Katholiek Nieuws- en Advertentieblad
mi in let Ongeluk.
No. 40.
Zaterdag 2 Januari 1892.
Zesde Jaargang.
DE EEMBODE
▼oor Amersfoort, Apeldoorn, Baarn, Barneveld, Blaricum, Bussum, Driebergen, Eemnes, Harderwijk, Hilversum, Hoogland,
Laren, Leusden, Naarden, Nijkerk, Soest, Stoutenburg, Veenendaal en Zeist.
Verschijnt eiken ZATERDAG.
Abennementsprije per drie maand»:
franco per postf 0,40.
Afzonderlijke nummersf 0,05.
BureauKrommestraat, F 241, Amersfoort.
Uitgave van de Vereeniging De Eembode.
Prijs der Advertenties:
Van 1 tot 6 regels
Voor iederen regel meer
terljjk Vrjjdagavcad
Nieuwjaar.
Ernstig en plechtig is de ure, waarop
het oudejaar ten einde spoedt en een
nieuw jaar gaat aanvangen. Dan vooral
slaat de menschheid een blik in het
verleden en onwaart met weemoed de
geleden droefheden en smarten, waar
mede de afgelegde levensbaan als be
zaaid ligt. 't Is in die indrukwekkende
stonde, dat zoo menige mensch, die,
met den geest der wereld bezield,
des te beter het ijdele van zijn streven
gevoelt, somber gestemd de bitterste
klachten slaakt, zoo treffend door den
dichter vertolkt
Ik kan niet verder slepen.
Mjjn afgestreden kracht.
Mjj heeft het hart gegrepen
De wanhoop in den nacht f
Zoo klaagt de menschheid, wier geloof
zoo jammerlijk schipbreuk leed, wier
hope te eenemale verduisterde, en
wier liefde verkwijnen ging. Of de wereld,
om haar te bemoedigen, haar al toe
roept: Geniet het leven, denk aan geen
toekomst, bevredig uwe hartstochten en
ge zult gelukkig zijnhet is alles te
vergeefs. In die gewichtige oogenblikken
gevoelt zij tot in het diepst harer ziel,
dat zij in hare ijdele verwachtingen
schandelijk bedrogen is. Beangstigd wil
zij terugtreden, nu zij andermaal den
drempel van een nieuw jaar overschrij
den moet. Maar de tijd spot met die
vrees en drijft baar onverbiddelijk voort
in den ouden cirkelgang, om den loop
des levens te v oleindigen.
Geheel andere gevoelens vervullen de
kinderen der H. Kerk, die met het
heerlijk Kerstfeest al hunne nooden en
wenschen aan de voeten van het Kindje
van Bethlehem hebben neergelegd. Ook zij
herdenken bijhet eindigen desjaarshet ver
leden, waarin hun wellicht zoo veelvuldig
hartewonden werden toegebracht, maar
met innige vreugde in de ziel, omdat
alles geleden is voor God. Al viel de
strijd ook zwaar, dit ken hen niet ont
moedigen, wijl het H. Geloof hen kwam
versterken, de hope hen altijd bij bleef
in de ontzettende raoeielijkheden en
rampen die zij somtijds moesten verdu
ren, en de liefde hunne harten tot nog
grooter slagen bleef voorbereiden. Al
werden zij, die hun zoo dierbaar waren,
van hunne zijde weggerukt, de hope op
een zalig wederzien gleed als een ver
zachtende balsem over hunne zielen,
en deed de tranen, daarbij'geplengd, al
hunne bitterheid verliezen, ja zelfs een
zoete troost worden voor hunne gefol
terde gemoederen.
