BERN. BROM, Nicolaï Lebret, Electrische Installaties. voor Amersfoort en Omstreken. Katholiek Nieuws- en Advertentieblad Beloonde Barmhartigheid. Apologetische bijdrage van Jac. J. Zeij, S. i. Sebastian Bruuncr verhaalt in zijr bnek„Wolier: Wohin cenc go t schicdenis die hij zelf vernomen heeft uit tien mond van den betrokken pci soon, J. K. Wcbcr, toenmaals Kape- 'aan te Mittc'.bcrg in AUgëu, en leer ling en vriend van Bisschop Sailer. Het was een koude en stormachtige winterdag. Kapelaan Wcbcr zat met tien heer Pastoor aan tafel. Daar kwam oen arm, schamel gekleed jongetje kla gend 0111 een aalmoes vragen, Men liet liet kind binnen komen eu gaf liet te eten. Hel bedankte en wilde weer heengaan, doch voelde zich zoo uitge put en ziek dat het niet meer voort kon. Kapelaan Wcbcr deed het voor stel, liet kleine kamertje, waar de Cn- pucijneti logeerden als ze op termijn kwamen, voor den armen jongen in te ruimen. De Pastoor had er niets op tegen. Weber bracht het kind te lied en ging den dokter halen, die een zeer lievige koorts voorspelde. I >e goede kapelaan verpleegde het kind met allo liefde. Toen de crisis voorbij was. be gon Weber wat meer met zijn patient Ie praten, en vernam toen, dal du jon gen sinds ccnigcn tijd zijn ouders ver loren had, en, daar zich niemand het lot van den wees aantrok, aan 't zwer ven was gegaan, Weber onderrichte licm van toen al' in den godsdienst. De jongen bleek zeer ontvankelijk, en legde een ijver aan den dag. die den kapelaan veel voldoening schonk. Di menvatting vaii onze artikelenreeks over rlc geestenwereld, eenigc hoofdpunten van verschil op te geven tusschen du Katholieke leer en du leer der Theo sofen en Spiritisten. 1. Weber verzorgde lichaam van dien armen knaap. Wij, Katholieke hebben veel krachtiger beweegredenen tot lichamelijke werken van barmhar tigheid, dan de Theosofen en Spiritis- zielsverliuizing aannemen dal iedere ziel achtereen- ,os vele lichamen krijgt, zeggenneen. ieder mensclt heeft echts i lichaa de Oppc; igcithlik. dat zij lic-t lichaam vriendschap is met Schepper, zal dat rods almacht, één- naai weer verrijzen tot een gebrekloos, ergccstclijkt. onsterfelijk leven. In on- c leer kan ook dc meest mismaakte n misvormde incnsch de woorden van Job tot de zijne maken: „Ik weet. dut mijn Verlosser leeft 11 ik ten jongsten dage uit dc aarde errijzen xal. en andermaal za! ik eklced worden met mijne huid, cn i mijn vlcc-scll zal ik zien mijnen ml. Zien zal ik Hem. ik zelf. eil insehouwcn /uilen He n der Toleed de dekte het kind ti Weer kwam de winter in ons la-u Op zekeren avond werd de Kapelan bij een zieke geroepen, die op c deze mijne hoop iu mijne boe- Job. Pi. 26 cn 27 terwijl luj ook weet. uit Paula.' i aan de inwoners van Pliïllppi (-1, 2D. dat Chrism* dan „het lichaam >«'- t vcrm-dcring zal hervormen, zoodat 'l gelijkvormig is met liet lichaam m-r heerlijkheid." Wij beschouwen de rampen en de ellenden erugkec dc Tot t nacht. Kr onllCl leer Weber geraakte pad vil bevond zich, zonder het te we ten, op een bevroren vijver. Plotseling kraakt, scheurt cn breekt het ijs. Weber zakt. zakt dieper, is reeds meer dan half onder, cn nog voelt hij geen grond. Tevergeefs probeert hij zieli uit deze gevaarlijken toestand tv redden, llij aclit zich verloren. Op dit oogcnblik ziet hij eensklaps een hellen lichtglans. Het jongetje, dut hij verpleegd, en wie» hij .eenigc maan den geleden de nogen heelt gesloten, zweeftvóór hem, ruikt hem de hand. Ileft liuin uil liet water op, trekt hem twjjgcnd, met uilgcstoki de Clltill Weber vensgeva stappen Hij besc rrdwci wijzing hij n komt verkt i zulk c i groot I had. Zijn zichtbaar in de sneeuw hut stuk gebroken ijs rtenis, aan welks eci wijluien valt. biedt i gelegenheid, om tot ml: II x-prr doo: toegelaten. tot waarachtig welzijn van len menscl Kel'icarii. ie en Karma kunnen dus onmogelijk loor een Katholiek worden gcncci pleenl. 