ieblad Bijvoegsel. Zaterdag 16 Januari 1904. entiende Jaargang. DE EEMBODE. f Tponw tot OV0P 't gpaf. '6ak or,"n:, toa ,lo"° ,cI,md het al,°l Z"B komen, stond de burgemeester op en vermoeden de waarheid oaby was gekomeo. kondigde den aanzittenden kort en bon- De «lig bjj Lugensalza, ia 't jur 1866, woedde dea »7u Juni het felit ia de nabyheid vin de braggea over de Sella en de Uoitrnl, en un bel Zwavel-badhnis. De hoopen Ijjkeo, het groote until gevallen offlcleren en de uit gebreide grafheuvels legden daarvan de vieese- Igkstc getuigenis at. Onder de gevallen offlciereo bevond ticb ook de elgeaaar van een prachligeo, grooleo bond. die xjjo beer overal vergetelde en thans ook met hem ten itrjjde «as getrokken. De olflcier vond hier echter ijjn dood; en toch verliet bet trouwe dier hem ook thans nog niet, bleef aan zjjne zflde, builde klagend, toen hg de gapende wonde, het slroomende bloed lag en het rochelen van den stervende hoorde. Hg liep om hem heen, blafte, huilde, ging een paar stappen weg, alsol hij zien wilde ot zjjn heer ook zou op staan, en keerde telkens terug. Hjj likte de wonde, besouflelde den stervende van alle kanten. en zich niet meer bewoog, bief het trouwe dier. met een instinctmatig voorgevoel deo kop in de hoogte en abet een klagend gehuil om hoog uit, als wilde hjj vandaar hulp alsmeeken oi zijn weeklagen daar doen hooreo. Eindelijk, na urenlang onafgebroken klagen, vlgde hjj zich aan de zjjde van zjjn overledou heer, kop en oog onafgewend op hem gericht en nog slechts zachtjes kwispelstaartend, In deze houding vooden hem de uit de stad komende doodgravers, die de ljjken moesten opnemen en ie op de plaats zelf, waar zg ge vallen waren, bogravsn. Toen zij het lj)k van genoemden officier naderden, sprong de trouwe wachter woedend op hen toe en liet hen niet dichterbij komen. Er bleef ten slotte niets over dan hem met schoppen en spaden te lijf to gaan an hem tegeljjkerljjd van achteren te naderen en ticb zoo van hem meester Ie maken. Dat gelukte en bet dier werd gevangen en in een tak gestopt, opdat de maonen zeker waren voor zijne beien. Een bezoeker van het slagveld zag bel vangen van den hond en hoorde van zjjn trouw. .Mannen, laat mjj den hond, ik wil hem gaarne betalen I" riep hjj de doodgravers toe. Deze vonden het goed en toen z(j 's avonds den beer hot dier brachleo, nam bjj hem mede naar buis. Den volgenden morgen echter was hel dier spoorloos verdwenen, hjj vluchtte terug naar da plaats, waar ziin heer den dood gevonden bad. De doodgravers herkenden bjj bun verdeie werk den gislcrea door ben verkochten hond. ,Arm dier, je heer is weg van bier, hg ligt met acht andere krijgsmakkers onder de groene zoden begraven en elk spoor is door den bevigen regen voor je weggevaagd 1 Je znlt hem tever geefs zoeken en hem niet terugzien!'' Hoe ijverig het trouwe dier ook zocht en elk grashalmpje berook, alles tevergeefs, zjjn goede heer was on bleef wegl Wel zag men den waarljjk ongelukkigen hond nog dagenlang rusteloos rondloopen, zelfs tot in de ruime vertrekken van het tot hospitaal ingerichte Zwavel-badhuis, met bjjna inensche- ljjke schranderheid de bonderden gewonden aan kijkend en de lucht opsnuivend met zjjn scherp !t alsof zjjn is gekomen, jj op de r zgn heer was et dan ook niet zoo lulde meer, nog altjjdontbering en ver- liogen vermagerde hem