Katholiek Nieuws- en Advertentieblad
No. 21.
Zaterdag 19 Augustus 1893.
Zevende Jaargang.
DE EEMBODE
voor Amersfoort, Apeldoorn, Baarn, Barneveld, Blaricum, Bussum, Driebergen, Eemnes, Harderwijk, Hilversum, Hoogland,
Laren, Leusden, Naarden, Nijkerk, Soest, Stoutenburg, Yeenendaal en Zeist.
Verschijnt eiken ZATERDAG.
Abonnementsprijs par drio auadn:
Franco per postf 0,40.
Afzonderlijke nummersf 0,05.
BureauKrommestraat, F 227. Amersfoort.
Uitgave van de Vereeniging De Eembode.
Prijs der Advertenties:
Van 1 tot 6 regelsf 0.30
Voor iederen regel meer- 0.50
Correspondentie!) ec
vóór 6 ure aan het bi
Werkliedenvereenigingen en
Volksbonden.
Het middel, door Z. H. Paus Leo XIII
in zijn encycliek .Over het Arbeiders
vraagstuk" met nadruk aangewezen, nl.
het stichten van R. K. Werkliedenver
eenigingen, die zich uitsluitend zouden
bezig houden met de geestelijke en stof
felijke belangen van den werkman, wordt
reeds ijverig aangewend. Ook in ons
Vaderland kan men reeds bogen op ver-
eenigingen, die zeer gunstig werken in
de richting om het moeilijke vraagstuk
der arbeiders tot een gezonde oplossing
te brengen, door den werkman onder
bescherming te nemen tegen verdrukking
en onrecht, waarmede deze dikwijls te
kampen heeft.
Deze vereenigingen kunnen alzoo als hed
en hulpmiddelen in onze zorgvolle tijden
Diet genoeg worden aangeprezen. Maar, wil
men met succes in deze voortarbeiden,
dan dient vooral ook gelet op den wenk,
door den H. Vader in zgn Encycliek ge
geven, als hij zegt.Het is onmogelijk
de inrichting der bedoelde vereenigingen
in een voor allen geldenden vorm te be
palen daarvoor hangen zjj te veel van
het volkskarakter, van de ervaringen, van
den aard en den bloei der verschillende
ambachten, eindelijk van veel andere
omstandigheden af, die in aanmerking
moeten worden genomen." Verliest men
nu deze heilzame opmerkingen des H.
Vaders uit het oog, dan bestaat bange
vreeze omtrent het bereiken van het
nagestreefde doel. Wij achten het daarom
nuttig en gepast met alle bescheiden
heid de houding en werking der be
staande vereenigingen met eenige nauw
gezetheid te beschouwen, om daaruit te
kunnen concludeeren oi hel oogmerk
dier vereenigingen wel altijd met de
noodige omzichtigheid en kennis van
zaken en toestanden wordt nagespoord,
en of niet meermalen zelfs het doel ge
heel wordt voorbijgestreefd.
