Katholiek Nieuws- en Advertentieblad
Ik' rozenkouiugin.
No. 5.
Zaterdag 3 Mei 1890.
Vierde Jaargang.
DE EEMBODE
voor Amersfoort, Apeldoorn, Baarn, Barneveld, Blaricum, Bussum, Driebergen, Eemnes, Harderwijk, Hilversum, Hoogland,
Laren, Leusden, Xaarden, Xijkerk, Soest, Stoutenburg, Veenendaal en Zeist.
Verschijnt eiken ZATERDAG.
Abonnementsprijs per drie maanden:
Franco per postf 0,40.
Afzonderlijke nummersf 0,05.
BureauKrommestraat, F 241, Amersfoort.
Uitgave van de Vereeniging De Eembode.
Prijs der Adrertentiin:
Van 1 tot 6 regelsf 0.30
Voor iederen regel meer- 0.05
Correspondentie:! en Advertentie» mosten uiterlijk Vrijdagavond
Bismarck in ruste.
n (siot.)
Bij de herinnering aan den Kerkdijken
strijd zal het gemoed van den weleer
zoo machtigen Vorst von Bismarck,
zich wel hel tneesl geschokt gevoelen,
en zijne onrechtvaardige gruweldaden
hem de grootste verwijtingen doen. Dan
zal hij in zijnen geest de bisschoppen
en priesters als misdadigers ntar de
gevangenis zien sleuren of ais rustver
stoorders van den vadcrlandschen bodem
verwijderd worden. Dan zal hij zich te
binnen brengen, hoe uit de kerken,
waarin de H. Geheimen werden gevierd,
de levende God moest worden verdre
ven, om ze aan scheurmakers af te
staan. Maar vooral zullen de zuchten
en smartkreten der stervenden, die, door
zijn toedoen van de genademiddelen
onzer Moeder de H. Kerk verstoken, de
eeuwigheid zijn ingegaan, omdat hunne
herders en zielzorgers hun ontnomen
waren, zijne ziel komen benauwen en
hem meedoogenloos blijven vervolgen.
Niet minder zal de herinnering hem
drukken aan de dagen, waarin hij zich
machteloos begon te gevoelen in zijn
strijd tegen de Kerk van Christus. Zijne
klacht in het Duitsehe Parlement: .ik
ben moe, doodmoe," bewees, dat hij
dezen kamp toen reeds hopeloos achtte.
Zijn eenige troost in die dagen was,
dal zijn Keizer, als de dienaar zijn ambt
wilde nederlegen, .dat nooit" liethooren,
maar toch, dit belette niet, dat von
Bismarck zich overwonnen moest verkla
ren. Hij werd gedwongen zich terug te
trekken, en de Katholieke Kerk begon
van lieverlede weder hare oude stellingen
in te nemen.
Inde gedenkschriften, welke de verslagen
held aan het nageslacht mag aanbieden,
zal hij, willen zij met de waarheid
overeen komen, van dien stond bijna
niets meer dan nederlagen te melden
hebben. Wel kon hij zich nogmaals in
den strijd verlustigen, maar daarmede
FEUILLETON.
Een der bekoorlijkste zoowel als der. ondsle
volksfeesten in Frankrijk was het zoogenaamde
rozenfeest, dat, eren als zoo menig ander schoon
gebruik uit oude tjjden, nu waarschijnlijk reeds
lang door den alles nivelleerenden tjjdgeest van
materialisme en revolutie van de lijst der feesten
is geschrapt
De instelling van hel rozenfeest wordt toege
schreven aan den H. Hedardus, Bisschop van
Nojon, dat gelagen ia in Picardië, eene der noorde
lijkste provinciën van Frankrijk; en dal dit feest
van zeer ouden datum ia, blijkt daaruit, dat deze
groole bisschop leefde tusschen 475 en 545, in
welk laatste jaar hij in geur van heiligheid
overleed. Het was nameljjk zjjn wensch, dat
op den 8sten Juni van elk jaar dat meisje van
de stad Salcncj, hetwelk door alle inwoners voor
het braafste en deugdzaamste verklaard werd.
in de kerk van het plaatsje met een krans
van witte rozen zon gekroond worden. Tevens
sou het den vereerenden titel van rozenkoningin
dragen en eenige goudstukken ten geschenke
ontvangen.
