Zeven en twintigste laargang.
No. 38. Vrijdag 8 Aug. 1913.
DE EEMBODE
NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR AMERSFOORT EN OMSTREKEN.
UI 1OAVI: VAN Dli VEREENIOINQ .DE EEMBODE" TE AMEKSFOOKT I
Ui. W .««chij,,, UI,«dag. c„ V,ljd«g,»on7 S
.1!™'"'".«„m»,
"Tl.Sï."™""
ii vóór Ucii aanvan
KANTOOR EN DRUKKERIJ: LANGEGRACHT 13 - AMERSFOORT.
advertentieprijsvan óón tul vijf regels dertig cent. Elke regel Ilieer zes cent.
Reclames: tien et. p. regel. - AdvertentiEn in liet redactioneel gedeelle vijftien ct. p. regel.
Billijke tarieven bij abonnement.
Alle iiiededeelingen en advertentiün in Ie zenden vóór drie uur op den dag van uitgifte.
Uit nummer bestaat uit twee bladen.
EERSTE BLAD.
Een gebiedende eisch.
Ue iiienscb moet opgevoed worden
en onderwezen in de waarheid,
schroei l'aler Uervasius in „Üc Maas-I
bode". Daarom spreek ik, zegt hij, in
de eeiate plaats over de lagere school
en niet natuurlijk over de onderwijzers,
die dikwijls beier zijn dan de school,
waarin zij leeraren.
Is er niets aan gelegen, dal de
zieltjes, de reine, scliuldeluozc zieltjes
der kinderen, voor wier lichainelijki
opvoeding en ontwikkeling inen ziel
zooveel otters getroost, even gezond
en krachtig worden ontwikkeld"
O, stuurt Ze dan uitsluitend
bijzondere school, waar het Kruisbeeld,
het tcckcn onzer Verlossing
tien wand werd gerukt, waar niemand
den onderwijzer verbieden kan, uwe
kinderen de allernoodzakelijkste kennis
bij te brengen, de kennis n.L van de
ware godsdicnslig-zedelijkc beginselen.
Die kennis moet hun de school mee
geven in het leven, want daarvan,
meer dun van ccnige andere nuttige
kennis, zal het at hangen, of zij later
eerlijke, trouwe burgers zullen zijn,
vlijtig, arbeidzaam, een zegen voor de
samenleving, vol toewijding ook en
piëteit voor God eu Vorst en Vader
land, ot zoildci erkenning van eenig
politiek ol Goddelijk gezag, zonder
eerbied voor burgerlijke ot' Goddelijke
wetten, illet hun egoïsme, een koud,
star en gevoelloos egoïsme tot eenig
stuuirad op de levenszee zullen zwalken.
Daarom, weg met de neutrale, gods-
dicnstloozc school. Weg met die school,
waar de onderwijzer, misschien een
wonder van veelzijdig weten en kennen,
een man van hel hoogste gezag in 't
oog des kinds, niet spreken mag over
God eu Godsdienst, waar het voor
naamste leervak ontbreekt op den
rooster, waar «lus feitelijk gedaan wordt
ol deze waarheden niet bestonden,
althans niet meetellen onder de be
langrijke die ieder kind weten moet
eu die derhalve met de daad worden
geloochend, of over welke de meest
valsche opvatting wordt verkondigd.
Want zullen er onder de kinderen
mei zijn, dtc nu ot later aldus redcueeren
wcicuschap en ontwikkeling, schijnt
geen God, geen Christus ol Kerk te
beslaan ol is aan dezer al ol met be
staan tenminste weinig gelegen. Mijne
goede, brave oudcis deuken daar anders
«vei. Maar die hebben niet gestudeerd,
zijn ongeletterde mcnscheii. Derhalve
geloot ik den eerste 1
Lu zoo sluipt voor liet eerst de
Uvijlcl lil de Ziel van het kind,
daar althans binnendringen en zijn
lutale verwoesting beginnen,
Minstens wordt hul meest noodzakelijk
en substantieel voedsel onthouden
dien lijd van verbazend snelle o
wikkeling. Kn is dat voor hel lichamelijk
leven des kinds een umiieiischclijkt
wreedheid, voor zijn ziel is 't tijgerachtig.
