DE EEMBODE. Leblad BIJVOEGSEL. Zaterdag 1 October 1904. httiende Jaargang. kon/ronQnh+ .Ja, ik, mijnheer Wendeler," klonk gansehen dag weg, en zy verheugden in L) ctr I I I ctu I I l. hel koel. -Ik moet u om een onderhond zich reeds in het vooruitzicht op alle Een bange nacht. De zee ruischt en glinstert in haar blauwe onmetelijkheid. De zon weerkaatst haar stralen in het golvende water en de kinderen spelen met hun bloote armen en voeten in het warme zand. ,Och Karei, is het hier niet mooi'.'" roept de moeder der buiten spelende kinderen haar echtgenoot toe. De jonge vrouw zit in de schaduw in een gemakkelijken stoel en kijkt droomerig naar de zee. Een boekje, in fijnen prachtband, waarin zij gelezen heeft, ligt open op haar knieën. Zij gaat geheel op in de schoonheid der natuur. Karei Wendeler kon ook hier den man van zaken niet afleggen. IJverig bestu deerde hij de verschillende morgenbladen. Op de bemerking zijner vrouw ant woordde hij slechts met een onverschil lig .hm" en las verder. Zoo gemakkelijk laat een jonge vrouw zich echter het stilzwijgen niet opleggen. „Hoe gij dat toch mogelijk gemaakt hebt," begon zij opnieuw, .nadat je chef je het verzochte voorschot had geweigerd." Zijn gelaat werd donker. Dit thema scheen hem onaangenaam. .Goedkoop is het hier niet," vervolgde zij, .en zoo ik gezien heb, zijt gij goed voorzien van geld," ,Nu, verheug je dan daarover," zei hij eenigszins wrevelig. .Wij zijn toch hier gekomen cm van het leven te ge nieten. Uitrekenen kunnen wij later.' ,lk geniet er ook van," antwoordde zij geraakt. .Maar jij met je kranten. Indien jy dat van het leven genieten noemtZij zuchtte diep en keek hem zonderling in de oogen. De man liet zijn kranten op zijn knie zinken en lachte. .Vergeel mij, Mienlje" zei hij hartelijk, .Kom, vandaag zullen we eens feest vieren en pret maken," vervolgde hij in vroolijke stemming. .Anna!" riep hij in het geopende huis .breng wijn en vruchten en wal gij nog meer goeds hebt hier!" Het meisje bracht alles en zette het op het tafeltje in de schaduw. De fles- schen knalden. De kinderen kwamen juichend toegesneld. De zon keek nydig onder het gespannen zeil door. .Karei, wij leven te goed," zei de jonge vrouw zacht. „Och, wal, men leeft immers maar ééns," riep hij, in dollen overmoed zijn glas ledigend. .Nu, dat moet ik zeggen, gij legt het goed aan," klonk een ernstige stem plotseling achter de tafel te midden van het vroolijke gezelschap. Allen keken ontsteld op. De kinderen keken nieuwsgierig, de jonge vrouw ver legen den vreemdeling aan, want zy kende hem goed. De man sprong ver schrikt op, alle kleur week van zijn gelaat. ,U hier, mijnheer de chef?" kwam het stotterend van zijn lippen. ik, mijnheer Wendeler," klonk het koel. .Ik moet u om een onderhoud verzoeken," De gedistingeerde oude heer zei dat als een bevel aan zjjn ondergeschikte. De jonge man trad nader. ,Ik ben bereid," zei hij. .Hier niet," zei de oude heer, een medelijdenden blik op de vrouw en de kinderen werpend, .Wil u dan zoo goed zijn mij te vol gen." Karei ging hem voor in het huis. De jonge vrouw zag hein met klimmen de angst na. Wat had dal alles te be duiden? Zjj keek om zich heen, of nie mand het gebeurde gadesloeg. En zoo was het inderdaad. Daar stonden niet ver van de huisdeur nog twee lieeren, die klaarblijkelijk met den chef gekomen waren en op hem wachtten. Zij kende hen niet, maar hun aanwezigheid alleen joeg haar angst aan en boezemde haar onrust in. Zjj wilde haar man volgen, om te hooren, wat er was. Toen traden die mannen snel voor de deur, als wil den zij haar den