Het volk van Salency verkoos, rooals de
overlevering meldt, tot eerste rozenkoningin de
zuster des Bisscbops wegens haren v'ekkeloozen,
reinan levenswandel an hare weldadigheid voor
moest ltij juist trachten te vernietigen,
wat hij door zijne rampzalige kerk
vervolging itad aangekweekt. Den gods
dienst had ltij verdrukt, en juist daar-
doot ontlook liet socialisme met des
te sterker kracht. Hiertegen werd nu
zijne macht beproefd, maar om zijn val
Ie verhaasten. Toen kwamen de dagen,
waarop deze dwingeland hulp [en uit
komst moest gaan zoeken in zijne moei
lijkheid met Spanje, bij den door item
zoo vervolgden Stedehouder van Christus.
Ken heerlijk feit in de geschiedenis, maar
een vonnis houdt liet in voor den ge
wezen Duitschcn Itijkskanselier.
Dan konten de herinneringen aan het
verlies van zijn Meester, den ouden
Keizer Wilhelm I. Maar ook dan treedt
zijne houding legen over zijn nieuwen
Monarclt Keizer Fredcrik des tc schriller
in liet licht. Dezen edelen Vorst, die bij
zijne troonsbeklimming reeds door den
dood was aangegrepen, werden zijne
laatste levensdagen door zijn dienaar
zooveel mogelijk vergald. Keizer Wilhelm
had Von Bismarck naast zich geplaatst,
en deze dienaar wilde die plaats blijven
behouden, toen Keizer Frederik het
Duitsehe Rijk beheerschte. Zijn macht
was immers onbetwistbaar. Vanduar
die onstuimige, hartstochtelijke uitingen
van den Itijkskanselier, als hij meende
daarin te worden tegengewerkt; dan
spaarde ltij niets, of niemand. Zijn haat
tegen de gemalin van den kranken
Keizer, in wie hij eene vijandin meende
te bespeuren, gaf hij lucht, waar de
minste gelegenheid zich daarloe leende.
Maar nimmer kan hij zich beroemen in
dezen treurigen strijd overwinnaar te
zijn geweest.
Daarna komt de herinnering aan den
tijd waarop hij andermaal een nieuwen
Meester huldigen kon, maar ook aan
de dagen, waarop verschillende schande
lijkheden op zijn bevel werden voltrokken.
Het Dagboek van den ten grave gedaalden
Keizer Frederik werd eene gereede
aanleiding om den doode bedektelijk te
smaden, en tegelijk om zijne tegenstanders
te verguizen en te vervolgen. Zou hij
de armen. Tol op den dag van lieden ziet
een uit steen gehouwen beeld, dat den Bisschop
voorstelt, zijne voor hein knielende zuster de
rozenkroou op het hoofd zettende.
De maagd, die tot rozenkoningin zou ge
kroond worden moest tusschen de achttien en
vijfentwintig jaren oud zijn, en minstens acht jaren
in Salency gewoond hebben, leder meisje, dat als
rozenkoningin gekroond werd. mocht haar
geheele leven door, zoowel voor als na haar
hawelijk, bjj ieder kerkelijk of volksfeest als
onderscheidingsleckeo eene witte roos op hare
borst dragenen wanneer zjj kwam te sterven
gelegd en een tweede krans er op, om na de
begrafenis in de kerk opgehangen te worden,
totdat zjj verflenst was, tcrwiil haar naam dan
werd ingeschreven in een stamboek tot eene
voortdurende gedachtenis. Verder was liet do
plicht der oudste nog levende rozenkoningionen
om in de lente een rozenstruik te planten op
het graf der overleden zuster, en die voortdurend
te verplegen.
