Katholiek Nieuws- en Advertentieblad voor Amersfoort en Omstreken. DE EEMBODE Kantoor: Langegracht 13, Amersfoort - Tel. No. 314. Dit blad verschijnt eiken Dinsdag- en Vrijdagmiddag en wordt uitgegeven door de Vereeniging De Eembode tc Amersfoort. Prijs per drie maanden zestig cent; voor buiten Amersfoort verhoogd met vijf cent voor incassokosten. Afzonderlijke nummers vijf cent per exemplaar. Abonnementen kunnen eiken dag ingaan, doch opzegging van abon nement moet geschieden vóór den aanvang van een nieuw kwartaal. Dinsdag 31 Oct. 1916. No. 61. Dertigste Jaargang. Advertentieprijs: van één tot vijf regels vijftig cent. Elke regel meer tien cent. Voor incasso wordt vijf cent in rekening gebracht. Billijke tarieven bij geregld advertceren. Alle mededeelingen, ingezonden stukken en advertentiön gelieve men in te zenden ten Kantore van de Directie van De Eembode, Langegracht 13, Amersfoort, vóór twaalf uur op den dag van verschijnen. Naar den hemel! Dc Katholieke Kerk viert „Allerhei ligen". gedenkt hare kinderen in den hemel. De moderne, ongeloovigc inensch wil van geen leven hiernamaals weten. „Wie voor hiernamaals is geboren, is voor de/.e wereld verloren.1' „Den hemel laten wij over aan de engelen en dc musschen." Die woorden van Feuerbach maakt Bcbcl o ,a. tot de. zijne, hij stemde zoo in met een bekend vlugschrift der vrijdenkers „Niet candi- datcn voor de wereld hiernamaals wil len wij zijn, maar burgers voor deze wereld hier, wij en onze kinderen". Dus geen hoop op den hemel maar cnlluui gebruik van dezen tijd dat is dc leus van den dag. Is dan onze hoop op de eeuwigheid eanc dwaasheid? Is het monschdom alleen voor dit aardschc leven be- Dan blijven toch ccnigc raadsels op te lossen I Indien het metischdum alleen be stemd is om hier een wijle te leven en dan te verdwijnen voor immer, dan is mijn eerste vraag Hoe komt het dan, dat de inensch - held altijd denkt over een leven hier namaals Het is toch een feit, dat de over tuiging van een voortleven na den dood behooit tot het gemeengoed der mcnschhcid. Waar gij ook komt. overal treedt met een nieuwen volksstam een nieuwe getuige op voor de oude waarheid, dat de geheide menschheid, mei zeer onbeduidende uitzondering van den be ginne af tot nu toe, gelooft aan een leven na den dood, en in dat voort leven aanschouwt hare eind-bestemming en eindvoltooiVng niet in het leven op aarde zelf, De menschheid bewaart niet alleen de overtuiging, dat er een ander leven is, maar zij beschouwt dat leven hierna maals als 't laatste doel van alle streven en allen arbeid en allen strijdde eeu wigheid als haar vaderland. Hoe komt het dat de menschheid alleen haar vollen levensinhoud kan vinden in een eeuwig leven Zonder leven hiernamaals ware het leven hier doelloos, 't Zou een stroom zijn die geen zee vindt 0111 zich uil te storten, een levende boomstam die geen kroon heeft. Het geloof zegt onshier op aarde is de plaats van arbeid, daaibovcn wacht ons het loon hier zijn wij als reizigers op weg naar het vaderhuis. Deze wereldbeschouwing geeft aan ons leven inhoud en waarde, of kan ten minste dat geven. Het ongeloof wil ons dit levensdoel wegrooven en belooft aileen een aardsch tijdelijk geluk, Maar noch de menschen afzonderlijk noch de samenlevende me nigte vindt hier een volledig geluk de menschheid is hiervan overtuigd, door eeuwenlange ondervinding. Wij weten, dat alle moeite en alle gejaagdheid om tot vol en algemeen geluk te konten in deze wereld, wanhopig werken moet zijn. Keil vol geluk voor de menschen moet voor iedereen bereikbaar zijn als het een doel is voor de menschen moet het algemeen zijn, voor iedefaf- zonderlijk. Wie kan zich wijs maken, dat dit ooit op aarde mogelijk is Is anrdscli geluk liet eenig doel der menschheid, dan zijn millioencn daarvan uitgesloten, zij zijn doelloos geschapen