Katholiek Nieuws- en Advertentieblad No. 2. Zaterdag 9 April 1898. DEEEMBODE voor Amersfoort, Apeldoorn, Baarn, Barneveld, Blaricum, Bussum, Driebergen, Eemnes, Harderwijk, Hilversum, Hoogland, Laren, Leusden, Naarden, Nijkerk, Soest, Stoutenburg, Veenendaal en Zeist. Verschijnt eiken ZATESDAQ. Abonnementsprijs par drie maanden: Franco per post Afzonderlijke f 0,40. f 0,05. BureauBreedestraat, E 349. Amersfoort. Uitgave van de Vereeniging De Eembode. Prije dar Advarteatiini Van 1 tot 6 regelsf 0,30 Voor iederen regel meer- 0.05 Bij dit nummer behoort een bijvoegsel. Paschen. Paschen, het feest van verrijzenis, het feest van ontwaken uit den slaap des doods, het feest van opstanding tot nieuw leven. Niet langer meer staart het oog door het bladerlooze geboomte, welks noestige stammen van geen leven nog getuigen: niet langer meer drukt een sombere stilte ter neerde verstijvende winler- adem houdt de vlietende wateren niet langer meer omkneld de breede, witte lijkwade is van de velden gelicht en geen bleek nevolachtig schijnsel houdt langer het landschap omsluierd. Neen, uit botten de twijgen in irisscheu doschde koren der vogelen herhalen hunne liederen en vroolijk ruischen beek en vliet; de velden zijn getooid met hoopvolle kleuren en over dat alles straalt de zon in volle, levenwekkende en levenkweekende warmte en gloed. Dal Is Paschen dat is het feest, dat spreekt van verrijzen, herleven, van opstaan tot nieuw leven. Maar toch bij dit alles, ongelukkig de mensch, die geen verheffender ge dachte heeft bjj dit hooge feest dan deze. Ongelukkig de mensch, zelfs wan- neer hij onder de besten der groote menigte zich scharend, in de ontwakende (natuur eene aansporing vindt, om zich te hernieuwen tot ijveriger plichtsbe trachting tegenover zich en de samen- re leving. Nogmaals ongelukkig dan de mensch want ook dan nog zal hij onvoldaan in het duister vragend blijven rond tasten het oog staart op het omhulsel, hoe verlokkend ook, en de zoete, heerlijke kern bljjfl verborgen. Neen, daar is meer. In dat telkens herleven van alles op aarde na den doodslaap van den winter, mogen wij de stille heen wijzing zien op het ont waken ten leven, dat den mensch ten deel zal vallen, nadat hij den langen slaap des doods is ingegaan. Heeds in dat ontwaken ten feven der ons om ringende natuur mwn wij de waarheid kennen, die de 'Jfime lijder uit het Oud Verbond in mrtuiging des harten op Gods ingeving uitsprak„Ik weet, dat mijn Verlosser leeft en dat ik ten jongsten dage uit de aarde zal ver rijzen" daar mogen wij zien eene herinnering aan de beloften van den Godmensch .Ik leef en gijzult leven" eene herinnering boven alles aan het groote fi-it, dat de grondslag is van ons geloof, de steun onzer blijde verwachting en eene blijvende voeding onzer liefde; eene herinnering aan den menschge- worden en gestorven, maar ten derden dage heerljjk verrezen Zoon Gods, Jcsus Christus, die de eerstgeborene uit de dooden, de eersteling onder de verre- zenen, van onze opstanding de zekerste waarborg is. Ja, dit is boven alles het Paschen, het feest, dal wij vieren. Die vreugde volle herinnering doet ons juichen doet in blpden dank ons hart opgaan lol God. Want de boeien des doods z|jn geslaskt, overwonnen is de dood, hem is zijn prikkel ontnomen. Het sterven is een overgang slechts tot beter leven. Chr.stus, als de eerstgeborene onder de breeders, is ons voorgegaan, daar zullen wij volgen. Hij stierf den lichamelijken dcod, maar ten leven is