Katholiek Nieuws- en Advertentieblad No. 2. Zaterdag 14 April 1900. Veertiende Jaargang. DE EEMBODE voor Amersfoort, Apeldoorn, Baarn, Barneveld. Blaricum. Bussum. Driebergen, Eemnes, Harderwijk, Hilversum, Hoogland, Laren, Leusden, Naarden, Nijkerk, Soest, Stoutenburg, Veenendaal en Zeist. Verschijnt eiken ZATERDAG. meutsprij» par drie maanden: Franco per post Afzonderlijke nummers r0,40. f 0,05. BureauBreedestraat, E 349, Amersfoort. Uitgave van de Vereeniging De Eembode. Frija der Adrertentièm Van 1 tot 6 regelsf0.30 Voor iederen regel meer- 0.05 Correspondenten en Advertentif-n moeien uiterlijk Vrijdagavond Dit nummer bestaat uit twee Bladen. Paschen. Hoeren triomf over Zijne vijanden. De vijanden des Heeren hebben buri doel bereikt, het doodvonnis, door den Hoogepriester uitgesproken en door den Romeiuschen Stedehouder bekrach tigd, is voltrokken, de Nazarener ge storven en neergelegd in het graf. ,Hij is niet meer, Die het volk opruide, verbood den Keizer schatting te betalen en zich noemde Christus de Koning. Hij is niet meer, Die zicli opwierp als de Messias, die komen moest; uitgeroeid is Hij, Dien het verdwaasde volk ver heerlijkte als Propheet, voor weinige dagen nog te dezer stede huldigde als Israels Koning, jubelend Zijn luistervollen intocht vierde! Billijk en rechtvaardig was het, dat één voor het behoud des volks werd ten offer gebrachtDe Syna goog is behoudenAls verdoolde schapen zwerven Zijne volgelingen heinde en verre, Zjjne Apostelen zijn gevlucht, Zijne secte is vernietigd I" Ziedaar ongetwijfeld de godslasterlijke taal, welke de vijanden des Heeren onderling wisselden bij hun terugkeer van het graf. De dwazen 't Is voor hun oog verborgen, dat zij den Nazarener den weg baanden tot Zijne verheerlijking, tot de volkomen zegepraal over Zijne vijanden: „Moest de Christus dit alles niet lijden en zót ingaan in Zijne heer lijkheid V' Hoe spotte deze Doode met zijne door hoogmoed verblinde vijandenIn trol- sche eigenwaan achtten zij hun zegepraal volkomen De Nazarener was dood, ais verachtelijke shu.. gestorren aan den schandpaal des kruises, een lans doorboorde Zijne zyde en ten teeken Zijns doods vloeide daaruit water en bloed, Zijn lijk in lijnwaad gewik keld werd ter grafplaats nedergelegd, de ingang was gesloten, de steen ver zegeld, een wacht soldaten rondom het graf geplaatst, geen twijfel het lichaam des Dooden zou dra de prooi, het aas der wormen worden en daarmede verijdeld de prophetie Zijner verrijzenis, verijdeld het geloof in Zijne zendingde fundamenten Zijner Kerk waren uiteen geslagen en Zijn werk was verwoest! IJdele drooraen des vijande lijken waanzins Uitvoerders waren zij geweest Zijner raadsbesluiten bij het grootc offer, dat Hij vrijwillig op den Calvarieberg had voltrokken, ter vervulling der heilige Schriften, maar Hij, de Doode, wilde, dal Zijne vijanden mocsLn zijn de medewerkers, Zijne werktuigen tot verheerlijking Zijner Verrijzenis, moes ten zijn zelfs getuigen dezer grondwaar heid van ons geloof! Alle maatregelen door hen getroffen, alie voorzorgen door hen genomen tot verdelging van Zijn Naam, tot bevestiging van hun triomf, keert de schijnbaar machteiooze Doode om tot verheerlijking des grafs, tot glorie Zijns Naams, tot uitbreiding Zijns rijks, tot bevestiging Zijner zegepraal over hel en zonde en dood; huns ondanks roept Hij hen op om te gelooven en te be lijden, dat