Katholiek Nieuws- en Advertentieblad
No. 50.
Zaterdag 10 Maart 1894.
Zevende Jaargang.
DE EEMBODE
voor Amersfoort, Apeldoorn, Baarn, Barneveld, Blaricum, Bussum, Driebergen, Eemnes, Harderwijk, Hilversum, Hoogland,
Laren, Leusden, Naarden, Nijkerk, Soest, Stoutenburg, Yeenendaal en Zeist.
Verschijnt eiken ZATERDAG.
Abonnementsprijs per drie maanden i
BureauKrommestraat, F 227
Amersfoort.
Prijs der Advertentie»!
Van 1 tot 6 regelsf 0.30
ranco per postf 0,40.
Voor iederen regel meer- 0.05
Afzonderlijke nummersf 0,05.
Uitgave van de Vereeniging De
Eembode.
Correspondenten en Advertenlita moeten uiterlgk Vrijdagavond
vóór 6 ure aan het bureau bezorgd zön.
ZIJ, die zich vóór
V 1 April ahonneeren op
DE EED BODE, ontvangen de
tot dien tijd veracbljnende
nummers gratis.
Een heilmiddel
togen do kwalen van onsen tijd.
I.
De Christenheid onzer dagen doorleeft
stellig een rampzaligen tijd vol grootc
en geheel eigenaardige zielsgevaren.
Vooral van twee kanten wordt zij erns
tig bedreigd. Eenerzijds is de geest des
ongeloofs, die in onze verlichte en waan
wijze eeuw van geen Schepper en geen
eeuwig leven wil weten, er maar opuit
om op alle mogelijke wjjs het geloofin de
nog rechtzinnige Christenharten allengs
te ondermijnen en te verzwakken en
daaruit, zoo mogelijk, geheel weg te
nemen. Doch ook van een anderen kant
levert een even noodlottige, zoo niet
verleidelijker, tijdgeest groot gevaar op
voor godsdienstzin en deugdmet name
de geest van weelde en zingenot, die
in onzen tijd van vooruitgang en zoo
genaamde beschaving, in een tijd van
velerlei genietingen die men te voren
nooit in dien zin heeft gekend, voor
goed schijnt ontwaakt om de van nature
reeds aardschgezindc harten nog meer
van God en godsdienst te vervreemden,
de reine zeden te verderven en tot alge-
heele losbandigheid te voeren.
Aan die matelooze genotzucht is het
inzonderheid te wijlen, dat bij een meer
lichtzinnige levensopvatting en den trek
om van het leven te genieten dat een
voudig maar krachtig geloof en de gods
dienstige jjver van weleer ook onder het
katholieke volk van zoo menig land, van
zoo menige streek, van zoo menige plaats,
in lateren tijd zoo treurigis afgenomen,
en dat het echt christelijk familieleven
in menig gezin nu met recht kwijnende
moet heeten. Geen wonder, dat Pausen
en Bisschoppen en alle wezenlijke vrien
den des volks in deze tjjden van gevaar
FEUILLETON.
Het zilveren Kruisbeeld
DOOR
PhUoponoe.
10) Nog waren geen twee uren verstreken of
de woonkamer, waarin wj) de elltnde des levens
In zoo hooge male aanschouwden, had een geheel
ander, maar ook treffend aanzien. Een liefdezuster
bevond zich reeds aan de lijdenssponde van den
armen kranke, en alles was in de netste orde
gerangschikt om den God des levens in dit
nsdsrig verblijf °P passende wijze te ontvangen.
Toen dit alles geschied was, trad een priester,
door deo dokter vergezeld, het vertrek binnen
om een zwakken sterveling tot deo dood voor
te bereiden. Een langen tijd bleef de dienair
Gods met den zieke alleen om na een rouwmoedige
belijdenis den oprechten boeteling de vnrig
verlengde vrpsprask der zonden te verleen en.