Hij opgestaan en sterft niet meer. Wij zullen eenmaal sterven, maar ook gestorven zijnde zullen wjj levenin Christus geloovend zullen wij den dood niet zien in eeuwigheid. Door die gedachte voelen wij blijvend onzen moed herleven in 's levensstrijd de toekomst is niet onzeker en duister daar is het licht en glanzend. Van geen slapheid en onverschilligheid in loome afwachting kan sprake zijn. Immers het geloof kan niet als stille overtuiging in het hart besloten blijven zonder nood zakelijk te doovenmaar uitspreken in daden moet het, zich openbaren ii werken. a. Pijnlijk wordt het hart gelrofTen, zoo dikwijls de schrille wanklanken van steeds wassend ongeloof gehoord worden waar boven alles geldt als een een voudige waarheid, dat de dood het einde is van het individueel leven waar boven alles gehoord wordt .Op de vragen .Geeft onio wetenschap hel anlwooril, breekt .Van elk mysterie: 't Stof is oorzaak, einde - God I" Dat ongeloof blijft niet besloten in klinkende theorieën. Neen En 'l woord der wgzeo vindt <jjn antwoord in het leven Want leer en daad zijn één. Om zich heen starende, ziet men in de onverbiddelijke gevolgtrekkingen die leer toegepast. Waarom niet? wanneer het waar zou zijn, dat geen beter leven ons wacht, dan mag er ook geen hin derpaal zjjn, die den mensch den weg naar het geluk verspertdan kan hij niet anders doen dan streven naar vol doening in iederen vorm, waar en hoe het geluk hem aangeboden schijnt. Daarom een zwellende zucht naar genot, naar ontspanning, naar eer en aanzien van daar wedstrijd op allerlei gebied, waar de hoogmoed prikkeling zoekt, waar egoïsme, koude zelfzucht in en boven alles voorzit. Maar pijnlijk wordt het hart getroffen niet alleen. Getuige, hoe de duisternisson des ongeloofs zoo veler oogen benevelen, bidt men hoopvol tot God met de dis cipelen .Heer blijf bij ons." H. k. J)r. Schatpman. De ei .r Koning. BUITENLAND. Volgens eene gewoonte, welke reeds van ouden datura is, is ook nu weer Koningin Victoria in 't buitenland. Thans vertoeft zij in de Riviera, te Cimiez, dicht bij Nizza- Naar het schjjnt bevalt H. M. het klimaat zeer goed en zij maakt dan ook dagelijks wandelritjes in den omtrek van Cimiez. Enkele dagen geleden maakte H. M. een uitstapje naar Aspremont, en ontving daarna, te huis teruggekeerd, Mgr. Chapon, bisschop van Nizza, in particuliere audiëntie. Zij bedankte hem voor zjjne oplettendheden aan de Engolsche kolonie bewezenH. M. betuigde ook hare sympathie voor Z, H. Paus Leo XIII, en sprak lang over pater Vaughan, den Engelschen prediker in de parochie van den H. Franciscus, en levens over kar dinaal Vaughan, diens broeder. Drie kwartier lang onderhield zich H. M. met den bisschop. China beeft den eisch van Engeland, het in pacht verkrijgen van Wei-liai-wei, ingewilligd en drie havens voor den handel geopend. Daaromtrent heeft de Engelsche minis ter Ballour in het Lagerhuis Dinsdag, volgens een telegram, de volgende merk waardige verklaring afgelegd .Zoodra de regeering hoorde van de onderhandelingen van Rusland over Port- Arthur, stelde zij aan Rusland voor, af te zien van het in pacht nemen van Port-Arthur, waartegenover Engeland zich zou verbinden geen haven in bezit te nemen aan de golf van Petschilli. .Rusland weigerde. Daarop lieten we n Rusland weten, dat wij ons gerech tigd achtten de noodige stappen te doen om de Britsche belangen te verzekeren. Wij hebben Woi-Hai-Wei verkregen op dezelfde voorwaarden als Rusland Porl- Arlhitr. Het