Hij waarlijk verrezen is om getuigenis af te leggen, dat het geloof in Hem niet ijdel is Nauwelijks wordt de bazuinstoot des wachters van .ierusalems tempel ver nomen, of zie, de Doode herleeft, staat op uit hel stof, dringt opwaarts door de steenen gewelven en verrijst met Zijn verheerlijkt lichaam, schitterend als de zon boven de grafstede verrijst als overwinnaar over hel en zonde en dood. Niet weggenomen werd het lijk de steen sluit nog den ingang, dezege len zijn nog ongeschonden, de wachters zien vol verbazing en schrik hoe Hij opstond uit eigen kraciit, en worden de eerste getuigen Zijner heerlijke Verrij zenis. En hun getuigenis is onwraakbaar de ongeloovige vijanden des Heeren in Jerusalem worden de eerste geioovigen Zijner verrijzenis en derzelver schitte rendste getuigen. Zoozeer zijn zij op de getuigenis der wachters overtuigd, dal zij er niet aan denken een onderzopk in tc stellen naar de waarheid dezer ge tuigenis; maar in hunne ontsteltenis zin nen zij aanstonds om de waarheid Zijner verrijzenis en hare gevolgen te verijdelen en de vrees, die hen beangst, én 't geld, waarmede de wachters worden omge kocht én de valsche getuigenis hun in den mond gelegd zijn even zoovele schitterende bewijzen van hun geloof, als van de volledige zegepraal des Naza- reners, die Zijne vijanden noopt zelfs als eerste geloofsgetuigen op Ie treden voor de waarachtigheid Zijnor verrijzenis, voor de vervulling Zijner prophetie: „ten derde dage zal ik verrijzenHij noopt hen te bevestigen, dat ons geloot niet ijdel is, dat de Gekruiste waarlijk is Christus, de Koning, de Zoon van den levenden God Hij noopt hen zelfs om, door Hem verworpen en in ballingschap over de aarde gezonden, alom onafgebroken levende getuigen te zijn voor de waar heid des Christendoms De Verrezene zet van het grat Zijn zegetocht nog immer voort in de ge schiedenis met en in Zijne Kerk. Hoe dikwijls heeft. Zijn Bruid tijden gekend van hachclijken strijd, vari lijden en bloedige vervolging; hoe dikwijls scheen het oogenblik genaderd, dat zij zou worden grafwaarts gedragen en der ver nietiging prijsgegeven hoe dikwijls ver kondigden de vijanden in verblinden hoogmoed de naderende overwinning en verwoesting van iiaar, die zich onver gankelijk waant. De verblinden zij zagen het niet, dat zij in hun strijd de werk tuigen waren in de hand van Hem, aan Wiens macht hemel en aarde zijn onder worpen en Die met Zijne Kerk is tot de voleinding der eeuwenzij zagen het niet, dat zij samenwerkten tot Zijne glorie, tot uitbreiding en bevestiging, of tot zuivering der Kerk dat zij arbeidden slechts om nieuwe triomfen voor te be reiden, haar die telkens en telkens overwinnend en zegevierend het hoofd verhief uit de golven van vervolging en lijden, telkens verrees tot een verjeugdigd leven. Ook in onze dagen wordt strijd tegen de Kerk gevoerd, listiger en sluwer en daarom gevaarlijker dan ooit te voren. Maar Hij, die zetelt in de glorie des Vaders, Hij lacht met de ijdele plannen der volkeren, Hij spot met de samen zweringen van koningen en vorsten in Zijn almachtige hand buigt Hij hen tot Zijne Verheerlijking, tot eene ver nieuwde bevestiging Zijns woords „de poorten der hel zullen haar nimmer over weldigen!" buigt Hij hen tot eene nieuwe zegepraal Zijner Kerk, die wederom zal zien de verplettering harer vijanden tegen de onvergankelijke rots, waarop zij door Christus, den