Wel gelooft en voorspelt het onge loof in latere tijden alle lijden te ver drijven, alle ellenden te verwijderen de toekomst staat zal een heil-iUai, zijn hemel zijn, Men mag inderdaad verl kunnen verbeteren, tocli niet alle, toch niet de helft iler rampen cn kwellingen die aan dit leven eigen, natuurlijk cn nood- znkelljk zijn, O, beschaafde, geleerde, mcnschlic vende volksleiders en predikers van ongeloof, hoe bitter is in den allerlaatst en tijd i.wc belofte vernietigd. Zoolang de wereld staat, zoolang aanleg, geschiktheid, geluk, fortuin enz. ongelijk vetdeeld zijn, zoolang is er armoede cn rijkdom, verheugenis cn leed, Ijdele droom, die heilstaat in de toekomst. Zoolang er menschen zijn, zullen al lerhande kwalen onder dc menschen heerschen naast cholera en pest zal er ontucht cn onmatigheid, ontrouw en verraad, moord en geweld, haat cn verdeeldheid zijn en nog een leger van misdrijven, die wij Christenen zonde noemen, omdat zij vrijwillig gepleegd worden tegen Gods wet en liet welzijn van den naaste. Willen de heeren van den toekomst staat ook al die dingen uit dc maat schappij bannen Die te verminderen is reeds een goed en schooti werk. maar hue willen ze dat werk doen met de wapenen des ongelools 't l< volstrekt onnoodig hierbij lang stil tc staande doodenklok zwijg' niet en een waai Paradijs is deze aarde niet, cn ze wordt 't niet, Alle vooruitgang en alle beschaving! vermochten niet vrede cn bevrediging te brengen aan het mensclulom. De volken vermoeiden zich veel tijds zonder tc weten waarvoor. En dit met zooveel zorgen cn zoo veel tranen en zooveel wee en zooveel honger cn zooveel kwelling cn zoo veel bloed Is er een hemel hiernamaals, die elkeen het loon reikt van zijn doen en willen, dan is er een oplos sende verklaring. Is er dat hiernamaals niet, is er geen eeuwigheid dan staan wij voor on oplosbare raadselen, dan denk ik aan illusie, lïasco, of naar de uitdrukking van Tolstoi, dan denk ik aan „een af schuwelijke scherts die zich iemand tegenover ons veroorlooft." Wie in de natuur niet wil zien een. volstrekte narrin of lyranniekc kwel geest, die kan niet de eindbestemming des menschen leggen in dit leven hij is gedwongen te cikennen niet de Kerk van Christusik geloof in het eeuwig leven! Uit het Buitenland. Van den Oorlog. In 't Kanaal. In den nacht van 26 op 27 October drong een gedeelte dor 'uitsclie tor pedobooten uit de Duitsche bucRi door het nauw van Dover en Calais, ian de stoomvaartlijn Folkestone Boulogne, in liet Engelsche Kanaal. Volgens ontvangen bericht, werden ten deele vlak voor de vijandelijke haven, tot zinken gebracht, minstens ell ver kenningsstoomschepen, twee of drie torpedojager» of torpedobooten. Enkele leden der bemanning konden worden gered cn nis gevangenen meegevoerd. Verscheiden andere b:\vakingssche- pen minstens twee torpnpobootjagers, zijn door torpcdoircffer* en artillerie vuur zwaar beschadigd. Voort» Is een Engelsche poststoomschip tot zinken gebracht, nadat dc bemanning tijd was gegeven 0111 van I oord tc gaan. In het kanaal bij hei Varnc-lichtschip heerschle een opvallend levendig ver keer van hospitaal.-diepe''. De Duitsche toipcilobooten zijn behoeden cn zonder eenig verlies in de Duitsche wateren terug gekomen. Nieuwe lasten. voortzetting van den oorlog, die een strijd om 't bestaan van het Duitsche Rijk genoemd werd. Vecht-auto's. In de oorlogsberichten wordt telkens gesproken van goede diensten, die dc Engelschcn nau het Westelijk front ge had hebben van hun nieuw gepantserde vecht-autoV. Een Lond nschc coircs- pondent zegt, dat ze even groot zijn als de benedenverdieping van een hui»; zij zijn voorzien van .rupsivielen en kunnen over terrein gaan, ivnnrovcr zich niets anders zou kunnen bewegen. Zij stormen op alles vóór hen los granaatkullen hinderen ze daarbij niet 't minst. Zij