zienderoogen. Op deze manier bracht do arme hond een geheels week in onrust en kommer door om zjjn overleden heer. De bospilaal-soldeleo eo andere medelijdende menschen boden hem spjja aae, eo trachtten hem van de weide te lokken hjj gebruikte echler slechts weinig eo liep iteeds zoekend rond, sis een kind naar xjjo verloren moeder. Op zekeren morgen was de hond verdwenen, wanrheoo Niemand wist hel. Vorschoidone dagen gingen voorbij i men had tengovolge van gewichtiger dingen, de verpleging der monschen betreffend, deo hond geheel ver een vreemdeling In de Z(jn eenigen zooo, in deze streek gesneuveld. Zjjn zoeken en vragen bloef zonder gevolg. .Wolou," sprak de vreemde diep bewogen tot degeoen, die bjj hem waren, .al ontdek ik dan ook al niet 't graf van mjjo zoo ionigge- liefden zoon; op de plaats, welke zjjn bloed dronk en waar hjj zflo jeugdig leven liet, zal mjj een zeker getuigen leideo, deze hond, op Bj) deze woorden zette HQ, den trouwen bond ter aarde. .Zoek, trouw dier!1' riep hjj hem toe, ,ga voor ou ureog mij op de plaata, zoo dierbaar aan een verweesd vaderhart 1 Van zoover zjjt gU lot mij gekomen, hebt ten tweede male den verren weg afgelegd, da, liof dier, ik volg u I" Eo het trouwe dier. zichtbaar vermagerd en zeer zwak zag deo oudeo heer teeder eo dank baar aan, kwispelstaartte, ging tegen beu aan staan, likte zijne hand en giog langzaam voor- Diep bedroefd volgde hem de oude heer en enkele medelijdende bewoners uit het badhuis. Eindelijk stond het dier stil en begon zacht te klagenbij bevond zieh op de plaats waar zjjn jongen heer gestorven was. Do dlepgeschokle vader knielde neder, raakte met voorhoofd en lippen de aarde aan, kuste dea grond, die het blond zijns zoons gedronken had eo bad lang; daarna stond bjj op eo ging eoel, zonder om lo aion, weg, Toen hij diep bedroefd aan de stadspoort kwam, was hij ge- hoel alleen, de trouwe hond was achtergebleven. Wat doed ham zijn zelfzucht leed, want de naar hem gezonden bode vond bet trouwe dier op de weide, maar Jood! Men zonbgaazeggen gestorven aan een gebroken hart, in waarheid echler verteerd door aterk verlangen naar zjjn beminden heer!— De dankbaarheid groef bem een graf en zal ook zbn aandenken in eere honden. Kunstenaarstrots. Een orgpnizl van naam te Liverpool, de heer Best, woonde eens een groot openbaar feestmaal daar ter stede bij en had beloofd, daar wat op het orgel te spelen. Toen het oogenblik daarvoor was ge komen, stond de burgemeester op e kondigde den aanzittenden kort en bon dig aan „Nu zal het orgel iets voor ons spelen." De heer Best bleef kalm op zijn stoel zitten en deed alsof de aankondiging hem niet aanging. De burgemeester zag hem verbaasd aan. Hy meende, dat de musicus mis schien in de eene of andere muzikale mijmering was verzonken, en daarom herhaalde hij zjjoe aankondiging met ceno stem, luid genoeg om dooden op te wekken. Maar de heer Best verroerde zich nog niet. Een bediende kwam naar den orga nist toe en zei: .Heb gij 't niet gehoord mijnheer? De burgemeester kondigt aan, dat nu het orgel spelen zal." De heer Best keerde zich om, zag de knecht met verwondering aan en zei .Laat het maar spelen, ik zal het niet beletten." Natuurlijk bracht de knecht dat ant woord terstond aan den burgemeester over. Deze verhiel zich ten derde male van zjjn zetel, boog beleefd in de richting