DAGBLAD VOOR AMERSFOORT EN OMSTREKEN. No. 25 MAANDAG 30 JANUARI 1911. 8e JAARGANG. Een leervak aan Handelsscholen. BUITENLAND. BINNENLAND. MLANDER. Hooldrcdacteur K. <J. R IJ UK W S. Abonnementsprijs: Per jaarf 4.Franco per post id. 15.60. Per 3 maanden id. 11.Franco per post id. 1 1.40. Afzonderlijke nummers f 0.05. Bureau: KLKINE llilO 6. Telel. lutere. 183. Prijs der Advertentiün Van 1 tot 5 regels 10.40. Voor iederen regel meer 1 0.08. Buiten het Kanton Amersloort per regel 10.10. CBy abonnement belangrijke korting). Tot plaatsin; van advert, en reel, van buiten bet kanton Amersfoort in dit blad is „uitsluitend" gerechtigd het Alg. Binnen-en BnitoDlandseh Advert.-bureau D. Y. ALTA, Wermoesstr. 76-78 Amsterdam Wij weten natuurljjk nog niet hoe de lesrooster aau onze toekomstige Handels school er zal uitzien, maar weuschen toch reeds do aandacht te vestigen op een rede, (zie de Prov. Gron. Ct.) door het Gro- ningsche Statenlid, den heer van Heyniugen Bosch gehouden, waarin hij de aan dachtvcs- tigde op een vak, dat aan handelsscholen eigenlijk een hoofdvak behoorde te zijn, namelijk de reclame. Het vak is er waarlijk in ieder opzicht gewichtig genoeg voor en bovendien is hier een vak, waarvan de theoretische beteekenis, de geschiedenis, de toepassing elders niet in de praktijk van het dage- lijkscb leven zijn te leoren. In zijn rede noemde do bovenbedoelde spreker de reclame den grooten generaal van den handel, die in den ransel van den handelssoldaat den maarschalksstaf heelt doen neerleggen. Inderdaad is de reclame een democratisch middel van onzen tijd, dat het den klein handelaar van tegenwoordig veel gemak kelijker maakt tot groote zaken te komen dan zijn overgrootvader, die dezen machti gen steun bij het vooruitstreven moest missen. En reeds daarom al is het in de eerste plaats waard om te verschijnen op den lesrooster onzer handelsscholen. Maar bovendien, er zijn nog vele andere redenen, waarom onze jonge kooplieden, vooral onze Nederlandsche jonge kooplie den door studie moeten trachten een begrip to krijgen van de bete- konis en bekwaam heid in de uitvoering van reclame. De eerste reden is wel, dat reclame iets on-Nederlannsch is. Ons volkskarakter is in den grond wars van alle reclame. Meer dus dan andere volkeren, die veel op vertoon gesteld zijn, moeten wij de waarde van dit votum door redeneering trachten te be- grijpen. In den loop der tijden heelt men kunnen opmerken hoe de een voor, de andere na ten slotte tot het maken van reclame ge komen is, maar bijna altijd schoorvoetend. Een jaar of dertig geleden was reclame heelemaal niet netjes en de groote, soliedo zaken zouden zich wel tienmaal hebben bedacht voordat zij voor hun artikelen reclame gingen maken. Het gevolg was, dat jongere zaken met minder behoudende leiders dit middel hebben aangepakt en snel omhoog zijn gekomen. Toen moesten de soliede groote zaken wel volgen. En al zijn er ongetwijfeld nog altijd, die de groote stap niet wagen durven ol nog hechten aan de deftigheid der stilzwijgend heid, de overgroote meerderheid is toch, hoewel schoorvoetend, op den goeden weg, Maar nog altijd is men o zoo angstig voor de reclame eu weegt men de methodes op een goudschaaltje, nog altijd zijn er te velen bang van deze of gene wijze van pubheitoit geven, zijn te velen nog zeer eenzijdig in hun reclame maken. Daarbij komt, dat men veelal het wezen der reclame niet doorziet. Hog altijd geldt vooral op dit gebied het bekende Engelsche rijmpje, dat de fout der Hollanders is te veel voor te weinig te willen terugkrijgen. Men wil waar voor zijn geld. En kortzichtig- lijk meent meu veelal, dat men in do reclame niet waar voor zjjn geld krijgt, niet dadelijk iets tastbaars in handen heeft. Men beperkt zoo zijn reclamebudget, omdat men in de reclameuitgaven te veel nood zakelijke en eigenlijk betreurenswaardige onkosten ziet en te weinig geldbelegging. Men doet veelal schoorvoetend het onver mijdelijke, terwijl men bij meer commer cieel inzicht niet zoo angstvallig zou kijken of het jaar zelf van de reclame al die re clameuitgaven wel in vermeerderde winst zijn