zelf kan deze geheimenissen ontvouwen
-Deze zjjn liet. die maagden z|jn en zjj
volgen het Lam overal waar het gaatAan
de maagden is eigen het nieuwe hooglied,
omdat de maagdelijkheid eene deugd is des
nieuwen verhonds: niemand leert dit lied
dan zjj die het zingen, want de Zaligmaker
zegt van de maagdeljjkheid: Iedereen ver
staat dit woord niet. maar zjj, aan wie deze
gave behoort."
..Voegt n dan. nijjne geliefde zusters, bjj
deze onschuldige koren en leert dit nieuwe
hooglied. Ziet liet heilige gezelschap dat u
de armen toost rektKomt. zeggen zjj. komt
met mi», om den lof te zingen van het Lam
zonder vlek. dat door Zjjn hlood de zonden
der wereld heeft afgewus.rhendaar toont
tl St. Agatha uwe heilige patrones, duur
toont n Agnes on Cecilia, daar toont n l 'rsela
en Lucia de plaats reeds aan. die voor n is
bestemd, zoo gjj 11 trouw homlt aan uwen
hetuelsi-hi'u BruidegomMaar o, nijjne
zusters! bedenkt, voor dat gjj dezen gewieh-
tigen stap waagt, welke moeiljjkheileri er
aan verbonden zijn. vooral in deze onheil
volle tijden. De duivel der ketterjj. over de
aarde losgelaten, laat geene aanslagen onbe
proefd om ook de heilige maagden voor zijn
rjjk te winnen en. schoon al zjjn listen ook
op dit eerwaardig gesticht schipbreuk leden,
toeh rust lijj niet
Op deze wjjzegingde godvruchtige priester
voort met zijne wjjze leeringen, die niet al
leen bjj de nieuwelingen muur bjj al de
nonnen eene onbeschrijfelijke aandoening
verwekten en niet 'l minst hij Maria's zuster
Aleyde. die daar nok in het koor geknield
lug. Toen hield bjj nnu de beiden, die zich
voor eeuwig aan Ood gingen verbinden, de
beloften der orde voor en vroeg dan:
.Begeert gij nu uit liefde Cods, uit liefde
tot St. Augiislinns' orde, nit liefde tot haar.
die rondom u vergaderd zjjn. itive ZUStercn
te dienen en eeuwig bjj to bljjvenKn ub
daarop uit het innigste des harten de volle
toestemming was gevolgd begon <le professie.
De priester vroeg:
.Wilt gjj volharden in uw voornemen van
heilige maagdelijkheid!"
-•la wjj willen Toen knielden heiden,
een voor één. voor hem neer en hij zeide
haar elk in 't bijzonder:
-Belooft gij eeuwigljjk den mmigdeljjkeu
staat te bewaren
Mn als ieder geantwoord haddat beloof!
ik. sprak lij|..<""1 zij geuaiiKr. en vroeg
haar nog eens af:
..Wilt gjj gezegend en gelteiligd en aan
Onz.cn lieer -lezus Christus, den Zoon des
i Allerhoogsten. verloofd worden T
.Ja. wjj willen.
Daarop werd de groote litanie over de
nieuwe maagden gezongen en statig klonk
het langs de reiën: Dat Ojj II verwaardigt,
deze uwe dienstmaagden te zegenen en heili
gen. wij bidden 1 verhoor ons.'
Ilii ile matigden in hare gewjjde kleederen
gehuld, zongen: ..Ik heb het rjjk der wereld
en alle .•rceringeii veracht, "in de lietde
van (Inzeil lieer .Ie/lis ('hrislus. Hein heb
ik gezien. Ih-ni bemind: ik heb in Hein ge
looid en Hein i -chad. Mjjn hurtvloeit
over van goede woorden: ik zing injjn lied
voor den Koning, llcm heb ik gezien. Hem
beniimlik heb in Hem geloofd en Hem lief
gehad." I 'u op bare gew jjde kleederen doe
lende: ik bene, i;e (iicii-imaagd van Christus:
daarom t«>»n ik mij in de gedaante eerier
dienstmaagd."
Als daarna de Driester -p zijne vraag of
zij wilden volharden in den heiligen niaag-
deljjken snuit, waarvan /ij professie hadden
gedaan, weer het vaste.ja wjj willen liet.''
ten antwoord ontving, legde lijj op hare
hoofden den heiligen maagden-luieren -pink:
.Ontvang den heiligen sluier, opdat gjj
weten inoogt. dat aij de wereld Veracht, en
11 waarlijk in nederigheid de- harten, als
eene eeuw ige bruid aan 'liri.-i u- mulei worpen
hebt. die u voor alle kwaad moge behoeden
en ten eeuwigen leven geleiden."
Kn zij zongen inde vervoering barer harten:
-Iljj heeft een toeken op mijn gelaat ge
steld. opdutgeen ander dan lijj mjj beniinrie!"
Toen stak de Driester den bruidsring aan
hare vingers, en duideljjk verstaanbaar
sprak bij:
-Ik verloof o Htm Jezus Christus, den
Zoon iles Allerhoogsten Vader-, die n onge
schonden moge bewaren. Ontvang aldus den
ring der trouwe, het toeken des Heiligen
Worde!, en Iljj tl. zoo .jj 1 l.-m troiiweljjk
dient, in eeuwigheid kromm."
-De maagden jachten daarop mei liure
heldere stemmen
„Ik hm, aan Ilea, verloofd. Wien de
Engelen dienen. Wiens schoonhciil zon en
maan bewonderen.' Kn knielende hellen zij
iu verrukking de handen op. en toonen hare