De II. Joannes Chrysostomus heeft
ui «Ie zorgclooze ouders van zijn tijd
ms geducht de waarheid gezegd:
„Als er een ezeldrijver of stalknecht
te huren is, neemt inen alle voorzorg,
goede keuze te doen; maar
moet men een onderwijzer kiezen voor
zijn kinderen, men is met den eersten
den besten tevreden".
Uit het Buitenland.
Frankrijk.
--- .ansclic correspondent van o.c
Maasbode te l'arijs verhaalde dezer
dagen 't treurig levenseinde van enkele
levensmoede zijnde menschenen knoopte
daaraan de volgende beschouwing vast:
„Och, wij lezen dergelijke drama's
zonder er aandacht aan te schenken.
wordt eentonig, want dit alles
gebeurt lederen dag. v
„En toch moeten wij de verschrikking
.aii dit alles diep prenten in onze ziel.
Want dit alles zijn teckcnen des tijds.
De "moderne wereld heeft liet moderne
leven ingehaald niet luid gedruisch van
feest en galmende zangen. Het brood
dronken lëcsl, waarbij wij allen de gasten
zouden zijn, zou geen einde nemen.
Doch voor de angstige en gepijnigde
blikken der gasten, schrijven de leiten
van den dag het „Mane, Tliekel" in
lichtende letters op de muren der. feest-
al.
„Want «Ie droefheid van te leven is
groot, te groot voor velen, nu de sterren
zijn gedoofd, die als Gods oogen waak
ten door den stillen nacht. De lichten
des hemels zijn gebluscht en de mo
derne mcnsch gelooft slechts in liet
elcctrisclic licht, dat hij zell'opdraaicn kun.
„De Godsmoordenaars hebben huil
arbeid verricht. Doch snel worden de
sporen wcggcwischt van het feestkleed
ijs joelt weer; een nieuwe dag is
geboren, vol zonneschijn en juichend
zomerleven.
,Kn wij peinzen over het woord uit
liet Evangelie van St. Lucas„En toen
Hij naderde en «Ie stad zag, weende
Hij over haar
In üe Balkanlanden.
In Bulgarije heelt men den zondebok
pakken.
Vulgens eelt telegram uit Sofia heeft
de rcgccring gelast ilen vroegeren mi-
:tcr-pre.sident «Ir. DanetV in hechtenis
nemen. Algemeen is men van oordeel,
dal behalve Dauelf ook een groot aan
tal huugc persoonlijkheden ter veraut-
>oiding zullen geroepen worden.
Dat gebeurt meer als 't mis loopt.
liitusscheii is de vrede lusscheii de
de lialkanstaten eindelijk gesloten. Dit
bericht zal in geheel Europa, maar
vooral in de betrokken landen grootc
cugde brengen, want daarmee is ecu
ide gekomen aan den tweeden oorlog,
.Ike ontzaglijke offers heeft gceisclit.
Deze strijd onder de vroegere bond-
genooteiï was ontstaan over de ver
deeling van den buit, in den oorlog
legen de l urken gemaakt. De Bulgaren
dreven hun cischen in deze te ver en
zich daartegen te verzetten sloten
de Serviërs en Grieken een nieuw bond
genootschap. in de laatste dagen
Juni had zonder een voorafgaande oor
logsverklaring het eerste treffen plaats.
Na enkele kleine gevechten, was de
strijd spoedig in vollen gang. De Bul
garen, die aanvankelijk succes hadden,
proefden weldra de bitterheid der neder
lagen. Zoowel door de Serviërs als door
Grieken werden zij geslagende eersten
drongen hen uit oud-Servië terug, de
anderen veroverden geheel Macedonië.