rijden over oen loopgraaf, alsof die er niet was en komen vooruit over den bultcrigcn grond in een van die uitgebrande bpsschcn, alsof het een behoorlijke weg w 1 Granaatkartetsen kunnen hen niet deren. Zij zijn zoo volmaakt evenwichtig, dat zij bijna met hun halve gewicht tusschen hemel en aarde kunnen zweven, steun zoekende over een of ander gut. Hoe log zij er ook uitzien, komen zij toch met vrij grootc snelheid vooruit. Binnenlandsche Berichten. In de Tweeilo Kamer sprak nu ook mgr. Nolens een gezag hebbend woord. Dc heer Nolens die al in het begin van zijn rede met grooten nadruk zekerd had dal hij zoo éénigszlns gelijk de Grondwetsherziening tot stand wilde helpen brengen en dam bij zelfs terloops den socialisten den raad gaf hun amendement van algemeen vrou wenkiesrecht maar in tc trekken, kwam aan het einde van zijn rede ook op de tekst van het nieuwe art. 192 en dcszelf» onveranderlijkheid. Er was in dit opzicht, meende hij, groot verschil tusschen do vierde alinea (overal in het Rijk openbaar lager on derwijs) en de twee volgende. Hij „kon zich voorstellen" dat er van links ecu amendedement zou komen om den tekst van de bestaande Grondwet voor al. 4 behouden „Er wordt overals in het land van overheidswege voldoend open- baar lager onderwijs gegeven." En hij „liet in het midden" of, indien zulk ren amendement, zij het dan zonder dc medewerking der Roomsch-katholieken, zou worden aangenomen, deze wijziging in het regeeringsvooratel hen nopen zou hun stem aan art. 192 te onthou den Natuurlijk, mits onder de ge ide zinsnede dan weid verstaan men tegenwoordig daaronder ver staat, n.l. dat in een gemeente (het zijn thans een dertigtal» waar geen leer. Ilngen voor de openbare schoot zijn. ook geen openbare school behoeft on derhouden te worden. Aldus opgevat gaf. meende mgr. Nolens, de oude alinea eigenlijk nog minder dan het voorstel der Bevredigingscommissie (overal de „gelegenheid.") Maar dat ging hem niet brii. Wat hem echter zeer ter harte ging, was dc elseh der „gelijke voorwaarden ««tl deugdelijkheid" die men van links de twee volgende alinea's wilde ln- «chen. Die eisch was niet noodlg het bijzonder onderwijs was nlot minder deugdelijk dan het openbare cn er was geen grond hoegenaamd voor dc voor stelling dnt de voorstanders van het bijzonder onderwjjs er niet voor zouden zorgen dnt het even deugdelijk zou zijn. Bovendien waakten daarvoor wet telijke clschcn bij menigtemen vindt ze in de bestaande schoolwet voorstellen der Hevredigingscoinmissic hebben er nieuwe aan toegevoegd. De heer Nolens wilde daarom precies weten welke eischen wil men behalve deze nog meer Hij wilde dit weten opdat nevens die eischen er nimmer'andere zouden kunnen worden gesteld welke met het karakter van het bijzonder onderwijs in strijd zouden zijn. zoon!» b.v.-le aanstelling van onderwijzers, de goedkeuring van leerboeken, van staats wege. Wilde men zoo iets. men zou bij dc rechterzijde op absolutcn tegen stand stuiten. Weigerde men ten dezen aanzien volkomen klnarhcld te geven, liet ware beter liet Iteelc Grondwet»- herzieningswerk maar zoo spoedig mo gelijk te staken. Bekeuring en botorschap. Dc Viijzinnig-Dcmocraat, melding makende van het bedanken door Teen sla als lid van de Commissie zicht op de aardappelenverceniging, door Vnn Bercsteijn nis lid van dc aard- appelmeelcommissie, en door Van Vuu- ren als lid der Commissie van toezicht waarin hij zitting had, deelt mede dal oorzaak vnn dit besluit Is geweest, dat zij meer en meer tot de ervaring zijn gekomen, dat de functie van lid commissie van toezicht niet wel «enigen valt met de Kamerlidmaatschap, terwijl daarnaast andere bezwaren staan, ontleend aan de wei kwljzc der commissie Ook mr. Limburg heeft ontslag ge- imcn nis lid van de Commissie van toezicht opdeaardappclmecl vereeniging. Haarlemmermeer. In