Katholiek Nieuws- en Advertentieblad
No. 11.
Zaterdag 13 Juni 1891.
Vijfde Jaargang.
DE EEMBODE
voor Amersfoort, Apeldoorn, Baarn, Barneveld, Blaricum, Bussum, Driebergen, Eemnes, Harderwijk, Hilversum, Hoogland,
Laren, Leusden, Naarden, Nijkerk, Soest, Stoutenburg, Yeenendaal on Zeist.
Verschijnt eiken ZATERDAG.
Abonnementsprijs por drie maanden:
Franco per post
Afzonderlijke nummers
f 0,40.
f 0,05.
BureauKrommestraat, F 241, Amersfoort.
Uitgave van de Vereeniging De Eembode.
Prijs der Advortontiftai
Van 1 tot G regels
Voor iederen regel meer
ZIJ, die zleh vóór
1 JIXI abonneeren
op DE EEMBODE, ontvangen
de tot dien datum verschij
nende nummers GRATIS.
BUITENLAND.
In de Fransche Kamer heeft Zaterdag
weer eens een opstootje plaats gehad.
Toen de Minister van Binnenlandsclie
Zaken een ontwerp indiende tot invoe
ring van arbeiders-pensioenen, riep Dé
roulède hem toe: .bij de indiening van
een dergelijk ontwerp moest het Minis
terie de Kabinets-quaeslie stellen als
men het meende, en de zaak dringend
doen verklaren. Anders had het veel
van aanstellerij (charlatanisme).
„Gij moet noodig van charlatan's
spreken, gij lakei van Boulanger!"
werd hem nu toegeroepen.
„Verwijten van den kant van zulk
eene infame meerderheid laten mij koud!"
was Déroulède's antwoord.
Hierop noodigde de President Dérou-
lède uit deze uitdrukking terug te nemen
en toen deze dit in beleedigcnden vorm
weigerde, stelde hij voor, de censuur op
hem toe te passen.
Toen men, als naar gewoonte, met
zitten en opstaan hierover zou stemmen,
bleef lot driemaal toe de uitslag twijfel
achtig en moest de President ten slotte
het incident gesloten verklaren. De on
zekerheid kwam zoo Déroulède ten goe
de. Hoogstwaarschijnlijk waren vele le
den van oordeel, dat men zich niet le
veel aan Déroulède moet storen en wel
licht heeft ook sterk medegewogen, dat
de dichter-leveninaker ditmaal meer be-
leedigd was dan zelf beleedigd had.
Met 347 legen 85 stemmen werd als-
nu hel Regeerings-voorstel spoed-
eischend verklaard.
„Dus wat ik wenschte!" kon Dé
roulède niet nalaten op te merken, toen
de uitslag was afgelezen.
De nieuwe ongeregeldheden tusschen
Grieken en Katholieken in het H. Land
hebben den Franschen gezant Montebello
aanleiding gegeven tot het indienen van
een krachtig protest bij de Turksche
regeering.
De Porte beloofde hem, een onder
zoek in te stellen, doch de nota, waar
in hem dit werd medegedeeld, zond hij
terug met de boodschap dat hij geen
genoegen kon nemen met praatjes, en
de Porte lot aanstaanden
Maandag geen voldoening heeft gegeven,
hij Constantinopel zal verlatenDe
Porte blijft onder deze bedreiging uiterst
kalm en schijnt voor geen breuk met
Frankrijk le vreezen, zoolang de goede
verstandhouding met Rusland en Duitsch-
land voortduurt.
Bij de inzegening van de kerk van
het H. Hart te Montmartre hebben de
socialisten schandaal gemaakt. Een bende
communards met vier scharlaken kran
sen trok op, maar de politie bezette de
straten bij de kerk. De manifestanten
waren voornemens op de plek, waar op
18 Maart '71 in de rue des Rosiers de
generaals Clément Thomas en Lecomte
en den 24. Mei Varlin, generaal der
Commune, gefusilleerd werden, kransen
neer le leggen. Eenige agenten maakten
niet zonder moeite zich van de kransen
meester. Eenige oproermakers werden
in hechtenis genomen. De in beslagge
nomen kransen droegen allen min of
meer oproerige opschriften.
In de Pruisische Kamer is door den
heer Rick»rl eene motie ingediend, ten
doel hebbende hel op 1 dezer genomen
besluit betreffende de graanrechten te
doen intrekken. De regeering verzocht
evenwel, l>ij monde van den minister
president Caprivi deze motie te verwer
pen, daar zij hierover niet in discussie
wenscht te treden.
