Katholiek Nieuws- en Advertentieblad
Zafardag 3 Januari 1903. Zestiende Jaargang.
DEEEMBOOE
voor Amersfoort, Apeldoorn, Baam, Barneveld, Blaricum, Busstim, Driebergen, Eemnes, Harderwijk, Hilversum, Hoogland,
Laren, Leusden, Naarden, Nijkerk, Soest, Stoutenburg. Veenendaal en Zeist.
Verschijnt eiken ZATERDAG.
Abonnezuentaprija per dne m&andon
Franco per post
Afzonderlijke nummer*
BureauBreedestraat, 18 Amersfoort
Uitgave van de Vereeniging De Eembode.
Prijs der Adrsrtentièn i
Van 1 tot 6 regel*f0.30
Voor iederen regel meer-0.05
Correspondent)!1!! on Advertentiën moeien uiterlijk Vrijdagavond
In,de gegeven omstandigheden moet ons
dan ook van 'I hart de bekentenis, dal
het ons zeer onaangenaam aandeed, dal bij
de samenstelling van het huidige Kabinet
een plaats werd ingeruimd aan een
minister van Oorlog, wiens mililairistische
neigingen een vroeger christelijk Ministerie
deed uiteenspatten, en door wiens op
treden niet enkel de harmonie om
't zachtste woord te gebruiken onder
de bondgenooten, maar ook en vooral
onder zijn eigen geloofsgenooten jam
merlijk verstoord werd.
Toch durfden wij ons nog vleien met
de hoop, dat het gebeurde in die dagen
ook hem lot beter inzicht zou hebben
gebracht, maar de Memorie van Antwoord
van minister Bergansius stelde ons weder
bitter Ie leur. Uit bijna alles, wat wij
daar vernemen, ademt de oude militairist.
Hel Ministerie, waarin hij thans zetelt,
is opgetreden met een program, dat op
de eerste plaats spreekt van sociale her
vormingen, en wijl deze hervormingen
veel, zeer veel geld zullen kosten, inocht
verwacht, dat bjj invoering der rampzalige
wetten van zijn voorgangster, naar alle
mogelijke bezuinigingen zou worden ge
streefd, doch bij dezen minister van
Oorlog is daarvan geen spoor te ont
dekken. En nu vele Kamerleden eindelijk
bezorgd over de ontzaglijke uitgaven,
die 's lands defensie afperst, een voorstel
deden tot benoeming eener commissie,
die zou onderzoeken of in oorlogszaken
vereenvoudiging en bezuiniging zou kun
nen aangebracht worden, werd dit voor
stel door den minister hooghartig van
de band gewezen. Wellicht bekruipt Zijne
Excellentie de vrees, dat dan o. m. ook
van zijn eisch tot aanschaffing van snel-
vuurgeschut vooreerst niet veel zou terecht
komen.
Wat evenwel het christelijk gemoed
pijnlijk treft is, dat ook onder dezen
minister op zedelijke verbetering van het~
kazerneleven uiet te hopen valt. Het
denkbeeld aldus lezen we in de
Memorie van Antwoord om in de
kazernes voor en na de maaltijden ge
legenheid te geven om te bidden, acht
hij na gezette overtuiging niet voor ver
wezenlijking vatbaar. Vloeken, godslas
teringen, liederlijke taal moeten in de
kazernes toegelaten worden, mits men
geen mindere „uitvloekt," wal wel niininer
gebeuren zal, tenminste geen straf zal
uitlokken, daar dit moeiiijk zou te be-
wijzen zijnrnaar bidden tot den eeuwigen
God is in de kazernes niet voor ver
wezenlijking vatbaar
Als de pers inzonderheid de Katho
lieke tot heden cr op wees, dal de
kazerne een kweekschool is van gods
dienstig en zedelijk bedert, durfde men
telkens van hoogerhand beweren, dat
van de kazerne een opvoedende krac',1
ten goede uitgaat en dat zij vooral den
man vormt, die ds maatschappij tot eere
strekt. Dal tegen dergelijke redeneering
ieder rechtschapen gemoed met veront
waardiging in verzet inoest komen, ligt
voor de hand. Waar toch het verzoek,
slechts een luttel bewijs van eere aan
God te geven door in de kazernes vóór
en na de maaltijden te bidden niet kan
worden ingewilligd, terwijl Satan daar
gediend en gehuldigd wordt, mag niet
van een christelijk, maai alleen van een
hcidensch opvoedende kracht gesproken
worden.
