2even en
•wintigste laargang.
No. 49. Dinsdag 16 Sept. 1913.
DE EEMBODE
NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR AMERSFOORT EN OMSTREKEN.
UITGAVE VAN L)E VEREEN1GING „DE EEMBODE" TE AMERSFOORT.!
Dit blud verschijnt Dinsdag- en Vrijdagavond.
Prijs per drie maanden vijftig cent. - Afzonderlijke nummers drie cent.
I s^rC"£nle.n kuiln<-'" daB ingaan, doch opzegging van abonnentenl moei ge-
senteden vóór den aanvang van een nieuw kwartaal. K
KANTOOR EN [DRUKKERIJ: LANGEGRACIIT ;i3|.- AMERSFOORT.
advertentieprijsvan dén lol vijl regels dertig cent. Elke regel meer xc* cent.
Reclames tien ct. p. regel. AdvertentiEN In liet redactioneel gedeelte vijftien ct. p. regel.
Billijke tarieven bij abonnement.
Alle mcdcdccllngcn en adverlenliün in Ie zenden vóór drie uur op den dag van uitgifte.
DE AMBTENAARSWERELD.
Een ambtenaar kent veelal niet, als
de gewone niensclten den prikkel van
hel liciligc moeten.
Spreekt zijn gevoel van plicht niet
luid genoeg, dan komt er liij licht toe om
slechts voor twee dingen tc zorgen:
om ii.l. zoo weinig mogelijk tc doen en
om zooveel mogelijk te verdienen.
Als deze geest de overhand kreeg,
waar zouden wij dan heengaan Dan
wordt het de toepassing van de leer,
dat de Staal er is voor de ambtenaren;
een leer, die toch niet kerngezond mag
hcelen.
En iemand, die er up uit is om ai
de voordceicu vau een ambtenaars-
positie te trekken, maar niet wil aan
vaarden de verplichtingen, die zulk een
positie oplegt, is tocli niet erg geschikt
tc noemen.
Typisch is in dit opzicht, wat in den
Amsterdamschen raad eens werd o|>-
gcmerkl door een soc.-democratisch
raadslid over een omslagen ambtenaar.
De burgemeester had medegedeeld,
dut van dezen meneer eens gezegd was,
dal liij ook wel eens wat mocht werken.
Maar, men vertelde, dal deze won
derlijke ambtenaar toeb zoo Hink was.
leder die hem had gehoord op eene
proteslvergadering, zou dat moeten ge
tuigen. Nu nog was hij vol zorg voor
een goeden gang van zaken....
'k Wil het geloovenEr bleek uit
deze lofspraak, dal de man misschien
praclitig praten kon over zijn werk.
Maar wie eenige inensclienkeiuiis bezit,
weet ook al wel, dat de beste praters
niet steeds de beste werkers zijn.
Er zijn heel wal menschen in de
wereld, die hun werk liever willen be
redeneeren dan doen.
En daartegenover staal het verschijn
sel, dat de beste werkers gewoonlijk
weinig praten over hun arbeid en be
kwaamheden. Deze menschen hebben
daar geen tijd voor.
Uit dit alles nu is te besluiten, dat
't zeer zeker noodig is, dat de rechts
positie van den ambtenaar goed wordt
bepaald, maar dat 't veel noodzakelijker
blijkt, om eerst eens de plichten van
den ambtenaar vast te stellen. De groote
uitbreiding van bet ambtenarencorps,
de verhooging van salarissen, die aan
de orile van den dag is, kosten aan
de burgerij verbazend veel opofferingen.
1 let belastingbiljet wordt alhooger, het
„we moeten maar opbrengen", wordt
in stee van een gewoon jirutlel-argu-
mcut, een gerechtvaardigde klacht.
De ambtenaren hebben recht op een
behoorlijk loon en een goede be
handeling.
Maar de burgers hebben toch ook
liet recht le vragen, dat deze „dienaars"
van de overheid geen „hcerschers"
worden, dal zij waar leveren voor geld
en zoo hun noodzakelijkheid door een
wandel van plichtsbetrachting bewijzen.