Beiden, de priester en ds rouwmoedige zondaar,
waren evenzeer geroerd, toen de andero personen
werden toegelaten om bij de plechtige toediening
der laatste B.H. Sacramenten tegenwoordig te
zgn. De zieke kon moeilgk daarbij zijn snikken
bedwingen, hetgeen böde zielesmart de lichaams
pijn nog vergroottedoch lijden wilde bö gaarne,
om nog, zooveel bg vermocht, voor zgn zondig
Wel een hartvorbeffend schouwspel I Een
berouwvolle, tol God weergekeerde zondaar,
die op bel laatst nog met al ds ganadsmiddslsn
onophoudelijk en met nadruk tegen dien
verderlelijken tijdgeest hebben gewaar
schuwd en nog blijven vermanen. Doch
hierbij alleen heeft zich hun ijver niet
bepaald, zij hebben ook de middelen
aan de hand gedaan om dat kinderlijk
en levendig geloof en dien katholieken
familiegeest, ondanks de verleiding onzer
dagen, onder het Christenvolk te
bekrachtigen of te doen herleven.
En onder die middelen geldt zeker
niet het minst eene meer opgewekte en
vurige godsvrucht tot de allerzaligste
Maagd en haren kuischen Bruidegom
den H. Jozef. Beider oprechte vereering
heeft Paus Pius DC z. g. reeds genoemd
het grootc redmiddel onzer bedorven
eeuw, en ook zijn waardige opvolger,
onze thans regeerende Paus, gaat immer
voort om haar gedurig nog aan te wak
keren en uit te breiden, daar ook hjj
voornamelijk van een hartelijke, practi-
sche en degelijke beoefening dezer dub
bele devotie door gansch de katholieke
wereld den gewenschten bloei verwacht
van onzen heiligen godsdienst, trots de
groote gevaren en de zware beproeving,
waaraan de Kerk met geheel de Chris
tenheid nu zeker meer dan ooit zijn
blootgesteld. Ook ons bezielt daarom
een zelfde hoop, als wjj zien, hoe zeker
door een zichtbare leiding van Gods
wijze Voorzienigheid en door een nieuwe
openbaring Zijner grenzenlooze goedheid
na zoovele eeuwen ook nu juist de eigen
lijk gezegde bloeitijd dezer beide haast
onafscheidelijke devotiën alvast samen
valt met den droevigen en gevaarvollen
tjjd, dien wij beleven.
In den loop der maand, die zoo ge
heel bijzonder aan de godsvrucht tot
den heiligen Jozef is gewijd, mag het
dus gepast heeten, voor het oogenbük
aan Zijne vereering onze volle aandacht
te wijden, en te zien, welke beteekenis
deze alom toenemende devotie voor
onzen tijd dan wel heeft, m. a. w., hoe
St. Jozef bijzonder in onze dagen als de
aangewezen Palroon en het wezenlijk
toonbeeld door alle christeagezinnen,
vooral van den arbeidersstand, dient te
onzer Hoeder de H. Kerk wordt gesterkt om
blyrnoedig de eeuwigheid te kunnen ingaan
een priester hier in zgn volle grootheid en
waardigheid optredend aan het smarlbed van
een zwakken sterveling, die langs hel pad der
beproeving zgn God heelt weergevondeneen
vrouw en moeder, die met baar kind biddend
en schreiend aan hel ziekbed van haren echtgenoot
ligt neergeknieldeen Vincentiaan, die zich een
getrouwe navolger loont van zgn grooten voor
ganger, den H. Vincenüus van Paulo; en
eiodelgk een liefdezuster, die door haar engel
achtige verschoning dittafereel een bekoorlykbeid
en schoonheid bgzet, welke den katholiek met
verrukking verrollen moeten.
Nadat de plechtigheden verricht en de priester
en dokter vertrokkeu waren, bleel de liefdezuster
wakend aan het bed van deo zieke, wiens
toestand door toenemende koorts steeds vererger
de. Bei kwam haar, die reeds aan zoo menig
ziekbed gezeten, en daar omtrent het verloop
eener ziekte geen geringe ervaring opgedaan bad,
intusschen voor, dat, zoo niet spoedig eene
verandering ten goede plaats greep, zgn lgdcn
niet beel lang meer doren zou. Dit gevoelen
behield zö echter zeer wgselgk voor zich, om
de vrouw, die volgens nidrnkkelyk voorschrift
tot herstel harer krachten volstrekte rust moest
nemen, niet nog meer te bedroeven.