Gaarne willen we echter
dat de Minister van Oorlog machte
loos staat, wat bidden in de kazerne
en aanstelling van aalmoezeniers bij
het leger betreftevenzeer in de tege
moetkoming aan de klacht over onbe
tamelijkheid bij keuring van militieplich-
tigen - maar onwillig blijkt hij in zake
bezuiniging op de ontzaglijke uitgaven
voor de defensie. Ziedaar wat bij de
behandeling der bcgrooling vcor oorlog,
voor ieder op nieuw daghelder gebleken
is. In generaal ftergansius hebben wij
een minister, die zich blind schijnt
te staren op al wat militair is, doch om
de belangen der burgerij zich niet in
't minst schijnt te bekreunen. Dat geheel
in strijd met het Katholiek Program de
jaarlijksche oorlogs-uitgaven reeds tot
over de 25 millioen zijn opgevoerd, laat
hem volkomen koud. Dal een dusdanig
opdrijven van fmancieele lasten, tol hel
onhoudbare toe, juist wapens in de handen
drukt van degenen, wien hel Christelijk
Ministerie een doorn in 't oog is, ook
daarvan schijnt h|j zich niets aan te
trekken. Soldaten, kazernes, snelvuurge-
schut enz., ziedaar zijn ideaal I
Een enkel staaltje van weelderig be
heer bij het departement van Oorlog zij
hier even vermeld. Onder «kosten mili
taire academie" had de minister een
post gerekend van f400') voor viering
van het 75-jarig bestaan der Kon. Mil.
Academie, welke som, volgens den minis
ter, zou besteed worden voor een feest
tent enz. Toen Zijne Excellentie echter
gewezen wa* op deze grove verkwisting,
door een voorstel van de hoeren Fock
c. s. om liet bewuste artikel uiet f4000
te verminderen, wolk voorstel zeker zou
aangenomen worden, trok de minister
die post behendig iu maar de roeke-
looze wijze, waarop bij het legerbestuur
soms met de penningen der belasting
plichtigen wordt omgesprongen, was nog
te scherper in '1 licht getreden, dat viel
niet meer weg te cijferen.
;e moenmg
Onlangs hebben v
verklaard, dat wij v,
die tot opdracht kreeg te onderzoeken
of in oorlogszaken vereenvoudiging en
bezuiniging zou kunnen worden aange
bracht wij bedoelden een Staats
commissie niet veel heil verwachten,
daar soortgelijke commission vaak de
zaken op de lange baan schuiven, of
weinig resultaten opleveren. Dat generaal
Bergansius de vorming van zoo'n commis
sie afwees, heeft ons dan ook geenszins
ontstemd. Een minister van Oorlog, die in
zijn Memorie van Antwoord durft zeggen,
dal voor de te kennen gegeven bezorgd
heid over de snelle stijging van onze
defensie-uitgaven, naar hel heni wil
voorkomen, geen aanleiding bestaat, moet
op krachtiger wijze van zijne verregaande
verblindheid genezen worden.
Een lichtstraal in de sombere atmos-
pheer van oorlogszaken werd tijdens de
behandeling dier netelige begrooting in
de Tweede Kamer inzonderheid verwekt
door het optreden van de heeren Passtoors
en Van Vlijmen. Met beslistheid drongen
deze katholieke Kamerleden bjj den minis
ter aan op dc benoeming eener zoodanige
commissie, waarinoofc hel burgerlijk element
werd opgenomen. Aan mannen, die de
zaak zoo willen aanpakken, en die toonen
deze te begrijpen, zou eene commissie
vorming, als hier bedoeld, naar ons
gevoelen, ten volle zijn toevertrouwd.
Ook mag vtilig verondersteld, dat deze
afgevaardigden hiermede het gevoelen
vertolkten van dc geheele Katholieke
Kamerclub maar bovendien werd van
schier alle zijden in ons Parlement
om zulk een commissie gevraagd, wijl
deze noodzakelijk werd geacht.