Als in het particulier bedrijf de be
ambten zich de helft veroorloofden van
wat sommige ambtenaren in 'l Haagje
durven doen we zouden wel willen
verzekeren dal zij oj> straal zouden
terecht komen.
ie is er in hetgewonemantschappelijk
leven, die meent met zes urcu te ar
beiden al een reuzenwerk te hebben
verricht, waarvoor een flink salaris
moet worden betaald?
et men de ambtenaren negen uur
werken en goed werken ook, dan zou
men ojj vele bureaux met vrijwat min
der luier-krachlcn kunnen volstaan, en
•'"T zou men tevens het voordeel win-
i, dat goede werkkrachten ook steeds
flink werden betaald, wat weer de wis
selwerking in 't leven zou roepen, dat
laar de opengevallen plaatsen ook
iteeds kranige lui konden dingen.
Met drie werkzame ambtenaren doet
iien op een bureau meer dan met vijf-
ien halven.
En daar komt nog bij, dat die vijf-
ien halven in de verzoeking komen om
n een sterke organisatie de kracht le
zoeken, die een ander door goede
plichtsbetrachting uitoefent.
En toch er is geen grootcr ramp voor
i volk dan een ambtenarenstand, die,
bond met een politieke partij, zou
trachten hel leven le behcerschen.
TWEE STROOMINGEN.
s men de middelen zoo eens na
gaat, die worden aangegeven eu
met de allerbeste bedoelingen
het landbouwbedrijf er boven op
te brengen, dan merkt men voorat
ee groote stroomingcii op.
Eerste strooming: de boeren dienen
zich uitsluitend door eigen initiatief,
door eigen wilskracht, door een zich-
zelven-hclpcn naar hoogcr en beter op
werken, eigen vlijt en inspanning
plus kuilde eu bekwaamheid.
TweedestroomingAlleen doorStaats-
hulp, uitsluitend door steun van de Re-
geering, die ook zooveel voor den han
del doet, moet de verbetering komen.
Beide meeniiigcn hebben hetzelfde
gebrek: een eenzijdig oordeel.
De twee stroomingen dienen geleid
dezelfde beddingde boeren moeten
zooveel mogelijk door eigen vlijt en
bekwaamheid hun toestand verbeteren,
de Overheid moet die krachtsinspan
ning steunen.
Nu gelooven wc, dat de boeren in
de laatste jaren iu de goede richting
veel hebben gedaan.
Zij hebben coöperatieve roomboter
fabrieken opgericht.
Zij hebben hun ijver en doorzicht
getoond door het zich verccnigcii in een
onderlinge braiulwaarborginaatschapjiij.
Zij hebben vecfoiulsen in 't leven
geroepen.
Zij hebben veel en goed gebruik
gemaakt van kunstmeststoffen.
Zij hebben in één woord de handen
reeds ferm uit de mouw gestoken.
Aan den Staat do taak, om al die
pogingen tc steunen. Voor den Staat
de plicht, om de boeren tc helpen.
Wat voor den handel wordt gedaan
kan ook worden gedaan voor
landbouw.
De landbouwers schreeuwen lang niet
hard genoeg.
Een spreekwoord zegt, dat er i
worden geklopt, om open te krijgen.
De boeren moeten kloppen tot maar.
m de grens van 'l brutale toe.
Ze kunnen in Den Haag heel wat
lijden, want ze zijn aan veel gewoon,
Ieder landbouwer-kiezer is liet zoo-
iclste deel van een kiesdistrict, dat
:n lid afvaardigt.
Die groote of minder groote m'nhecr
t daar niet voor zijn gemak of pleizier
of eer of eerzucht, maar voor zijn kiezers.