toegang beletten. Zij stond stil. Dat was de houding van po litieagenten. De kinderen sprongen haar na. Zij weerde hen af en voerde, hen naar de tafel terug. Zou zij hier opzien verwekken door baar houding? liet on derhoud van Karei met zijn chef zou immers alles ophelderen. Tien bange minuten verliepen. Daar kwamen zij weer buiten. Karei was zeer bleek. .Vaarwel, kinduren, vaarwel vrouw," riep hij met gedwongen vroolijkheid. .Mijn tegenwoordigheid in de zaak is dringend noodzakelijk, naar ik hoor. Als ik terugkom, breng ik voor allen wat Hij kuste de kinderen, die op hem toesprongen, daarna ook zijn vrouw, die van schrik geen woord kon uitbrengen. Hij fluisterde haar in het oor, terwijl hij haar omhelsde: .Gevangen genomen, stil de kinderen!" Eer zij nog de vreeselijke gedachte kon begrijpen en uit haar halve ver- dooving ontwaakte, waren zij verdwenen. Gevangen genomen! Koud rilde het tiaar door de aderen. Zij moest gaan zitten, wilde zij niet neervallen. Zij stond reeds op het punt in tranen uit te bar sten, toen zij zich plotseling bedwong. Daar dook de oude visscher achter hot huis op. Hij keek haar en de kinderen zoo zonderling aan. Had hij iets gehoord of gemerkt Zij greep een der kranten, waarin Karei gelezen had, en verborg haar gelaal achter de opengevouwen bladen. Deze schijnbare onverschilligheid bracht den ouden rnan op een dwaal spoor, wien het vreemde, plotselinge vertrek van haar man wel was opge vallen. En terwijl zij scheen te lezen, rolden haar de tranen over de wangen op hel papier. De kinderen speelden weer. Het afscheid had hen niet be droefd; vader was in de stad ook den ganschen dag weg, en zij verheugden zich reeds in het vooruitzicht op alle geschenken, die hij voor hen zou mee brengen. Gevangen genomenWaarom, dat had Karei niet gezegd, ook niet, of hij schuldig was. Hij had wel is waar geen tijd gehad om veel te zeggen, maar het eene woord .onschuldig" had hy er toch wel kunnen bijvoegen, want hy wist, wat dat in dezen verschrikkelyken toestand voor tiaar zou beteekenen troost en hbop. En nu Zij dacht na de oorzaak, die tot een zoo ont- eerenden maatregel geleid had. Opeens richtte zy zich verschrikt op. De groote som geld, die hij in zijn bezit had, nadat liet verzoek van zyn chef om een voorschot was algeslagende haast, waarmee hij dagelijks naar de kranten greepzijn melancholieke stemming, zijn gekunstelde vroolijkheid, dal alles wees op een geheime misdaad. Hij be kleedde een betrekking van vertrouwen. Indien hy die eens misbruikt had en zich gelden had toegeëigend, die hem niet toebehoorden I En waarom Uit liefde tot haar, daar zij naar deze had- reis zoo zeer verlangd had, en wijl hij anders niet in staat was geweest tiaar wensch te vervullen I Het blad in haar hand ging op en neer. O, kalm en onverschillig te moeten blyven bij die gedachten, ter wille van de vreemde menschcn en de kinderen, terwijl zij 't had willen uitschreeuwen in waanzinnige smartEn zoo zou het blijven uren, dagen, weken lung I Zij wist, hoe langzaam het gerecht is, hoe lang een onderzoek kan duren, en inlusschen zou zij wellicht geen enkele tijding van hem krijgen. Eén ding was zeker hier kon zij niet blijven. Hier was het land der gelukkigen, daaruit was zij nu voor alt(jd verbannen. Zou zij wachten tot het in alle kranten stond, tot men zyn naam openlijk noemde en haar met den vinger nawees Neen, weg morgen reedsEerder ging het echter niet. En dat was nog altijd plotseling genoeg, om opzien te wekken. De dag, die haar een eeuw toescheen, was eindelijk in bange verwachting ten einde geloopen. Het