Dat was nog niet genoeg. De 'l urken
maakten van de gelegenheid gebruik
en joegen de Bulgaren uit Adrianopel,
dat zij nog slechts enkele maanden in
hun bezit hadden en de Roemenen
trokken in dichte scharen over den
Donau Bulgarije tot aan de poorten van
Sofia binnen.
Toen stond Bulgarije geheel geslagen.
Het trotsclie Bulgarije, dat nog pas
schitterende overwinningen op de Tur
ken had gevierd, maar de diensten van
anderen niet had willen erkennen en
waardeeren, moest zich de vernedering
getroosten van zijn vroegere bondge-
ooten den vrede te vragen.
De bepalingen van het verdrag zijn nog
iet bekend, maar vast staat dat Bul
garije een goed deel van zijn buit aan
de bondgenootcn heeft ingeboet.
Over en weer beschuldigden de vech
tenden elkander van gruwzaam wreetle
daden.
,Als men moet gclooven wat Grieken
Serviërs van Bulgaren en wat Bul
garen over Grieken en Serviërs zeggen
schrijft het Antw. Handelsblad
in staat men voor de dubbele vraag
Ofwel hebben zij onbarmhartig gelogen
en zijn de Turken op de afgrijselijkste
anier belasterd geworden
Ofwel zijn ze zelf niet beter dan
de Turken en dan was onze sympathie
waarachtig heel slecht geplaatst.
Alweer ccue illusie, die om zeep is
:n die toont, dat soms met het gevoel
Ier massa op ongehoorde wijze den
ipot wordt gedreven door eene pers,
lie om politieke redenen stemming weet
e maken voor «leze of gene zaak.
Want hoe men het ook draaie of
keere, tot voor een maand waren al
die menscheii, die malkander nu uit
maken voor moordenaars, schurken en
bandieten, in onze oogen martelaars eu
heiden, christen broeders, die sedert
en stelselmatig werden verdrukt en
gcmartckl door Turkschc bloedhonden.
Vandaag zijn ze olwel bloedhonden
in gelijk allooi, ofwel uit louter pleizier
m te lasteren zeggen ze van malkander,
it ze er aan gelijk slaanen men ziet
nog de grootste oneer van alles
Grieken en Serviërs, Turkije toejuichen,
Turkije aanmoedigen, Turkije steunen
de Bulgaren le verpletleren,
't Verlies,
den schat de offers aan menschen
geld, in den eersten Balkan-veldtocht
als volgt:
Bulgarije, 350.000 man gemobiliseerd,
80.000 gedooden, 1300 millioeii lires
Servië, 250.000 man gemobiliseerd,
30.000 gedooden, 620 millioen lires
Griekenland', 150.000 njuii gemobili
seerd, 10.000 gedooden, 280 millioc 1
Montenegro, 30.000 man gemobili
seerd, 8000 gedooden. 10 millioen lires
kosten.
Turkije, 450.000 man gemobiliseerd,
lOO.OOO gedooden, 161X1 millioen lires
Voor den tweeden veldtocht zijn de
cijfers naar zijn beraming, de volgende
Bulgarije 60.000 dooden, 720 millioen
lires kosten.
Servië 40.000 dooden, 400 millioen
:er men hierbij dan nog voegt,
de vermoorden, de offers van den cho
lera en andere epidemische ziekten,
valt het verlies aan incnschcnlevens
ongeveer op 400.000 te schatten, ter
wijl de financiëele kosten gezamenlijk
op 5.200.000.000 lires of 26UO.OOU.OOU
gulden kunnen geschal worden.
Binnenlandsciie berichten.
Koperen bruiloft ten Hove.
Donderdag vierde liet Koninklijk ge-
i de Koperen Bruiloft, 't VV'eril geen
openbaar feestH. M. wenschte 't
„en familie" te vieren. -- Moge «le
goede God, de Koning der Koningin,
Koninklijk gezin zegenen en bewa-
in lengte van dagen.
