J.J.SMIT Een goed adres Drukwerk De Adler=Rijwielenfabiek met 3000 arbeiders. DE GOUDEN STAATSMEDAILLE De hoogste onderscheiding. üebrs. NEFKENS. Amersfoortsche Bank STOOMDRUKKERIJ „DE EEMBODE Katholieke Illustratie. VRAAG HORLOGEMAKER Breedestraat 34. Voorhanden een fijne sorteeriné DAMES- en HEEREN HORLOGES, KETTINGEN in Goud. Zilver ei. Nikkel. REGULATEURS. KLOK- KEN. WEKKERS, enz. tegen scherp concurreerende prijzen. Ei^en Reparatie-Inrichting voor alle soorten Uur- en speelwerken, degelijk, billijk en onder garantie. BELEEFD AANBEVELEND. viel die ADLER-WERKE dezer dagen ten deel. HOOFDAGENTEN: Korte Gracht 20 (naast het postkantoor) Binnen- en Buitcniandsche wissels. - Effecten. - Coupons. - Vreemd geld. - Prolongatie. - Belecning. - Deposito. - Assurantiën - Oediet- brieven. - etc. Verhuren van Safe-Loketten. Beheeren van Vermogens. Voeren van Administratiën. Openen van chèque-rekening, ai rekening-courant met of zonder voorschotten. Verleenen van handels credieten tegen nader te bepalen voorwaarden. voor NET en GOEDKOOP IS DE De Nieuwe Jaargang der n.nuk- bureaux tier Katholieke Illustratie lc's-1 ler- tngciiltnscii uf te Amsterdam, ofbijilcn IJoekli. ecu OVi'.kDKL'K van de geestdriftige en jj c m o t i v e c r d e AANBEVELINGEN der Katholieke Illustratie in hare tegenwoordige gedaante, door Tijd en Mnrgenpnst, Residentiehinle. Centrum, Huisgezin en (iclilerliinilcr. In geen jari was er over het mooie Tijdschrift t.M'n den pas ingetreden nieuwen jaargang. Na twintig jaren. dag 7 t Was n. De o' vvndigc drukte in de stralen der hoofdstad was langzamerhand verdwenen, De winkel» waren gesloten, de ijzeren Jalouzieën voor de ramen neereelaten. Achter enkele venster» brandde een zwakke gasvlam, mis schien voor de gruote stad het beste middel om lichtschuwe dieven verwijderd te houden, ürootc drukte livcnchtv in Uc call's en helder licht op de Ken politic-agent liep met vlugge schreden door de straat. Met scherpen Mik monsterde hij de weinige voorbijgangers, de donkere koetspoorten en zijstraten. Ongeduldig ver langde hij naar klokslag van tien uur. Op dat uur was namelijk zijn moeilijke en ver antwoordelijke taak voor vandaag aigcluo- l'lotscling bleet hij staan. In de deur van een Juwellerswinkel stond een man met een uitgedoofde sigaar in den mond. Toen deze- den handhaver der orde naar zich zag toe komen, groette hij en zei: .Maak u niet on- W-rusl. Ik wacht hier op een vriend. Voor twintig jaren hebben wc afgesproken elkaar vandaag hier te ontmoeten. Dat zal u zeket ecnigsrin* romantisch voorkomenik zal het ti echter verklaren, opdat ge geen argwaan koestert. Voor twintig jaar stond op deze plaats een restaurant, het café .Mecca". .Tol voor vijf jaren", onderbrak hent de politic-agent; .het huis brandde al". De man aan de deurpost stak een lucifer aan om zijn sigaar weer aan te steken. De schijn van het licht viel op een bleek gezicht met vooruitstekende jukbeenderen en scherpe trekken. In de das van den vreemdeling stak een groote diamant. In goud geval. .Op dezen avond, twintig jaar geleden" hegon de gchciinzinnigc- vreemdeling, .sou* fu-erde ik hier op deze plaats met Guslaal Schneider. Mij was mijn trouwsten vriend en de beste kerel van de wereld. Wij zijn helden in Berlijn geboren en als twee broeders samen opgegroeid. Ik was toen twintig en Schneider achttien jaar