Den volgenden middag reeds meldde zich de
oom bö den heer Ledomans aan. De eerbied
waardige grgsaard was geheel verslagen geweest,
toen hg den brief, welke zooveel smartelijks
voor hem inhield, gelezen had. Zonder eeslge
worden geëerd en nagevolgd in zjjne
deugden.
De kwalen van onzen tijd, waaraan
de tegenwoordige maatschappij zoozeer
Ijjdt, zijn, gelijk boven reeds genoemd,
gebrek aan geloof en godsdienstzin, en
ten andere sen matelooze zucht naar
weelde en genot. Deze kwalen, hoezeer
onderscheiden, gaan gemeenlijk met
elkander gepaard, daar het een hier
volgt uil het ander, al is het moeilijk
le zeggen, wat hier dan oorzaak is, wat
eigenlijk gevolg. Zeer treffend en juist
schelste ons Paus Leo den rampzaligen
toestand onzer dagen in den aanhef van
zijn encycliek .over de voornaamste
christen burgerplichten" in deze weinige
woorden.Meer en meer heeft men zich
van het Christendom vervreemd en des
te vreeselijker verhiel zich dientengevolge
de slroom der kwalen, die ons bedreigt,
zóó zelfs, dat alle welgezinden slechts
met vrees aan het heden en met sidde
ring aan de toekomst kunnen denken."
Het ongeloof dus en de ongodsdienstig
heid onzer dagen wijst dj H. Vader aan
als de groote oorzaken van al de ellende,
waarin thans de wereld is gedompeld
doch hij verzuimt evenmin den juisten
weg hier te wijzen, welke alleen maar
tot een beteren geluksstaat kan voeren.
Terugkeer tot het Christendom en her
vorming der zeden en volksinstellingen
overeenkomstig zjjne leer noemt hjj een
eisch des tjjds, die zich met eiken dag
krachtiger doet gelden.
Wal de H. Vader hier zegt van de
maatschappij 'n het algemeen, het is
evenzeer waar van de huisgezinnen in
het bijzonder. Waarom heerscht in tal
van Christen gezinnen in plaats van
dal voormalig waarachtig huiselijk geluk
nu echter zoo min vrede en vreugde
Waarom maken zich welgezinden niet
zonder reden nu zoo ernstig bezorgd
niet alleen om den toestand van het
oogenbük, doch meer nog om hetgeen
in de toekomst voor die gezinnen staat
te wachten? Waarom anders, dan om
dat er dat eenvoudig en oprecht geloof
bedenking maakte hg zich terstond reiavaardig
om zgn wedergevonden familie met de meeste
liefde te kannen bgstaan.
Met veel beleid en tact werd hö verder door
den heer Ledemana ingelicht, opdat hg niet
onvoorbereid zelf van den bedroefden staat zgner
familieleden zon moeten keonia nemen. Daarop
togen zg uit en waren spoedig ter plaatse, waar
de komtl van oom van Luathoven zoo smach
tend verbeid werd.
Hoe echter ook voorbereid, toch greep het
zön gevoelig hart geweldig aan, toen hg bet
armelyk verblgf binnentrad. Uit voorzichtigheid
had da heer Ledemans den zieke en zgn gezin
even le voren kennis gegeven, dat zö ieder
oogenbiik bun oom konden verwachten. Dat
was voor hen een groote, maar bigde verras
sing. Nauwelyks daarvan bekomen, trad oom
met schgnbare kalmte binnen, ofschoon hg trilde
van aandoening. Zich zeiven niet genoegzaam
kunnende beheerschen, riep hg, na zgoe nicht
teeder begroet te hebben, vol ontroering uit:
,Hün God, beste neer en nicht, dat ik n zoo
moet wederzien I"
De lieldezusler, die van dit alles getuige was,
gaf behoedzaam een teeken en wees op het
ziekbed, waarvoor bö ging plaats nemen. Het
slechts een enkelen oogslag op den zieke te
werpen, kreeg hg de overtuiging, dal de dood
aan bem zgn werk voltrekken ging. Zoo
onverwacht en voor zulk een toestand te worden
geplaatst, dit ging byna zgn krachten te boven.