dc Haarlemmermeer ia de Katho lieke Kamerzetel vacant en ouderge woonte komen de liefhebbers voor den dag, door de vrienden in de couranten vooig. «teld. Genoemd worden reed» de schoolhoofden Mocrel uil Oude water en Van Lent uit Utrecht, mr. I'epe van 't Leldschc bureau [voor Soe. Actie, Balvers te Hillcgom cn een advocaat t Amsterdam. Wie volgen Protest. De Kcgecring heeft den gezant te Berlijn opgedragen ten ernstig vertoog tot de Duitsche regcering te richten ter zake van den Zeppelintocht over Ncderlandscli gebied. Naar van bevoegde zijde kan worden uitgedeeld, heeft het onderzoek door de militaire overheid, ingesteld in zake het voorwerp dat dezer dagen in de nabijheid van Gorkurn uit een luchtschip naar beneden ia gekomen, uilgewezctr dut hier in geen geval spiake is van "in projectiel. Sluit Sohisdam. Het Rijksbureau voor dc distributie 111 graan en meel heeft besloten om lorioopig geen graan af te geven >or de Schicdamschc branderijen. Da lamlbouwors. Ken ernstig woord richt Christelijk- historische Overrijsselaar, waarvan het Kamerlid Snocck Henkemun» redacteu is, tot dc boeren. Op een arbeiden „met God en met tere" wordt aangedrongen en dit nader aldus toegelicht Groot zedelijk nadeel bedreigt ook den boerenstand. Ook de boeren hadden in 1913 een gulden tijd. Er werden over het algemeen hooge prijzen ge maakt. Een ruime oogst bracht tot vermeerdering van gewin het zijne bij cn zoo werd voor velen 1913 een jaar om nooit tc vergeten. Er kwam echter een tcelijke klink in de kabel. Engeland, dnt de' zee be- hcerscht en dat met leede oogen zag dat van den gekweektcn voorraad meer over land dan over zee werd uitge voerd, begon den Invoer vnn tarwe cn mais, van meel en lijnkoeken stop tc zetten of idlhans ernstig te belem meren. Nu dreigt gebrek aan voedsel voor inensch cn dier, de Regcering acht zicht verplicht dc grenzen te slui ten cn tegelijkertijd stijgen de prijzen van het veevoeder. De dagen der enorme voordeden ja, dc kans werken, Is tilct denkbeeldig. Wel koopt de Regcering nog menig aitikcl op tot prijzen, die den arbeid loonen en de kosten dekken, maar vnn winst zal voorloopig weinig sprake zijn. Wat ziet men nu gebeuren Legt FEUILLETON. Van Heiden tot Christen. „Moet ik het beest gemuilband be rijden vroeg de jongeling. „De muilband zal afgenomen wer den, wanneer gij het bestegen hebt," hernam Tiberius. „Maar mag ik, vroeg l'aulua, in plaats van een zweep, een ander in strument in mijn Imnd nemen, bij- voorbeeld mijn zwaard „Ja, antwoordde Tiberius, maar gij moet het paard geen seinde toebren gen, want het heeft een onschatbare waarde." „U moet. hernam Paulus, wel on derscheid maken tusschen de schade, die het beest zich z.clf aandoet en die ik liet kan toebrengen. Het kan bijvoorbeeld zich te pletter loopen tegen een hinderpaal, te water gaan In dc Liris, cn dan door het klauteren zich beschadigen. Zoo iets moet niet aan mij geweten worden. Ik zal het dier noch door mijn speer, of mijn zwaard of eenig ander instrument let sel toebrengen, noch zal ik 't op zijn leven of zijne gezondheid aanleggen. Mocht het soms eeltige schrammen krijgen, dan denk ik. zal het haar wel weer groeien." „Het paard zal van zijn kant zoo angstvallig niet zijn, antwooidiic Ti berius, maar uwe onderscheiding was redelijk.. Hebt gij.soms nog iets te „Zekerniemand mag het beest vier en twintig uren voor ik Int be stijg, iets anders tc eten of tc drinken geven, dan hetgeen ik zelf brengen zal." „Moet ik mijn Sejanus van honger j laten sterven, vroeg Tiberius met akeligcn lacii. „lJ.it is volstrekt mijne bedoeling! niet, antwoordde Paulus kalm, 'k zal het dier zooveel water ctl koren geven als het zelf hebben wil. Il< wensch alleen dat liet geen ander voedsel gegeven wordl, sommige dingen ma ken een paard dronken ufdol." „Goed, zeidc