bezit van Wei-Hai-Wei weegt tegen Port-Arthur als Russische bezitting op, en voorkomt, dat de golf van Petschilli onder militaire contröle van een enkele mogendheid zou komen. ,Wjj wcnschen de integriteit van China zooveel mogelijk te bewaren. De toe komst bergt misschien nog zonderlinge verrassingen in zich. Het zou kunnen zijn, dat de omstandigheden en het evenwicht der macht in het Verre Oosten veranderen, wanneer tot verdeeling van China wordt overgegaan. Indien dit mocht geschieden, dan zou de tjjd kun nen komen waarop de groote mogend heden het in hun belang zouden achten om te zeggenChina zal niet in de handen vallen van ééne mogendheid, welke ook. Zich te begeven in eene moeiljjke en kostbare onderneming om te ontkomen aan een twijfelachtig gevaar in een verre toekomst, zou een daad van politieke krankzinnigheid zijn. .Wij vragen van het land den steun voor onze staatkunde met des tc meer vertrouwen, omdat z|j de goedkeuring wegdraagt van elke groote handelsge meenschap der wereld". In het Hoogerhuis gaf lord Devons- re een overzicht van de Buitonlandsche politiek der regecring, en hij voegde erbij, dat er voor Japan geen enkele reden bestond om zich to verzetten tegen de bezetting van Woi-Hai-Wei. De admiranls der Mogendheden, die ig in de wateren om Kreta kruisen, haddon hun beklag ingediend over hel plegen van groote wreedheden door de opstandelingen den Turken aangedaan zclls dreigden zij tusschenbeide te komen. De Nationale Vergadering heeft op deze klacht geantwoord, dat zij altjjd getracht heeft dergelijke handelingen te onder drukken, doch dat wel in aanmerking moet genomen worden, dat deze wreed heden door Turksche gruwelen z|jn uit gelokt. De Vergadering acht het dan ook maar 't best denzelfdcn maatregel te Kandia in te voeren als te Kanea, n.l. 't Turksche cordon en alle Turksche gezag op te ruimen. Dit zou natuurlijk wel niet in den smaak vallen der Mo gendheden, evenmin nis in dien van den Sultan. Met Rusland staat Turkije weer op minder goeden voet. Uit Konstanti- nopel wordt althans gemeld, dat er tusschen de Porte en den Russischen gezant opnieuw moeilijkheden zijn ont staan ter zake van de achterstallige oorlogsschatting. De Porte wil 150.000 Turksche ponden 's jaars betalen totdat het achterstallige aangezuiverd isRus land verlangt daarentegen 750.000 pond in eens. De Russische gezant te Konslantino- pel heeft in den loop van een gesprek met den Sultan terloops gezegd, dat 20.000 soldaten, voor het verre Oosten bestemd, binnenkort met schepen van de vrijwillige vloot de Dardanellen zou den passeeren. Uil Tientsin wordt aan d» Timet ge meld, dat een hooggeplaatst ambtenaar den keizer een memorie gezonden hepft, waarin hij het Tsoeng-li-jamen beschul digt, omgekocht te zjjn door Rusland, dat ook aan Li-hoeng-sjang anderhalf millioen taels betaald zou hebben. De ambtenaar neemt aan, een en ander te bewijzen, anders is hij bereid te sterven maar hij eischt Li-hoeng-sjangs lereci.' - stelling, wanneer de bewijzen voor zijn' verraad geleverd zijn. FEUILLETON: Uit de dagen der Fransche Revolutie. S) Zooals de pastoor voorspeld bad. gebeurde bet werkelijk weldra. Zijne degen wwon geteld, zjjn naam stond op de ljjst van de door de Conventie aangegeven londsverrad;rs, die ge vangen genomen en onder de vobjjl ter dood gebracht moesten wordtin. Bet beitige Misoffer werd nn mg slechts met gesloten kerkdeuren en in den mega* morgen of te middernacht opgedragen, Vjjl reeds in de depsrlementshooldstad