van de plaats, waar de heer Best zat, en zeide op eerbiedigen toon ,Nu verzoeken wij onzen hoogvereerden medeburger, den heer Best, de goedheid te willen hebben ons samenzijn met een proeve van zjjn beroemd orgelspel op te luisteren." Toen stond de kunstenaar volkomen tevredengesteld op en voldeed aan het verzoek. Zich wagen voor een ander. Wanneer de keizers van hetRomein- sche rjjk, zegt men, zich vroeger met hunne legerscharen in het veld bevonden, was hol op straffe des doodB verboden, dat iemand de tent, waarin de keizer zich bevond, deB nachts naderde. Eens werd een soldaat door do schild wachten gegrepen, toen hij toch do tent trachtte te bereiken met een papier in de hand, dat hjj, gelijk later bleek, tor- stond dos morgens den keizer wilde overhandigen. Dooi et gerucht gewekt, liet de keizer vragen, wat er gebeurde, en toen hjj vernam, dat de schuldige hem een verzoekschrift had willen toe reiken, sprak hü het doodvonnis uit, indien de man voor zichzelven iets had willen vragen, maar hj) gaf hem de vrij heid, als het voor iemand anders was. Hierop werd het geschrift nagelezen, en toen ondekte men dadelijk en duidelijk, dat de soldaat om het leven had willen smeeken van drie schildwachten, die slapende waren gevonden en terstond na zonsopgang zouden worden gevonnist. Ze waren kameraden van hem, en hij wist, dat alleen overgroote vermoeidheid hen had doen insluimeren. Toen de keizer dit vernam, schonk wijk, Hilversum, Hoogland, Prijs dar AdvertentMni n nlteriyk Vrijdagavond Zeker dat komt van zelf als de jeugd haar God ontnomen en aan haar harts tochten wordt overgelaten. De verdediger van den beklaagde zette dit meesterlijk uiteen. het thans, helaas, nog droever, nog vreeseljjker geworden. Zelfs uit de ge rechtszaal is het kruis verwijderd. Het sprak te ernstig tot de rampzaligen, die vonnissen moeten tegen de leer van den waar net cruis miicena, vereent, ja vertreden wordt, is zegen, voorspoed, geluk gevloden. Dat zegt ons iedere bladzijde der historie. Weliswaar spreekl het kruis van lijden en opoffering en boete, maar het is en zal immer blijven •i der interpellatie .«n Rijksdag omtrent .n Russische politieagenten j gebied, welke interpellatie .a socialist Haase werd toegelicht, is net weder warm toegegaan. Toen de Slaats-secretaris baron Von Richthofen, die den spreker antwoordde, opmerkte, dat het in het belang van den Staat was anarchisten uit te leveren, maakten daarop de sociaal-democraten onder kreten van afkeuring zulk een rumoer, een deel van baron Richthofen's woorden onverstaanbaar bleef. De vice-prosident Stolberg verklaarde, dat kreten van afkeuring niet geoorloofd waren. Onder hernieuwd rumoer van, de zjjde der socialisten zette de Staatssecreta ris daarop zijne rede voort en zeideDe anarchisten-quaestio is zoo belangrijk, dat daarbü 8een sentimentaliteit op baar plaats is. Slechts zy, die ons welkom zijn kunnen op onze gastvryheid vertrouwen. Deze anarchisten ochtor zjjn ons beslist onwelkom en wij zetten hen over de grens." Dat de rechterzyde deze verklaring toejuichte en de Bocialisten van woede brulden is nog ai verklaarbaar. In Londen, de grootste handelsstad, de hoofdslad des Ryks, heeft Chamber lain Dinsdag een ware triomf behaald, een overwinning, die de vryhandelaars verbluft doet staan. Ondanks Cham- berlnin in een gesloten rytuig