DE EEMBODE. ieblad No. 13. Zaterdag 30 Juni 11)00. Twintigste Jaargang DE EEIBODE BIJVOEGSEL. Zaterdag 23 Juni 1906. Een menschenkenner. Bij een uitdrager te Berlijn kwam een lijn gekleed, hoogst gedistingeerd uitziend heer, om ja, dat zeide hij voorloopig niet; want in den winkel bevonden zich juist twee dames, die op een lamp dongen„O, ik heb den tijd, ik kan wel eventjes wachten," zeide hij verlegen. Goddank, eindelijk verlieten de dames den winkel. De elegante on bekende maakte een klein pakje open en de inhoud ervan kwam te voor schijn. O, dat is nog niet alles, verzekerde hij, toen hij de minachtende beweging van den uitdrager zag, „hier, hier is nog een klein zilveren medaillon, eene gedachtenis ik zou het voor geen 1000 thaler willen missen. Ik wilde u ver zoeken, mij op deze voorwerpen sle slechtshet woord bestierf op zijne lippen, het scheen, dat hij in on macht zou vallen. Op den drempel van den winkel stond eveneens als versteend een tweede dito fijne heer, met een wat grooler pakje in de rechterhand. Wat drommel doet gij hier? Ik ik wil een kamerkroon koopen mijn tante heeft mjj verzocht er haar een te bezorgen. Dit zeggende wierp hij een smeekenden blik op den vodden koopman. En wat komt gij dan hier doen, als ik vragen mag? Ik? ik, ja ik, nu gij kent immers mijne manie voor ouderwetsche wapens; ik wilde maar eens naar die oude vuur roeren zien, die daar voor het raam liggen, om ze misschien te koopen. Maar geneer u niet, ik heb al den tijd. Neen, neen, ge zijt er het eerste geweest. En da's waar ook, 'k moet om half vier dineerenhet is hoog tijd, dat ik heenga. Adieu over de kroon kom ik van avond spreken. Dit zeggende, liet hij zijne voorwerpen van waarde liggen en verliet ijlings den winkel. De uitdrager lachte schalks in zijn vuistje. Nu wat hebt gij dan te verpanden vroeg hij den achtergeblevene, op zijn pakje wijzend: „Want met die vuurroeren is het toch geen mcenens, niet waar voegde hij er, veelbeteekenend met de oogen knippend, bij. Nu, ik bewonder je scherpzinnig heid, je menschenkennis Hier, een frak, een broek, een vest Nadat de zaak afgehandeld was, en de heer zich als baron die en die ge legitimeerd had, kon hij zijn nieuwsgierig heid niet bedwingen. Zeg mij eens oprecht, heeft mijn vriend werkelijk over eene kamerkroon met u gesproken? Natuurlijk, over wat anders? O, ik dacht dat het er mee stond als met de vuurroeren. O, neen, volstrekt niet. Het bewijs en het ontvangenc geld in den zak stekend, verliet de baron den edelen menschenkenner, wierp zich in de naaste droschke le klasse, die hij vond, en reed wij weten niet recht, waarheen. Een half uur later komt de kamerkroonkooper. Mijnheer, je hebt toch om 's hemels wil niets aan mijn vriend gezegd God bewaar me Zeg mij eens oprecht, heeft mijn vriend werkelijk met u over de vuurroeren gehandeld Natuurlijk, waarover anders! O, ik dacht dat het er mee was als met de kroon. O neen, volstrekt niet. Wil u drie mark op die plunje geleend hebben? Good I Legimiteeren, geld opstrijken, bewijsje opstrijken, adieu De finantii'elc omstandigheden van deze twee jonge, eenigszins lichtzinnige hoeren zijn sedert dien tijd aanzienlijk in hun voordeel veranderdook hunne pandjes zijn weder aan den huiselijken haard teruggekeerd. Dezer dagen waren zij op een officieel diner genoodigd, en er was afgesproken, dat de „kamerkroon'' het „vuurroer" zou afhalen. De eersle vond zjjn vriend juist nog aan zijn toilet bezig. Wat drommelriep deze elk oogen- blik, „dat is niet meer om uit te houden, ik kan geen adem meer halen." Wat scheelt je dan Het is om dol te worden, mijn vest is mij verbazend nauw er. daarbij nog te kort, wat drommel, het is inijn vest niet Daar steekt hij den vinger in een der Uw visitekaartje! Het is hier niet richlig, begon nu zijn vriend; „mijn vest" schijnt ook niet „mijn vest" te zijn zooals ge ziet, is het mij veel te wijd". - Nu, laat ons dan ruilen. Zoo gezegd, zoo gedaan en zie, ieder had zijn eigen vestGroote verbazing, toen schaterend gelach en openhartig bekent men elkander hoe het toen Ier tyd met de kamerkroon en de vuur roeren gemeend was. De menschenkenner had met opzet de beide vesten verwisseld. Plaatselijke Berichten. Soest. Maandag werd een paard ran de N. 