DAGBLAD VOOR AMERSFOORT EN OMSTREKEN.
No. 109.
WOENSDAG IQ MEI 1911.
8e JAARGANG.
Schoolartsen.
BUITENLAND.
DE EEMLANDER.
Hoofdredacteur: Mr. J. vau Schaardenburg.
Abonnementsprijs:
Per jaarf4.—. Franco poi
post id. f5,60. Per 3 maanden id. f 1Franco per post
id. f 1.40. Afzonderlijke nummers f 0.05.
Bureau: Kf.FISK H llti Telei. Interc. 1,43.
Prijs der Advertentiiin
Van 1 tot 5 regels f 0.40. Voor iedcrcn regel meer f 0.08.
Buiten het Kanton Amersfoort per regel f 0.10. (Bij
abonnement belaugrijko korting).
Tot plaatsing van advert, en reel, van bniten bet kanton Amersfoort in dit blad is uilsluitend" gerechtigd het Alg. Binnen-en Buiten landsch Advert.- bureau D. Y. ALTA, Warmoesstr. 76-78 Amsterdam
Tot de taak van do gemeentebesturen
behoort sinds vele jaren de zorg voor de
openbare hygiene on de bevordering van
den gezondheidstoestand der bevolking. En
dit is zeker niet een van de minst ge
wichtige zaken, die aan 't gemeeutobestuur
zijn toevertrouwd.
Is voor den enkeling 'n goede gezond
heid 'n onwaardeerbare schat, voor 't maat
schappelijk welzyn der bevolking is do
sanitaire toestand misschieD wel de belang
rijkste factor. Maar ook voor de geestelijke
ontwikkeling is 'n goede gezondheid van
't hoogste gewicht. De Romeinen reeds
spraken 't uit: mens sana in corpore sano,
'n gezonde geest is 'n gezond lichaam.
De openbare hygiene stelt voortdurend
nieuwe eischen van steeds meer ingrijpen
den aard; steeds dieper zoekt men den
wortel van 't kwaad, dat men uitroeien wil.
De resultaten van dit pogen geven reden
tot voldoening; 't sterfteoijfer in ous laud,
zoowel in de steden als teD platteulande,
toont 'n vrjj regelmatige daling.
Algemeen echter wordt erkend, dat de
geneeskunde weiDig vermag, wanneer de
ziekte zich reeds geopenbaard heeft; meer
en meer legt men zich er op toe om de
oorzaken van ziekten uit den weg te
ruimen.
Die oorzaken liggen in en buiten den
aien8ch. Over die laatste zullen wij hier
niet spreken maar ons liever bopalen tot
de eersteD.
Van zoo menige sloopende ziekto wordt
reeds in de jeugd de kiem gelegd. Iloe
velen hebben niet van hun geneesheer 't
trooBtelooze: „gij hadt er eerder bij moe
ten zijn" aangehoord?
Van jongst af aan moest 't kind onder
medische abservatie Btaan. Niet op de wijze
van de bezorgde moedertjes, die bij 't ge
ringste wissewasje 'n dokter laten roepen
en hun kinderen in broeikasatmosfeer laten
opgroeien, aldus 'n zwak en verwcekelijkt
geslacht kweekende, dat door 't lichtste
briesje geknakt wordt.
Er zijn even onverstaudige ouders, die
in 't andere uiterste vervalleD en elke on
gesteldheid hunner kinderen gewoon negee-
ren; eerst als dezen zich niet langer staande
kunnen houden of de ziekte zich in al hare
verschrikking openbaart, roepen de ouders
in radeloozen angst den geneesheer, die
dan vaak weer 't troostolooze: „gij hadt er
eerder bjj moeten zijn" zal uitspreken.
Maar niet altijd is de schuld te zoeken
bij de ouders, niet altijd is hun te verwij
ten, dat zij geen notitie van hun kinderen
genomen hebben, deze zelf verzetten zich
niet zelden met hand en taod tegen medi
sche behandeling of trachten zich goed te
houden en hun ziekte te verbergon. 'n Nor
maal kiud is uiet graag ziek, tenzij mis
schien, wanneer op school de repetities
naderen.
Menige ziekte, die nog te stuiten geweest
ware, zoo men tijdig medische hulp inge
roepen had, wordt ongeneeslijk en wat
baat dan nog 'n behandeling, die zich
misschien in 't oneindige kan rekken,
zonder hoop op herstel?
Daarom kan niet genoeg gestreefd
worden naar geregelde medische observatie
van de kinderen. De ouders hiertoe te
dwingen, gaat niet aan; 'n dergeljjk gebod
alleen kan niets uitwerken, omdat de
ouders, tegen wie 't gericht zou zijn, zich
er toch niet aan zouden storen, zoo zo er
niet toe gedwongen werden en dit zal zeer
moeielijk te bereiken zijn.
Veel eenvoudiger is de aanstelling van
schoolartsen. Op geen andere wijze kan
de gezondheidstoestand van de jeugd beter
en gemakkelijker gecontroleerd worden.