Koning werd gebouwd. BUITENLAND. Omtrent den dader van den aanslag op den prins van Wales, den 15-jarige Sipido, wordt gemeld, dat zijn bewakers, nu zijn opgewondenheid voor ka!m na denken heeft plaats gemaakt, tiem elk oogenblik in tranen vinden. Ook voor den rechter, die de instruc tie leidt, heeft hij stuk voor stuk een bijna volledige verklaring afgelegd van hetgeen hem tot zijn onbezonnen daad gedreven heeft. Uit het onderzoek is gebleken, dat de jongen in de laatste dagen veel in ge zelschap van jonge socialisten was ge weest en geheel onder hun invloed had verkeerd. De reeds aangehouden jonge man Arthur Meert had in een huishou delijke bijeenkomst plannen gemaakt, den prins uit te (luiten en zich later uitge laten, dat de prins gedood moest worden. In zijn opgewondenheid was Sipido toen opgestaan en had geroepen .Dat zal ik doen." Zijn kameraden hadden hem medelijdend uitgelachen en hem daardoor juist geprikkeld, zijn woord gestand te doen. Van Meert kocht hij de revolver. Zijn makkers bleven hem ophitsen en aan het slation, na een oogenblik van niet durven, had Sipido in een plotselingen aanval van koorts zijn wapen gericht.... Niet alleen is Meert aangehouden, maar nog een andere kameraad Jean Beckers als in de zaak betrokken zijnde. Men acht het 't waarschijnlijkst, dat Sipido, die nog geen zestien jaar is, tot zijneen en twintigste jaar ter beschikking van den staat wordt gehouden, of als krankzinnige wordt opgesloten. Door de diep bedroetde ouders van den misleiden Sipido is een smeekschrift aan koningin Victoria gericht, waarin zij haar nederig vergeving vragen voor hun kind. De Belgische Kamer werd Woensdag jl. eene aardige verrassing bereid. In hare zitting van dien dag deed De Smet de Nayer, hoofd van het Kabinet, voorle zing van het decreet, waarbij Koning Leopold aan België ten geschenke geeft al die onroerende goederen, welke die nen tot nut of tot verfraaiing van de plaatsen waar zij gelegen zijn. Door de rechterzijde werd deze voor lezing staande aangehoord en dapper toegejuicht. De tijdingen uit Zuid-Afrika luidden in de laatste dagen gunstig voor de Boeren. De Times ontving uit Bloemfontein een telegram, waarin wordt gezegd: Het geval van de verloren compag nieën is ongelukkig, omdat het de oos telijke flankbeweging van de Boeren voltooit, die nu in eene dunne lijn rei ken van Sannaspost in bet zuiden tot een punt oostelijk van Jagersfontein-road. De baan en de stations van den spoor weg zijn ruimschoots beschermd, maar hunne verdediging maakt een zwarea patrouille-arbeid uoodig. En een nader bericht uit Bloemfon tein voegt daaraan toe Alle bijzonderheden, die hier zijn ont vangen betreffende de ramp bjj Koorn- spruit, dienen slechts om de verwon derlijke slimheid van de Boeren te doen uitkomen, niet minder dan de verwon derlijke zorgeloosheid en het gemis aan voorzorg van onze officieren. Het schijnt, dat geen ernstige rampen, hoe zwaar ook, dezen ooit zullen leeren hunne oogen open te houden. Wanneer van Engelsche zijde zoo iets wordt gepubliceerd, kan men zeker zijn, ("at deze berichten waarheid bevatten, maar dan ook hebben de Boeren een succes behaald, van niet geringe betee- kenis. De overwinning bij Reddersburg, beeft indruk gemaakt. Wel heeft de af- deeling van het vreemden-legioen der Boeren bij een aanval door de Engel- schen bij Boshof het onderspit moeten delven, maar deze