teruggekomen. Het spreekt vanzelf, dat wij met een en ander de goeden niet te na spreken en dat wij ze in grooten getale zonden kunnen noemen, de wakkere handelaren, die juist o.a. aan een goede en royale reclame den bloei hunner zaken te danken hebben. Doch over het geheel toch is de Nederlander te afkeerig van vertoon, dan dat een goede cursus in dit speciale vertoon voor hem vooral niet voordeehg zou zijn. Daarbij komt, dat het maken van goede reclame niet zoo gemakkelijk is als men allicht mocht meenen. Eigenlijk heeft elke zaak haar aparte soort reclame. En wij zouden ze met namen kunnen noemen, de klein- en groot handelaren, die dit uitste kend blijken te gevoelen en die op dit gebied blijk geven van een goeden kijk op de menschcn, een goeden smaak, een juist begrip van wat zij noodig hebben en voldoende kennis van wat er op het gebied der reclame te koop is. Doch heel velen zijn er, die dat niet of niet in voldoende mate kunnen. En juist voor dezen ware het zoo gewenschi, dat dit moeilijke vak op de handelsscholen en in speciale cursussen geleerd werd, Om een goede reclamemaker le zijn, moet men behalve goed handelsman, psy choloog, man van smaak en kenner vau het vak zijn. Dit alles den jongen koop man in een paar lossen te maken is na- tuurlijk niet mogelijk Maar wel mogelijk is het hem de grondslagen te leeren en een minimum-weten mee te geven, waarop hij vorder kan voortbouwen. In hoever dat hier of daar al geschiedt, is ons niet bekend. Doch dat zjjn wij met den heer Van Heijningen Bosch geheel eeus, dat het niet voldoende gebeurt en dat hier nu werkelijk een tekortkoming is, die hoe eer hoe beter worde aangevuld. Dr Rijksdag en het Rijksland. De Duitsche Rijksdag heeft, zooals wij reeds hebben gemeld, een aanvang gemaakt met de beraadslaging over het ontwerp tot het vcrleenen van een constitutie aau Elzas Lotharingen. Het ontwerp bevat een niet ongewichtige verbetering in den Staatsrechtelijken toe stand van het Rijksland, in zooverre als dit gedurende veertig jaren als wingewest hehandelde land, thans een volksverte genwoordiging krijgt, die gekozen wordt volgens een niet ondemocratisch kiesrecht. Maar deze verbetering wordt weer grooten- deels te niet gedaan door de instelling van een Eerste Kamer, die door de wijze, waarop zij wordt samengesteld, bestemd is om alle niet-reactionnaire besluiten der volksvertegenwoordiging krachteloos te maken. Dat er tijdens de behandeling in den Rijksdag wijzigingen van eenige beteekenis in vrijzinnige richting zullen worden aangebracht moot, in verband met den hul digen stand der partijen, onwaarschijnlijk worden geacht. Men is begonnen met het ontwerp naar een commissie van 28 Rijksdagleden te verzenden. In den loop der debatten wezen verscheidene sprekers op den bruikbaren grondslag van het ontwerp. Minister Delbruck deed in een vrij langdurige rede nogmaals uitkomen, dat voor het oogenblik een wetsvoorstel onmiskenbaar zoo ver mogelijk een schrede vooruit is. Wetterle lokte door de schorpe wijze, waarop hij het Duitsche gedeelte der bevolking van het Rijksland, en de regeering zoowel van het Rijksland als te Berlijn aanviel, bij minister Zorn von Bulach het antwoord uit, dat de autonomie, hoewol wenschelijk, nog niet kon worden toegestaan, juist wegeDs de houding der medestanders van Wetterle. Frankrijk. Mon heeft in de Fransche Kamer een motie ingediend om het salaris der kamer leden weer terug te brengen van 15000 tot 9000 francs. Er werd nogal gelachen om het voorstel en het werd verworpen met 316 steaimen tegen 210. De Kamer zette de beraadslaging voort over de interpellatie in zake de Confédé- 1-ation Générale du Travail. De afgevaardige Berry vroeg opheffing der rechtspersoonlijkheid, terwijl Lairelle aandrong op ontbinding door de rechter lijke macht. De Regeering vereenigde zich met de motie, voorgesteld door Grosdidinr Verlot, waarin gezegd wordt dat de Kamer de verklariog der regecring goedkeurt eu vertrouwt, dat deze de ontwikkeling van de vrijheden der vakveientiigingen zal verzekeren en deze houden binnen het terrein, haar docr de wetten aangewezen. De motie