6. Tramweg-Maatschappij io de weide gelaten. Liet dier trapte in een spijker, viel neer en sliert na een kollen tjjd. Ken leelflk sehndeposlje. Alhier is in de algeloopen week een geval van diphterilia voorgekomen met doodeljiken afloop. Ilct is (e hopen, dat liet bjj dit eene geval bljjven moge. Baarn. lie lieer B. F.. Ilieperink, alhier, is benoemd lot lid der Jury bjj de internationale bakkerij-tentoonstelling le Auisterdam. De beer J. H. Harlog alhier, is bij bet overgangs examen aan 's Hjjks-veeartsenjjscbool te Utrecht, van het le lot het ïe studiejaar alhier hebben wel reden tot klageo, wijl er, wegens hel onguost'ge weer bjina geen vreemde lingen arrireereo. Men hoopt hard op een spoedige gunstige verandering. laren. Io de vergadering van den Boeren bond, gehouden op 15 dezer in het lokaal der K. K. Werklieden-verecnigiog. gaf de Secretaris, vorige vergadering, een overzicht van de werk zaamheden van den bond gedurende den alge loopen winter. Voor de ladeo waren aangekocht 107.00U lijnkoeken. 10.000 raapkoeken, 240.000 kilo pulp 5500 kilo ehtlisaipeler, 400 kiln peruguano, 100 kilo pateutkali, 54 kilo koolraapzaad, 4 kilo van 1 12742 01 Verder werd d veefonds op Ie ric teekeoing aangebi voorgest Ollicie voor 't algemeen gebruik geopend te krjjgeo. Na oog eeuige huishoudelijke besprekingen werd de vergadering gesloten. De directeur der posterijen en telegrafie maakt bekend, dat gedureude bet tjjdvak van 1B dezer tot en met 31 Augustus a.s. het post-, telegraat- en telephoonkautoor alhier op werk dagen open zal zjjn van 7.30 lot 11,30 uur vóór-, alsmede van 12.30 lot 4.30 en 5.30 tot S uur namiddags (Grcenwichljjd). Naardon. In du joogst gehouden gemeente- kwestie ter sprake, en dit wet naar aanleiding zwaarschritt van kapitein Du Cellié Muller, te bussuoi, waarin Gedep. Staten bepalen, dat de officieren slechts kannen worden aangeslagen in den lloofdeljjkeo Umslag in de gemeente, waar zij hnn vaste woonplaats houden. du kwestie zou hiermede vau de haan zjjn ge weest, ware niet de heer J. F. IJudok van Heel inet een voorstel voor den dag gekomen om bjj den minister van oorlog op audiëntie te Conform hel voorstcl-van Heel werd besloten. ior de Vereeniging tol bevordering van lardeD, Laren, Blaricum en Huizen, is aan de Vereeniging van Otficieren der Schutterij, bjj gelegenheid van den op 23 dezer te houden schietwedstrijd op de heide bjj Laren een zilveren medaille aangeboden, Aan den laagsten inschrijver, den heer Bos en Co. te Amsterdam, is voorloopig ge gund, voor f2.40 per ILL,, de leveriog van aardappelen vour het garnizoen alhier, vau 10 Juli tot en niet 31 Oct. 1W06. wijk, Hilversum, Hoogland, Frijn dor Advei-tentaSm 6 regel»f 0.30. entiftn en AdvortentiSn moeten oiterljjk Vrijdagavon, an het bureau bezorgd zjjn. •sten jlitie gop tung" naar waarde geschetst. Het blad schrijft „De mémoires van generaal André, die al wat Christen is evenzeer haai als Clemenceau, geven een blik in het 'nnerlijke van dien hall simpelen minister, die lijdt aan vervolgings-waanzin. Het zijn slechts babbelpraatjes, waarin be wondering voor zich zelf vermengd is met zeer gevaarlijke indiscreties, welke een schennis zijn van den officiers-eed." In Frankrijk begint men, door nood gedwongen, liefdezusters weer terug te roepen. In Carcassonne had men tijdens tiet bestuur van Combes uit een groot gasthuis de liefdezusters verdreven en leekenverplegers aangesteld. Thans heelt het bestuur van dit hospitaal zich genoopt gezien om aan de moeder overste van St. Vincentius een brief te schrijven, waarin verzocht werd zes religieuzen te zenden voor de leiding van het hospitaal. Maar de moeder-overste, de moeilijk heid inziende voor haar zusters om de leiding over al die leeken-verplegers op zich le nemen en een einde aan den schromelijken wanordelijken loesland te maken, heeft geantwoord, dat het gasthuis geheel onder leidi.tg der zusters moest komen, anders was geen enkele zusier ter beschikking. De hoeren moeten dus kiezen of deelen. Het Russische patleinent, dat Doema heet, schijnt alle zeifbeheersching op de vlucht te jagen. Telkens komen zoo heilige incidenten voor en treden de doema-leden zoo vijandelijk tegen de ministers op, dat niet veel goeds daarvan Kan verwacht