Hg bemerkte dat de zieke, die Möde glimlachte,
hem wilde toespreken. De stam va», den löder,
van weleer niet meer is le vinden
omdat men er is meegegaan met den
rampzaligen stroom van onzen tjjd, en
bij te groote aardschgezindheid al kou
der en onverschilliger voor den gods
dienst is geworden omdat men al meer
en meer God uit het oog heeft verlo
ren, en zonder hoogere oogmerken bjj
de wisselingen van het leven door voor
spoed overmoedig, door tegenspoed
mistroostig en ontevreden wordt. Het
is dus ook hier de hedendaagsche geest
des ongeloofs, die zelfs in katholieke
kringen en gezinnen is weten dcor te
dringen, en er al aanstonds de schro-
melijkste verwoestingen heeft aangericht.
Zal er dus redding komen, het zal enkel
en alleen weer kunnen zjjn door oogen-
blikkeljjken terugkeer tot 't Christen
dom, dat is, door verlevendiging van
het geloof er door vernieuwing van den
godsdienstigen jjver. Maar waar zal men
hiertoe beter opwekking en leerzamer
voorbeeld kunnen vinden dan in den
Beschermheilige van geheel de Chris
tenheid, den hoogverheven en toch zoo
nederigen werkman van Nazareth, den
man van een schitterend en heldhaftig
geloof
Even nederig als groot, en daarom
hoogst leerzaam, is het geloof van den
H. Jozel. Waarlijk, hoe zullen wij ons
ooit eenig juist denkbeeld vormen van
dat krachtdadig, ja reusachtig geloof,
dat in den eenvoudigen handwerksman
werd gevorderd, die om zjjn vroomheid
en deugd lot de hoogste waardigheid
en de heiligste bediening van Bruidegom
van de Allerzaligste Maagd en Pleegva
der van Gods Zoon zei ven werd geroe
pen en in last kreeg om over beiden te
waken en te gebieden. Werd dat geloof
al gedurig door rechtstreeksche en
nieuwe openbaringen van Gods groot
ste geheimen versterkt, het werd van den
anderen kant bij herhaling ook weer op
even zware proef gesteld, denken
wij hier alleen maar aan hetgeen er
moest omgaan in het hart van den H.
Voedstervader bij de geboorte van 't
overbnigen om de met moeite uitgebrachte
woorden le kunnen verstaan. Op allee wat zgn
zieke neet hem vroeg of zeide, knikte oom
bevestigend en verzekerde ten laatste, ten
aanhooren van de overige buisgenoolen, dat hg
in alles zön verlangen zou vervullen. Innig
verhengd richtte de zieke daarop zgn oogen
■en hemel en zeide,0, God, ik dank U, dat
Gö aldus mgn beden verhoord hebt!" en wees
vervolgens op het kruisbeeld met de verzachting
.dit kruis beeft mg gered I"
.Dat treft mg diep," riep de goede man
bewogen uit, toen hg vernam, dat zgn geschenk
tot de bekeering zgns neels geleid had. Den
bemionelyken grijsaard bleef het echter gelukkig
verborgen, op welk een ontzettende wgze een
kruisbeeld hier eene ziel voor den hemel
gewonnen bad.
Nog geon nar was intusschen nadien verstreken,
of de zielsbedroefde oom lag, omringd van de
andere hnisgenooten, aan het doodsbed van
zgn neef, wiens laatste oogenblikken hg
zoo had veraangenaamd. Toen de droefheid
allengs plaats maakte voor een stille berusting
in Gods H. wil, ging hö met spoed een begin
van uitvoering geven aan de beloften door hem
bg dit sterfbed afgelegd. Ook hierin was de
beer Ledemans hem weder met övor behulpzaam.
Oom verlangde zoo spoedig mogclgk het treurige
verbluf te verlatenvoor zgn nicht en haar
kind hadden ar al te droeve gebeurtenissen
plaats gehad om haar vertrek van daar lang
uit te stellen.