oud. Den volgenden morgen was ik van plan r Hamburg te vertrekken om me vandaar naar Argentinië in te schepen. Het beviel me niet nicer in Diiitschland' en ik wilde daarom in den vreemde mijn geluk gaan beproeven. Mijn vriend was niet Ic bewegen met mij den vaderlandschen grond te verlaten. Oji dien avond spraken we al juist op dcnzelfden dag na twintig jaar elkaar weer te ontmoeten. De afstand zou voor geen van beiden een verontschuldiging zijn om weg te blijven. Dat was een afspraak, zooals slechts kan voortkomen uit Jeugdige hersens. Wc reken den er namelijk belden op na twintig jaar onze bestemming bereikt te .Dat klinkt werkelijk de politic-agent. „Een lange termijn voor een rendez-vous! Hebt ge dan gedurende die twin tig jaar geen briefwisseling met elkaar on derhouden?" „Ja omtrent twee jaar lang hebben we el kaar geschreven. Toen ik echter van Argen tinië naar Bolivia ging, verloren wc elkaar uit het oog. Ik maakte daar in de mijnen mijn fortuin en keerde voor twee jaren naar Europa terug. Den lantsten tijd heb ik In l'arljs doorgebracht en ik ben eerst van mor gen hier aangekomen. Met is nauwelijks aan te nemen, dat Schneider na twintig jaren nog altijd jn dczclhlc stad woont. Toch ben Ik er van overtuigd, dat ik hem, zoo hij nog tot de levenden behoort, vandaag nog zien De wachtende haalde een gouden horloge- uit zijn zak. ,'t was juist tien uu twintig Jaren alschcid namen." „IJ hebt wel geluk ge-had in den vreemde?" .Zeker! Ik hoop, dat het mijn vriend ook goed gegaan is. Hij was altijd een eerlijke kerel, een van het soort, dat het niet ver brengt in liet leven, Men moet veel van de- wereld ge-zien hebben om Ie weten hoe men doen De politie-agent maakte aanstalten om heen te gaan. .Ik inoet nu weg. Ik hoop, dat uw vriend spoedig komt - zult ge maar tot tien uur zeide hij, .Ik zal nog een hall uur langer blijven; wanneer Gustaal leeft, zal hij wel komen. Adieu!" .Goeden avond!" Er viel een koude regen. De wind woei heviger door de straten. Slechts weinige voetgangers haastten zich zwijgend voorbij, den kraag omhoog en de handen in de zakken. In de deur van den juwellerswinkel stond nog altijd een munsch, die honderden mijlen had afgelegd om een afs|iraak na te komen, een afspraak, die bijna aan dwaasheid grenst. Rustig rookte hij zijn sigaar cn wachtte. Mij kon daar nog twintig minuten zoo ge staan hebben, toen een slanke gestalte op De man droeg een lange regenjas; den hoed had hij diep over hel hoofd gedrukt en de» kraag opgeslagen, zoodat van zijn ge zicht bijna niets te zien was. .Zijl gij het Willy," vroeg hij op twijfclen- 'den toon. „ZIJt gij het, Guslaaf?" klonk het terug. „God zij daukl" riep de juist aangekomene, terwijl hij beide handen van den anderen greep, „Gij zljt het Willy, zeer zeker I lk zou er op gezworen hebben, dat ge van avond hier zoudt verschijnen, Ja, ja, twintig jaren is een lange tijd. Hel oude café is verdwenen, Willy. Ik wou, dat het hier nog stond, iijxiat we nu weer up dezelfde plaats als voor twintig jaar urnen konden zitten. Nu, vertel hoe is Het u in de wereld gegaan, oude vriend?" „Builengewoonik heb zoo wat alles be reikt, wal ik wcnschte. Maar hoor eens, Gus laaf", viel de spreker zich zelf in de rede, .je bent erg veranderd. Ik had nooit gelooid, dat jc zoo lang worden zoudt". .Ja Ik hen nog na mijn achttiende jaar een heel stuk gegroeid". .Is het u goed gegaan in het vaderland. Guslaaf?" .Nou, tamelijk; ik hel) een betrekking In staatsdienst. Kom, Willy, Ik ken hier in de nabijheid een goed restaurant, waar we onge stoord oude herinneringen kunnen ophalen. De beide mannen gingen gearmd op weg. Willy, die verre reizen had gemaakt, wiens zelfbewustheid door zijn succes sterk w.