Zoo vinden wij Katholieken in onze
Moeder de H. Kerk eene Troosteresse,
die ons met liefde begeleidt en versterkt
op onzen moeilijken zwerftocht des levens,
en onze zielen met een zalig vredegevoel
als overstroomt. De gedachte aan dit
geluk komt ons, bij de wisseling van
twee jaren, in die gewichtige ure, met
een vreugdegevoel als overstelpen en
doet ons dankbaar stamelenWel ge
lukkig de mensch, die in eenvoud des
harten in hel Kindje van Bethlehem zijn
heil gezocht en gevonden heeft
Evenals in het huiselijk leven heeft
ook op staatkundig gebied in het afge-
loopen jaar een strijd gewoed, die meer
malen droefheid en moedeloosheid deed
ontstaan. Ook in ons dierbaar Nederland
kwamen de politieke denkbeelden onder
de Katholieken niet altijd overeen, en
daardoor ontstond een zekere wrevel
in de gemoederen, die velen met zorg
voorde toekomst vervulde. Maar, God zij
dank vóór nog het heerlijk vredefeest van
Kerstmis werd gevierd, werden wij ver
blijd met de mededeeling, dat de eens
gezindheid onderling was hersteld, en
dat alle Katholieke Leden der Eerste
en Tweede Kamer tot eendrachtige sa
menwerking bereid werden bevonden.
De verdeeldheid heeft dus opgehouden
de liefde beeft getriomfeerd.
Waarlijk, lijdensdagen heeft onze Moeder
de H. Kerk, en ook zjj, die zich trouwe
kinderen dier geliefde Moeder kunnen
noemen, in het oude jaar doorstaan. In
de droeve klacht, door Christus' Stede
houder nog in zijne Allocutie van 14
Dec. jl. geslaakt, vindt men de reeks
van folteringen, Kerken Paus aangedaan,
in zielroerende bewoordingen geschilderd.
Wij bevinden Ons omringd door vijanden,
wier hardnekkige haat Ons bestormt en
verdrukt," zegt de H. Vader, er. in die
enkele woorden ligt eene geheele lijdens
geschiedenis opgesloten. Het goddelooze
doel, dat zijne vijanden zich voorstellen,
is volgens het woord des Pausen, ,dat
zij het Pausschap-zelf willen ten onder
brengen, terwijl zij, zoo de gelegenheid
zich daartoe aanbiedt, ter bereiking van
dat doel voor geen enkele daad van
geweld zullen terugdeinzen."
De gruwelijke feiten, nog in het jongst
verloopen jaar tegen den H. Stoel ge
pleegd, bevestigen maar al te zeer de
vermetele plannen der geheime genoot
schappen, ons door Z. H. den Paus in
al hunne boosaardigheid voorgesteld. De
verbil tering der vijanden van het
Pausschap neemt steeds toe, naarmate
de volharding, waarmede Leo XIII de
rechten der II. Kerk blijft eischen en
handhaven. Vandaar de toeleg dier ge
heime genootschappen, die volgens den
H. Vader geen andere is dan .door eene
verbitterde bestrijding het Pausdom af
te matten en, zoo mogelijk, den christe
lijker. godsdienst te eenemale uit te
roeien. Zij achten het oogenblik gekomen
om hun voornemens uit te voeren, ver
zekerd als zjj zich houden van de mede
werking, die zij zullen vinden. Immers,
zij bemerken dat geen verzet gevonden
wordt daar, waar het door hen zou
moeten gevreesd worden, maar dat veeleer
menigmaal hun streven van die zijde
wordt vergoelijkt of zelfs aangemoedigd."
.Ziedaar den staat van zaken," laat
Z. H. hierop volgen, en voorzeker moet
die diep treurig worden genoemd De
vermaning des Pausen, aan het slot zijner
Allocutie gegeven, schenkt echter troost
en opbeuring, als zjj ook door ons wordt
ter harte genomen. .Dat alle kinderen der
Kerk," aldus eindigt de H. Vader, .waar
ter wereld ook, zich rekenschap geven
van de plannen, die tegen hun godsdienst,
m inzonderheid tegen den Apostolischen
Stoel, worden gesmeeedlaten zij allen,
len innigste met Ons vereenigd, zich
beijveren om tegenover de driestheid der
goddeloozen hun standvastig verzet te
stellen, vertrouwende op God, in Wiens
goedheid, en macht boven alles Onze
hoop gevestigd is."