2. Webt r verzorgde dc ziel van dien armet knaap. De Tcosofen beschouwen de ziel van den mensch als „«Ie v. ik, ilie van dezelfde soorl i- «Is de lam, dc vonk van 't Go.l- «lelijk Level komende van het groote vuur .les oddelijkeii Levens, gehecht ile vim Du Spiritisten, nemen behalve ziel cn lichaam, nog een derde ding aan in den mcnsch, een hall'stolïclijk, luchtvor- mig omhulsel, perisprit gchcclcn, dat bij den dood met de ziel meegaat. Ellen- lange beschouwingen zijn noodig, om deze Theosofische en Spiritistische op vattingen veiligs/,ins te begrijpen cn. voor sommigen althans, aannemelijk te maken. De Christenen zeggen„de mctisch bestaat uil ziel en lichaam, cn de ziel is oen onsterf lijke geest, ge schapen naai Ciods beeld en gelijkenis", en deze opvatting berust op dc duide lijke uitspraak dei Heilige Schrift die een geloofwaardigheid bezit, waaraan dc LUslc eeuwsche geleerden met even weinig succes getornd hebben, «Is de heidenen dei eerste tijden. Bij Theosofen en Spiritisten moet dc ziel nog heel wat levens dóórmaken, eer ze tot haar eeuwig geluk gekomen is. Bij dc Katholieken beslist dit leven, cn met name het oogcnblik van den dood over dc eeuwigheid. Vandaar bij de Katholieken die prachtige liturgie der stervenden en tier overledenen. 3. Weber dwaalde af van het goede pad, hoewel het groote Opperwezen. God. bii hem, in hem, om hem was, want God is alomtegenwoordig. Dc Theosofie leert dat de metischelijkc natuur „God is, God in geopenbaarden vorm. Goddelijk in kernwezen en vermo gens. Maar dan zou 't ook God zijn, die daar afdwaalde van den goeden weg I Wij, Katholieken, weten zeker, dat God al liet bestaande met zijn al omtegenwoordigheid vervult, en toch in wezen onderscheiden is van al het andere, dat bestaat, omdat Hij hel geschapen, dat is. uit niets voortge bracht heeft. God had kunnen voorkomen, dat We ber dwaalde, maar' Hij heeft het niet gedaan, ofschoon Wcbcr met een heilig was uitgegaan. Misschien was hij door God voor dwaling behoed, als hij er vurig om gebeden had. Niet twijfel achtig, maar zeker is. dat de alomte genwoordige God alles weet, en alles ten goede geleidt. 4. Weber dwaalde af van liet goede pad, hoewel hij een Kngelbewaardcr iiad. De Theosoof C. W. Leadbeatcr schrijft ergens „Hel is best mogelijk, dat de Kngclcnsch.nar haar eigen bezig heid verricht, en niet meer notitie van ons neemt dan wij het doen van dc vogels in de boomen.... In het verleden werd Ju menschheid dikwijls bijgestaan door deze nici-mcnschctijke krachten, omdat er toen onder deze jonge menschheid geen waren in staat als onderwijzers op tc treden maar nu wij op den weg zijn onze jongelingschap te bereiken, worden wij verondersteld op een trap te zijn gekomen, waarop wij leiders en helpers van uit onze eigen rangen kunnen leveren. Zoo denken wij er niet; Wij weten zeker, dat Gods en gelen ons heden nog cn bij nacht en dag ten dienste slaan doch wij weten ook. dat wij des te meer de voordcelcn van die dienstbaarheid zullen onder vinden. naarmate ons geloof in die 'dienstbaarheid sterker is. 5. Had ooi: ilu duivel die verschij ning van dat gestorven knaapje kunnen