Tiberius, liet beest zal alleen koren en water hebben mijne dienaren zullen liet of van u of van uw stalknecht ontvangen." Paulus boog zijn hoofd en zeide „Er is niets meer te bedingen, ge loof ik," merkte Tiberius aan. De jongeling gat toe, dat er niets meer was, cn bemerkend, dat dc Caesar wegging, opende hij de deur, om den grooten mail te laten vertrek ken daarna nam hij hartelijk afscheid van Dionysius en verliet met vluggen tred het paleis. XIV. De avond viel. toen Paulus henen- ging, die zich tot een meer dan moei lijke taak verbonden had. Het nieuws der getroffen schikking verspreidde zich door het paleis der Maniurrn's nog voor hij Formia verla ten had. Van liet paleis door dc stad, van d stnd door «Ie legerplaats nog dlenzclldcn avond. Den volgenden motgen wist liet dc geheelc omtrek. Postduiven, die te Rome bekend maakten, welke vermakelijkheden, wat belangwekkend» cn luisterrijks er zou plaats grijpen bij hot bezoek van den keizer, waren wel in staat volk te lokken uit Ledums' oude vest-.-en berichtten diezelfde luchtboden mei circusganger in du hoofdstad, dat «ene verrassende nieuwigheid zou worden toegevoegd aan de spelen dor zwaardvechters en dtn strijd der wilde heesten, De toeloop van menschen Formia groeide dientengevolge tol een ontzaglijk getal, Niets kan ons boter looncii. wat eanc talrijke menigte daar verzameld was dan het feit, dat zelf» te Rome, eene stad van milliocn inwoners, eene vermindering van drukte gedurende die dagen dui delijk waarneembaar was. Paulus bracht geruimen tijd mol zijne moeder en zijne zuster door. Hij stelde haar In kennis met do verplich ting, die hij op zich genomen had, zonder in bijzonderheden af tc doled. De slaap viel hem niet lastig, daarom zclde hij tot Thelitis, die Benigna in dc herberg gebracht had, al» hij van Aglai* cn Ag.ttha afscheid nam „Ga nog niet henen laten wij in den tuin gaan wandelen, Mogelijk zul len wij later de gelegenheid niet meer hebben met clkaiujer te spreken," „Volgaarne, mijn dappere jongen," zeidc Tilcilu», cn samen gingen zij de trap af. Een schoone nacht vêrhelderd door maan cn sterren Ing over Italië, al: zij vodrtwandelden in den wehiekcnilen dan wederom stil cn in zichzclven ge keerd. Ojjecns zeide Thelitis tig." r mankt mij neerslach- .Ja, antwoordde Paulus, mijne moe der cn mijne zuster hebben mijne be scherming hoogst nooillg, zoodat ik geenszins de z mk licht opvat. Zij is erimtlg, ik beken het." In gedachten verzonken werd de laan eenigu koeren op cn neer bewan deld. Eensklaps naderden hen twee 1 nen, die lang» twee verschillende wegen in den tuin op hen toekwamen. Dc een was als slaaf gekleed, de andere als dccurio. Dc dccurio had een open gelaat, de'slaaf daarentegen een voorkomen zoo ongunstig, als Paulus met zijn weinig ondervinding cn Thellu» met zijn veel menschen- kennis, nog maar zelden hadden ge zien. Paulus herkende den slaaf zeer goed't was dezelfde Lvgdus, die getracht had zijn leven te ontnemen, door hem van terzijde een slag toe tc brengen met Cncjus Pisp's zwaard. Du dccurio overhandigde Paulus een brief, geschreven door dezelfde hand, gesteld in dezulde stijl en de draden verzegeld met hetzelfde merk als de brief, dien hij eens vroeger ontvangen had. Dc inaan scheen helder en de nacht was kalm, zoodat zonder veel moeite <le llinke letterteckens tc lezen waren. Hij luidde aldus „Vcllcjus Patcrculus, dc krijgstribuuu aan Paulus Acmilius Lepldus. Zeg die dwaze verbintenis af. waarmede het u geen cinst kan zijn. Het is heden nog mogelijkmorgen is het misschien te laat. Laat nietswaardige slaven aan hun lot over. Vaarwel." AU Paulus den brief gelezen had. verzocht hij den dccurio te wachten, cn zich tot Lygilu* wendend, vroeg hij dc reden zijner komst. Wordt voortgezet.

Historische kranten - Archief Eemland

De Eembode | 1916 | | pagina 1