Zoo treden wij dan weder onder
hojiend opzien ten Hemel het nieuwe
jaar in, al weten wij ook dat strijden
ons kinderen der katholieke Kerk te wach
ten staat. Niets kan dan ook onzen moed
doen wankelen, nu de Stedehouder van
Christus, de Paus-Koning Leo XIII onze
aanvoerder is. In gesloten gelederen
zullen wij ons blijven scharen om den
standaard des Kruises on alzoo een
ringmuur vormen ter bescherming van
Christus en Zijne Kerk. Aangemoedigd
door het onfeilbare woord des Pausen
moet in ons die geest zich openbaren,
zoo verheven door den dichter geschetst
in de volgende strophe, waarin tevens
onze welgemeende wensch van een ge
lukzalig Nieuwjaar aan onze geachte
lezers ten volle staat uitgedrukt
Daar staat hij jong en krachtig
De inenschengeesl in 't licht.
Hel beeld van God almachtig
Op 't stralend aangezicht
Geen vreezen en geen zorgen,
Den hemel in het oog.
Zoo zingt hg tot den morgen
.Naar omhoog, naar omhoog!"
O Dr. Schaapman, Onze Wachter, jaarg.
BUITENLAND.
Ter gelegenheid van het Kerstfeest
hield Z. H. de Paus eene receptie, waar
bij hij op de toespraak van Kardinaal
Lavalelte het volgende geantwoord heeft.
.Het is om te voldoen aan den plicht
van mijn apostolisch ambt en aan mijn
vurig verlangen om een groot deel der
lijdende menschheid te helpen, dat Wij
besloten het moeilijk vraagstuk ter i.and
te nemen, dat de sociologen verdeelt.
Waar zooveel moeilijkheden zijn opeen
gehoopt, hebben Wij in onze encycliek
een wezenlijke oplossing voorgesteld,
zonder daarom onze taak op dit gebied
als geëindigd le beschouwen. Het is om
eene toenadering teweeg te brengen tus-
schen patroons en werklieden, dat Wij
de Fransche pelgrims toespraken als we
deden welke pelgriutsbeweging plot
seling op schandelijke wijze is gestuit.
.Vooral die menigte moet gevreesd
worden, welke zich buiten de kerk houdt.
Daar vindt men de ware oproermakers.
.Het woord des Pausen is een woord
van vrede en van gerechtigheid. Patroons
en werklieden moeten denken aan de
banden, die hen verbinden, en, in plaats
van elkaar te bestrijden, elkander veel
eer als broeders liefhebben.
.Wanneer de Paus zijne waarachtige
onafhankelijkheid verlangt, dan doet hij
daarmede een uitnemenden dienst aan
de zaak van orde en vrede. Maar de
vijanden van het Pausdom, die het ver
nederd willen zien, bestrijden tot zelfs
zijne edelmoedigste ondernemingen.
.Zoo heeft men zelfs getracht zijnen
weldoenden invloed in zake dc afschaf
fing der slavernij tegen te werken. Maar
dit alles zal het Pausdom niet beletten
zijne roeping in de wereld, hem door
de Voorzienigheid opgelegd, te vervul
len, een taak des vredes en des
heils, en het zal die vervullen ook voor
het welzijn van hen, die het bestrjjden.
Een droevig ongeluk heeft plaats gehad
in de Engelsche Koninklijke familie. Toen
de Hertog van Connaught Zaterdag bij
Osborne met zijn zwager, Prins Christian
van Sleeswijk-Holstein-Sonderburg-Au-
gustenburg, op de jacht was, had hij
het ongeluk hem een deel van eene
lading hagel uit zijn geweer in het aan
gezicht te jagen, met het ongelukkig
gevolg, dat het linker-oog geheel moest
worden uitgenomen. De toestand van
den Prins is overigens bevredigend.
Bij de verkiezing te Waterford in
Ierland is het den anti-Parnellisten niet
gelukt hun bekwamen leider Michaëll
Da vilt te doen zegevieren. Hel district
blijft dus voorshands aan de zjjde der
Parnellisten, hoewel dit voor hen geene
overwinning is, aangezien de vorige af
gevaardigde eveneens tot die partij be
hoorde. Het is trouwens de eerste maal
na de scheiding dat zij eens geen neder
laag lijden.
FEUILLETON.