loovorenVolgons du Theosofen ca vele Spiritisten bestaan er geen duivelen. Wij weten met zekerheid, dat er dui den zijn en ook, dat de duivel een irschijning kan betonveren maar niet e verschijning waarvan sprake n. het verhaal. Waarom niet: Omdat duivel niets kan doen, zonder dc bedoeling van iels dat tenminste uit loopt op een nadeel voor den mensch doelt de besproken verschijning bevat niets nadeeligs noch iu zich zeil. noch in hare gevolgen, mlcgcndcel. Wel kan de duivel, maar dan altijd niet bijzondere toelating van God, iemand lichamelijk kwaad doen, hem bijvoorbeeld het rechte spoor doei bijster raken doch zoolang cenig kwaad natuurlijk en mcnschelijk kan uitgelegd worden, nemen we geen in- erking aan van geestelijke machten. 6. Het gestorven knaapje verscheen in den kapelaan, en redde hem van :n wissen dood. Dat zielen kunnen «schijnen nemen wij wis en zeker aan. doch niet zooaD dc Spiritisten dit opvatten. Rn al probeert nu Léon Denis op; het Congres van Généve zelfs de vcr- ichijningen van den verrezen Christus n spiritistischen zin te verklaren, wij laten ons door geen vromigheden om den tuin leiden in een doolhof zonder De Spiritisten beschouwen de zielen- trschijningen als resultaten van een lenschclijkc kunst, om dooden te voor schijn te roepen en met hen om te gaan of hen te raadplegen. Wij daaren tegen zeggen met Dr. A. Delaporte „Indien dc Voorzienigheid had willen staan, dat wij ons met de afgestor- len onderhielden, voorzeker Zij zou voorwaarden bepaald en ter onzer kennis gebracht hebben, cn wij zouden genoopt zijn, onze toevlucht te :n tot verdachte middelen, die hoe genaamd geen waarborg opleveren, cn onze zielen slechts twijfel, verwar en de vreeselijkste ontroeringen kunnen veroorzaken." Wij sluiten deze artikelenreeks met eenzelfde gedachte, als waarmede Lucicn Ronrc in du Etudes zijn artikelen sloot ;er La religion spiritc. De leerstellingen der Katholieke Kerk beloven minder dan dc leerstellingen dc moderne Teosofic en het mo- 1 Spiritisme, doch zij geven meer. Zij paaien ons niet met. belofte van duizenden levens op aarde cn van ge zellig verkeer met dc dooden, doch zij brengen ons dc openbaring Gods, ver kondigd door Jesus Christus, die zijn eigen Godheid ontwijfelbaar bewees cn ons dagelijks troost met de verze kering Ik beo dc verrijzenis en het leven wie in Mij gelooft al sterft hij ook. zal leven.... en Ik zal hem opwek ken ten jongsten dage. LangesCraat 27, Amersfoort. Vertegenwoordiger van hetlngenieurs-Bureau Utrecht. Uit het Buitenland. De Duitschers in België kunnen maar niet slagen in hun hard nekkig pogen de Fransch-Engelsche liniën te breken. In de laatste dagen hebben ze cnor- e troepenmassa's uit Duitschland aan gevoerd. Ze willen, kost wat 't kost de Fransche haven Calais bezetten om Engeland gevoelig te kunnen treffen. In Rusland hebben de Duitschers al weer uitge- De Kussen dringen hen het land uit Oost-Pruisen in. Van Russische zijde werd gemeld „Op den rechteroever van de Weisch- I is onze cavalerie Duitschland bin nengedrongen en heeft den spoorweg bij Ploerchem beschadigd. In de laatste gevechten aan de San hebben wij 125 officieren en 12.000 soldaten der Oostenrijkers gevangen ge- Ten Zuiden van Przcmyls maakten ij meer dan 1000 gevangenen." Wanneer men binnenkort dat het veel besproken Przemysel we der door de Russen is ingesloten, be hoeft men zich niet te verwonderen. Heel mooi staan de Duitschers er in het Oosten niet voor. Toch moet men daarbij een voor- tam ding niet over liet hoofd zien