afdeeling, onder com mando van graaf de Villebois-Mareuil, FEUILLETON. De noodlottige verjaardag. Een verhaal uit de Erotische Revolutie van 17. (Slot.) .Dal deed God," antwoordde Hertnaoie, e biedig bel hoofd bnigend, .it ben slechts .Ik bi ,U hebt gelijk, ge zjjt slechts een zwakke Tronw," antwoordde de priester, .maar gij zelf hebt daar eene gedachte geuit, die u met moed moest bezielen. Ja, het was God, Hg is derhalve machtig en goedertieren genoeg u den noodigen bijstand te verleenen, om n Zij oen wil te doen vervullen. Hg beveelt ons, onze vganden te vergeven, zooals Hg zelf beeft gedaan en als God kan en wil Hg ons daartoe zgne hulp ver leenen. Wg mogen Hem echter niet weerstaan en Zgne genade met afwpen." .God verlangt niets onmogelijks.'' antwoordde Hermanie op kouden toon. De pastoor stond op. .Frenle," sprak hg, ,ik vrees, dat op een gevaarlgken weg zgttoch wanhoop ik nog niet. Ik zal u de arme zielen in bel vagevuur aanbevelen, door bare voorspraak toch heb ik meermalen bekomen, wat mensche- Igker wgze gesproken, onmogeigk scheen. En," voegde hg er wgfelend aan toe, .mocht uw brooder nog onder de Igdende zielen zich be vinden, dan zal ik vooral tot hem mg richten, opdat hg sraceke, dat het hart dergene getroffen worde, die hem zoo dierbaar was." „Mgn broederriep Hermanie getroffen uit, .maar heer pastoor, u vergeet, dat hg reeds vgllieo jaren dood ishg kan niet meer in het vagevuur zijn!" .Och, freule, dat zgu vragen, welke wij niet kunnen beantwoorden. Ik weet wel, dat Gods barmhartigheid eindeloos is, vooral jegens ben, zgn behandeld. Maar uw broeder werd zoo plot seling, zoo onverwacht Id den dood geleid wie zou kunnen zeggen, of hg in de weinige miuu- is, zich voor Ie bereiden, om schuldeloos voor zgneo God te verschijnen? Ed al wil ik dan ook volstrekt niet zijne eebt christelijke gevoe lens in twgfel trekken, wie zal dan nog kunnen zeggen, of niet veel uit zgne jongelingsjaren nog afgeboet moet worden, voor hg geheel smet teloos den hemel kon binnengaan De pastoor was heengegaan en Hermanie was alleen. Het was hare gewoonte den nacht haars verjaardags, sedert dien noodlotligen voor vgftien jaren, op te blijven. De onde bediende kende dit gebruik zgoer meesteres ;nadat hij licht gebracht en gezien had of alles goed gesloten was, giug hg Hermaoie zat in hare kamer en gaf zich over aan hare droefgeestige droomergen. Zg dacht in zg c met kloppend hart Ie wachten stondweer zag zg de groep, welke zich uit het huis des generaals begaf, met Hyacinthus in bun midden zg zag hem daar etaan bleek en rustig. Hare oogen vielen '.oe en nu? beelding Daar stond haar broeder werkelgk voor haar. niet veranderd door de jaren, maar boortedag. Hg zag er treurig, maar onderworpen uil. Zg vouwde de handen op hare sidderende .Hyacinthus, broeder!" riep zg uit, .wat heeft u teruggevoerd iu deze koude, booze wereld .Zusier!" was het antwoord. ,ik ben geko men om mg te beklagen over de gruwzaamheid. ,Ik weet hel." antwoordde zg, .uw dood is met vurige letters in mgn hart gegrift, uw bloed schijnt in mg naar wraak Ie roepen, maar wal had ik kunneD doen?" ,Ik spreek niet van mijnen dond, van uit de eeuwigheid gezien lgkt ons bet leven als een droppol in den oceaan, de dood als een overgang, als de drempel lot het huis van den Koning der Koningen. Neen, zuster, wat mg smart, is, dat gg, mgne eenige zuster, die ik zoo innig liefhad, mg