zat, toen hy naar de Guildhall reed, werd hg toch opgemerkt en langs den geheelen weg toegejuicht. In Guildhall zelf wachtte een reus achtige, geestdriftig gestemde menigte hem op. De hal was gevuld met pears, leden van het Lagerhuis, groote bankiers, financiers en kooplieden. Chamberlain verklaarde, dat hom gezegd nu: Lon- den's voorspoed is zoo vastgeworteld, dat argumenten, die in andere centra succes hadden te Londen niet zouden pakken. Spr. kon dit echter niet inzien, hy weigerde te gelooven, dat hg de moeilgkste laak zou vinden in het hart van het Vereenigd Kouinkryk om de menschen te nopen de beginselen te volgen, waarop alleen het groote wereld- rgk kon bestaan en worden bevestigd, want Londen leed meer dan eenige andere plaats van de vijandige tarieven. De ambtenaar van het O. M. te Pargs Baudoin, heelt den president van het Hof van Cassatie hot verslag over de Dreyfus-aangelegenheid toegezonden. Men gelooft in het Paleis van justitie, dat de crimineele kamer een onderzoek zal instellen, evenals in het jaar 1899. De definitieve behandeling van de zaak zou dan eerst in Juni voor het vereenigde Hof van Cassatie geschieden. En zon dit besluiten om Dreyfus voor een krijgs raad terecht te doen staan, dan zou zyne verachgning voor het gerecht niet eer dan in Augustus of September plaata vinden. De toestand op het Balkan-schiereiland echynt niet zoo gunstig als voor enkele dagen werd voorgesteld, toen le Porte aannam de beloofde hervo ngen te FEUILLETON. Op de psden des kroises. I het Noord-toetten i 8) Er gloed oen pjjoiyke Ink over het gelaat Tin den missionaris, maar toch trad hy de Indianen vriendelijk tegemoet. Deze sprongen van hunne paarden en gaven hem de hand. .lOaraoyam"— .goeden dag" aprak de geeste- Igke en do Indianen herhaalden: .Klaraoyam". .Myn roode kinderen hebben haastl" .Veel haast, Jakaalapayalthek", dat wil leggen .Wat doen mijne kinderen in de wonden? Is er iemand ziek?' ,8a krak volstrekt niet" .Leren mijn roode kinderen in vrede?" .Yoekaih (d. w. s. zonnelicht). Hoofdman der TsUkuhüntnl Het oog vu du priester is niet blind. Hg ziet du tomohawk au nwe zijde u un du gordel nwer krijgsmakker»hü ziet ook de ekalpeo au de muu nwer paarden. En zgn hart zegt hem, dat zyo roods kinderen niet in vrede leren. Toekaib, wurom wudt gjj nw gelaat al? Knot gjj hst aonneUeht niet r er dragen? Zoekt gjj het duister ren du nazht? Weet, Yoekaih, in de oogon van deo Grooten Geest is de nicht goiyk nan de dag!" .Priealer, sag too Iets tol ooien opperhoofd- mu, Pekco," sprak een der uderen, Oezoosi ekster geasemd, toen hy ieg, dat Yoekaih de oogu verlegen neersloeg. .Oexonsil Moet du Pekeo, nw boofdmu, meer gehoorzaamd worden dan Mulln, den grooten geest?" .Priester, nwe tong spreekt wtarheid en mgn bsrt zegt n, dat ik n volgen moet. Mur hond ons nn niel langer op. Ik zal Peku nw groet u nwe woorden overbrengen. Yoekaih aal voor den vrede epreku." ,Ja, priester, waren alle blanken als gjj," Bprak Oezoosi, de ekster, .dan zou de tomohawk lang begraven liggen. Maar wat zeggen do blanke mannon Zy komen en leggen: Roode mu, nw land bevalt ons, ga been, ny willen er wonen I En da bluke mu bouwt zi)o hals u woelt in du grond, waarin het gebeente önur hoofd- liedu rost De roods mu dorst naar wraak. Als de blanke s<|oe sela scherpt om bet kor» te maaien, dat hy In de