De crisis.
r. Cort van der Linden zet zijn
pogingen tot Vorming van een Kabinet
krachtig voort. Het gerueht als zou
de aan genoemden Staatsman gegeven
opdracht een zuiver zaken-Kabinet gel
den, waarbij grootc hervormingen zijn
uitgesloten, is van allen grond'ontbloot.
Mocht Cort van der Linden in zijn
opdracht niet slagen, dan heeft deze
nieuwe, derde mislukking volgens de
Maasbode, geen andere kracht dan om
de algelicele onmacht der linkerzijde,
om iets tot stand te brengen, welke
reeds na de eerste twee phasen voor
der zichtbaar was, zelfs voor een
blinde tastbaar te maken.
Lief.
Zondag was er, naar
deelt, een ojieiiluchtii
burg in Twente, waa
trad zekere mijnheer
helpen, zeidc
sche socialist o. ill.
1. Denkt er om,
briekssclioorsleeiicn i
Achter onze org
schoorsu
ir de Ned. medc-
ccling te Glaner-
ais spreker op-
leikoop van Kot-
i zal
guiiisalic zullen die-
zoo veilig rocken
s heel wal -minder
s onder den neus
4. Men zegt„Kapitaal en arbeid
grijpen in elkaar" en dat is zoo, maar
hoer Niet als twee handen, maar het
kapitaal grijpt u bij den strot.
Men noemt ons de Chineezen van
Europa, maar laten we zorgen dat de
staarten niet op onze ruggen groeien.
Zoo is 't spraakgebruik bij de lieden
uit wier kringen waarschijnlijk nog mi
nisters zullen worden gekozen!
Electriciteit.
Naijverig zouden we worden op de
Brabanters, die als 't een beetje wil
spoedig door geheel hun gewest de
draden gaan spannen van 't groote
provinciale electriscli bedrijf, hetwelk
tot zelfs in 't meest afgelegen heide-
gehuchtje de electriciteit voor licht en
kracht gaat leveren.
Welk een schoon voorbeeld vau
activiteit en modern beheer geven die
'staten daar aan dezelfde colleges elders!
Men begrijpt daar. dat er voor het
irovinciaal bestuur nog wel wat meer
e doen is in het algemeen belang dan
:en polder-reglementje vaststellen en
vat subsidie uitkecren.
Zou 't b.v. ook voor de prov. Utrecht
liet een zegen zijn. wanneer 't Bra-
bnntsclie voorbeeld, eventueel naar
gewestelijke omstandigheden le wijzigen,
werd nagevolgd
We vreezen echter, dat het nog wel
ïi duren%zal, eer 't zoover is.
Ue hccren in Utrecht wisten nog niet
lis, «lat de boer zoo le lijden heeft
n 't schadelijk gedierte, dat hij in zijn
bedrijf bemoeilijkt en benadeeld wordt.
I lat moest onze afgevaardigde de wakkere
heer Van Klooster hun nog onder 't
oog brengen Diirfrop moest nog worden
gewezen, terwijl ieder die ook maar
ccnigszins met «le toestanden hier be
kend is, sinds jaar en dag weet hoe
de boeren eronder zuchten. Maar we
dwalen af. We wilden het over elec
triciteit hebben.
In het Brabantschc. te Udcn, kwam
de Delltsche professor Van Swaay, de
menschen inlichten. Dat wekt meer
m dan de informatie van den
directeur van 't een of ander tecjinisch
In verband met de overstroomingen
door de Leigraaf, vroeg men naar de
voordeelcn van de electrische polder
bemaling. Professor van Swaay vond
dit een zeer gewichtige zaak, waarvan
hij kon zeggen dat liet electrisch beter
ging en goedkooper. Bovendien zouden
boerderijen, waarvoor aauslui-
misscliien bezwaarlijk was.
ge; lakkeiijker en vlugger er toe komen
deze nieuwere en goedkoope bedrijfs-
kraclil aan te wenden. Ze konden zich
dan conibineercn met het poldergemaal,
dat een distributie-centrum kon vormen.