de gevaajenn jming van den pastoor door de revoluliemmnen had plaats gebod en hem hetzelfde lot te wachten stond. Om bannen zielzorger tegen eene plotselinge gevangenneming of overrompning te behoeden, boden zich verscheidene maaien aan, om vrjj- willfg als beschermers op te traden. Zjj kwelen zich van hnnnea plicht als Wachter op de hooge possen, welke naar de vallei leidden. Weerklonk het door de wachters geblazen signaal, dan werden de kerkdeuren dehbel gegrendeld, ter wijl de putoor gelegenleid vond in een ge heimen gang te vlochten, welke tniten de kerk ónder struikgewas uitmondde. Reeds tweemaal haddeo de soldaten der revo- hztie bet dorp omsingeti, zonder jiea pastoor te die, tjjdig gewaarschuwd, in zjjn en ver- schailhoek vluchtte. Om ten verborgen i banden te krijgen wak door bel be- bet deportsment der levennes 1000 op Zijn hoofd geuL Moor noch de hooge losprijs, noch de schitterende betrekking, die degene krggen zon, welke de gevangenneming mogelijk maakte, trof doel, wool geeD enkel gemeenlenoar wilde voor Judasloon den pasloor verraden of hem gevangen nemen. In weerwil van de uitgezette wachtpoeten, die trouw hunnen veiligheidsdienst verrichtten,'wer den zjj door vorraad getroffen, welke op ecnen Zondag onverwacht voltrokken werd. Do trouwe pastoor bad ceue H. Mis opgedragen voor do ziel van een overleden gemeentenaar, toen kort voor hol einde er van een knaap, mol zwoel on stol overdekt, de kerk binnenstormde en het nader komen mededeelde van ruiters, die in vliegende vaart op bet dorp aanreden. De ge- loovigen verhelen het Godshuis, de pastoor ontdeed zich van zjjn priestergewaad, bracht het Allerheiligste in veiligheid en ging naar den oilgang, om in de geheime gang to komen. Middelerwijl komt ook reeds eon man asnge- loopen, dia tol eene snelle vlucht aanspoort, daar de plaats wegens verraad door soldaten is omringd on eene afdeeling hem op debielen zit. Pistoolschoten weerklinken, gevolgd door een woest geroep, hetwelk de aankomende ruiters uitgalmen. Op bet pool over de graven van het om de kerk liggend kerkhof naar zijne dichtbij gelegen paetorie te vluchten, wordt pas toor José plotseling door een troep ruiters om ringd, die met gevelde lans op hem instormen. Deze, eeu joage, vlugge man, ziel bel dreigend gevaar, dat boven zijn hould zweeft, springt vlug over den logen muur des kerkhofs, bereikt aan den andoren kant een dicht beukenboschjo •o is zoo aan de handen zjjeer vervolgers ont komen. Een salvo volgt den vluchteling, doch de kogels vliegen over zijn hoofd. Woedend en toornig over bet mislnkken van den zoo ge- wenschlen buil, stormen de ruiters ouder razou en tieren den vluchtenden priester na, die ietusscheo over heggen en graven snelt en eon grooten voorsprong op zijne vervolgers wint. In blinde haast voortgaande, worden de schreden van den vervolgde plotseling tegengehouden door de hooggezwollen rivier, die bruisend door het dal stroomt. Besluiteloos stsst de pastoor een oogenblik stil en beschouwt de omgeving met angstige blikken. Het hoefgetrappel der naderende ruiters klinkt hem vermanend in de ooren. De vervolgde beveelt zjjne ziel in Gods bescherming, werpt zich moedig in den stroom, zwemt dezen over, komt aan den met hont begroeiden oever en is op nieuw den handen zjjaer vervolgers ontkomen. Onder beschutting van bladerrijk geboomte klimt hg opwaarts eo gaat rustend zitten op een rotspunt. Inlnsschen zgn ook de ruiters in wilde vaart aan den eteilen oever