DAGBLAD VOOR AMERSFOORT EN OMSTREKEN.
No. 263.
VRIJDAG 10 NOVEMBER 1911.
8e JAARGANG
De Eeuw der Sport.
BUITENLAND.
DE EEMLANDER.
Hool<lre<lacteur: Mr. U. J. vnii Schaardenburg.
Abonnementsprijs:
Per jaarf 4.Franco per
post id. 15.60. Por 3 maanden id. f 1.Franco per post
id. f 1.40. Afzonderlijke nummers f 0.05.
Bureau: KI.KIXK H AtJ 6. Telel. Intere. 18».
Prijs «Ier Advertentiën:
Van 1 tot 5 regels f 0.40. Voor iederen regel meer f 0.08.
Buiten het Kanton Amersfoort per regel f 0.10. (Bij
abonnement belangrijke korting).
Tot plaatsing van advert, en reel, van buiten tiet kanton Amersfoort in dit blad is .uitsluitend" gerechtigd hol Alg. Binnen- en Buitenlandseh Advert.- bureau D. Y. ALTA, Warmoesstr. 76- 78 Amsterdam
Wij levon in de eeuw der sport!
Of wij ons hierover moeten beklagen
Wij geloovon van niet. De waarde van
lichaamsoefening door sport en spelen is
niet te onderschatten. Het nut ran gym
nastiek word reeds lang erkend: gymna
stiek is 'n punt van overheidszorg gewor
den. Maar de moderne spottbeoefening wil
er bij velen nog niet in.
De sport zelf is misschien zoo oud als
de wereld. Zij stond in hoog aanzien by
Grieken en Romeinen. Wij behoeven slechts
te herinneren aan de vierjaarlijksche Olym
pische spelen en de Romeinsche gladiatoren
kampen en wagenrehnenja, zelfs 'n oer
vorm van 't voetbalspel is teruggevonden
in Oud-Engeland en bij de Chiueezen. In
de Middeleeuwen bloeiden allerlei volksspe
len, die echter in onze dagen voor 't
meOrendeel niet meer onder 't begrip sport
gerekend zonden worden.
Met het op den voorgrond stellen van
wetenschappelijke kennis is al te zeer
samengegaan vcrwaarlooziDg van de
lichaamsoefening. Het moet erkend worden,
dat in de vorige eeuwen het „mens sana
in corpore sano 'n gezonde geest in 'n
gezond lichaam niet voldoende tot z'n
recht gekomen is.
Than» is echter 'n opleving ingetreden,
'n opleving, neen meer dan dat, de sport
heeft niet alleen het verloren terrein her
overd, maar ook op nieuw gebied de hand
gelegd.
Naast het lichamelijke nut, zijn wij ook
overtuigd van de sociale beteekenis der
Bport.
'n Gezond, jong geslacht kan niet anders
dan de gemeenschap ten goede komen.
„Knappe kinderen", die zonder ophouden
met geleerdheid volgepropt worden, eindigen
maar al te vaak als huisbakken kamerge
leerden, die van het leven buiten hun
studeercel geen notie hebben.
Jongelui van middelmatigen aanleg, die
niet aan sport doen en in de studie alleen
geen bevrediging vinden, zoeken den tjjd
te dooden met allerlei lectuur van twijfel
achtige waarde of met andere onnutte, ver
slappende bezigheden.
De vrjje, ongedwongen omgang daaren
tegen niet alleen voor en na de school
uren met de eigen klasgonooteD, maar met
jongens van verschillende ontwikkeling en
lovensriehting, geeft mensshen- en wereld
kennis, vormt karakters. En zonder men-
schenkennis en persoonlijkheid slaagt men
nu eenmaal niet in het leven.
Waar nu toch vrijwel iedereen van de
waarheid dezer dingen overtuigd is, rjjst
de vraag: „waarom zijn er dan altijd zoo
velen, die de moderne sport afwijzen'?
Wg leven in de eeuw der sport, en de
sport der eeuw is voetbal. Met name op
deze sport zijn velen zeer gebeten.
Niet geheel zonder reden, want er is
geen andere sport, waar zooveel overdrij
ving valt waar te nemen als in het v*et-
Hoezeer wij de sport waardeeren, is het
voor ons toch dn vraag, of dau de nadoe
len niet gaan opwegen tegen de voordeeleu.
Dal het soms wild toegaat en ongeluk
ken niet tot de zeldzaamheden behooren,
willen wij aan de onbezonnenheid van 'n
enkeling wgten; maar er zijn andere dingen,
die onder 't oog gezien dienen te worden.