worden. De zitting van Maandag was vooral woelig en er werden redevoeringen gehouden, die de verbitte ring onderling aanwakkerden. Aan de orde was een interpellatie over den hongers nood. Zeer heftige redevoeringen werden gehouden. Een der sprekers beweerde o. 111. dat het gouvernement de Russen tot leugenaars had gemaakt. Rusland, zeide hij, heeft allijd honger gehad, zoolang het tegenwoordig gouvernement aan het bewind was Daarop antwoordde de minister, dat hij bereid was om de redenaars van de doenta aan te hooren en zich van hun verlangens op de hoogte te stellen, maar hij wilde niet op de redevoeringen van de linkerzijde antwoorden. Deze woorden werden door een storm van kreten begroet: „Aftreden! Weg! Belcedig de doema niet!" De minister kwam van de tribune af en verliet de vergaderzaal onder geweldig lawaai en geweld. rater Uieronyrous, die daartoe de opdracht in den abt gekregen had, noodigde de gaaien t b(j de reusachtige kachel plaats le nemen, lij) legde zware beuken blokken op de gloei- asch en weldra vlamde een lustig vuur en steer,en schouw op eo eeu prettige het vergrijp, uit ijverzucht, tegen zjjn gemalin Maria van Brabant begaan, in 't jaar 1258 ge sticht. Vierenzestig jaren bewoonden vrome monniken, voigelingen van den H. Bernardus, dit klooster, en waar hun zwnrt en wit habijt verscheen, bloeide weldra volksonderricht eo godsdienst on heerschte welvaait. Do omgeving der abdjj was door de kennis en vljjt der oer waard» vaders en broeders veranderd in een welooderliouden, rjjken tuin. Twee in wijde mantels gewikkelde ruiters, door den aanhoudenden regen doornat geworden, kwamon uit het noord oosten naar het klooster. Het waren kleine, krachtige gestaltentoch scheen den oudsten der twee het slechte weer a een booze luim gebracht te hebben. Na ia)! luide verwenscbing geuit te hebben, i jj: „Br! wat een weerl AD bet niet was u de reden mijner ontstemdbeid ook geen ge heim meer zjjn. Daarbjj komt, dat ik een zware kou heb opgeloopeo. en wat eeo plotselinge heel geen weg weel, on land noch menschen genoegzaam keni, niet nader uit te leggen''. De aangesprokene liet hel hoofd op de borst zinkeo, Toen het klooster in 't gezicht kwam, hield de oudste zjjn P»nrd in en wendde zich tot zjjn metgezel, en sprak „Hendrik, een laatste vermaningIk weel, dat de abt van dit klooster van Lodewjjk van Beieren is. Een enkel ondoor dacht woord kao wantrouwen bjj hem wekken, en onze geheele zending ware dan vergeelscb. Doe n voor, zooals ge zi|t, maar leg je toog aan banden. Deels werkelijke, deeD gevjjnsde vermoeidheid is toch de natuurlijkste reden van burgsche hulptroepen uit Zwitserland en Zwalien zoo snel mogeljjk door Üpper-Beieren leiden, en een bozoek van krflgsvolk aan 't bloost was dan ook meer dan waarschijnlijk. „Doo open!" sprak abt Maurus tot d broeder-portier, „en breng de vreemdelingen vreemdelingen verschenen voor den abt, na. Hans en Hendrik hun paarden persoonlijk vi zorgd hadden. De abt gaf den monniken e teeken te vertrekken alleen de broeder-kelder meester mocht bljjven. „Eerwaarde, geestelijke vaderWelgeboren, gestrenge cn edele abt!" begon, eenigen tjjd n de hemel en mjjn vorstelijke gebieder es welkom, mijn waarde gastensprak aurus met waardigheid. „Naar wat gij droost gjj u beiden groote opofferingen, t moge God uw doen cn lateo tot heil Dieren zegenon. Broeder-keldermeester, liogen mgsta „Broeder keldermeester, dat is eeo kostelijke rankBeter en krachtiger brouwsel wordt elfs niet gedronken op den Trausnitz te Lanils- ut. Zeg mi), welke toovermiddelen wendt gjj drank te den?" •endend, sprak hjj„Over e k bjj u terug, om uwe meded reling te booren >ver de gebeurtenissen van den dag. Tol dan broeder glimlachte eo sprak met opgeruimd gelaatJ a, ja, ik geloof gaaroe, dat ons brouwsel u goed smaakt, naot oud toovermiddel bestaat hierin, dal wjj er geen water bjj doen 1" „Hop en inout is 's menschen behoud mompelde de oudste der twee. Daar trad abt Maurus binnen en vroeg glimlachend hoe zyn gasten het maakten, terwijl lijj aan bun tafel plaats nam. De vreemdelingen stonden eerbiedig op, doch op een sDelle wenk van den abt namen zij bun plaate weer in. (Wordt vervolgd-)

Historische kranten - Archief Eemland

De Eembode | 1906 | | pagina 5