Al zegt de Wet het niet, al wil del
Wet het zelfs niet, toch mag de al
gevaardigde zich wel eens herinneren
hem hebben afgevaardigd, liever
r bij gekozen is, omdat bij het
vuoruithclpcn van den boerenstand de
partijpolitiek niet mag meepraten.
ren afgevaardigde dan, landbouwers,
ge volgen en vervolgen met hel
bepleiten van uw belangen.
Cie moet hel hem laten hooren, dat
hij verplicht is om voor uwe behingen
te zorgen.
En duno, dan zouden we
i vurig wenachcn, dat ferme jongens
i flinke, gezeten landbouwers als het
•e werden opgeleid lol plattelands-
afgevaardigden. Aan zulke krachten is
groote behoefte. Zulke krachten zouden
wat voor den Boerenstand in Den Haag
kunnen doen I T. G.
Duitachland.
De üuitsche socialisten houden le
Jena hun partijdag. Onder de vertegen
woordigers van 't sociallsteiidom van
elders behoort ook onze landgenoot,
-. Picter Jcllcs.
Troelstra begroette den partijdag
mens de Ncdcrlandsche sociaal-demo-
aten. In Holland, zoo zclde hij, wees
de sociaaldemocr. partij de aangeboden
portefeuilles van de hand, wijl zij
meende nog een krachtige reactie uit
den weg tc moeten ruimen. Daartoe
was echter een eensgezinde, vast
Gedurende zijn reis door hel Zuiden,
werd president l'oinctiré le üuéret een
banket aangeboden in.,., de vroegere
kapel van liet klooster der zusters van
de Goddelijke Voorzienigheid, welk
klooster onlangs gerechtelijk verkucht
Binnenlandsche berichten.
Uit het Buitenland.
noodzakelijk. Om den vrede in de partij
ui niet te verstoren, weigerden de
iociaal-democratcn in het ministerie
zitting te nemen. De Hollandschc so-
liaal-democraten hebben echter beslo-
cn de liberalen te steunen iu den
itrijd tegen de clcricalen, onder voor
waarde, dat aan het volk geen nieuwe
lasten worden ojigclcgd.
Frankrijk.
Te Toulon zijn de Paters Maristcn,
die lange jaren voorbereidend onderwijs
gaven voor de marine, uit hun kloosl
verdreven.
i commissaris van politie en
ontvanger vonden de hoofddeur aan de
binnenzijde gesloten en drongen daarom
door de kleine poort aan de achterzijde
hel gebouw binnen,
e overste, pater Georges, was
ringd door twaalf jiatcrs en liet leeken-
personeel, aan de inrichting verbonden.
Op zijn uitdrukkelijk verlangen deed de
iiissaris van jiolitic zijn anibtssjerp
en legde ieder der Paters, bij het
verlaten van het klooster, de hand op
Hervallen in de oude zonde.
„Het Volk" gelast, dat het „gevraag
ir het geloot' van iemand, die zich
komt aanbieden voor brievenbesteller,
rechter of notaris, nu maar eens voor
goed uit moet zijn".
Dit komt, zegt het Huisgezin, iu un-
ire woorden gezegd, tamelijk goed
'creeu met de verzuchting van de ,,N.
R. Ct.", dut met den val van het ml-
ie-Heeinskerk de parlijbeiioemlti-
geu gedaan zijn.
We keeren dus blijkbaar weer naar
het oude liberale regime terug.
Het regime toen er ook niet naar
liet geloof der candidaten gevraagd
werd, wal voor gevolg had, dat zoo
goed als uitsluitend liberalen werden
benoemd.
Want ineti mocht zich voor liet „ge-
of van den cundiduat niet interes-
eren, terdege wist men of deze vau
het gewensclile hout was.
Dat de „N. R. Ct." den terugkeer
l de profijtelijke liberale methode met
welgevallen begroet, ligt voor de hand
maar vau het Volk, dat, zoo goed als
wij, weet hoe de liberalen iu hun gou
den tijd alles naar zich toe hebben ge
haald, bevreemdt ons dat.