Bij «le beantwoording eener andere
vraag werd tevens de verzekering ge
geven dat de straatverlichting spotgoed
koop zou wordenper branduur per
lamp vaii 50 normaalkaarsen nog geen
halve cent, daarbij alles inbegrepen
onderhoud, afschrijving, enz. Met nadruk
wees er «ie professor eclitcr op, dat
's avonds, als de verlichting wordt ont-
gestoken, «le motoren van het klein-
FEUILLETON.
HET STRANDRECHT.
Zeker", antwoordde ik „liet r_
een half uur geleden, dal ik hemzelf
verlaten heb."
„Klim ai' «lan, mijnheer," sprak «Ie
visschcr, „de bui worth xwaarder. Gij
in denken, naar uw vriend
gij zoiuit
ij moet «lus wel
.urn er mei «au utm.vi
icrug te kecreii; gij zi
dood vindenGij moe
ik
hul
lachten en morgen breng
thuis. Vrouw, stook het
n kan
dal de lieer zich -
maak wat eten klaarik wil inlusschen
voor hel paard zorgen."
Met deze woorden greep hij mijn
tos bij den tengel en verdween er me
de achter de hut.
Het inwendige «lier luit was vrijarmoc-
dig. Zij vertoonde zich geheel naakt.
«Ie wind drong door de reten der mu
ien, «Ie tegen door enkele openingen
ui liet daksomber en twijfelachtig
weid «lc ruimte «loor een flikkerende
harsfakkel verlicht, en op den haard
smeulden eeltige stukken vochtig wrak
hout. Ken oude bedstede nam een hoek
«au de luit in, en aan hel voeteinde
daarvan stond een dier geweldige kui
lers, welke hot volk hier lol bergplaats
van schier al hun beïiling dienen. Net
ten, touwen- zeilen
gen hier en daar in het rond verstrooid.
Na stilzwijgend op een bankje niet ver
den haard te hebben plaats geno-
i. zag ik de toebereidselen tot den
voudigen maaltijd geduldig aan.
ik kon het woest, boosaardig uitzien
mijner waardin moeielijk met de voor
komende vriendelijkheid in overeen
stemming brengen, die zij mij bewees
en begon reeds eenigen argwaan tegen
haar optevatten. Thans echter trad
haar man binnen en verontschuldigde
zich wegens den schralen maaltijd en
het armoedig leger, dat hij mij aan
bood, terwijl hij er bijvoegde, dat
hij, zoo hij meer had. zich gelukkig
zou achten, mij dat te gevenintus-
schen moest ik ook zoo voor hel ne-
jiicii wat zij mij aanboden, want „net
kwam uit e'cil goed hart". Ik zocht
«Ie goede menschen gerust te stellen
•li gal mij alle moeite, om de mg
«ongeboden gerechten eer aan te doen
vclke uil gekookte melk en op een
rooster gebakken viscll bestonden. Toen
mijn eerste honger gestild was. zcide
de vrouw„Wat dunkt u, Pierre, zul
len wij dien lieer niet verzoeken, on;
den brief eens voor te lezen
la, waarlijk, vrouwgoed dat gij
er "aan denkt," antwoordde de visscher
„geef hem maar eens hier.
De oude beurde hot zware deksel
Ivan «le koffer op, haalde ecu zorgvul
dig in linnen gcwilckcldcn briel te voor-
ichijn en gal ntij dien, met het verzoek
>in hem voor tc< lezen.
Het was een brief van huunen zoon
die als matroos ter koopvaardij voer.
Hij schreef van Guadeloupe, dat zijn
schip geree«l lag, om onder zeil legaan
en dat hij, zoo alles goed ging, zijn
ouders legen 't laatst van Januari hoop-
e weer zien. De blijdschap der goede
risschcrs was groot, maar verried zich
itcchis door een paar groote tranen,
welke de vrouw ongehinderd vloeien
liet, terwijl haar man met zijn hand
langs de oogen streek, als schaamde
hij zich, zijn gevoel te iloen blijken.