gekomen zjjne verdere vervolging wordt hen door de rivier belot. Terwgl al de soldaten, behalve één jjverig revo lutie-soldaat, hunne tengels rechts af wenden, om de algelegen brug over Ie rgden, springt deze van zgn paard, werpt mantel, lans en helm st om op sneller manier den tegenover liggende oever zwemmend te bereiken. Nanw- ljjkv echter heeft hg zich in den vloed geworpen ol de onstuimige revolutieman wordt door een verraderlgken draaikolk gegrepen, welke hem naar de diepte sleept. In hartverscheurende tonen sloot de met do golven op leven en dood worstelende ruiter zgn hulpgeroep uil, welke echter niet gehoord wordt. Zgne makkere zgn uit het gezicht ea hooreu niets van de kreten der vcrtwgleliog, welke uit het water opslggen, tot hulp oa redding. Niemand ziet het gevaar, slechts José, de vervolgde priester, is getuige van den bedriegelgken kamp mot de va golven. Zgn hart heelt, verstand, eigen ree naastenliefde, medolgden, opolferiog, dat allea brengt zgn geest in de war, maar ook slechts één oogenblik. .Bemint owe vganden en doet wel dsng die u baten," zoo weerklinkt eene inwendige stem, die hem tot reddiog en opoffering spoort. .Neen, gg zoll nwj ral niet in de golven vinden," zoo roept de priester moedig besloten uil, terwgl hg ving naar den oever snel!, zich weder in het natte clement werpt, den gezonken vervolger, zgn vgand, grgpl en hem mot eigen levensgevaar aan don oever brengt. Het ma aan do pogingen van den menschlieveoden rei der gelukken, de leveosgeeslen in bel schgnbai levenlooze lichaam weder op te wekken. Spoedig slaat de geredde soldaat zgoo oogco op en blik valt op den vervolgden pastoor, die zgne zgdo knielt en door hel nrjjveo der hand palmen het loven weder terngroept. .Hoe, pastoor!" roept de soldaat met greo zelooze vorwondering uit, terwgl hg zich opricht ,Qij aan mgoe zgde? Bij hebt mg uit dl golven gered en den dood ootrnkl ,Ja, vriend," antwoordde de pastoor zacht „zoo is hel. Ik zag n met de golven kampen en in de diepte zinken. Niemand daagde tot uwe redding op, ik snelde los en redde u van .Pestoor," stotterde de soldaat beschaamd, .gg zgl pastoor José, die door den revolntie- raad ter dood veroordeeld zgl, op wiena hoold eene belooning van 1000 Iranca gezet ia." .Juist zoo, mgn zoon, op mgn hoold staan 1000 fr. belooning. Gg igt gered, als aoldaat der revolutie ben ik In uwo macht, bind mg de handen, breng mg naar de Baalille en gg onlvangt do 1000 fr. belooning." Mei half geoponden mond staarde de geredde soldaat den spreker, zgn redder aan, volgde echter terstond daarna den drang zgns harten, wierp zich voor zguen redder op de kuieêo, atak zgne handen smeekend omhoog en riep suikkend uil: „Vergeving, vergeving voor mgoe misdaad 1" .Wal most ik u vargeven," antwoordde de pasloor geroerd,gg zjjl soldaat, staat onder de bevelen uwer overheid en doel, wat u ge luiden wordt." ,lk wil Bterven en door beulshandsn om komen," riep de revolutie-soldaat mat gssmoorde stam uit, .voor ik ooit weer mgus handen uit steek om eenea prioslnr te vervolgen of te Hierop droogde de soldaat zgns betraande oogen, kostte vurig ds houden zgns redders so verzocht om zgnen zegen - den zegen van een vervolgden priester. Zegenend strekte de pastoor zgne handen over hem uit, een hemei- sche, weemoedige blik trof den knielenden men en een vorig gebed steeg nit zgne ziel op, een gebed, dat naar den hemel ging. Uit den haten-

Historische kranten - Archief Eemland

De Eembode | 1898 | | pagina 1