Goddelijk Kind ineen armen stal, bjj
zjjn overhaaste vlucht naar Egypte, bjj
het zoeken naar den kleinen Heiland,
die ter onderwjjzing in den tempel ii
achtergebleven, bjj den gemeenscbappe-
Ijjken arbeid met zjjn goddeljjken Pleeg
zoon in hel huisje van Nazareth. En
toch, bjj al die afwisselende, vaak droe
vige lotgevallen, waaraan Jesus tijdens
Zjjn kindsheid en jongelingsjaren was
blootgesteld, en waarvan Jozef dertig
jaren lang getuige is geweest, was en
bleef dat in schjjn gewoon menschen-
kind, die voor de oogen der wereld
onaanzienlijke jongeling, die onder zjjr.e
leiding opgroeide en dag aan dag al*
timmermansgezel werkte aan zjjne zjjde,
onveranderlijk in Jozefs innigste ge
moedsovertuiging zjjn waarachtige God,
zjjn Schepper, zijn Verlosser, zjjner ne
derigste aanbidding en diepslen eerbied
over waardig. Ja, Jozef is ,de man
des geloofs", de rechtvaardige, die ge
heel en al leeft uit het geloof, die bjj
al wat hjj doet en in alle omstandig
heden zjjn» levens daarin juist zjjn licht,
zjjn regel, zjjn steun en zjjn troost weet
te vinden. Maar daarom ook is de glo-
rierjjke aartsvader van dat groot en
vast geloof voor ons het meest ge-
wensc.hte toonbeeld in een tjjd, waarin,
ten gevolge van het immer toenemend
ongeloof onzer dagen, zich ook onder
het katholieke volk, dat wandelt in het
volle licht des geloofs, toch in zoovele
kringen een lichtzinnigen geest van on
godsdienstigheid openbaart, die er alle
huiselijk geluk ondermijnt en voor de
toekomst het ergste doet vreezen.
V. C. t. A.
BUITENLAND.
In den Duilschen Rjjksdag is Woens
dag de eerste lezing over het ontwerp
betreffende de opheffing der herkomst-
bewijzen voor granen en producten der
maal-industrie afgeloopen; de verzending
naar eene commissie is verworpen.
De Staatssecretaris der schatkist Posa-
dowsky en de minister van Financiën
Miquel lichtten het ontwerp toe. De
conservatieven, de Rijkspartjj, het Cen-
Reedi den volgenden dig werd hel stolTelök
overschot van Klemming in een prachtige lijkkist
op hoogst nette wjjxe «aar de elad R. overge
bracht. Oom had aan het sterfbed xj)na neefe
beloofd, dat bet rosten ion in het familiegraf,
waarmede een hartawensch van den overledene
sou verrold worden.
Zonder bet verzoek van den ovarledene, ion
dit toch ijjn geschied, daar oom niela lieve- deed
dan van tjjd tot t(jd op het graf xöner nabe
staanden te bidden. .De band der liefde," xoo
xeide hö, .trekt nog sterker, wanneer onxe
beminde bloedverwanten ons in de eeuwigheid
zjjn voorgegaan, want de liefde ie immere sterker
dan de dood. En waarmede xnllen wg dit heter
looneo, dan door biddend hun laatste rustplaats
te bezoeken en tranen te plengen op bon graf."
Toen alxoo aan den laaUlen wensch des
overledenen was voldaan, maakten ook de oom
en xön nicht met haar kind rich tot vertrek
gereed, na alvorens al hunne weldoener* op de
meest hartelöke wgze hun dank te hebben
betuigd voor de liefdebewöxen hun zoo edelmoedig
beloond. Slechts enkele voorwerpen alt den
armelöken inboedel der nicht werden medege
nomen, terwgl het overige voor de armen,
aldaar door de conferentie bezocht, werd
echter gelaten. Hieraan werd nog door den oom
een milde gift voor de armen toegevoegd en
aan den heer Ledeuians ter bind gesteld. Zoo
wist deze deugdzame katholiek de betoonde
weldaden op waardige wöxe te vergelden.
Voor de weduwe Klemming en haar kind
had armoede an verdriet na veor goed mm