Eén arts op school kan meer doen dan
tien op hun spreekuur. Immers de zieke,
die bij den dokter komt, zoekt genezing
maar de schoolarts voorkomt juist de zioktc.
Eu wie zal uiet toestemmen: mieux vaut
prévenir que guérir, 't is beter te voorkomen
dan te genezen.
Vooral kinderen lyden vaak aan allerlei
ongemakken, die, op zich zelf niet gevaarlijk
en gemakkelijk te verhelpen, door ver-
waarloozing onaangename gevolgen kunnen
krijger.
De schoolarts zal de uoodige maatregelen
kunnen neuien, zoowel in 't belang van
't kind als in dat van z'n oingoviug.
Menige verspreiding van ziekte, menige
epidemie zal op deze wijze tegengehouden
worden.
't Genezen kind zal steeds onder toezicht
van den arts blijven, immers even als de
audere schoolkinderen, aan 't onderzoek
op gezette tjjden onderworpen zijn, zoodat
't gevaar voor weder-instorten of heimelijk
voortwoekeren der kwaal, waar zoo monig
een zichzelf maar genezen verklaart en
van 'tspreekuur wegblijft, voorkomen wordt.
Inderdaad, de schoolartsen zullen 'n
krachtig, gezond geslacht kweeken.
Wil men sprckeD van inbreuk op de
individueele vrijheid? Mag men dan rustig
toezien, hoe onverstandige ouders 't kost
baarste, misschien 't ecnige bezit van do
kinderen, do goede gezondheid, op onverant
woordelijke wijze ondermynCDÏ
Maar dan moet men ook de ontzetting
uit de ouderlijke macht ten strengste af-
keeren; immers deze is van nog veel in
giijpendcr aard dan 't verplichte medisch
onderzoek.
En tegon de leerplicht ook, moet men
dan met woord en daad protesteeron Of
mag 'n ouder zich niet verzetten tegen 't
zjjns inziens uutteloos volpompeu van z'u
kind met allerlei ballasf, waaraan hij later
niets heeft maar wel tegen 'u hygiënische
maatregel, waarvan iu de meeste gevallen
de geheele verdere loopbaan van 't kind
afhankelijk is.
Maar vooral zonderling is 't, dat degenen,
die zich hier opwerpen als verdedigers van
de individueele vrijheid, juist to zoeken
zyn onder hen, die van die individueele
vrijheid op ander, met name geestelijk
gebied, niet willen weten.
Marokkaanschk Zaken.
Wat er voor nieuws komt over don toe
stand iu Fez luidt ongunstig: de levens
middelen worden steeds schaarser en men
maakt zich zeer ongerust over de toekomst.
Er wordt gevreesd, dat de hoofdstad het
nog slechts eeu dag of veertien zal kunnen
uithouden, en 't is dus zaak dat vóór dieu
tijd de colonne Brulard of oen ander deel
van Moiuiers leger aangekomen is en de
6tad heeft ontzet. Die marsch van de kust
naar Fez schijnt evenwel geen kleinigheid
te zijn; Brulard komt slecht vooruit.
Ziedaar het kort begrip var: de vele be
richten uit Marokko. De lezer heeft reeds
begrepeD, dat zij uit Franschen koker zijn;
want wat van Duitsche zijde bekend wordt,
is doorgaans veel optimistischer.
Do Times heeft een telegram van zijn
correspondent in Tanger ontvangen, die
daarin een brief weergeeft van Moelei ol
Zin, den in Mekines tot tegen-Sultan uit
geroepen broeder van Hafid. Moeloi el Zin
schrijft dat hij in het geheel geen lust ge
voelde de taak van tegen-Sultan op zich
te nemen, daar hij begreep, dat er van de
beweging, zonder wapens, munitie en levens
middelen, geen steek zou terechtkomen.
Maar de stammen die zich meester hadden
gemaakt van Mekines, dreigden de stad te
plunderen cn uit te moorden, als Moelei
el Zin zich niet liet uitroepen; daarom ver
schoen deze ten lange leste op het balcon
van zijn paleis en liot zich uitroepen tot
Sultan. Daarop werd de orde in de stad
gemakkelijk hersteld. Moelei-el-Ziu zal
blij zijn als hij van zijn nieuwe waardig
heid af is.
Zoowel generaal Moinier als Kaid Mraui
(de Kaid van Sjaoeja, die een deel van de
strijdmacht aanvoert welke Fez ontzetten
gaat) hebben een proclamatie tot de stam
men gericht waarbij zij hun namens den
Sultan bevelen zich te onderworpen.
Duitschland.
Naar de Morgen Post uit Miinstor ver
neemt, heeft de patroonevereenigiag voor
de textielindustrie aldaar, besloten tot uit—
sluiiing vud de georganiseerde fabrieks
arbeiders iu de branche, ten getale van
ongeveer 15.000.
Beluik.
De President der Fransche Republiek
vertoeft thans te Brussel en de ontvangst
schijnt zeer hartelijk te zijn geweest.