geld had Karei meegenomen, of wellicht had men het hem algenomen. Gelukkig was hier voor uit betaald, en wat zij in haar beursje had, was genoeg, voor de reis. Zoo kwam de nacht. Hel zonnelicht van den dag was uit gedoofd een storm was opgestoken. Wild en woest loeide hij over het een zame huis aan den oever der zee. De bran ding schuimde, de donder rolde, bliksem stralen schoten onophoudelijk door de lucht. De kinderen sliepen den slaap der onbezorgde jeugd. Zjj droomden van verdere feestdagen, van zonneschijn op de duinen, van lustig knallende champagne- flesschen en van de geschenken, die ^ijk, Hilversum, Hoogland, Prijs dar Advartentiku i i regels regel meer candidaat der Anti-revoiutionaaire en Roomsche partijen slechts 155, terwjjl de „kerkelyk Coalitie", volgens het blad, minstens over een 200-tal stemmen voor haar candidaat pleegt te beschikken. Bij deze berekening schynt de „Eemlander" eenvoudig te vergeten, dat in 't vorig jaar bij de periodieke verkiezing van houdingen, zooals die ook door don Kaad in zijn Verordeningen warden geregeld. Dat de conclusie van den .Eemlan der" op een valschen grondslag berust, en het blad zich illusién vormt, zal wel niet nader behoeven aangetoond. En ofschoon het bewuste artikel overigens Volgens een bericht, dat de .Patriote" uit Parys ontving, muet het Corabes minder voor den wind gaan met zijn verlangen, om de scheiding tussciien Kerk en Staat te bewerken. De heeren afgevaardigden hebben in hunne respec tieve districten vernomen, dat de groote troep soldaten werd verkregen. Zonder onderscheid droegen zelfs de officieren granaten aan. Nu een wanhopig gevecht dreven de Russen de Japanners uit alle stellingen. De Russen berekenen, dat de Japanners gedurende den vierdaagschen aanval tienduizend man verloren. .Generaal Stössel vaardigde een pro clamatie uit, waarin hij God en het held haftige garnizoen dankte voor de terug- dryving van de Japanners." Geen wonder dus, dat Japansche officieren erkennen, dat Generaal Stössel een veriassenden weerstand heeft ge boden. De Japanners bevestigen tevens, dat thans het plan is Port-Arthur van de landzijde te bombardeeren en de blokkade van de zeezyde zeer streng door te voeren. De Japanners bevestigen, dat het onmogelijk is in de forten stand te houden, wanneer men er in geslaagd is deze te vermeesteren, daar hot vuur der andere forten het verblijfonmogelijk maakt Tot deze overtuiging zyn du Japanners eerst gekomen, nadat meer dan 40.000 inenschen by Port-Arthur gevallen zyn. in Japansche militaire kringen wordt de meening uitgedrukt, dat de belegering nog wel den goheelen winter kan duren Over de aanvallen op 26 September en volgende dagen, meldt de Daily Chronicle dd. 1 dezer nog het volgende „Vrydag is er een korte wapenstilstand voor Port Arthur gesloten, om de doode officieren te begraven. De twee legers wisselden groeten, waarby de Russen schertsenderwijs de hoop uitspraken, dat de Japanners geen groote ontberingen mochten ljjdon. Nadat de wapenstilstand geëindigd was, werd de beschieting krachtdadig hervat." Over de bewegingen der vijandelijke legers bij Moekden zijn geen belangrijke berichten ontvangen. Voorposten-gevech ten en kleine schermutselingen tusschcn do verkonningstroepen hebben geregeld plaats. Beide partyen versterken hunne posities. De Russen bezigen by hunne verkenningen thans luchtballons. Te Petersburg liepen geruchten, dat de verhouding tussciien Koeropatkinu en Gripenberg van gespannen aard zou zyn. Ten einde deze geruchten te logenstraffen deelt de Rusz mede, dat Koeropatkine aan Gripenberg een telegram