Zoowel in het Westen als in liet Oos- Galicië maar daar zijn het Oos tenrijkers uitgezonderd, hebben de bondgcnooicn nog steeds den vijand op hun gebied. Na 3 maanden oorlog- al moeten zij zich nog altijd hel genoegen ontzeggen, nu óók eens ze gevierend en blijvend den voet op het gebied van den tegenstander tc zetten. Dit is echter slechts bijzaak bij het groote voordeel, dat de Duitschers nog altijd bezitten, n.l. de ellende van den krijg en daar kan men nu van m praten op het gebied van den genstander te hebben overgebracht het eigen gebied den directen invloed ran den oorlog te hebben bespaard. Opmerkelijk is 'l. dat dc Duitschers loo kalm blijven bij 't vooruitzicht de lussen op den vaderlandschcn bodem e zien. Htm terugtocht ging hoogst ordelijk :n waar de Russen poogden die terug trekkende beweging tot een vlucht te maken, bicven voor hen kwade gevol gen niet uit. Dat bewijst b.v. een bericht van den grooten staf, houdende mededecling. dat de Russen bij zoo'n poging op ze ker punt 4000 man en veel geschut rerlorcn. De Oostenrijkers hebben oene groote overwinning bi ichten op de Serviërs. Vijftien dui zend manschappen namen zo gevangen en bovendien bemachtigden ze ecnig geschut. Nog een paar zulke klappen •n de Serviërs zijn niet lï Turkije. De Turken zijn Egypte ingetrokken i hopen daar met steun van de Egyp- tenaren den Engelschman te verdrijven. Bovendien vechten ze in den Kau- kasus en in Arraenie met de Russen. Groot succes hebben ze nochthans niet. Japan. Japan heeft zijn doel bereikt. Eene officieele mededeeling van het apansche gezantschap te 's-Graven- lage meldt: „Op 7 November, 2 uur 's morgens, bemachtigde het leger, dat Tsingtau insloot, het centrale fort, en te 5 uur morgens bezette het de twee forten rechts en links van het centrale, Ten 's morgens vielen ook de forten en Moltke in onze handen. Ten slotte heesch de vijand de witte vlag. Te 4 uur 's namiddags was de over- ive een voldongen feit." In Duitschland verwachtte men de overgave van de vesting. Ver van het vaderland, konden de dappere bezettingstroepen niet op ver lossing rekenen. Ze vochten tot het uiterste en zwicht- n voor de overmacht na 2'/j maand te hebben weerstaan de Japansche aanvallen. Japan heeft zijn buit dus binnen Engeland kan gerust zijn de zich allengs uitbreidende handel van Duitschland in China gaat vernietigd worden. In Duitschland signaleert men Japan's bedrijf als roovers-politiek en men is er heftig verbolgen op den Oosterling, die zich meester ma kte van een ge bied. waar Duitsche vlijt en energie groolsche dingen tot stand bracht. De Duitschers hopen op een afreke ning. later als dc tijden gunstiger zijn. Op Zee. De Duitsche vloot durft wat aan. Nabij de Chilcensche kust in Zuid- Amerika sloegen de Duitschers een Engelsch eskader uiteen. Twee En- gclsche kruisers gingen daarbij verloren. De bemanning verdronk ten deele, Maar stouter bedrijf was het, toen n afdeeling Duitsche kruisers brutaal weg naar Engeland koerste en de haven Yarmouth beschoten. Een Engelsche onderzeeër, die de Duitschers op hun thuisreis volgde, stiet op een Duitsche mijn cn ging verloren. België en de Turken. Ook de Belgische regeering heeft Turkije den oorlog verklaard. Duitschland. Volgens de van regeeringswegc ver- ïlrckte opgaven waren op Allerheiligen n de gevangenen-kampen, hospitalen ;nz. onder dak gebracht Franschen 3138 officieren cn 183,618 nanschappen; Russen 3121 officieren :n 186,779 manschappen Belgen 537 officieren cn 34,907 manschappen En- gclschen 417 officieren en 15,730 man schappen. Tezamen 7213 officieren en 426.034 manschappen. 