De eerste eisch, die bij het oprichten
eener zoodanige vereeniging behoort te
worden gesteld, moet ongetwijfeld zijn,
dat zij, die zich als leiders daarvan zien
aangewezen, ook diep doordrongen zijn
van de laak, die op hen rust, en zij
den werkman tot in zijn zieleleven heb
ben leeren kennen. Want tusschen werk
man en werkman bestaat een hemels
breed verschilen wanneer dat niet
nauwlettend in aanmerking wordt geno
men. dan ontslaan misverstanden, die
slechts verwarring kunnen stichten. De
socialistische rumoermaker en de kalme,
rustige werkman, die weinig meer ver
langt dan een eerlijk stuk brood voor
zich en de zijnen te verdienen, worden
gemeenlijk in één adem als de werkman
I aangeduid. Doch zoover behoeft men
s te gaan om een onjuiste bc-
I oordeeling te doen. Onder de standen,
die nooit anders in nauwere aanraking
met hem komen, dan wanneer zij hem
noodig hebben, wordt de werkman
zelden in zijn juiste verhouding gekend,
i Als een wezen, dat niet in de huishou-
ding past, wordt hij dan gewoonlijk
aangezienzijn komst gaat met een
verzuchting gepaard, want werkvolk
1 over den vloer is de goedhartigste huis
moeder nog onaangenaam slechts noode
wordt hij alzoo geduld. En als hij soms
bij die gelegenheden zich heeft afgesloofd
aan een werk, dal de grootste inspan
ning en vakkennis vereischte, doch dat
in het oog van den werkgever niet veel
te beduiden heeft, gaat de trouwe ploe
teraar henen en laat den indruk na van
ten koste van anderen zich gemakkelijk
voordeelige uren te hebben verschaft. Valt
echter een werkman in den geest van dezen
of genen werkverschaffer, al is hij dan
ook een knoeier in zijn vak, dan kan
hij zeker zijn te worden aanbevolen,
terwjjl de ander, die om zijn kunde en
trouw verre de voorkeur en bescherming
verdient, soms lichtzinnig en liefdeloos
daarmede in zijn heiligste rechten wordt
aangetast. Alleen door onkunde omtrent
den werkman worden zulke rampzalige
toestanden geboren.
Den werkman grondig in zijn wezen
en bestaan kennen en dan eerst beoor-
deelen, is dus een eerste vereischte, wil
men met goed gevolg als zjjn beschermer
optreden. Men moet niet beginnen met
in iederen werkman een drager te zien
van beginselen, die op socialisme moeten
uitloopenevenmin als in hem een wezen
te zien, dat legen wil en dank moet
geleid worden en naar vereenigingen
getroond, die soms met zijn karakter
en gemoedsleven in tegenspraak zijn.
Neen, de gulle lach, die aan zoo
menig onbedorven gemoed ontschiet,
zegt genoeg, dat zoodanige werkman
niet geprest moet worden, om lid te
worden van eene vereeniging, ten einde
voor de verderfelijke begrippen van onzen
tijd te worden behoed. Daarvoor blijft
hij beveiligd in zijn eigen gezin, zijn
grootste genoegen en geluk bestaat voor
hem in na volbrachten arbeid in den
huiselijken kring die echte zielevrede
te smaken, die in geen enkele vereeniging
in die male kan worden gevonden. Met
hem in de uren van rust en ontspanning
aan zijn gezin te willen ontrukken, wordt
de godsdienstige, poëtische waas, die nog
vele werkmansgezinnen omgeeft, door
prozaïsche toestanden verdr ven. Aan
den huiselijken haard vindt hij degenen
terug, die hem 't dierbaarst zijn op de
wereld, en na een gezellig uurtje, waarin 1
het kind aan 's vaders knieën lieren kan, j
en de vader de godsdienstige ontwikke- i
ling zijns kinds mede kan leiden, breekt J
het uur van rusten aan, waarin hij minder
door onrustige droomen zal worden ge-
kweld, dan degenen, die een woelige en I
bedrijvige vergadering, al is het dan ook
dat een goede geest daar den boventoon
voert, zal hebben bijgewoond.
Zoo komen wij als van zelf tot de
vragen Wordt door de verschillende j
werkliedenvereenigingen wel altijd gehan-
cftld in overeenstemming met de ware
belangen van den werkman Wordt wel
altijd genoegzaam rekening gehouden I
met zijn karakter, zijn neiging en ont-
wikkeling? Op deze vragen zal zeker
moeilijk een geheel bevredigend ant
woord kunnen gegeven worden. Men
beschouwt soms nog te veel van uit
de hoogte en van dit standpunt worden
de werklieden in het algemeen dan beoor
deeld, hetgeen noodwendig tot verkeerde
gevolgtrekkingen leiden moet. Op die
wijze gaat de juiste kennis te zijnen
opzichte veelal te loor. Wil men ingrjjpen
in het innerlijk leven en bestaan, m. a.
w., wil men den werkman leiden en hem
een gelukkiger loesland bereiden, dan
moet men zoowel zijn kindschheid en
zijn mannelijken leeftijd als zjjn hulpbe
hoevenden ouderdom met ijver beslu-
deeren. Men moet zich deze wetenschap
bemachtigen, wil men zijn pogen met
heilrijke uitkomsien zien bekroond. Want
is men met die kennis to:gerust, dan
zal men des te beter slagen in het
verkrijgen van eene toenadering tusschen
de hooge en lage standen, die allernood
zakelijkst is bij de bestrijding der kwalen,
die het arbeidersvraagstuk in het leven
riepen.