gezonden heeft uit Moekden, waarin hij hein geluk wenscht met zijn benoeming en herinnert aan hunne samenwerking in Turkestan. Het slot van het telegram luidde ,fk ben overtuigd, dat wij hier steeds vriendschappelijk kunnen samenwerken. God geve u een goede uitkomst by al v ondernemingen." Prins Mirski, de nieuwe minister van Dinnenlandsche Zaken in Rusland, onder vraagd door een Duitsch journalist over den duur van den oorlog, heeft verklaard, dat dezen nog zeer lang zal duren, want voor ons, zeide hij, is de oorlog nog niet werkelyk begonnen. Tot dusverre konden wjj slechts terug trekken. Deze terugtocht heeft den uit muntenden geest onzer troepen aange toond en men mag zich afvragen of de Japansche troepen in dergelijke omstan digheden, bljjk zouden gegeven hebben FEUILLETON. DE KERKKLOK. i.Siot). jj) Wis bet te lui geweest Ieder oogeo- blik kwamen er nieuwe barsten ia deo oven. Eenige vu de bovenite ileeoeo' vielen omlaag, doch bat gietsel bleef io den vorm atroomeo, ofschoon er veel verloren ging. De drakkiog werd wel wat minder, door het wegatroomen van bet mengsel, mur er kwamen ieder oogenblik nieuwe barsten bjj. Het scheen wel een wedloop mei bet verderf. Arme Mopns 1 bjj stond machteloos bjj bet naderend onheil; xjjn knieën knikten, en bet WV\ 11,01 om be® been draaide. Groote slakken gloeiende steen en kelk vielen voor ijja voeten, en hjj dacht er niet aan weg te loopen en zgn leven te redden. Eindelijk boorde hg een wild ramoer van mentcbelgke stemmen in de verte, die nader kwamen, toen een vreeaeljjk geweld achter slcb en stroomen gesmolten mclaal vloeiden over bem been. Stekende pjjnen deden bem ineen krimpen en kermen. Het was bem of hjj eensklaps in de aards varsonk an voor altdd er door ver- swolgen weid. Te seven nnr beeraclite er een betrekkelijke ■Mie op de plaats r,mp overal puinhopen. De brandspuiten hadden de vlammen geblnaebl, die allerwegen geiien werden, mannen wart van den rook, Hooien L stilzwijgende groep.o om het overichot van den oven. Deze was ineengestort en niets was er van overge bleven dae een boop dampend pnin. handen gevonden wu, terwjjl bjj met vreeeeljjke brandwonden voorover op bet zand lag, was nur zjjn woning gebrsch' g gesp ►orden slachtoffer van bet vnur wel eens niet toevallig kon zjjn. .Breng my een spade, schielijkriep bij. tiet de spade begon hij ia zenuwachtige baast de beete massa, welke op den Vurm van de klok gevallea was, te verwijderen. Hel wu hel .Als hjj geoe de idioot bad da klok alleen jogenblik kwam de geneesheer st, kan 't wel zgn, dat by door die met natoorlgke woeue en wraak dooi werkvolk nur bet boold van George werdeo geslingerd, waren alles behalve malsch, en zgn verontschuldigingen maakten zgn fout nog erger. .Zie eens wet bg beeft uitgericht," zeiden zjj een pur dageo later, toen zy in de half af gebrande gieterjj bgeeo waren. .Dnizeod pooJ metul in enkele mioulen verloren gegaao: het beste werk, in jarea ons opgedrsgea, mislukt! De dwaas, die ntar zijn pjjp ging zoeken en den armen idioot de wacht overliet! Is dat alles, wat bg voor zjjn verdedigiog kan aaovoereo Weg met znlk eeo lichtzinnigheidWel, de knaap bad selfs geen besef genoeg om te vluch ten, toen de oven io elkur zakte.", De pitrooo, die zwurder verlies geleden had dan zg ailaa te umeo, voelde de ramp oog meer dan zg. Hjj weende bgna van spgt en toornmur eensklaps viel zgn oog op iels vreemds onder de puinhopen en hjj riep mei sidderende slem.Holal wat is dat?" Hy greep een sint van de overblgfaeleo van een der troggen, waardoor het gesmolten meiaal nil deo oven bad moeten