Voor de rechtbank te Bochum wordt
thans een proces behandeld, waarin de
beschuldigde, een beambte van den fis
cus, zekere Fusangel, van zijn mede
plichtige, de heer Baare, lid van den
staatsraad, voorzitter der handelskamer
vun Bochum en directeur der groote
staalfabrieken aldaar, heel wat weet te
vertellen. Hij beschuldigt Baare van ge
durende 16 jaar ten voordeeie der staal
fabrieken van Bochum, de merken te
hebben laten vcrvalschen, welke de Staat
gebruikt voor de conlrólc der sporen
en der verschillende stukken, noodig
voor het maken van locomotieven. Dit
bedrog kon aldus het leven der reizigers
in gevaat- brengen, daar de verschillen
de stukken der locomotieven, door hem
geleverd, natuurlijk van slechter hoeda
nigheid waren. De advocaat van Fusan
gel heeft belangrijke bijz: nderheden me
degedeeld. Wanneer bij voorbeeld de
controleur van den Staat de hoedanig
heid der sporen kwam nazien, deed hij
een bijzonder merk slaan op de goed
gekeurde. Intusschen leidde men op be
hendige wijze een oogenblik zijne
dacht af en nam men aanstonds met
lood den afdruk van hel merk. De af
druk werd aan den graveerder van de
fabriek gegeven, die een valsehen stem
pel maakte. Daarop werden de afge
keurde rails ingelijks gemerkt, evenals de
andere slechte stukken. Daar liet offici
eel merk dikwijls veranderde, was de
graveerder verplicht, om het bedrog te
kunnen voortzetten, omtrent 57 valsche
stempels te maken. Eindelijk kreeg de
controleur vermoedens. Maar de bestuur
der der staalfabriek legde de schuld op
een meesterknecht en de zaak had
geen gevolg. Na die onthullingen diende
Baare eene klacht wegens luster in tegen
Fusangel, maar toen liet openbaar mi
nisterie een onderzoek beval, trok Baare
zijne klacht in.
In Oostenrijk hoeft zeven jaren lung
ne verordening beslaan, die o. a. de
jury ophief en socialistische woorden en
geschriften strafbaar stelde. Als grond
daarvoor werd opgegeven, dal te Weencn
en in den omtrek talrijke misdaden waren
gepleegd en dat de Staat en de maat
schappij ernstig werden bedreigd. Reeds
lang werd dit gevaar minder ernstig
geacht, en naar middelen uitgezien om
tot int rekking dier verordening te geraken.
Eindelijk is dit gedeeltelijk geschied;
de bepalingen over huiszoekingen, in be
slag nemen van brieven, vereenigingen,
vergaderingen en nrrestatiën zonder
rechterlijk bevel zijn vervallen.
In ecu verzoekschrift van hel demo
cratische gezelschap .De Veldbloem",
te Antwerpen, wordt aangedrongen op
het vormen van een tolverhond tusschen
België en Nederland. De zaak vindt veel
bijval en wordt reeds door de Antwerp-
sche Kamer van Koophandel onderzocht.
Ook de vereeniging „Anvers en avant"
zal een adres ter teekening rondzenden
aan de kooplieden en fabrikanten.
Eene uilerste poging wordt gedaan
om de werkstaking in het Belgische
mijndistrict Charleroi, welke nog steeds
aanhoudt, tol een goed einde te brengen.
Door de vereeniging van handelaren
werd eene bijeenkomst belegd met de
burgemeesters uit de omliggende ge
meenten, ter opsporing van de midde
len om aan de werkstaking een einde
te inaken. De voorzitter deelde daar
mede, dat de werklieden afzagen van
hun eisch betreffende den achtuurs
werkdag en de loonsverhoogingzij
zouden ook geneigd zijn den arbeid te
hervatten, indien zij de zekerheid had
den, dat de patroons geen niautregelen
Uit de mededceiingen van de aan
wezige burgemeesters bleek, dat do
patroons alle werklieden zouden terug
nomen, niet uilzondering van de leiders.
Ten slotte werd eene motie aange
nomen, waarin een beroep wordt ge
daan op de welwillendheid der patroons.
Men gelooft, dat de arbeid nu Maan
dag zal hervat worden.