Koning bodewijk XIII gaf voor liet rozenfeest
in Salency een fonds, en bepaalde, dal de
intresten daarran moesten aangewend worden
lot aanschaffing van een zilveren ring en een
blanw zijden lint, om die aan de kroon te be
vestigen. Leden van het koninklijk huls,
hovelingen en hooge beambten der Provincie
■verschenen dikwijls opdat schoonejaarlijksche
feest, en beschouwden liet als eene groole eer,
de rozenkoningin naar hel altaar te mogen
niet gaarne over deze historie een
sluier willen werpen, opdat ze verborgen
kan blijven voor het nageslacht?
Weldra volgde toen de eene politieke
nederlaag op de ander. Zoowel opbinncn-
als op buitcnlandscli gebied was zjjn
politiek niet bijsier gelukkig. De omhelzing
van tien berucliten Italiaan, C'.rispi,
schijnt hem geen geluk te hebben
aangebracht. Hij, die zich waande groot
te zijn, moest oen aarlsrevolutionnair
aan het hart drukken; dat alles heette
ter bevordering van een bondgenootschap,
waarmede de gevaren voor het Duitsehe
Rijk werden afgeweerd. Zoover was hel
toen reeds gekomen. Hel incident met
Zwitserland bracht hem mede nader
lol zijn valhet verschil van zienswijze
tusschen hein en Keizer Wilhelm voor
spelde toen alreeds weinig goeds in de
toekomst.
Wat er in liet begin van het jaar
1890 is geschied, zal de aangrijpendste
herinneringen bij Von Bismarck blijven
opwekken. Nog hoopte hij stand tc
kunnen houden op de hoogte, door Item
ingenomen. Doelt het uur van Gods
gerechtigheid sloeg; zijne vernedering
was vaslgcsleld. De verkiezingen voor
den Duitschon Rijksdag hielden eene
veroordecling in van zijne politiek.
Toen was zijn uur geslagen. Wei scheen
hij in den beginne nog de hoop te
koesteren den storm, die boven zijn
hoofd begon op te steken, af te wenden of
te trolsccren, maar spoedig zag hij in,
dal zulks niet meer mogelijk was. Hij
moest buigen, en ltij boog. De groole man
vroeg ontslag uit zijne betrekking; de
Keizer verleende het, en daarmede trad
von Bistnarck voorgoed van het politieke
tooneei.
Hoe bitter moest hij daarna gevoelen,
dat alles veranderd was. Wal voorlteen
niet dan met de grootste verbazing zou
vernomen zijn, werd toen met de grootste
kalmte behandeld, als gold het eene
dagelijksche gebeurtenis. Niet de minste
schokking werd in den poiitieken toestand
van Europa opgemerktalles ging
geleiden, waar haar de kroon moest opgezet
worden door den pastoor der parochie, en
menigmaal koos de heer dos kastoels, dot in
de nabjjheid lag, zich eene echtgenoole uit het
getal der rozenkoninginncn.
Zoowel het schoone denkbeeld als de welda
dige invloed ran het feest waardoor de deugd
zoo schitterend gëeerd, hare schoonheid zoo
degelijk aangetoond werd, gaf aan eenige Duit
sche vorsten aanleiding, hetzelfde feest binnen
het einde van de achttiende eeuw werden er
rozenfeesten gehouden en rozenkoninginncn ge
kroond in Thuringen, Saksen en in eenige stre
ken van Oostenrijk. Christina von Hagen in het
hertogdom Hohenstcin, een dame met dichter
lijken aanleg, gaf hevel, dal bjj ieder rozenfeest
binnen hare landen een voor die gelegenheid
toepasselijk gedicht zou voorgedragen worden.
Den 6den Juli 1774 plaatste zjj eigenhandig
de witte rozenkroon op het hoofd der gekozen
rozenkoningin. Op liet blauwe lint waren de
volgende regels van het fecsigedicht met witte
zijde ingeslikt:
De schoonheid dezer rozen is vluchtig en
De deugd alleen zal leven en zaligheid
doen erven.