BUITENLAND.
Een nieuw schrijven is door Z. H.
den Paus aan de Fransche katholieken
gericht, waarin de H. Vader, herinne
rende aan den raad in zijne jongste
Encyclieken gegeven, zijne voldoening
uitspreekt over de waardeering waarmede
door zoovelen aan dien raad, om zich
niet tegen den hestaanden republikein-
schen regeeringsvorm te blijven verzetten
maar zich krachtig aancentesluiten en
te trachten daarin verbetering te bren
gen, is gevolg gegeven. Daarentegen
keurt de Paus het streven af van die
genen, die hun monarchistische gezind
heid niet voor de belangen der Kerk
willen opofferen en die zich daarbij het
recht aanmatigen te spreken uit naam
der Kerk, terwijl zij zelfs hare hoog
waardigheidsbekleders aanvallen en
bestrijden.
Met het oog op de verkiezingen, die
morgen, Zondag 20 Augustus, gehouden
worden, is dit schrijven van groote
waarde en zal het ongetwijfeld de rijen
der rallih, dat zijn zij die zich reeds
bij de republiek aansloten, versterken.
Op den Parijschen afgevaardigde
Lockroy is een aanslag gepleegd door
een koetsier, Moore genaamd, die zich
zelf .den dichter der koetsiers" noemde.
Als zoodanig had hij zich in de vriend
schap van Victor Hugo, wiens schoon
zoon Lockroy is, weten te dringen.
Sedert de koetsierswerkstaking zonder
werk zijnde, had hjj zich in hel hoofd
gesteld zijne gedichten te doen uilgeven
en daartoe den fmancieelen steun ver
zocht van Lockroy, die hem evenwel
geen antwoord had waardig gekeurd.
Uit wraak hierover deed hjj zijn aanslag
en verwondde Lockroy in de linkerborst,
doch niet levensgevaarlijk. Vermoedeljjk
zal hij nu wel naar een krankzinnigen
gesticht worden overgebracht.
Oostenrijk heeft op één dag, slechts
enkele uren na elkander, twee prelaten
verloren, zijnde de prins-bisschop Zwer-
gcr van Seckau en de bisschop Binder
van St. Pölten, die beiden op hun rond
reis om het H. Vormsel in hunne dio-
ceesen toe te dienen ongesteld waren
geworden.
Naar men zegt heeft de Hongaarsche
Regeering opnieuw stappen gedaan om
van Keizer Frans Jozef toestemming te
verkrijgen tot invoering van het verplicht
burgerlijk .huwelijk". Daartoe moet de
de minister-president zich naar Ischl,
waar de Keizer verblijf houdt, begeven
hebben en men vermoedt dat het minis
terie er eene kabinets-quaestie van zal
maken. Laat ons evenwel hopen dat de
Keizer op dit punt onverzettelijk blijft.
Bij de voortgezette beraadslaging over
de artikelen der Home-Rule-voordracht
in het Britsche Lagerhuis heeft de mi
nister voor Ierland, de heer John Mor-
ley, een amendement voorgesteld op
artikel 3, strekkende om het dragen en
gebruiken van wapenen met militaire
doeleinden, alsmede het vormen van
vereenigingen, om zich niet dat doel in
den wapenhandel te oefenen, te ver
bieden, welk amendement is aangeno
men.
De werkstaking onder de mijnwerkers
breidt zich niet uil en de vrees voor
eene algemeene staking wordt minder.
Er wordt trouwens reeds schade genoeg
geleden. Deze bedraagt alleen voor de
arbeiders wegens gemis van loon de
som van f5.500.000 per week. In het
Ebwy-dal zijn 200 soldaten aangekomen
en werden 25 personen in hechtenis
genomen. Men vreest meerdere ongere
geldheden.