Eene subsidie van 100.000 francs, door
den heer Woeste aangevraagd voor eeni
ge scholen, waarin door geestelijke broo
ders onderwijs gegeven wordt, werd door
de ministers van financiën Beernacrt en
van hinnenlandsche zaken de Burletl
besl reden, omdat tengevolge der onkos
ten, veroorzaakt door de bestrijding der
werkstakingen, de schatkist te veel ge
leden had, terwijl de opbrengst der
spoorwegen aanzienlijk was verminderd.
Op Haiti is de opstand grootendeels
ten onder gebracht, doch de president
Hyppoiite heeft er geene lauweren bjj
ingeoogst. Bij geheels getallen werden
dc opstandelingen in de straten doodge
schoten. Daardoor heerscht opliet oogen
blik in de hoofdstad Port- au- Prince
groote verslagenheid, terwijl de zaken
geheel stil staan.
De vier reizigers, die na den spoor-
wegaanval te Kirkelisse door de roovers
gevangen gehouden werden, zijn Maandag
eindelijk weer vrijgelaten, nadat de ma
chinist Freudiger het losgeld van 200,000
francs had gebracht. Zij vertrokken on
verwijld naar Adrianopei.
De Turksche troepen zijn onmiddellijk
begonnen met liet vervolgen van de
roovers. Of dit nog wat geven zal, staat
te bezien, want Ie roovers treden steeds
met de grootste stoutmoedigheid op
de uitoefening van hun bedrijf. In zekere
gedeellen van Kiein-Azië kan men niet
zonder goed geleide op reis gaande
omstreken van Smyrna, Brussa en vele
andere sleden zijn zeer gevaarlijk. Zelfs
is het niet raadzaam zich eenige minuten
ver buiten Konstantinopel te wagen. Pach
ters zijn uit hunne woningen ontvoerd.
Een der invloedrijkste pacha's hoeft voor
eenige maanden een rantsoen van 1000
pond moeten betalen om een zijner jonge
zonen te reddende oudste, die weer
stand wil 'e bieden, werd voor de oogen
zijns broeders vermoord. Te Pera zelf,
in de Europeesche wijk van Konstantino
pel, zijn benden Grieken en Italianen
werkzaam; met geweld en list ontstelen
zij aan de menschen hun geld. Dc straf
feloosheid is zoo groot, dat oude bandieten,
na gemaakt fortuin, zich rustig in de stad
koinen vestigen. Dat is namelijk het
geval met Osman Psitchi, van wien men
voor 25 jaar veel gesproken heeft. In
1884 voelde hij zich te oud om nog langer
bosschen en bergen te doorloopen en hjj
onderwierp zicli aan de overheden. Men
verleende hem zonder de minste moeite
kwijtschelding en hij kon den welstind
gann genieten, dien hij verworven had
door het plunderen der reizigers. Hij
kocht een landgoed. Een ander berucht
bandiet, Nicko van Salonica, die zich ook
door vele rooverijen onderscheidde, onder
andere door liet uitplunderen van den
Engelschen kolonel Lynge, woont thans
te Larissa, Men verhaalt zelfs, dat hjj
kapitalen leent ann de bandieten, die
beginnen. Dat noemt bij .jongelingen
aanmoedigen." Nog twee andere bandie
ten, Koko en Culchegani, leven thans
rustig van dc opbrengst hunner diefstal
len, de een op Rhodus en de andere te
Ephese.
Te Londen is eene werkstaking uit
gebroken onder de beambten der omni
bussen, speciaal van de General Omni-
bus-Coinpany en van de London Road-
Gar Company. De stakers cischen, be
halve hooger loon, een werkdag van 12
uur en om de 14 dagen een vrijen dag.
Zjj kunnen vrij algemeen op de sympathie
van de zijde van het publiek rekenen
en zelfs groote mannen, zooals Kardi
naal Manning, de Graaf van Aberdeen,
Sir John Lubbock en anderen zijn voor
hen in de bres gesprongen.
Rustverstoringen in ernstigen zin heb
ben niet plaats gehad, daarentegen doen
zich andere tooneelen voor, die zeldzaam
zjjn in deze groote drukke stad. De
correspondent van het Af. v. d. D. schrijft
daaromtrent aan zijn blad:
„Hoe stil het op de straten is, ais
eenmaal de menschen, die voor cabs
betalen kunnen, weg zija, bleek mij wel
het meest hieruit, dat Maandagavond te
6 uren straatjongens zich op rolschaatsen
vermaakten op het asphalt van Cheap-
side en Moorgate Street, terwijl zij anders
zich met zijstraatjes moeten vergenoegen.
