, maar heeft het betreffend artike
mogelijk verkeerd begrepen. Tegenover
deze mildheid ten opzichte van stakers in
het algemeen, vindt men in niet bepaald
helder geredigeerde artikelen vrij strenge
straffen tegen leiders van stakingen cn van
veroemgingen, wanneer die vereenigingon
staking uitlokken, voorbereiden of organi-
seeren.
Bij het voorgesteld verzoenings- en arbi
tragesysteem is vooral dë Engelsche
„agreement" van 1907 nagevolgd. Het
essentieele verschil is echter, dat de
Engelsche regeling een vrije, tijdelijke
contractregeling tusschen te twee partijen
is en het Fransche ontwerp iets dergelijks
buiten en boven partyen in de wet vast
wil leggen.
Men denkt niet dat de ontwerpon voor
Maart 1911 in behandeling kunnen komen.
Groot Britannie.
Nu de verkiezingen ten gunste van de
liberale regeering uitspraak hebben gedaan,
gaan er in de pers der oppositie aieer cn
meer stemmen op, die er op aandringen
dat het Iloogerhuis zich nu by deze be
slissing zal neerleggen, zooals het dit ook
deed ten aanzien van de begrooting van
1909.
De Morning Post bijv. zet den toestand
nog eens scherp uiteen, en dringt er op
aan, dat men het uiet zoover zal laten
komen, dat de koning geplaatst zal worden
voor de noodzakelijkheid, om vijfhonderd
liberale peers te benoemen. Vooral, omdat
de regeering, naar dit blad meent, sterker
op constitutioneel standpunt staat, dan het
geval was met de begiooting, toen het
Hoogerhuis zich toch ook bij de beslissing
van het kiezerskorps heeft nedergelegd.