Wjj willen slecht6 enkele punten aan
stippen. Het is geen geheim, hoe in vele
plaatsen, waar meerdere voetbalclubs be
staan, de clubhaat soms hevig woedt; hoe
daardoor de waardeoring voor het spel
van de tegenpartij geheel rerloren gaat,
tot schade van de sport, tot schade vaode
karakters, 'n Dergelijke verstandhouding
kan niet veredelend werken.
'n Ernstigere grief is wol deze, welke
de overdrijving op haar rekening heeft:
om zooveel tnogolgk zich aan hun gelief
koosd spel te kunnen wijden, worden vaak
andere dingen, die waarlgk niet minder nut
tig zgn dan sport, verwaarloosd.
In 't jongste nummer van de sportkroniek
trof ons 'n artikel van den heer Kip6, lid
van 't Hoofdbestuur van deD Nederl.
Voetbal Bond, die eenige zeer behartigings-
waardige opmerkingen ten beste gaf. Ook
hg klaagt over de overdrijving:
„Die overdrgving uit zich, althans bg
lichaamlijk krachtige jongens, niet in de
eerste plaats in het te veel spelen, maar
veel meer daarin, dat hun geest door
voetbal geheel in beslag wordt genomen.
Vraag dienzelfden jongens, die 's |Maan-
dagsochtend8 om 8 uur al voor eeD kiosk
staan om een ochtendblad te koopen,
eens iets waar hun algemeene ontwik
keling uit zou kunnen blijken, iets over
litteratuur, geschiedenis of oeconomie, ge
zult er sems versteld van staan. Den
competitiestand kunoen ze droomen, maar
Hildebrandt wordt misschien naar de 17e
eeuw verplaatst, Bismarck is onbekend
en Tripoli wellicht in Spanje gezocht. Ik
zeg niet, dat ze allen zoo zijn, maar zoo
zgn er en die, misschien zelfs betrekke
lijk weinigen, zijn het, die ons spel in
sommige kringen in miskrediet brachten.
De verantwoordelijkheid hiervoor uitslui
tend te laden op onze clubbesturen zou
zeer onbillijk zijn, ook de inrichting van
ons onderwgs en vooral de sportjourna
listiek hebben schuld."
Wg zijn het met den schijvervolkomen eeDs.
Werd tot voor betrekkelijk korten tijd do
lichaamsontwikkeling te veel verwaarloosd,
thans dreigen velen in het tegenovergestelde
euvel te vervallen en van lichaamsoefening
alle zaligheid te verwachten, misschien ten
koste van de algemeene ontwikkeling. En
in het leven is 't toch de laatste, die de
hoofdrol speelt.
Sport ten koste van algemeene ontwik
keling achten wij uit don boozo, daar even-
zcer tot eenzijdigheid leidt alv kamergeleerd
heid zonder wereldkennis.
Om aan alle eenzijdigheid te ontkomen,
is er slechts één recept: harmonische ont
wikkeling van lichaam, geest en karakter.
De Marokko-Overeenkomst.
De Overeenkomst tusschen Frankrijk en
Duitachland, in zake Marokko, is eindelgk
openbaar gemaakt. Men kan de kaart van
Aftika herzien.
Thans zijn in beide lauden do regeeringen
bezig het verdrag aannemelijk te maken.
Want én in Frankrgk én in Duitachland
waien er, die andere bepalingen gewenscht
hadden.
De tegenstanders van de overeenkomst
in Frankrijk hadden Marokko eenvoudig
willen behandeld zien als een wingewest,
het eigondom van do republiek, die daar
mocht doen en laten wat zg goedvond,
het naar inou zegt rijke land exploitecren-
de zonder dat vreemden zich daarmede
hadden in te laten. Thans is men genood
zaakt geweest de deur open te houden
voor den handel van alle landen en zij
hadden de deur willen sluiten. En vervol
gens hadden zg van meet af veel tegen
de vergoeding aan Dnitschland, tegen dén
afstand van een deel van het Fransche
Congogebied. Dit werd beschouwd als
bijna landverraad.
De eerste minister Caillaux heeft cene
poging gedaan om den tegenstand te breken.
Zondag hield hij te Saint Calaia eene
groote rede. Hij sprak zeer kalm en
zonder die groote woorden, die te dikwijls
in Frankrijk en ook wel older9 worden
gebezigd. Hg toonde aan dat en waarom
men dit verdrag had moeten sluiten, waar
mede beide volken zich met eere konden
vereenigen, dat oen blijvende oorzaak van
conflicten wegnam en du6 zeer in het belang
was van den Europeescheu vrede. En
de bladen die zijne rede bespreken,
zgn het op zeer enkele uitzonderingen na
men den minister eens.