Liverpoolstreet, een voornaam eind
station voor vele omnibus-routes, zag er
heden uiterst doodsch uit, maar de
winkeliers beklagen zich niet, want de
passagiers, die anders eenvoudig langs de
winkels gereden worden, blijven thans
hier en daar stilstaan om de uitgestalde
waren te bekijken. De politie, die met
de regeling van het verkeer belast is, had
FEUILLETON.
De laatste Abbeviiler van
Durieane.
Episode uil de Engeliche kerkvervolging.
„Maar kind, wet deert u?"
.Verhevene vrouwe, verleen mijn smeeken
een genadig oor! U ben diep ongelukkig."
.Spreek. Gilda! wat is er geschied?"
„O koningin! heden nacht heed men een
jongeling in den Tower gevoerd, onder beschul
diging, dat hg de wetten heeft overtreden."
De gelaatstrekken der koningin werden stren
ger „En gij bemint dezen jongen man?"
„O meer dan ik zeggen kan, want hjj is mijn
doodgewaande broeder!"
„Uw broeder, Gilda? Ik wist niet, dat uw
vader
„Hg wist
Gildn.
zelf niet, lot voor eenige dagen,
ocht terugvinden, om hem, he-
k> spoedig wederom le verliezen."
r wat is zijne schold?"
is katholiekde koningin rimpelde
'oorhoofd,en priester", stamelde
Elisabeth zweeg, en onheilspellend was haar
blik. „En wat zegt uw vader?" vroeg zij koud.
„Gg kent bem, verheven VTonwespreekt ook
zgn hart voor Reginald, zoo huldigt hi) toch
de wet door zijne daad."
„Getrouwe dimaar! Daaraan orken ik hem.
Lord Abbeville was eenmaal een zuil mjjns
Iroons, en nog immer blijft h(j een gelrouwe
vriend; hjj vertoont zich als een tweede Brulus."
„Ach. verhevene vrouwe! Moogl gij len min
ste barmhartig zjjn! Genade lo verleenen. is hel
schoonst# voorrecht eens vorsten."
„Ik mag uw vader niet in den weg treden,
Gilda! Is de ontaarde zoon der Alibevillers in
de uitoefening van zijn goddeloos ambt gegre
pen, zoo is hjj des doods schuldig, en mjjn
woord alleen kan hem redden.
„O koningin, spreek bel dan uit! Hij is nog
zoo jong!" zoo dwaas! wilde zjj zeggen
ioeb hel stierf op hare lippen.
„Ik zal hel uitspreken, zoodra uw vader mjj
daartoe machtigt; zoo niet, dan nooit!" En zjj
hernam haren arbeid.
„Genade, verhevene vrouwe!" zuchtte Gilda.
,Gjj waart steeds zoo goed jegens mjj. Weiger
mjj deze gunst nieU"
„Bid nw vader, Gilda! In 'zijne band rust
thans bet leren ot de dood uwe broeders. Ga
nu, gjj ziet, dat ik met bezigheid ben overladen."
Gilda boog, en vast besloten, doch met de
vertwijfeling in bet harte, verliet zjj de kamer
der koningin. Op haar kamer gekomen, gaf zjj
bevel, alles voor hare afreis gereed te houden;
zjj wilde naar Durieane terug.
Lord Richard was allein in zgu geheim
trek. Vergeefs had Archibald dezen morgen
moeite gedaan om gehoor bjj htm le verkrijgen;
vergeef» getracht hem le bewegen oenig voed
sel voor zich te nemende Graaf antwoordde
niet. Hjj bleef aan het venster staan, de oogen
op den oceaan gevestigd, de handen op dc borst
gekruist. De laatste dagen schenen als maanden
over hem te zjjn heengegaan; de hittere smnrt
van eenige wokon had het werk verricht van
talrijke jaron; de trolsche man geleek een
grijsaard.
Plotseling hief hjj bet hoofd omhoog: een
geheime deur, waarvan hjj alleen meende den
sleutel te bezitten, opende zich, en Gilda Irud
binnen, bleek als de dood, een beeld van «mart
„Vader!" riep zjj en sprong onlzel terug bjj
den aanblik van zjjn verouderd gelaat.