aarde gezaaid heeft, du zal de roode mu er zyo, om hel vóór hem le oogsten. Dat heeft Peku gezegd. Priester, als gij oog iets te seggu hebt, zeg het bem." Met deze woorden rudu de Indiuen weg. ,0, Heer I Zj) hebben kwud lo du zin", zuchtte de missionaris. .Wie zullen de slacht offers zjjn?" .Kijk vadar" antwoordde de mestlea, ,do boevu banner paarden komen alt bet oosten, vu de oevers vu het Loaikeas-metr". .Daar woont Schlll, eernaam, alleenbg is verloren als by geen bnlp van fort Alexander krijgt." .Dal zal moeiiyk gaan. De zon alut in het zuiden en hat ligt acht nor vu bier." .Voor de mau aan den hemel ataat, zullen de Indianen du aurel niet doen. Vlag de purden, er ia nog bnlp mogeiyk'. DE BERAADSLAGING. Al het land tueiohen de Fraaerrlvier en het Kaekadengoborgto in hel weeten mot syn machtige wouden en moren, maeklo do jachlgrondu der TeilkobUnen uit. Hier leefde de roode mu, vry en oogedwongeo, ale oen vogel in de lacht, en visch in 't water. Het gereedmaken van voedeel eo Ueeding liet hy over aan de eqnawa vronwon hy, do roods mu, wiens waa een vriend, ceno beleedigiog te wreken. Dan werd de atrydbyi opgegraven, op 'L oogen blik, door d»n medlcynman loovenaar - bepaald alt gunstig i het lichaam werd met oorlogakleuren botcbilderd eo de krygaaang gezongen. Wal eu triomf voor du jongen kryger, als by den eersten keer de rookende skalp van zgn verslagen vyand aan agoen gordel biog en de equaws in bet leger elkander de bloedige ekalp toondul Dat ia na indera gewordu, mur ten koste vu menechenbloed en menschenoffere. Voor velen wu en ia de weg tol bel goede een weg op krnlepaden. Het gebied der Teilkohlinen doorstroomt de Tallkob, die xün water in don Fraaer uitstort, zyn grootste zyarm la do Thatbonkoh. Waar belde atroomen In elkaar vloeien verandert het land aanmerkeiyk. Uit do vlakte vorbeft ticb dan bouvol aan heuvel. Het weeks prairiegras wordt door lug etroik- tot ten elotte het woud alles vso oenen raaf, oenen bever ens. op, al naar den beiehermgeeat, waaronder hoofdman en stam staan. Alles wordt met schreeuwende kleoru beschilderd. Taltgk hadden de TshilkohUnen gehoor ge geven un de oproeping vu du boofdmuzy of roest der vernietiging vu de uch der dooden. Op de gezichten wee weinig verdriet (e lazen. De meeete krijgers legen vedilg lo de schaduw der hoornen en lieteu vlijtig de tabakepyp da ronde doen uderen vi Een aekar aantel Jonge wilden vormden een kring om een vuur. Nadat de munoo een heel vreemd klinkend lied, dat door slagu op eens trom, een pot of een klinkenden deksel begeleid werd, gezongen hadden, drnkle do een den geraakt, leelde slechte voor jacht u oorlog. Hal wat eu vraagde, als by, gezeten op bet vlugge paard, du buffel velde u de woedende dieru, met vute hand, de pijl in 't lichaam schoot I Of als hy in het heldere water vu den Teilkoh du zalm in de ryngevloehlu u listig gezette tnik ving! Of hg wu du vrede moede, er vervugt met zyn hoogs ln du tyd, waarin ou varhaal speelt, beerachte in deze itrekan een groote bedrijvigheid. Peku, de opperhooldmu der Tsllkohtiou, had in de dal» de .toteme' vu syneo stam geplant. Da er daie legtrplule nil. In 'I vi echter veranderde allee. Uit het worn), dat bet keloidal omgaf, redu drie Indluu. Zy tprongu koppu u Qgnreo zijn geuedu, Er h

Historische kranten - Archief Eemland

De Eembode | 1904 | | pagina 5