Zou nu, waar de zaken zich zoo voor
doen, r'e Katholieke- Kamerclub zich niet
geroepen achten, een besli:senden sloot
in deze quaestie te geven De taak eener
dusdanige commissie, tot welker samen
stelling andere invloedrijke paitijen in
de Kamer zeker gaarne zouden mede
werken, zou werkelijk niet zoo heel
moeilijk zijn. De heer Van Vlijmen, die
sinds jaar en dag op oefeningen buiten
de kazerne heelt aangedrongen, vond
in een der jongste Kamerzittingen in een
andt re militaire specialiteit, den heer Ver-
liey, ook een medestander, die verklaarde
van oordcel te zijn, dat men bij voor
bereidende oefeningen en praktische op
leiding met veel korter ocfeningstijd kan
volstaan. De grondslag tot bezuiniging,
maar ook de weg om aan het demo-
raliseerend kazerneleven ee. igszins meer
te kunnen ontsnappen, is hiermede reeds
aangewezen.
De woorden der katholieke Kamer
leden Passtoors en Van Vlijmen hebben,
dal valt niet te ontkennen, een gunstigen
indruk gemaakl, maar ze dienen nu ook
in daden te worden omgezet. Wordt dit
niet gedaan, en minister Bergansius vrjj
spel gelaten in zijn defensie-beheer,
dan slaat te vreezen, dat bij de eerst
volgende algemcene verkiezingen het
ministerie van Oorlog hel zeer zwakke
punt zal bieden, waarop de vjjand voor
namelijk zijn aanvallen richten zal. Indien
derhalve niet tijdig gehandeld wordt,
loopt het Christelijk Bewind, dat met
zooveel jjver en moeite, opoffering en
toewijding door de Christelijke partijen
het Rogecrkastcel is binnengedreven, ge
vaar dat het op minder eervolle wijze
opnieuw eruit zal gedrongen worden.
BUITENLAND.
Onder strenge bewaking werd Zater
dagavond de familie Humbert uit de
Madridsche gevangenis geleid naar den
trein, die hen in Frankrijk terugbracht.
Zij reisden in eenige daartoe afzonderlijk
bestemde wagons. Aan elk station kwam
een polilie-commissaris het transport
controleeren.
Maandagmorgen te 7.35 stoomde de
trein, die 2'/a uur vertraging had, met
de Humberts het Orleansstation te Parijs
binnen. De trein stopte en de waggon met
de gevangenen werd afgehaakt. De Hum
berts stapten uit, elk hunner vergezeld
van twee agenten. Eerst vertrok raad.
Humbert, vervolgens Marie Daurignac,
Komain en Emile, Eva en Frederik
Humbert.
Zij reden rechtstreeks naar de con-
ciergerie, de met het gerechtsgebouw
verbondene gevangenis voor gevangenen
in preventieve hechtenis, langs de rue
Chevalerie en den boulevard du Pare.
Te 8 ure 's morgens waren zij in het
dépót.
Mad. Humbert zag er zeer neerslachtig
dit nummer behoort
een Bijvoegsel.
GIFTEN
voor het Nederlandsch College te Rome.
Vori* bedrag1291.20
0. O1.-
Door tusrcheokomstTanKap, Grimmell 5,15
Sl. Agatha Weeshuis5.—
Militairisme.
Bij de behandeling der.begrooling voor
oorlog in de Tweede Kamer is hel Neder-
landsche volk eerst recht aan de weet
gekomen, dal de vorige Hegeering met
te Legerwetten, onze welgevende Kamers
eenvoudig beeft misleid, of dat de reken
kunde bij zoogenaamde militaire speciali
teiten soms zeer veel te wenschen over
laat. Door den'toenmaligen minister van
Oorlog, generaal Eland, werd voorge-
cijferd, dat de kosten ongeveer een hall
millioen zouden bedragen. Alle twijfel om
trent de juistheid dier berekening ge
opperd, werd luchthartig afgewezenen
de minister verklaarde nog wel leukweg
van gevoelen te zijn, dat de kosten niet
het voornaamste punt van oppositie waren
tegen zijn legerorganisatie.
In de katholieke pers vooral werd
destijds met klem van redenen tegen de
onbetrouwbaarheid dier berekening ge
waarschuwd maar 'zonder succeshet
blind vertrouwen in (fenfminislerjtreeg
*,le overhand. En nu blijkt van achter,
dat niet enkel velen'kamet leden 'minder
fraaie parten zijn gespeeld, maar, wat
veel erger is, dat van die misleiding ons
geheele volk de dupe is.