hebt vergelen." ,D vergeten!" riep Hermanie uit, .is er zelfs ook maar één dag voorbijgegaan, waarop ik niet aan u dachtéén aacht, waarin ik niet van u gedroomd heb? In den bloei mgns levens heb ik afstand gedaan vao alle vreugde en ge noegen, daar mgn hart zonder u niet meer le- „Ach, uwe tranen en uwe vertwgleling heb ben mg niets gebaat; ik verlangde vnrig naar gebeden, opdat ik mgne schulden zou kuuneu betalen, welke ik door mgne zonden had laten oploopen. Jaren lang heb ik tevergeefs gewacht voor mg steeg geen gebed lot voor Gods troon. Mijn lichaam werd zonder kertelgke plechtig- het heilig tnisofler opgedragen. Tallooze zielen zag Ik opklimmen naar do zalige gewesten, ver lost door de H. Communiën en gebeden hunner En toch koesterde ik in die laatste oogenblikkcn mgns levens, toen ik sidderde voor de gerech- Uglieid van den Almachtige, de zoete hoop:de gebeden nigner zuster zullen mg tot over't graf volgen. Gisteren avond is voor rag voor 't eerst een ,de Profundi*" gebedendaardoor heb ik verlof gekregen aan u in den droom te versebg- medelgden met uwen broeder, help hem den tgd zijner gevangenis verlorten. Gg aardbewoners kunt u er geen voorstelling van maken, wal eene ziel lgdt, die een kort oogenblik haren God heeft aanschouwd en dan uit Dieus tegen woordigheid wordt verbanneu." „O, Hyacinthus f' riep Hermanie vertwgfeld uit .vergeef rnij I Zoo gruwzaam heb ik dus met u gehandeld, terwgl ik toch meende uw nagedachtenis Ie eeren Zg ontwaakte, verborg haar gelaal in hare banden en weende bitter. Toen zij elndelgk op keek, vertoonden zich aan den ooslelyken hemel de eerste stralen der opkomende zon. Zg knielde neder en bad zooals zg in jaren niet gebeden had. Eensklaps klonk een klokje door de kalme morgenluchthet was het dorpsklokje, dat de geioovigen ter kerke riep. Hermanie stond op, verliet het huis en ging snel naar het dorp. De frissche dauw lag n> het gras, de lacht geurde bcerlgk, de voi ogen hunne wel luidende morgenzangen ..- zg lette niet op dat alles; écne gedachte chts bezielde haar haar broeder leed en zg kon hem helpen. Tranen van berouw outvielen bare oogen, toen zg dacht aan de verwaarloozing van dezen zoo zoeten en heiligen plicht. Met een gevoel van diepe schaamte betrad zg de kleine kerk; de aandachtig biddende dorpelingen waren niet weinig verwonderd de edele bewoonster van het kasteel voor 't eerst iq hun midden te zien. Na de H. Mis bezocht zg den goeden pastoor, vertelde hem, water in den afgeloopen nacht gebeurd was, en voegde er bg, dat zg van na af besloten was een waar christelijk leven te .God zg geloofdriep de priester nit, ,al hebt ge dan ook dezen nacht werkelgk den geest uws broeders gezien, of al is het dan ook maar eea droom geweest zeker is het, dat onze hemelsche Vader zich van dit middel be dient heeft om uwe ziel tot Zguen dienst terug te brengen-" .Mijnheer pastoor," sprak zg iu gedachten, .hebt u werkelgk gisteren eene .Profondis" voor dozielerust mijns bloeders gebeden?" .Zeker," antwoordde de geeslelgke getroffen. ,Hg heeft mg gezegd, dat dit bet eerste gebed is geweest, dat men voor hem ten hemel heelt gezonden." Enkele dagen later knielde freule de St Florent aan de Tafel des Heeren om Deogene te ont- rangen, wiens gebod zg zoo lang verwaarloosd had. Zg was niet van dien aard om halverwege

Historische kranten - Archief Eemland

De Eembode | 1900 | | pagina 1