wijst elko toevoeging aan de eenvoudige orde van den dag af. De minister-president Briand, de spre kers beantwoordende, herhaalde zijn reeds vroeger afgelegde verklaringen, beloofde de wet van 1S84 te zullen aanvullen, en het terrein van actie der syndicaten uitbrei den, zich daarbij echter voorbehoudend, zoo nondig op to treden tegen collectieve organisaties. Briand wees de eenvoudige orde van den dag, door Ernest Roche voorgesteld, af en stelde de quaestie van vertrouwen. De eenvoudige motie van den dag werd verworpen met 424 tegen 111 stemmen. Het eerste gedeelte der motie van Gros- didier, „de Kamer, de verklaring der Re geering goedkeurende", werd aangenomen met 463 tegen 73 stemmen, het tweede ge deelte mer 385 tegen 77, en de geheelo motie met 398 tegen 3 stemmen. Duitschland. Er werd dezer dagen gezegd, dat Keizer Wilhelm die vroeger op de hand der vrij metselaren was, thans tegen dezen zou zijn ingenomen, door beweringen van clericalen. Ook zou hij zich met den in houd der ..Zauberflöte" hebben bemoeid, en zou iets in het symbolische zijn veran derd. Dit gerucht wordt terstond ten stel ligste tegen gesproken; alleen is de han deling naar een ander land verlegd; aau den tekst is alleen hier en daar wat ge vijld, meer niet; muzikaal is alles onver anderd gebleven. En wat de pogingen der clericalen betreft om den Keizer tegen de vrijmetselaars te stemmen, moet deze heb ben geantwoord: „Bleibt mir damit vom Leibe; Mein Vater und Mein Groszvater waren Freimaurer, und die werden gowuszt haben, was sie zu thun halten". Voor hen die geen Duitsch verstaan: „Kom mij daarmee niet aan boord; m|jn vader en mijn grootvader waren vrijmet selaren, en die zullen wel geweten hebben, wat zij deden. Groot Britannie. Omtrent de reeds eenigen tijd geleden aangekondigde algemeene staking der zee lieden weet de Brusselsche correspondent van de „Times"'te melden dat de beman ning van de schepen, welke Hamburg, Rotterdam en Antworpen, aandoen, ge- rneene zaak zullen rnakem met de zeelie den te Londen, Liverpool en New-York, op het oogenblik, dat het bevel tot de werkstaking uit Londen zal worden gege ven. Men verklaart beslist, dat tenzij over eenstemming met de werkgevers wordt bereikt de staking zal plaats hebben tijdeus de kroningsleesten van den Engelschen koning. Spanje. De Spaansche Imparcial wil weten dat de wet op de geestelijke orden, die minis ter Canalejas in voorbereiding heelt, vervaardigd ie naar model van Waldeck Rousseau's wet in Fraukrijk, eu voorna- melijk iedere vereeniging verbiedt zij moge op het Concordaat gegrondvest z(jn o( niet die een golofte ei6chten con vreemd gezag gehoorzaamt, onverschillig of de vereeniging een materieel of een religieus doel nastreeft. Daarentegen zullen vrije vereenigingeu met godsdienstig doel, waar voor het lidmaatschap geen gelofte gevergd wordt, geoorloofd z|jn. Minderjarigen kunnen geen lid zijn vau religieuze orden. Portugal. De minister van Buitenlandsche Zaken deelde aan de journalisten mede, dat de economische en (inancieelc toestand beter wordt, terwijl de internationale betrekkin gen rustig en vriendschappelijk zijn. De republikeinsche regeeriug zal bovendien in staat blijken de diplomatieke aangelegen heden op to lossen, die het vroegere bestuur niet in staat was teD einde te brengen. Hot besluit omtrent de scheiding van Kerk en Staat zal binnen 30 dagen ver schijnen. De betrekkingen met bijna alle bisschoppen zijn goed. De regeering liet aan het Vaticaan weten, dat zij het be treurt, dat de Paus geen vertegenwoordiger in Portugal heelt. Turkije. Volgens berichten in de Turksche bla den hebben de opstandelingen in Jomen een aanval op Menocha, Zuidwestelijk van Sana, ondernomen. Het Turkscho garni zoen, ofschoon zwak, verdedigde zich goed. Said Idriss moet de voorstellen van den militairen commandant van Aseir tot het aanknoopen van onderhandelingen hebben afgewezen. De Begrooting van Oorlog. De nieuwe Minister vangt zijn Memorie van Antwoord aan de Eerste Kamer aan met in te stemmen in den lof, aan zijn

Historische kranten - Archief Eemland

De Eemlander | 1911 | | pagina 1