Na nog een uurtje gekeuveld te heb
ben, deels over den jongen matroos,
deels over de zee, hare gevaren, de
divangst cn andere dingen, boden
de menschen mij hun eigen bed aan
dat ik echter van de hand wees, daar
liever met de bank aan den haard
wilde behelpen. Na eenige oogenblik-
ken wenschten de strandbewoners mij
goeden nacht en legden zich ter rus
te. Ik wierp nog eenig hout op het
strekte mij vervolgeus onder
liet geloei van den storm, «lie nog
gestadig scheen toe te nemen, op mijne
harde rustplaats uit.
Tegen middernacht «leed eenig ge
rucht iu de hut mij ontwaken. Zonder
mij te verroeren, opende ik mijne oogen
en zag man en vrouw reeds van het
bed en geheel aangekleed,
„Schielijk", zeide de man, „schielijk"
ouw, en niet getreuzeld I lk heb goed
i duidelijk twee kanonschoten van
den kant van de witte rots gehoord,
i wij zullen zeker buit op doen."
Onder deze woorden hing de oude
twee lantarens aan een stok op, die
erkruis aan een wel acht voet lan
gen staak was vast gemaakt. De man
had een ijzeren stang, eene bijl met
korte steel en een touw in de hand,
oo verlieten zij zonder gerucht te
maliën de woning.
Begecrig, om den afloop van een
voorval le zien, d-.t mijne nieuwsgierig
heid had opgewekt, stond ik op, kleed
de mij in «lor haast aan en verliet ins
gelijks de hut, met het dubbele licht
der beide lantarens tot wegwijzer. Zij
hielden regelrecht op de zee aan, die
zoo zwart van «luisternis niet
en kon, maar met een gevoel van
«zetting aller vreeselijkst hoorde loci-
i. Opeens schenen de lantarens in
den grond weg te zinken. Ik verdub
belde mijne schreden en kwam aan
een pad, dat de in duinen naar het strand
afdaalde. Daar bleven «Ie beide men
schen staan, en bij liet flauwe schijn
sel der twee lichten Icon ik thans de
schuimende golven onderscheiden, die
mei moeite op hel strand braken. Het
late uur. de donkerheid van den nacht
liet somber licht der lantarens, dal de
handelende personen nauwelijks ken
baar maakte, de kokende zee, de los
gelaten winden, dat alles was voor mij
een nooit bijgewoond schouwspel, dat
mijn hart luid deed kloppen. Ik ver
borg mij. nauwelijks twintig passen van
het paar, achter een rotsblok, waar ik
alles zien kon, zonder zelf gezien te
worden
Op eenmaal week de nacht ecu
oogenblk voor een blinkend licht, waar
op een dof langs do duinen voortrol
lende donder volgde.
„Hoort gij dat noodschot nu, Martha?"
vroeg de visschcr, en een straal der lan
taarn, die op zijn gezicht viel, liet mij
tlaarop met ontzetting de glans eener
onmenschelijke vreugde waarnemen,
welke bij «ie toenemende woede van
wind en golven nog merkelijk scheen
te klimmen.
een tusschenpoos van rust ver
beeldde ik mij. eene klagende stem,
schelle wanhoopskreten cn terstond
daarop een gekraak, als van een door
den bliksem getroffen honderdjarigen
eikenstam te vernemen. Het meer ge
oefend oor van den visscher had die
tonen niet meer zekerheid opgevangen
cn hij riep zijn vrouw toe„Zij kun
nen niet lang meer uitblijvenricht
de lautarens op."
De oude verhiel het kruis eu stak
tie puilt van den staak in liet zand,
zoodot de lantarens thans hoog en
vrii in de lucht zweefden, ecnc^vuur-