Door onzen> huidigen minister van
Oorlog, generaal Bergansius, werd thans
niet een half millioen, maar twee millioen
meer aangevraagd tot invoeringdernieu we
Legerwet'en, plus een bedrag als buiten
gewone uitgave van f 1,204,000 als eerste
termjjn voor den bouw van nieuwe
kazernes. En het zou van kortzichtigheid
getuigen, als men zich in den waan liet
brengen, dat het bij deze aanvrage blijven
zal. Terecht werd dan ook door hel
katholieke Kamerlid, den heer Passtoors,
in de Kamerzitting van 20 Dec. j.l. op-
gemerkt, dat, indien men een beter in
zicht van de kosten had gehad, velen
tegen de militaire wetten zouden ge
stemd hebben, welke bewering door geen
enkel kamerlid weersproken werd.
FEUILLETON.
Gered door de eoorant.
3) Gewillig nam de diepgeroerde moeder de
lamp en verklaarde zich bereid om deu oodeu
vriend vu bareu man, die nog nooit bet druk
kende van xjjn ambt zoo pjjolgk had gevoeld,
de gevraegde inlichtingen Ie geven. Zij deed
bet des te liever, omdat zij bjj zich zelt de
vaste overtuiging koesterde, dat bjj niets ver
dachts in hare woning zou vindenzg kende
Trada Ie goed en zoo gaarne een eed gedaan
hebben op hare eerlgkbeid.
Eerst zoebt de beamble in Trnda's kamer,
welke zij met hare zoster en bare moeder deelde,
dan in de keuken, in het kleine kamertje, waerin
haar broertje sliep, en len slotte in de woon
kamer, nergens werd ook maar 't geringste
gevonden, hoe nauwkeurig de Commissaris ook
zocht De bedden en menbels werden van hnnne
plaats gebaald, kasten en kisten doorzocht eo
juffrouw Heliwig moest meedeeteo boe bare
dochter aan haar nitzet was gekomen; de
schilderijen biel hg met de band op, om te
zien ol er iets achter verborgeo was, keek in
de kachels, schudde de ascb uit en ging zelfs
met de hand in de daar hangende kleederen.
Eindelijk, na een groot nar, wilde bij, dood
moede, allien van verder onderzoek, toen zjjn
blik viel op een met geurige bloemen prijkend
mandje, del, els gave vu een barer dierbaren,
midden op de latei atond. Terstond nam bjj
het op; voorzichtig hief bjj het mos op, wzarin
de bekwame haod drs tuinmans de traaie kin
deren van Flora gesloken had.
«Och, verniel het niet," sj 'ak jufhouw Heli-
wig. «hel is een geschenk v i Gustaa'. Daarin
„Daarvan ben ikovertuigd, wilde de
Commissaris antwoordenop hetzelfde oogeo-
blik scheen bjj te schrikken, zjjn gezicht nam
plotseling een harde uitdrukking aan, en met
bevende band baalde bjj een iu courantenpapier
gewikkeld voorwerp voor den dag een klein
papieren doosje kwam te voorsebgn. Hij opende
bet eo de gestolen briljanten flonkerdon in liet
scbjjnsel der lamp.
Truda liet een gil eo zonk bjjna machteloos
in eenen stoel. De Commissaris trad, diep adem-
baleod, op haar toe en legde baar de hand op
den schouder.
«Dos toch een dievegge," sprak hg barsch.
„Wie beeft o den valschen sleutel gegeven,
waarmede gij liet kutoor en den lessenaar
geopend hebt V'
Het jonge meisje stond op. „Mijnbeer de
Commissaris, bjj den almachligen God, o geloof
mg, ik weet niet, boe bet doosje in de bloemen
is gekomen. Ik heb mgnheer Mahrhorit Diets
ontvreemd, niet voor de waarde vu een he. ren
cent en wal dit kleioood aangaat
„Het beste barl kan bezwjjken voor de ver
zoeking," vermaande de Commiesaris. „Als dat
bel geval is, Truda, spreek dan vrjj uil om
uws vaders, om uws zelfs wilVoor strat kan
ik u niet behoeden, maar ik zal alles, wat ik
ku, te nwer gunste doen, zoodra gjj door
„Truda, lief kiod, om 's hemels wil, spreek,
wanneer gjj voor de bekoring bezweken zjjt,'
„Moeder! Ook gjj hebt het vertrouwen in
„Ik weel niet, hoe het daar gekomeo is. Ik
weel slechts, dat ik het er niet heb neergelegd."
Daarbij bleef liet jonge meisje, wal ook de
Commissaris verder mocht zeggen. Er bleel hem
zijnen plicht Ie vervullen.