Men kan het natuurlijk niet tot op
n centimeter precies afpassen, maar
overigens is er toch alles voor te zeggen,
dat, burgerlijke betrekkingen naar cvcti-
tdigheid onder de burgers van ver-
drillende richting en denkwijs worden
verdeeld.
Zoo wordt het best, en zoo wordt
ook alléén, aan bet bekende Grondwets
artikel voldaan.
Finis-
Zaterdagmiddag heeft Minister Cort
:n der Linden in naam van de
Koningin de zitting der Statcn-Genoraal
gesloten. Men ging daarbij te werk
'olgens het gewone recejit: de op
somming van den wetgevenden oogst
't laatste jaar. Een respectabel
lijstje.
Kardinaal Van Rossum en de
Drankbestrijding.
De voorzitter van „Sobrlëtas", Jhr.
Mr. Ch. Ruijs de Hccreiibrouck ontving
bel volgende schrijven;
Witten), 18 Aug. 1913.
Hoog We/Geboren Heer!
Naar aanleiding van en in verband
et de |iarticulicre audiëntie, welke
wij het genoegen hndden U dezer dagen
te Maastricht tc vcrlccncri, willen wij
U nog langs dezen weg eenige woorden
ui bemoediging en opwekking zenden
de cdclc en gruolsckc taak, wolke
met zooveel zelfverloochening op
we schouders genomen heeft.
Wij bedoelen de R. K. Drankbestrij
ding, een werk, dat tot verbreiding,
behoud en versterking vau het Heilig
R. IC. Geloof zoo nuttig, en In begin
selen un grondslagen, en in ojibouw
en uitvoering, in doel en strekking zoo
echt katholiek is.
Tot het bereiken van liet verheven
doel der Drankbestrijding, hetwelk een
bovennatuurlijk duel is, dat met een
natuurlijk in verband staat, moeten
dientengevolge naast de bovennatuur
lijke middelen, welke onze li. Gods
dienst ons biedt, de natuurlijke, dc
onthouding vooral en het voorbeeld der
onthouding uicl verwaarloosd maar met
wijze voorzichtigheid worden aange-
Door dit voorbeeld niet liet minst
wordt het werk der drankbestrijding
een werk van uitmuntende Christelijke
naastenliefdezichzelf iels ontzeggen
liefde lol den ongclukkigcn drank
zuchtige is voorzeker een werk van
ivere en onvervalschle liefde.
En daartoe behoort ook, wil die
.astenliefdc haar werk voltooien, de
<rg om drankzuchtigen redding te
brengen eu bestrafte drankzuchtigen
wederom een eerzame plaats in de
niaatschapjiij te bezorgen.
Ziedaar dan de uitgebreide werkkring,
dien de Christelijke Charitas ook op
dit gebied vindt, en liet is een ver
blijdend leeken, dal zoovele edele
len en vrouwen deze werkkring
zooveel ernst en ijver en tevens
niet zooveel welslagen zijn binnengc-
Mogcn zij voortgaan hun edel werk
votvoeren en aldus naast hul ver
erven vau parsooulijkc verdiensten
ook aan de Kerk een grooten en gc-
wiclitigeu dienst bewijzen.
Terwijl wij Gods rulmstcn zegen over
en alle leden uwer vereeniging al-
smeeken, betuigen wij U. Hoogwelge
boren Heer, nogmaals onze voldoening
onze bijzondere hoogachting.
(Get.) t W. M. Kurd, van Rossum.
C. S. S. R.
De Ziekteverzekering.
Naar de „Nieuwe Courant" uit goede
bron verneemt, is een ongewijzigde
invoering der Ziektewet van deze Re
geering niet tc verwachten.
Aan de ouders dor Militieplichtigen.
Nog eenige dagen schelden u vau
den dag, waarop uwe zonen u gaan
verlaten, om dienst te nemen in ons
tcgci', om als trouwe burgers, opgeleid
te worden tot stoere verdedigers van
Neerland* dierbren grond." Schoon
lijkt dit velen vaderlandslievende)! jon
gelingen, schoon ook hun ouders, die
nu reeds met vreugdevol verlangen liet
oogenblik verbeiden, waarop zij hun
jongens als soldaat in huis kunnen
ontvangen.