6) .0 Fernand," zeide Anton met eene uit
drukking van innige droefheid, .ons our ia ge
slagen!.... wjj moeten dus sterven."
.Heb tertrouwen," sprak Fernand, zijne hand
drukkend, ,wjj moeten leven, leven voor God;
leven voor elkander. Wjj moeten troost zoeken
in het gebed, onze smarten verlichten door ze
te deelen, door er aan lacht te geven, gij aan
my, ik aan o."
.Heiaas!" zeide Anton, .hoe zon ik u kannen
helpen, ik, die zelf ternauwernood mij stasnde
kan honden Ach Fernand, waar zullen wjj, ver
zonken in bel ongeluk, een veilige rustplaats
vinden. Wie toch weet, hoe wjj ljjden Welke
bevriende macht zal oaze kluisters verbreken
Wie ter wereld denkt aan ons?"
.Foei, mjjn vriend," zeide Fernand op licht
verwijtenden toon, ,hond op met klageo: mis
schien zal er onverwacht hulp voor ooi opda
gen van deo kant dier mannen, die zich gewijd
hebben aan de verlichting van het lol der on-
gelukkigen. Zjj hebben zich gevrjjd aan het
groole verlossingswerk der slaven, en leiken
jare bekomen eenigtn deter de zoo lang ge
lijke bulp ons ontbrak, laat ons dar
wanhopen. God, mjjn vriend, waakt
Hjj verdedigt onze belangen. Anton, i
toch niet
>n Hg, die
den storm opwekt, hem ook niet weder doen
bedaren? en kan de Almachtige bet zwaard,
dat boren ons hoold hangt, niet wegnemen?"
.Ja, Fernand," sprak Anton, .dat alles ia
waar, maar heelt de sabel der barbaren het
hoofd der christenen gespaard? Hebt gjj de
jjzeren pnnthaken en hunne tropeeén ver
gelen?"
.Beste Anion, tracht toch niet de Voorzienig
heid tegen te streven en ons den eenigen troost
in ons ongeluk weg te nemen. Te midden van
de smart, die ons overmant, toont mjjn gods
dienst mg den Hemel en zegt.Strijder van
Cbrislos. ziedaar nw overgroot loonkind Gods,
ziedaar uw erfdeel.Kan ik n dan niet genoeg
de taal van mjjn godsdienst voorhouden? Kan
ik n dan geen deelgenoot maken in mjjne hoop
volle verwachtiogeo en moeten onze harten,
alechts één in de boeien, dan ophouden ook
vereenigd te zjjn wat aangaat de verlossing?"
Fernand «prak deze laatale woorden uit in
het vuur der overtuiging en de tranen parelden
in zjjne oogen. Hjj vreesde zjjn vriend beleedigd
te hebben en zweeg.
Na eene diepe stiile sprak Anton diep bewo
gen.Ik weet niet wat ik inwendig gevoel, maar
terwjjl gjj zoo spraakt, scheen het mg toe, dat
ik de slem mjjner moeder hoorde, mjjne leedere,
goede moeder, evenals gjj een kind der katho
lieke Kerk. Ook zjj drong zoo bjj mg aan, ook
zjj drukte aldus hare heerljjke gevoelens uit,
maar toen was ik niet ongelukkig. O Fernand!
ja, ik zie bet, ik begrijp het, zelfs in de boeien
en onder de zweep der barbaren moet gjj nog
vrede smaken. Zonden de leidsmannen mjjnei
jeugd mjjn hart bedorven, mjjne rede op eet
dwaalspoor gebracht hebben Die twjjfel kwell
mjj en mat mjj af. O mjjn vriend, ga voor
met evenals daar straks te sprakenik voel da
ik dan minder zal ljjden 1"
Na deze woorden deden zjj gezamenlijk eei
kort gebed en sliepen in, de een vertrouwem
op dien God, die zjjoe kinderen nooit verlaat
Da vriendschap op de proef gesteld
Oodcr alle vertroostingen, die God verbindt
aan de onheilen, die de menschheid overvallen,
ia er geene zoo kostbaar en zoo krachtdadig
als de vriendschap. Twee wezens, door dien
öeminoeljjkan band verbonden, plukken rozen
van doornstruiken, voor hen verliest bet leven
zjjne bitterheden; zjj vinden in die zoete en
zoivere vriendschap, die ben vereenigt, bet mid
del om de grootste rampen het hoofd te bieden.