Dans en drinkgelagen waren bjj het rozenfeest
streng verboden en dal was verstandig: de
rozenkroon toch was do prjjs van de deugd;
en niemand heeft ooit kunnen beweren, dat
dans en drinkgelagen bcvoiderljjk zijn voor de
deugd, lntusschen geschiedde bet toch menigen
bedaard, en zonder de minste ongerust
heid te doen blijken, zijn gewonen gang.
Zelfs in den Rijks- en Landdag werd
zijn heengaan zonder groote belangstel
ling der leden aangekondigd. Geen enkel
woord van hulde werd gebracht bij liet
aftreden van hem, die door zijn mach
tigen invloed en zijne talenten in deze
Kamers van Afgevaardigden zoo luister
vol had geschitterd.
Het afscheidsbezoek bij zijn Keizer
zal hij von Bismurck als eene treffende
episode in zijne herinnering blijven
voortleven. Mogelijk zal men nimmer
het juiste vernemen van datgene wat
tusschen deze beiden toen is voorgevallen.
Maar zeker is het, dal de Pommeraan
toen eerst recht zal gevoeld hebben,
wat het recht van den sterkste wel tc
beteekenen heeft. Toen werd hij gewaar,
dat een hoogerc macht dan de zijne in
Duitschland bestaat, eene macht waar
voor zijne macht moest wijken en ten
ondergaan.
Nu al de grievende en vernederende
herinneringen zal de hulde, op zijn 75sten
verjaardag hem aangeboden, zeker wel
zjjn leed nog een weinig hebben komen
verzachten. Van verschillende zijden wer
den hem toen, als oin het bittere zijner
vernedering een weinig te temperen,
de vleiendste loftuitingen gebracht. Maar
loeit zal hij waarschijnlijk in de schitte
rende serenade der Hamburgers met
hunnen fakkeloptocht liet juiste beeld
van zijnen toestand hebben gevonden,
toen zij, du fakkels op eene hoop werpende,
deze in rook en vlammen deden opgaan.
Aan een zijner vOreerders althans moet
hij dan ook hebben gezegd: „Ja, 'twas
een eerste-klasse begrafenis," een bewijs
dus te meer, dat hij zijn toestand
volkomen is bewust.
Eene gebeurtenis uit de geschiedenis
van dezen groolen Duitsclier zal zonder
twijfel indruk maken tot op het verste
nageslacht. Van zijne tnacht ontheven,
scheen ook hij de ijdelheid en onzekerheid
der wercldsche grootheid in al hunne
zwaarte te gevoelen. Waar heen zou hij
keer, dat de vorst of ds slotvoogd, in wiens
gebied het feest plaats vond, ter eere der ro
zenkoningin tracleorde, en eenige landelijke
bewoners van het plaatsje, zoowel oud als jong,
deelnamen. Zoo kwam hel allengskens, dat de
heer des kasleels een woordje mede te spreken
had bjj de keuze dor rozenkoningin en niet
altijd viel dien tengevolge de hegeerlijke schoone
prjjs aan degene ton deel, die hem verdiende.
Hel was op een pracliligen Juniinorgen in
het vreedzame stille Salency. De duizenden
bloesems aan de oude lindcbooinon, die eene
schaduwrijke allee vormden van af de kerk
hunne aangename geuren, en I.ct lied der vo
gels in de takken klonk ongewoon schoon en
bekoorlijk. Hel was in liet jaar 1788, en
Sl. Nedardusfeest, tevens hel feest der rozen
koningin. Onder de boomen en tusschen strui
ken en bloemen tag men groepjes van in 't
wit gekleeds meisjes voor een laag gebouwd
huisje staan, dal met zjjne witte mursn en
omkranst door klimop en wjjnatok er werkelijk
allerliefst uitzag. Zwuluwen nestelden ongestoord
onder de dakgoot, en in den tuin voor het huisje
stonden honderden schoone planten in bloei,
waaronder de welonderbouden rozenstruiken
het meest uitmuntten.