Het zal de Duitsche regeering meer
moeite kosten hare tegenstanders te over
tuigen dat zij uict anders handelen kon
dan zij gedaaD heeft, Want deze tegen
standers zijn zeer talnjk. Het altreden van
den heer von-Lindequist als hoofd van de
koloniale afdeeliog wordt sterk geëxploi
teerd tegen den heer von Kiderleu Wachter,
die men behandelt als eeu uiterst middel
matig diplomaat, en den Rijkskanselier,
op wien men bovendien veel aan te merken
heeft. Het Marokkoverdrag is een nieuw
wapen in de hand der oppositio. De heer
von Bethmann heeft nog onlangs in eene
lange rede zijn conservatief gemoed gelucht;
de liberalen zijn gerechtigd tot de meening
dat hij de beschermer is van huune vyaD-
den. Maar wat de Marokko-overeenkomst
betreft zijn zij verdeeld, hoewel de meer
derheid vindt dat men beter voorwaarden
had kunnen bedingen. De AI Duitschers
echter zgn geheel onhaudelbaar. De heer
von BethmannHollweg heeft het bg hen
verkorven. Gelukkig voor hem beteekenen
zij in de politiek niet veel.
Nu gaat het; in Duitschland tegen de
verkiezingen. Men is reeds druk bezig met
die voor to bereiden. In de veikiezings-
periode spreekt men altyd luider dan
anders en dit dienen wij in het oog te
houden bg do lezing dor Duitecho bladen
die op het oogenblik den Rykskanselier
behandelen alsof hij eeu halve idioot waro
en kwaadaardig bovendien, ffij is dat niet.
Maar hij verkeert in moeilijke omstandig
heden, waartegen hij niet is opgewasson.
Want zoo geen minderwaardige, een genie
is do lange heer von Bethmann ook niet.
Wat zal de Duitsche Rijksdag, wioc
men het tractaat niet tor goedkeuring wil
overleggen, maar die er toch van spreken
zal, zeggeu van het resultaat der lange
onderhandelingen?
Het antwoord hierop kan dan jreetk
gedeeltelijk worden gegeven.
De Rijkskanselier heeft gisteren een
uur gesproken. Nooit in de parlementaire
geschiedenis, van welk land ook, zal het
voorgekomen zijn, dat do verantwoordelijke
regeeringspersoon eeD exposé gaf van een
zoo beteekenisvolle politieke en diploma
tieke actie als voor Duitschlard het Ma
rokkoverdrag is, en dat zijn woorden, voor
zoover zg niet met een honend gelach,
een sarcastisch bravo of een vinnig „zeer
goed" ontvangen werden, zoo afkeurend
kalm aangehoord werden. Nadat de heer
on Bethman Hollweg gesproken had,
op het laatst met warmte en overtuiging
in zijn stem, kwam er geen hand op
elkaar. Het bleef ijzig koel in de zaal.
Alleen werd er links wat gelacheD. En
dat niettegenstaande hij don leden van
den Rijksdag aan het verstand trachtte te
brengen, hoeveel voordeel Duitschland toch
bg deze transactie heeft. Hoe de Rijks
kanselier ook sprak, eerBt zenuwachtig,
daarna wat kalmer, vervolgens met meer
warmte, later zelfs met ietwat overtuiging,
of hij provoceerde direct togon-proclamaties.
Steeds werd de indruk gewekt, dat deza
zaak door de regeering niet goed te
praten is. Het geheele exposé, de geheele
redevoering miste dan ook volkomen de
bedoelde uitwerking.
In de zitting van gisteren is ook duidelijk
gebleken, wat reeds niet heelemaal meer
geheim was, dat de Kroonprins het verdrag
sterk afkeurt en het wat de Marokko
politiek betreft niet eens is met den Rijks
kanselier en den Keizer!
Toen namelijk gisteren het Rijksdaglid
v. Hertluz zijn redevoering besloot mot de
verklaring, dat het nuttig zou zijn wanneer
eens van autoritaire zijde niet alleen op do
vredelievendheid van Duitschland, doch
ook op zijn kracht en zijn gereedzijn voor
den oorlog met nadruk gewezen werd,
knikte de kroonprins die in .'e loge aan
wezig was, met groote levendigheid toe
stemmend.
Nadat de heer v. Heydebrand de offl-
cieuse mededeeling van het ontslag van
Yon Lindequist sterk gecritisecrd had,
knikte de kroonprins weeerom naar v.
H.'s zijde.
„De Rijkskanselier heeft gezegd, dat
het verdrag leiden zal tot een goedo ver
standhouding met Fraukrijk. Ik begryp,
dat Frankrgk zich thans beat gevoelt."
Wederom gaf de kroonprins zgn instem
ming te kennen. Hij knikte ook met het
hoofd toen er over werd gesproken, dat
Lloyd George niet voldoende op de vingers
getikt was door (1- DuitBche regeering.
Aller oogen waren op den kroonprins
gevestigd en toch bleef hg openlgk demon-