FEUILLETON.
Onschuldig veroordeeld.
5) Twee maanden waren voorbijgegaan;
een groote mensebenmaasa vulde de zaal van
het gerechtshof, dat heden over den van moord
aangeklaagden Hubert Roller zgn vonnis zou
uitspreken. De meeste inwoners van het dorp
R. waren aanwezig, want sinds menschenheuge-
bjjdrago tot de geschiedenis der misdaden niet
geleverd. Niemand twijfelde aan de schnld des
aangeklaagden, maar de meesten hadden toch
medelijden met dan voorheen zoo vlgtigen en
braven jonkman, die, zooals zjj meenden,
door zgn hartstocht op de bank der misdadi
gers was gevoerd. In da voorale rij der toe-
kalmer, dan men voor mogelijk hield, want zij
alleen geloofde niet aan de schold van haren
zoon en hoopte vol vertronwen op vrijspraak.
Zij wilde slechts de rechtszitting bijwonen, om,
na zjjne onschuld bewezen te zien hebben,
naast eenigo dorpbewoners, die bi
noodlotligen nacht nit het bosch I
terugkeeren. Haar getuigenis was
eens noodig; daar Hubert de geheele toedracht
der zaak volmondig bekend had. De aange
klaagde was bloek, toen hjj tusschen twee gen
darmes werd binnengeleid. Slechts eenmaal
verhief hjj hel hoofd om me', zjjne moeder een
blik te wisselen; daarna volgde hjj met oplet
tendheid den loop van het proces. De olllcier
van justitie, die door schijnbaar gewichtige
gronden en onomstootbare bewjjzen gesteund
werd, had Hubert slechts de besliste verklaring
kunnen ontlokken, dat hjj onschuldig was, en van
den moord niet het minste wist. Toen Mathilda
tegen hem opgeroepen werd, biggelden de tranen
over hare bleeke wangen. Was het dan moge
lijk. dat zjj tegen hem getnigde, zjj, die hem
eeuwige Irouw had beloofd?
Maar neen, de dochter van den vermoorde
verklaarde, dat zjj Hubert lot zulk eene daad
niet in slaat achttezjj moest wol toegeven,
dat hjj op dien bewusten avond in tameljjk
opgewonden toestand met haren vader gespro
ken en dal dit onderhoud geen gunstig verloop
genomen bad, ook dat de aangeklaagde er onge
woon uitzag, toen zjj hem den volgenden morgen
had gesproken, maar ondanks dit alles geloofde
zjj niet aan zjjue schuld. De vertegenwoordiger
van bel openbaar ministerie, die in zjjne rede
op de daadzaak steunde, bestreed met klem dciv
twijfel van Mathilda, die den beschuldigde wel
licht nog steeds genegen was. Hjj toonde de
schnld van Roller zoo overtuigend aan, dat hel
eenvoudig ontkennen van Hubert en de betui
gingen zjjner onschuld in het geheel geen ge
wicht in de schaal legden zoodat, na een
korte beraadslaging, het schuldig over hem
werd uitgesproken.
Het gerecht veroordeelde den aangeklaagde,
onder aaooeming van de verzachtende omstan
digheid, dat hjj de daad in drift en opgewon
denheid bedreven bad, niet lot den dood, maar
tot vjjftien jaren gevangenisstraf.