-.s toegenomen, hegon over zijn leven gedurende de laatste twintig jaren te vertellen; van zijn zwerftochten, hoe hij in 't hegin ongelukkig was geweest en ten slotte succes had gebild. De andere hoorde zwijgend en belangstel lend toe; zijn hoofd was diep in den kraag van zijn jas verborgen. Zoo wandelden ze een tijd lang naast elkaar waren aangekomen. Toen ze in het licht traden, zag Willy zijn geleider onderzoekend in 'I gezicht. Met een plutsclingcn ruk truk hij zijn arm „Mijnheer, gij zijt mijn vriend Guslaal Schnei der niet!" riep hij verrast uil. .Twintig jaren is wel een lange lijd, iiiuar toch niet lang genoeg oin een gebogen neus in een stompen De tijd doel dikwijls wonderen. Mcnig- al maakt zij van een eerlijk man een dief", de slanke rustig. „Gij zijt sinds gearresteerd. Parijs heeft ons go uw verblijf alhier en uw aanhouding gevorderd. Houd u maar kalm L' ziet, dat tegenstand niet helpt. - Zoo is het verstandig. Maar lees eerst dit briefje, voor we naar het polilieburau gaan 'I Is van den agent Schneider. De man nam het papier en vouwde het open. Zijn hand was vasl, toen hij hegon Ie lezen, maar ze heelde, toen hij geëindigd had. Hel briefje had den volgenden inhoud .Willy, juist om fien uur ben ik op de af gesproken plaats geweest. Ik was de politie agent, dien gij aanspraakl. Toen ge het luci fertje aanwrcelt om uw sigaar aan lesteken zag ik, dat ge de juwecleii-dief waart, wiens aanhouden door Parijs verzocht werd. Ik kon het niet van me verkrijgen ii Ie arresteeren, daarom zond ik een anderen lic- .VtW eerlijk. Een heer. wiens tuin grensde aan de speelplaats van een groote jongens school, ondervond jaarlijks hel verdriet, dat zijn appelen en peren in nog hnllrij|icfi stand van de hoornen verdwenen. Eindelijk liet hij een der grootste jongens hij zich „Ik zal jelui een vuoistel doen. Als mijn vruchten aan de hoornen blijven zitten tot zij rijp zijn, is de helft van wat mijn lulu aan vruchten opbrengt, voor jelui." „Ik zal liet aan de jongens zeggen, mijn heer," was het antwoord. Den volgenden dag kwam hij bij den ver baasden eigenaar van den tuin terug met de hoodsliap: „Mijnheer, de jongens kun nen iiw voorstel niet aannemen, want liet Is niet eerlijk!" „Niet eerlijk?" „Neen, u alleen de helft en wij met ons allen de andirc, dat is toch niet eerlijk." Vergeefs gezwoegd. Toen het onlangs oji een wintermorgen nog stikdonker was, sloop Gerritsen zachtjes naar beneden om zijn men van sneeuw vóór het huis. Dit onge wone werk bezorgde hem wel een stijf en pijnlijk gevoel In rug eu lenderaar de overtuiging, dat hij er veel voldoening vau zou hebben, gal hem kracht en volharding. Toen hij aan 'l ontbijt kwam. verwachtte hij wel, dat er iels over gezegd zon wor den en in dat opzicht Vergiste hij zicll niel. „De mail deed zijn werk uitstekend, •To. hij I lag i „Weike mail?" vroeg Gvrrilscn verbaasd. „Wel, de man, dien je licht aangenomen »i-,i de sneeuw weg te ruimen. Hij was juist zoo goed als klaar, toen ik beneden