Al lijkt dit mooi, toch zien wijze
ouders ecne schaduwzijde in liet solda
tenleven, welke hunnen rechtmatigen
D:
FEUILLETON.
EEN DORPSVERHAAL.
Je mannen staken de hoofden bij
elkander en beraadslaagden fluis
terend, wat ze daarin doen zouden. Al
hadden ze ook luid gesproken, Goethe
zou hen toch niet gehoord hebben,
en Christiana Wenk stond te kijken
alsof hij van den donder getroffen was.
- Die sclicrminkel soldaat worden!
De auditeur was van iiieening, dat hij
de geheelc Saksoii-Weimursche arniée
zou bederven, en de dokter met den
wachtmeester waren liet hierin volko
men met den auditeur eens. „Het
toch werkelijk geheel onbegrijpelijk
sprak de dokter verder hoe mijn-
lieer de commissaris dezen jongen, dien
men kan omblazen, bij mogelijkheid
voor bruikbaar heeft kunnen verklaren."
De wachtmeester knikte weder, en d<
auditeur meende, dat het een jammer
lijke verwarring zou geve..,
echter dat raadselachtige
wenschte geschrijf van den co
alleen oorzaak wasl St.! De be.de
anderen keken bezorgd om - de su
bordinatie tegenover superieuren
in elk geval blijven m acht i:
v|..„r wat till? was de grooie vraag
(lie men elkander, worlcgde.
eens, toen de nood reeds
O,, nel' hoogs, geklommen was, kreeg
de auditeur een prachtigcn inval. Hij
dan ook een zeer wijs gezicht,
boog zich zoover mogelijk naar de
anderen toe en verzekerde hun dat de
raadselachtige zaak hem thans volko
men duidelijk was. Namelijkwai
hertog en Goethe niet dikwijls i
omtrek vail Jena, van IJincnau, e
Buttstadl geweest? En wis
hel gansche land, dal de heeren
malen Zondags in de herbergen loei
den. Goethe was een jong man en niets
was nu zekerder dan dat hij in het
dorp. waar deze Wenk vandaan was,
kennis had aan lieden die Wenk graag
kwijt waren en nu was deze Wenk hem
natuurlijk in den weg. En hoe die het
beste uit dc voeten gekregen? Onder
de soldaten met hem, dan is hij
schadelijk I
De dokter en de wachtmeester Wi
wel van de waarheid der slimme
klaring van het geval volkomen o
tuigd, maar eene zaak konden ze toch
niet goed rijmen: hoe namelijk
heer Goethe dc bruikbaarheid van dezen
schcrminkel bij den horton zOu kunnen
bewijzen?
Maar (lozen twijfel wist de schrandere
auditeur door een krachtig argument
uit den weg te ruimen, namelijk: hoe
de hertog en Goethe met elkander
stonden wist het geliecle land. Hadden
ze niet openlijk op de markt te Weimar
samen met zweepen slaan klappen,
dronken ze niet samen Champagne,
droeg niet de een het vest en de das van
den andere Dus I ze lagen samen onder
deken! Of deze Wenlt nu bruikbaar
of niet, dat deed er niet toe, hij
st weg, terstond onder dc soldaten,
dal hadden Goethe en de hertog reeds
lang niet elkander afgesproken. Dus de
hertog zou zijne oogen dichtknijpen, en
dun natuurlijker, dan dat de
overste en zijn adjudant eu de kapitein
dit geval ook niets anders te doen
hadden dan
,lin wij? viel de dokter fluiste
rend hier op iu moeten wij dat dan
ik maar zoo laten gaan?"