„Gretha", zeide een der meisjes, .denkt gij
ook niet, dal onze arme, lieve vriendin Sylvia
Lablache heden menig traantje zal riolen,
omdat niet zjj maar de Irolsche Hurbmse
Rigaud als rozenkoningin zal gekroond worden
zijne schreden richten om de stormen
zijner ziel tot rust en kalmte te brengen
De historie verhaalt, dat de afgetreden
Duitsehe Rijkskanselier voor zijn vertrek
uit Berlijn een laalsten afscheidsgroet
gingbrengen aan de graftombe van wijlen
Keizer Wilhelm I. In volle wapenrusting
uitgedoscht als in den Fransch-Duitschen
oorlog, met liet IJzeren Kruis op de borst,
verscheen hij in de avondschemering
onverwachts met eenige dienaars bij
het mausoleum, waar hij op Wilhelm's
tombe een krans legde en, zijn gevolg
terugwijzende, eenige minuten geheel
alleen in gepeins verzonken bleef. Wat
er toen in zijne ziel is omgegaan, mogen
zijne gedenkschriften soms nog met enkele
woorden vermelden, maar zeker is het,
dat dit treffende feit menig dichter of
kunstenaar inspireeren zal.
Bij ieder oprecht Christen zal door
deze daad van Von Bismarck een
medelijdend gevoel voor dezen buitenge
wonen man worden opgewekt. In hem
heeft de God des Hemels zoo opnieuw
een voorbeeld wiljen stellen, dat Hij
het is, Die op Zijnen tijd den ootmoedige
verheft, maar den trotsaard vernedert.
In de vernedering komt de inensch
eerst volkomen tot liet besef zijner
eigene nietigheidzoo zal het ook zijn
met de gevallen grootheid te Friederichs-
ruite. Men vergete echter niet, dat zulk
eene straf zwaar te dragen valt. Moge
daarom vooral hel woord van den
dichter ook bij Item in vervulling gaan,
dan zal „de God, die neerwerpt en op
beurt, die neerslachtig maakt, en ver
troost," ook hem niet aan zjjn droevig
lot overlaten.
UIT AMERIKA.
Wij ontvangen van hooggeachte zijde
onderstaanden brief van den WelEerw.
heer I. Engbering, vroeger kapelaan te
Hoogland, thans pastoor te Lake Char
les in Noord Amerika in het diocees
Nieuw Orleans, dien we volgaarne ter
plaatsing opnemen.
WelEerwuarde Vriend.
In den laatsten brief, dien ik ran u
ontvangen heb, verzocht u mij om, als
Terwijl hel meisje aldus lothaar kameraadje
sprak, keek hel mot een blik van medcijjdea
naar een venster van het huis, waar de meis
jes voor stonden en waarin Sylvia, de dochter
van Amadeus Lablache. organist van Salency,
joist bezig was haar morgengebed te doen.
De aangesproken Margarelha, dochter van
een aanzienlijk koopman in de plaats, maakte
eene snelle, waarschuwende beweging met hare
hand en antwoordde fluisterend
.Stil toch. Maria!" Daarbij keek zü angstig
naar het kasteel, dat op ecuen korten afstand
van het stadje op eene kleine verhevenheid
stond. .Ojj weet wel, dat hel u slecht bekome»
wal gjj diar zoo even gezegd hebt. Die heelt
toch al lang beslist, dal Hurtense Higaud de
rozenkoningin zijn moest, en niemand waagt
het die keuze als fcne onwaardige te brand-
,Men mompelt", zeide stilletjes een snder
meisje uit de groep, ,dat de slotvoogd Mon
sieur Parrien boos is op de goede en deugd
zame Sylvia Lablache, omdat zjj zijne aanzoeken
met behoorlijke verachting heelt afgewezen."
.Zoo zal het wel zjjn," sprak Margarelha
weder, .Parrien moet zeker erg boos op Sylvia
zijn, anders zou hjj niet tegen haar gekant zijn,
terwjjl alle brave burgers onzer stad, met on
zen goedeo Pastoor aan het hoofd baar voor
rozenkoningin hadden uitverkoren, ledereen
keurde die keuze goed, en ook wjj weren niet
jaloersch om den voorrang, aan haar toegekend,
want Sylvia ia ons aller vriendin, een lief, brast.