24 FEUILLETON. ONTVOERD. Vervolgens greep llij de zilv koffiekan, die met hel ontbijt In) graal was binnengebracht, schonk met groote gerustheid een kop koffic in en begon liet vocht op te slurpen met liet gelaat van een kenner, die van meening is. dal er buiten hem geen belangwekkender persoon op de wc- I >e graaf koele met somberen blik •naar den onbeschofte!» schurk, maar llij durfde hem in zijn onbeleefde daad niet tegenwerken. Hij wendde zich ui eu scheen te denken over het middel om uil den hachelijlcen toestand te geraken, waarin zijn vijand hem had gebracht. Eensklaps nam zijn gelaat cenc an dere uitdrukking aanzijn aamenge^ paste lippen ontsloten zich en werden door een glimlach geplooid. „Luister, beste Roland," zcldc hij, ..ik heb nagedacht cn ik denk, dal het mij nut moeilijk zal vallen je dc hon derd dui/.end livres toe te tellen, Ja, je zult ze hebben, zelfs nog vandaag." „I la ha na eerst wordt ge verstan dig, waarde lieer," antwoordde Roland op schertsenden toon. „II; wist wel dal u een voorzichtig en wijs man „Ja, je zult «Ie honderd duizend I- vtitller vangen n ildoendi hen hebb este lend, i •Idol nden, e e verschaffen, wmu ik heb altijd „Welke voorwaarde >p voorwaarde, dal ge den jongen aoil liet geheim zijner geboorte icdedeelon. II; vertrouw, dat jr ig niet gedaan hebt „Ha, ha wel jahernam R< lachend„ziel u mij dan voor atden ezel aanIk zou mij lieve ong uitsnijden, dun hem dit geheim tc ontdekken. Neen, u kan volkomen l zijn, dat spreekt van zelf :l hem li.nl gezegd, zou het gemakkelijk vallen zijne moeder te vinden en wel zonder mij „Komaanbesloot graaf Antoon, breng den jongen hedenavond bij mij I] ik zal je de bepaalde som uitbetalen." „Neen, neen. dat niet." zei Roland, ,zoo moet de zaak niet in orde ge bracht worden, waarde lieer. Gij moet mij («ogenblikkelijk vijftig duizend livres uitbetalen cn mij «L andere toctcllcn. als ik u den knaap breng." ..Goed, ik stem toe," antwoordde de graaf. „Maar wie verzekert mij. dat ge je woord Itoudcn zult en je niet met de helft der ontvangen som de voeten mnnkl „Hoe I du hoop, dc andere helft Mondeling. „Vijftig dunst honderd duizend livres. dat is cenc gc- :nak. I londeril duizend li- rdig klinken die woorden Ja. ja. ik moet honderd duizend iivre- hebben I" „Welnu, mijn waarde, als je mij den jongen brengt, zult ge ze bezitten. On- ijl zal ik je alvast de helft Daan t zijtg ilet kei»!.- vroeg Roland. „Omdat, als ik zeker zijn naam en zijn geboori ik hem bij mij opnemen zachtheid behandelen zou. Anders zoi het noodig zijn, dat-een van ons bei den omkwam." „Wat ntij betreft, waarde heer,"' ze Roland lachend, „IU zou geen uuive voor zijn leven geven, als hij oude uw bereik was, Want het is zeker, dat ge een zeer ruim geweten hebt in alle zaken, welke uw waarden neef betref fen. Doch dat gaat mij niet aan Ik vraag alleen mijn honderd duizend vres. Maar waarheen brengt ge mij toch „In dc kelders van het hotel, •le gravin, mijne schoonzuster, haar goud. zilver cn kleinoodiën bewaart." antwoordde dc graaf. „Ik bezit den sleutel en als er geen voldi aanwezig is, zul je je met diamanten cn andere dingen van dezelfde so moeten tevreden stellen." De Zigeuner stond eensklaps stil lachte luid. „Men moet toegeven, beste Itee i.lo hij. „dat ge een adellijke gat cf zijtom den zoon v.m het toonecl rzer wereld te doen Verdwijnen. I i den armen jongen met behulp diamanten der moeder I Op oord, dat is een ware