Bjj jet uitspreken van dit vonnis weerklonk
een jjseljjke gil door de zaal, de moeder
had deze nitgestoo'en, en daarna zonk zjj mach
teloos ineen. Ook Hubert, dio in het bewust
zijn zjjner onschuld geen oogenblik aan zjjne
vrijspraak getwgfeld had, en met vertronwen de
uitspraak afwachtte, kromp, als van den donder
gelrolTen, ineen, en staarde doodsbleek voor
zich uit. Vjjftien jaren tuchthuisstrafHjj
kon het niet begrijpen, niet voor mogelijk hou
den en geloofde, den rechter niet goed te hebben
verstaan. Daarna richtte bjj zich schielijk op
en riep met krachtige stem .Ik ben onschul
dig Het vonnis is onrechtvaardig I" Maar de
gendarmes drukten hem neder, boeiden zjjne
handen en voerden hom naar de gevangenis
VU
De ondergaando zon schitterde met matten
glans door een met sterke traliën voorzien ven
sterraam in een eenzame kerkercel. Zjj verlichtte
een armeljjk strooleger, een steenen tafel, waarop
een waterkan stond, en de dikke muren van bet
vertrek. Hare stralen beschenen ook een jongen
man, die, dof voor zich heeustareude, in een
hoek neergehurkt, zjjne tranen niet weerhield,
die met groote druppelen over zjjne wangen
vloeiden. Hel was Hubert do moordenaar. Arm
en voet had men in een keten geklonken, want
de ongelukkige had in ïjjn vertwijfeling geraasd
en zich niet willen onderwerpen. Nu was hjj
rustig gewordenhjj begon te beselTea, dat bjj
zjjne boeien niet afwerpen, noch minder de mu
ren doorbreken kon, en zich dos in zjjn droevig
Daar rammelden op eens sleutels aan de
dtur zijner cel, het slot sprong open, en zjjne
moeder trad binnen.
.MoederSmai teljjk doortrilde deze uitroep
de stilte van het vertrek. Weenend wierp de
vrouw zich aan de borst van haar ongelukkig
kind, zonder een enkel woord Ie kunnen spre
ken. Zjj was naar den president der rechtbank
gesneld enhad hem gesmeekt en gebeden, van ha
ren zoon afscheid te mogen nemen, doch hij had
haar rnw afgewezen loon was zjj op do knieSn
voor hem gevallen, en daaidoor was het hart
van dien bardvochtigen beambte geroerd ge
worden. ,Vjjf minuten wil ik u toestaan", bad
.Maak voort." drong de gevangenisbewaarder
aan, die in de deur was blijven staan, tde
bepaald* tjjd is verstreken."
In vervoering wierp Hubert zich op de
knieën en riep met'opgeheven handen: .Moe
der, ik zweer u, ik ben onschuldig."
.Dat weet ik, mijn dierbaar kind," zeide de
moeder met vastheid in hare slem, terwjil zjj
zich met moeile oprichtte, ,en wanneer de
gansche wereld n veroordeelt, uwe moeder zal
dit nimmer doen. Onderwerp u, mjjn zoon, aan
de vreeseljjke beproeving des hemels; de goede
God moge u bijstaan."
Nog eenmaal drukte zjj hare trillende lippen
op het voorhoofd van haren zoon, drnkle hem
aan haar hart, en streelde zacht mol bevende
handen zjjn hoolddaarna wankolde zjj uit de
cel. en nauwelijks had zjj deze verlaten of de
deur viel rammelend achter haar in het aloL
vrn.
Zeven jaren en vjjl maanden zgn sinds dien
tjjd weder voorbjj gegaan. Talrjjke, met de grootste
vermetelheid uitgevoerde dielslatlen hadden
reeds een tijdlang de bewoners dier landstroek
verontrust, en geen enkel gebouw was voor do
inbrekers veilig. Allo nasporingen der politie
waren tot dusverre zonder gevolg gebleven. Op
zekeren avond echter drongon de roovers in bet
aan graaf B. toebehoorendo landgoed. De
bewaker van dit huis was een vastberaden,
onverschrokken man, die niet genegen was, de
ongenoods gasten vrjj spel te laten. Een goed
gericht schol velde den voorsten der dieven
ter neer, een tweede kogel bereidde een volgend*
hetzelfde lot; de overige roovers stoven
nit elkander, en in weinige minuten waren al
de bewoners des buizes om de zwaar verwonde
inbrekers verzameld. De eerste bezweek in
de armen van den buisbewaarderook de
tweede voeldo, dat ïjjn laatste uur was geslagen
de kogel bad hem de borst doorboord.
.Mjjn leven snelt ten einde", steunde de