«Gjj moet met injj medegaan, Truda, ik
kan niet anders
Een kwartier later traden zjj den stikdonkeren
nacht in. Truda wankelde naast den Commis
saris, haar bruidegom vergezelde haar, diep
bedroefd, tot aan haar smartelijk doel. „Troost
moeder, Gustaal," smeekte zg wceoend, toen hg
afscheid nam. «Zeg haar, dat zij zich het niet
moet aantrekkenik ben onschuldig, de hemel
zal rnjj wel bijstaan."
III.
lo diep nadeoken verzonken zat de Commis
saris, nadat bjj Trnda in bet arrestantenlokaal
had doen opsluiten en de briljanten aan den
heer Mahrhorst verhandigd had, 's avonds laai
in ijjoe woonkamer, den rook eener sigaar
laogzaam wegblazend. Den mu van plicht en
nauwgezetheid was het niet wel te moede; hel
aangrijpende, smartelijke tooneel, dal bjj bijge
woond had, wilde hem maar niet nil den zin.
Waarom moest joist hij er toe geroepeu zijo,
om tegen de hnisgenooton van zijo voormaligen
dien een ander overgelaten, juist om de arme
juffrouw llellwig zooveel mogelijk te kunnen
sparen. Nu peinsde lig, wat hjj van dal alles
ino <t denken, en wat een mci«je, dat op elkeo
der ziel droeg, zoo diep had doen zioken, en
of zu werkeijjk den haar len laste gelegden
diefstal gepleegd had? Zeker, zij kon verleid
zjjn, maar door wien? De koperslager Nell
slecht menscb. Hoe kwam echter het doosje
op die tafel? Bijna geheel in de war greep hjj
zjjn loorboold, bet doosje was een bewijsgrond,
dat al zjjnen pogingen om Truda te veront
schuldigen, den bodem insloeg. Eo waarom zou
het niet zoo zijo Hij bad in zjjo ambt al beel
wat anders beleefd Met geweld beproelde hjj
zicb van de lastige voorstellingen te ontdoen,
en greep naar het stuk courantenpapier, dat
voor bem lag; het was hetzelfde, waarin het
doosje met de briljanten gezeten bad. Op
gedachtelooss manier, zooala dat het geval
pleegt te zijo, als men zjjne gedachten op iets
nieuws wil vestigen, zon 'er dat hel gelukt, de
oude af U schudden, overzag hjj het stuk, tol
zgn blik bleel rusten op een gedicht, waarin
eene overwinning der Boeren op de Eogelscben
verheerlijkt werd. Dat scheen bem te koeien
glimlach plooide zgoe lippen. Daarna bromde
by wat tnaschen de tanden, en draaide het
blad naar alle kanten, het vervolg stood er
maar half, daar hel blad, nit eenen kant der
Küloische Zeilung bestaande, zoo afgeschenrd
Commissaris liet daarop hel papier liggen, zon
der er verder naar te kijken morgen zon hij
bet meer uit ambtsvoorzichtigheid, dan wel,
omdat dit noodig was, bg de andere akten
leggen, verder bad hö er niets meer mee te
Den volgendeo dag liet de Commissaris ter
stond eene adverlentie plaatsen, om den jongen
op te sporen, die Truda, volgens haar zeggen,
naar het kantoor geroepen had. 't Was toch
mogelijk, ofschoon hjj zich moest bekeooen, dat
de kans heel gering was, dat deze werd opge
spoord. Tevergeels hoewel hy een tamelijk
booge belooniog in 't uitzicht stelde - en wel
uit eigen middelen, daar de staat er geen belang
bij had meldde zich niemand aao, Beden
kelijk schudde hy 't hoofd, Nogmaals nam hy
de moeder, den bruidegom, haar broer en snater
in verboor, alles overtnigde hem opnienw van
de goedheid, de opoffering en de spaarzaamheid
der gevangene, en tevens van de onmogciyk-
heid, dat Gnstaaf Nell zgne bruid tot diefstal
had aangezet. Beiden, moeder en bruidegom,
verzekerden, dat Truda niet scbnldig kon zgn,
hoe alles ook tegen baar mocht spreken. Daarop
ging hij nogmaals oaar het meisje, en sprak
baar alt een vader toe; zg bleef bg bare
ooschuldbetaiging. Hy vroeg haar vervolgens
of zg ook den een of anderen vgand had, rta
wien zg denken kon, dat hg haar verderf zoebt.