De ebriiten en zjjn vriend leven en sterven le
zamen, gezamenlijk deelen zjj al de vreugden en
keeren zij
sto! terug en vinden elkander aan gene zjjde des
grnfa weder.
Ware Fernand alleen aan zich zeiven overge
laten geweest, hg zou ongetwijfeld in zjjn gods
dienst de krachtigste troostredenen gevonden
Voorzienigheid tn verlaten. Evenwel is de een
zaamheid op zich zelf reeds zoo tfeurig, dat
God niet gewild heeft, dat de mensch alleen zou
zjjn, en een waarachtig vriend is altjjd beschouwd
geworden als een kostbaarder gave dan goud of
En Anton, de arme Anton, wat zon er zonder
dien bjjaland van hem geworden zjjn? Geheel
zjjn karakter zou hem ontegenzeggelijk tot wan
hoop vervoerd hebben. Fernand was dan ook
een waar behoedmiddel, en meer dan eens
dankte hjj God in het gebed hem gevonden te
hebben.
Intusschen verminderden hun arbeid en ver
moeienissen niet Zjj hadden acht volle dagen
noodig om de sloot, waarvan wjj gesproken
een gedeelte van een kalkheuvel hakken, die
een heerljjk landschap aan het oog onttrok.
Twee maanden verliepen met dut moeieljjk,
ondankbaar werk. Dikwjjla gebeurde bet dat zjj
des avonds, als de hun opgelegde taak niet af
was, de bastonnade of zweepslagen ontvingen.
Dat waa het loon voor. het overvloedige zweet,
dat zjj gestort hadden.
Voeg daarbjj de guurheid van het weder,
waaraan zjj den ganschen dag blootgesteld
waren, de brandende zon, zoo verschroeiend in
deze heete klimaten, den regen, den wind, de
stormen, waarvoor zjj nergens een schuilplaats
vonden en gjj kont u nog slechts een flauw
denkbeeld vormen van hun droevig lot.
Maar hoe meer hunne kwellingen
hoe inniger hunne vriendschap werd.
schil in geboorte bad voor hen opgebonden.
Een zeker instinct Btrengelde hnnne zielen aan-
eeneen onderlinge behoefte hechtte hen aan
alkander; zjj vereenzelvigden en vermengden
zich in de gevoelens oentr broederlijke gene
genheid.
Intusschen kwam een tooneel, waarvan de
beschrijving een kreet van afschuw niet kan
weerhonden en dat in deze woeste strekeo
menigmaal hernieuwd wordt, een nieuw bewjjs
leveren van de wreedheid van Abdul-Cogia.
Op zekeren dag nadat de Algerjjn, verbitterd
tegen Anton, hem bad doen geeselen, veroor
deelde bjj hem, om de onrechtvaardige straf,
die hem opgelegd was, te voltooien, ongewapend
te worstelen tegen een zjjner bulhonden, dia
zoo goed gedresseerd waren in de rol van ge
vangen bewaarders.
Dit onmenscheljjk vonnis slaat de schrik om
het hart van Fernand; zjjn vriend is bijna be
zweken onder de geeselslageo, hjj is zóó zwak.
dat hjj hjj den eersten schok dezer vreeseljjke
worsteling neergeveld zal worden. Hjj Iwjjfelt
geen oogenblik of dit gevecht zal Anton het
leven kostenAnton, die nog niet katholiek ia,
Anton, voor wiens heil hjj gaarne al zjjn bloed
zou gestort hebben.
Een edelaardige gedachte doorkruist zjjn bron.
Er is geen oogenblik te verliezen, want Abdol-
Cogia gaal zelf de honden reeds losmaken;
Fernand heft de oogen ten Hemel en roept alt
,0 mjjn God, verhoor mgen terwgl hjj
nog bidt, vliegt hjj naar-zjjn meester, werpt
nch voor zjjne voeten en snikt in trusa ba-