„Gildal hos komt gg hior, en wat wilt gjj?"
„Ik koin van.de koningin, mjjn vader, en heb
voor Reginald's levensbehoud gebeden.
Lord Richard voelde, hoe hjj verbleekte en
wendde zgn hoofd af.
„Zjj heeft zg'n leven van uw oordeel afhan
kelijk gemaakt; zoo gü slechts een woord spreekt,
dan is lig gered!"
De Graaf bewoog zich niet en volhardde in
„Dierbare vader! Gjj kunt onmogelijk willen,
dat uw stamhouder als een misdadiger zal ter
dood gevoerd worden! zeg aan de koningin, dat
gjj zjjne vrijheid willl"
Nog immer zweeg hjj. Gilda gevoelde hoezeer
haar de moed ontzonk; de tranen sprongen uit
hare oogen.
„Verlang dan minstens zjjne verbanning, va-
oogen wilt zien; maar door uw zwijgen ondcr-
tcekent gjj zjjne tor dood veroordceling. Is het
ooit gehoord, dal eene dochter haar vader smeekt,
zjjn eigen zoon te redden, en dat hjj doof bljjft?
Achl ik bid u, spreek slechts Mn woord, een
enkel woord, liet zal beslissen over Reginald's
levenl"
Doch hel gezicht van Lord Richard bleef
onbeweeglijk, hjj sloeg geen achl op de smeek-
„Vndor!" jammerde Gilda. „hoort gjj mjj
dan niet? Ik smeek u voor bel kind uws har
ten, voor uw oudsten lieveling, die een smaad-
vollen dood te gomoel gaal! Hjj draagt uwen
naain; hjj is de laatste van ons rocmrjjk ge
slacht; lig is het evenbeeld zjjner moeder, die
gjj meer bemind hebt, dan de mijne! Gjj moet
hem redden, gjj zjjl toch geen Romein, geen
barbaar! slechts Romeinen en barbaten laten
Zjj had haar arm om zjjn hals geslagen, haar
schoon hoofd op zijne schouders gevleid, en z|j
gevoelde, hoe onder deze omhelzing zjjne leden
beefden, en hoe zjjn hart onstuimig klopte.
Dat gaf haar moed. ,lk weet, dat hjj dwaalt,
maar is dit niet de schuld zjjner opvoeding?
wie weet, of hjj niet zou gehoorzamen, wan
neer gjj hem lieldevol ontvangt en hem uw hart
opent? wanneer gjj hem niet van u stool en
hem de plaats vergunt, die bem toekomt? Wees
niet zoo onbaimbartig, vader! Luister naar de
stem uws harten: zjj is de ware! De koningin
Is genadiger dan gjj. Laat uwo veroordaeling
varen! Vergeel, dat gjj een medelid zjjl der En-
gelsche kerk, en laat thans de vader spreken!
vergeet, dat Reginald katholiek en priester is,
t hjj U'
n 1st
lk smeek u, verwoest loch ons beslaan niell
Reeds eenmaal heeft deze onzalige geloofsver
deeldheid uw huis met jammer vervuld; laat
hel niet voor den tweeden keer het geval zijnl"
Lord Richard rukte zich uit de arman los,
die hem omkneld hielden; hjj richtte zich in
volle lengte op en sprak, lorwjjl de jonkvrouw
bevend de woorden van zijne lippen vernam:
„hjj kan nogmaals kiezon. Zweert hjj zjjne dwa
lingen af, zoo zal hjj aan mjjn hart welkom
zjjn; zoo niet dan moet de gerechtigheid
baren loop hebben!"
„Zoo veroordeelt ook gjj bem ter dood; want
ik weet bet nu reeds, boe zjjn antwoord luiden
zal! voor uw bidden is hjj doof gebleven, nog
veel minder zal hjj terugdeinzen voor doodsbe
dreiging. En zou hjj dit doen, hjj verdiende mjjne
en uwe veraehtingl"
Zij ging naar de deur an bleef daar een
oogenblik slaan. Loid Richard bleef onbeweeg
lijk in dezelfde houding. Daar keerde zjj terug
en riep op harlverscheurendon toon: „genade,
vader! Heb medeljjden met uw kind en met
onsl In hem sterft de laatste van ous gesluchtl"
„Neen, Gildsl Liever dood dan schandel zeg
dit de koningin, en wanneer gjj kunt, ook ham!''.