kwam. Ik licit hem Iwee kwartjes gegeven, was dat niel goed? Gerritsen kon de verste minuut niel spreken eu toen hem dal eindelijk gelukte, stond zijn vrouw van de tafel op en verklaarde, dal zij dergelijke ruwe laai niel verkoos aan te huoren. Een Inspecteur van een levensverzekering- maatschappij werd uitgestuurd om iemand inlichtingen Ie geven over 'n polis. HIJ moest er n licolc reis voor maken, maar merkte, toen hij in de plaats kwam, waar hij moest wezen, dal hij den n.inin van den cliënt had vergelen, Hij telegrafeerde dus naar zijn di rectie: Hoe was den naam van den man? Hel antwoord was: Wouter E. de Bruin Jnu na m is J. E. van Aller. lulelmmligheid. Op zekeren dag kwam een •me schrijver hij den Eranselieu dichter auiarline, die toenmaals op het toppunt stond van zijne roem. De vreemde verleide Lnmortbie zijn Iretirlgcn toestand, en had I.amartmc, die i af Item de vcrlnngdc soiii. De arme man kn» slechts snikkend zijn dank uits|ireken cn kuste zijne weldoe ner de ii,-inden. Het bezoek had ongeveer een halt uur geduurd en l.aniaillne bege leidde den vreemde tol aan de deur. Het was een strenge winter, cil toen de die-liter de deur opende bemerkte hij, dat de vreemde sidderde als een csjieublad. Hij zag om zich, en zijn nog viel op zijn mantel eu zeide tot den armen bezoeker: „Mijnheer, u hebt uwen mantel vergeten." Alvorens de man nog cciic bemerking kou maken er; verklaren, dal hij in 't geheel geen mantel meegebracht hem had,wierp Lamartilie het kleedingstuk over de schouders, schudde hem de hand, stiet Item zacht naar huilen en sloot de deur. De schoolopziener. Op een iieeten zomer dag trad de s'clioolupziciicr in een dorps school, Het was er ongewoon stil, want de oude schoolmeester en de scholieren waren ingeslapen. „Wat is dat hier?" riep de school opziener. „Wij houden denkoefeningen", antwoordde de ontwakende schoolmeester geval, Ann het verkeerde aitr rijsehen kunstkring liehoorvude per; hij gelegenheid eeu vriend mede aai Bij hunne aankomst trok de vrouw des huizes den gastheer ter zijde, en merkte hem op, dal zij slechts nog een kleine restant sherry in huis had, en dal hij den gast dus in geen geval meer prcseiileeren mocht, zoodrn de llcsch leeg was, En de gastheer beloofde liet. Doeli toen de vriend de sherryReseh geledigd had, houd de beminnenswaardige gastheer nog een glaasje aan. Zijn vrouw scheen uiterst verlegen, en de gast wees de aanbieding af. Maar de huisheer stond er op, dal hij minstens nog ecu glas drinken zou,De arme vrouw scheen doiidskwclling Ie doorslaan, en de vriend verklaarde mei bescheidenheid, dat de gast heer in geen geval nog een llcsch uit den kelder halen zon, Toen dc gas) nu vertrokken was zeide de huisvrouw verwijlend legen haren man „Maar zeg, Inn- kunt u hem nog meer sherry aanbieden, uadul ik ii gezegd had, dat wij geen dropje meer in huis hebben „O, dat doel mij leed, beste vrouw," luidde hel antwoord, „maar dal heb ik totaal ver gelen." „Maar wat dacht u dan, wat mijn geheime Ic-lcgralu- hck-ckcncu moest telegrafie zeide de man met verbazing en opgetrokken wenkbrauwen. Wel ja, ik heb u toch onder de tafel herhaaldelijk legen den voel gesloolen!" „Tegen den voel gcslootcu Neen, beste kind, mijn voet was dal niet." STOOMDRUKKERIJ „DE EEMBODE" - AMERSFOORT,

Historische kranten - Archief Eemland

De Eembode | 1908 | | pagina 6