Reuter zegt zelfs, dat nog nooit een
buitenlandsch staatshoofd zoo geestdriftig
door de menigte is ontvangen.
Aan het gala dinér zei Koning Albert o.a.
België beschouwt uw tegenwoordigheid
alhier als een nieuw bewijs van hartelijke
vriendschap, berustend op wedcrzijdschn
achting, voortdurende wisseling van denk
beelden cu handelsbelangen en liet heeft
het recht te hopen, dat heide landen ge
lijkelijk den wenscli koesteren aan de
economische behoeften tegemoet te komen
door vriendschapsverdragen.
Dc Koning verontschuldigde daarop de
Koningin, die wegens ongesteldheid niet
tegenwoordig kon -zijn, en dronk toen op
den president, die het schoone voorbeeld
heeft gegeven van een leven, geheel en
al gewijd aan arbeid cn aan de hoogerc
belangen van zijn land."
Daarna nam de Prosideut het woord.
Na dc beste weuschen te hebbeu uitge
sproken voor het spoedig herstel van de
Koningin verklaarde hij 0. a.
„Mijn bezoek is niet alleen eeu plicht
der beleefdheid, maar tevens de uitdrukking
van den hoogen prjjs, dien mijn land stelt
op de vriendschap van het uwe. Frankrijk
bewondert den schitterenden vlucht van
uwe jonge natie. Zij beeft haar zien
geboren worden, groeien en bloeien onder
de ernstigste moeilijkheden. I11 alle takken
van menschelijke bedrijvigheid heeft België
zich een schitterende plaats veroverd in
het concert der volken cn wij hopen, dat
onze beide landen zich voordurend nauwer
zullen aaneensluiten in den stryd voor hun
economische belangen,"
Frankrijk.
In het Champagnegebied is het op 't
oogenblik buileugowoou rustig. Niet dauk
zij deu troepen, die er nog steeds de wacht
houdeu, maar doordat hot mooie weer den
wijnbouwers zooveel werk geeft in de
wijngaarden dat zjj niet donken aan op-
roermaken. Zondag a.°. uioct er weer
betoogd worden, maar de prefect zal het
wel beletten. De oude prefect is ontslagen
omdat hij te slap was, de nieuwe moet
streng optreden.
De voorzitter van het wjjubouworscomité
te Troyes iu Aubo heeft de bevolking
aangeraden zich niet te verzetten tegen
het neerhalen der roodo vlaggen op de
openbare gebouwen in dat Departement.
Deze vermaning schijnt geholpen te
hebben. Althans zijn :e Bar sur Aubo de
roode vlaggen, die daar van 10 Maart af
op de Mairie en op het marktgebouw
stonden, zonder incident verwijderd kunnen
worden, evenals eenige voor de Regeering
beleedigende opschriften.
Rusland.
I11 Mandsjoerije is het blijkbaar met de
eerlijkheid van de Ru6siasche ambtenaren
al even treurig gesteld als in de overige
deelen van het Tsarenrijk. Uit Wladiwostok
wordt 11I. aan de Retsj gemeld: Togen het
einde van Mei zal de eerste directeur vau
deu Maiidsjocrijschcn spoorweg alhier aan
komen. Deze tjjding heeft groote ontstelte
nis veroorzaakt ondci de ambtenaren vau
deu 6poor\veg, daar dc directeur belast is
met een onderzoek uaar dc door hen ge
pleegde onregelmatigheden en verduistering
van gelden, die besteed hadden mootcn
worden ter bestrijding van de pest, maar
verdwenen zijn in de zakken der ambte
naren.
Denemarken.
De werkgevers te Kopenhagen hebbeu
thans de onderhandelingen met de arbeiders
definitief afgebroken.
Van regecringswege is nog een poging
tot bemiddeling gedaan, maar de patroons
verklaaidcn de voorstellen van den bemid
delaar niet te kunnen aannemen.
De uitsluiting van 14000 man, ingegaan
op 4 April, duurt dus voort en als de blik
slagers voor 16 Mei de door de patroons
gestelde voorwaarden uiet zullen hebben
aangenomen, zal op dien datum de uit
sluiting zelfs uitgebreid worden over
40,000 urbeiders.
Turkije.
Gisteren is in de Turksche Kamer nog
maals geïnterpelleerd over den beweerden
diefstal is de Omar-moskee te Jeruzalem.
De Minister van Biuncnlandsche Zaken
verdedigde de regccriug en de plaatselijke
overheid o. a. met de verklaring, dat do
kisten, die de geroofde schatten moesten
bevatten, te Jaffa geopend werden, maar
toen totaal ledig bleken.
Daar dc Kamer zich met doze verklaring
niet tevreden stelde on de president de
orde niet meer kon handhaven, daar alle
afgevaardigden door elkander schreeuwden,
stelde do minister voor de vraag om te
zetten in een interpellatie, die hij zou be
antwoorden, zoodra uitvoerige berichten
van de commissie van onderzoek ingeko
men waren.
Medsfi Effendi gaf daarop een belang-