De auditeur in wiens hoofd cei
heele lichtzee straalde, zag den vrager
zeer medelijdend aan. Vervolgens echter
zette hij dezen en dun wachtmeester
nog zoo kort mogelijk uit elkander, dat
het oogen-dicht-knijpcn van boven naar
beneden iets was, waaraan niemand
zich bij mogelijkheid koil onttrekken.
Wilde de hertog niet zien, dan moesten
ook alle anderen als met blindheid
geslagen zijn. Had hij zooeven m;
onmiddellijk ingezien, dan zou hij
niet aaii gedacht hebben, zich, al w;
het ook slechts met een enkel woord,
tegen het „bruikkaar" vau den com
missaris tc verzetten. Diens druk ge
schrijf was toch immers niets anders
dan een voorwendsel, om eene zekere
verlegenheid wegens dit „bruikbaar'
daarachter te verbergen. Kortom
dus: boven oogcn-diclitknijpen en be
neden blindheid, en bijgevolg wel
•aar onbruikbaar, maar natuurlijk
in dit geval, zonder ecnigen twijfel
bruikbaar I
De auditeur ging haastig naar zijn*
tafel terug, en vulde zijn register in.
De dokter dacht schouderophalend bij
zichzetvenniet mijn schuld wanneer
deze dreumes de geheelc Saksen-VVei-
ar-Eisenachschc arniée bederft
Juist legde ook Goethe dc pen neder,
de alleenspraak lag kant en klaar voor
hem. „Nu zij we aan 't einde?" vroeg
hij den auditeur.
„Verder!" ric|> ilezc, zich imi
aangrenzende kamer wendende, ei
stond werd het volgende nummer zicht
baar. De wachtmeester had zich reeds
weder in de kamer teruggetrokken,
waar hij wist dat hij Chriatiaan Wenk,
dien hij intusschen met liet bevel
„aankleeden" derwaarts verwezen had,
vinden zou. Den jongen was de tijd
geweldig lang gevallen, en nauwelijks
kreeg hij den wachtmeester in 't oog
of hij kwam ook terstond met de vraag
op hem af: „Is het thans eindelijk uit
gemaakt dat ik onbruikbaar ben?"
„W-a-l! - riep Rcbcling, terwijl hij
een krijgshaftig gezicht zette, wal
verbeeldt zich zoo'n aap wel Praatjes
maken tegen mijnheer den auditeur en
den wachtmeester, waarvan hem niets
gevraagd wordt? Houd je stil I Daarop
veranderden zijne grimmige trekken
geheel, en zette hij op zijn manier een
allervriendelijkst gezicht en na een
slokje uit zijne flesch genomen te heb
ben, sprak hij verder terwijl hij in zijne
handen wreef„Geluk er mede 1 Nu
mijn jongen, wij zullen het samen wel
vinden 1 Sapperloot, wie had dat ge
dacht! de licercn daar binnen zullen
zeker denken, dat gc nog groeien zult,
en om goede stevige knoken te krijgen
zal mogelijk mijn slok ook nog wel
helpen I Ja, ja, mijn jongetje, zoo
beleeft men niet alle dagen, en
wie de plaat wil poetsen heeft s|rits-
roeden en gccsclslngcn te verwachten.
Bon. zooals jle groote koning zegt!"
Christiaan zette geweldig groote
oogen op. „Ja, maar ik begrijp toch
eigenlijk niet wat dit alles bctockcncn
moetl" waagde hij eindelijk te zeggen.
„Zoo, zoo glimlachte Kebeling,
zijn kin wrijvende heb Ik dan l'oolsch
gesproken? Nu, dan zullen we nog eens
verstaanbaar Duitscli met elkander
spreken. Dat moet namelijk bcteckenen,
dal u, ellendige schcriitiukcl, een buiten
gewoon groot geluk te beurt gevallen
is.' Nu kuilt gc naar huis gaan, maar
ge hebt le zorgen om morgen ochtend
klokke zeven achter de Schuttersgracht
present tc zijn, en daar zullen wc ter
stond eens zien, of er een flink soldaat
van u te maken isl" (Wordt vervolgd,)