goocheltoer." Ofschoon deze woorden geschikt den ■ntbr.ui /an den I hij nii graaft anders i tocht imlaclion et voort. Weldra kreeg men eerst lage deur. daarna cenc sombere trap in het oog. Zij daalden een twintig of dertigtal vochtige treden :if den zich voor een met ijzer beslagen deur. in welker slot de graaf een sleu tel stak. „De goede gravin," zei dc ellende ling. terwijl hij stilstond, „heeft uitsti kend voor de bewaring barer schatten gezorgd't is jammer, dat wereld valsche sleutels vervaardigt, die nog beter voorziene deuren als deze kunnen openen." De sleutel knarste in het slot de Zigeuner wachtte met onge duld het openen van de deur al ui de graaf ging niet verder. „Wel overdacht, ben ik eindelijk duizend livres tc geven, zonder dat ik eenigen waarborg bezit voor dc waar, welke je mij leveren moet." „Dwaasheid. doe maar open. schreeuwde Roland, „of ik zal mij mi geweld toegang verschaffen I" Zoo sprekend wierp hij plotseling don graaf terzijde, stiet heftig tegen de deur, welke daardoor openging, en wierp zich als een op buit beluste tij- in den duisteren kelder, at was het juist, wat de adellijk) nerd verlangde, want nauwplijki bevond dc Zigeuner zich in den kel der, of de deur viel met gcdiuisch achter hem toehij hoorde hoe de graaf haastig den sleutel in het slot omdraaide en daarmede den bandiet ving in een strik door zijn gouddors gespannen. „Vermaak je nu op je gemak, mijn vriend, met dc diamanten en de schat ten van de gravin," zei de graaf een schaterlach. „Neen. neen. mijn beste Roland, zoolang ik het zal kun nen verhinderen, zult ge liet daglicht :r terugzien onze vriend He racles moet nog maar wat geduld oefenen, als hij zijne moeder wil terug- den. 't Is een groot geluk, dat die kleine diendeling zijn waren naam niet kent ai dat mij het goede denkbeeld inge vallen is, waardoor ik in staat gesteld ben, dien vervloekten Zigeuner te ver hinderen mij te benadceten. Ha, ha, a Nu zullen wij zien, hoe de •clwillende schrijvers van dat couran- «i-artikel hun doel zullen bereiken eu mij mijn schoon erfdeel zullen doen •erliezen I" Terwijl de verrukte graaf deze woor den (luisterde, schopte Roland met alle kracht tegen de deur van den kelder: hij schreeuwde, bulderde, braakte gru welijke verwenschingen uitvervolgens bezwoer hij den ouden edelman mede lijden met hem te hebben, hem belo vende. dat hij den knaap zou overle veren tegen geen andere belooning dan die. welke zijn medeplichtige hem zou gelieven te schenken. De graaf luis- sterde zclls niet naar hem hij ging langzaam heen en doorliep opnieuw de gangen en de kamers, waardoor hij gekomen was, terwijl hij alle deu ren zoo zorgvuldig mogelijk sloot. Wordt voortgezet. Dinsdag 10 November 1914. - No. 63. - 26e Jaargang. Dil blad verschijnt eiken Dinsdag- en Vrijdagavond en wordt uitgegeven door de Vereeniging Dc Eembode tc Amersfoort. Prijs per drie maanden zestig cent. Afzonderlijke nummers drie cent. Abonnementen kunnen eiken dag ingaan, doch op zegging van abonnement moet geschieden vóór den aanvang van een nieuw kwartaal. BODE Kantoor: Langegracht 13, Amersfoort - Telefoon No. 314. Advertentieprijs: van één tot vijf regels veertig cent. Elke regel meer zeven en een halve cent. Reclames: tien cent per regel. Advertentiën in het redactioneel gedeelte vijftien cent per regel. Billijke tarieven bij geregeld adverteeren. Alle mededeelingen en advertentiën in te zenden vóór twaalf uur op den dag van verschijnen.

Historische kranten - Archief Eemland

De Eembode | 1914 | | pagina 1