vloeien. Daar waren iporen ven het brons, dat er doorbeen gegaan "'oen viel bem de mogelijkheid in. der het t giog Stokken steen, erts, metaalschuim en aarde vlogen in ieders richting. Eindelgk doorboorde de spade vso deo patroon hel eerst hot zand en stiel op wet hards, lig bukte, keek... toen sprong by op en als een hall waanzinnige wierp hy het overige zand tor egde en er kwiui iets te voorsebgo, wat op een groote metalen klok .Haoneo 1" riep by uit met opgewonden en verbit gelul, ,de klok is toch gegoten 1" .Wie deed dit?" werd allerwege met ont roerende stem gevraagd, zoodra 'l gejuich op gebonden bed. .Laat twee of drie van jelui met me mee komen", sprek do meeelor. ,ik dook, dat ik weet, wio bet deedhet is een wonder I" Toen snelden zg naar hel buis van den idi oten kaup. De verpleger liep hen tegemoet en legde den vinger op den mond. ,Do arme jongen beeft hersenkoorts", zei by. .Zegt by iele onder 't jjleo?" vroeg de .0 ja, by prut altjjd over den vorm van de Hjj hoopt, dal die mur gevold aal worden, zegt by." De nr~ n keken alkuder ai terugkrygt, sprak i(j, men ziel dit meer." .Denkt gg dal waarlgkDe hemel geve het!" ■prak de patroon plechtig, het werkvolk her baalde de woorden on zjj keerden getroffen terug. Twee maanden later hing de zware klok in de gieterij en daaronder stood de groote wageo waarop zy neergelaten en vervoerd zon worden. Een diepe stilte beerechte onder de groepen, van bet werkvolk, toen de magerB gedaante bleeke gelaal van den uitvinder io een Hij bad zyn verstand teruggekregen en oem Jagriyks iu lichaamskracht toe. Zya groote grijze oogeo waren dadeiyk op de klok gericht, dal prachtige meesterstuk, welks vormiog zulk een -root» beleekenis voor hem had. Hen had hem de geheele geschiedenis van bet gieten eo bet instorten van den oven verhuld, maar het scheen hem nog een romen, een sprookje .Ik herinner mjj niets meer vto bet gebeurde," zei hy, lerwyl hg glimlachend het boold schudde, ,Het ie alles nieuw voor my eo zoo vreemd I" baudl" Iedere oog was op den heretellonde ge richt, en enkele waren bevreesd voor bem bet leek huo, alsof hy uit dan dood was opgestaan eo nu weer ooder hen verkeerds, ds knaap iliao zy zoo Ung all idioot gekend hadden, wu nu een jong mensch met helder versland.... een k zou de klok grnag eene boorenaprak hg. Twee sterke maooeo lilden hem op en men gaf hem een hamer in de haal. Hy sloeg eveo zacbt op de klok een diepe zachts treurige toon, ale bet geJruisch ven een veiwyderden waterval werd vernomen en riep de echo's io de gieterjj wakker. De oogeo dor ruwe gezellen werden by bet hooren er van met tranen gevuld. alleluja in dieo toon", eo de eerste mocht wel goed geboord Uobbeo. .Hoge de klok laog Goda lof verkondigen I Hjj toch redde de klok door «éne wyze gedachte io het veretoorde brein van een koaap. Onze oven is herbouwd, eo Gods zy dank I deze dierbare knaap heelt zyn verslind teruggekregen. De klok en do knaap tullen beiden God verbeerlgken I" .Amen!" zeiden de toehoorders. Toen werd de groote klok neergelsleo en lerwgl het voertuig zlcb verwijderde met zgn welluidonilen lael, werd de knaap opgetild eo er achter gedrageo, eo beide verlieten op eeo zoooigoo zomerscheu dag de gielery, ter wyl het werkvolk juichte en met pelteo zwaaide. De kleins uitvinder toonde later zyn reeht op dieo titel, bem zoo lichtzinnig gegevoo io zyn ongelukkige jeugd. Zgo naam wordt op menige klok gelezen, welker hseriyke rykdoin van tonen door zyo genie nit allerlei metalen ia te voorsebgo geroepen.

Historische kranten - Archief Eemland

De Eembode | 1904 | | pagina 5