Katholiek Nieuws- en Advertentieblad voor Amersfoort en Omstreken. Kantoor: Langegracht 28, Amersfoort - Tel. No. 314. Verschijnt Dinsdag- en Vrijdagmiddag. Prijs per drie maanden zestig cent; voor buiten Amersfoort verhoogd met vijf cent voor incassokosten. Afzonderlijke nummers vijf cent per exemplaar. Abonnementen kunnen elke week ingaan, doch opzegging van abonnement moet geschieden vóór den aanvang van een nieuw kwartaal. Dinsdag 2 Oct. 1917. No. 53. 31®'» Jaargang. Advertentiën: Prijs per regel 12Va ct., met bewijsnummer. Voor incasso wordt vijf cent per maand-nota in rekening gebracht. Billijke tarieven bij geregeld adverteeren. Advertentiön moeten Dinsdag- of Vrijdagmorgen vóór elf uur ten Kantore van De Eeinbode worden bezorgd. Hededeellngen, Ingezonden stukken en advertentiën te zenden aan de Directie van De Eembode, Langegracht 28, Amersfoort. Uit het Buitenland. Van den Oorlog. De algemeene toestand ziet er on zekerder uit dan ooit. Het is of er nog aan alle kanten een wachten is op moeilijkheden van den tegenstander, die het eigen standpunt zouden kunnen verbeteren. Ruslands zwakke positie beheerst den toestand. Nergens men nog langs een vaste lijn naar vrede te koersen. Zoo is de lucht vuld van wilde geruchten, die worden achterhaald door tegenspraken, welke niet kunnen beletten, dat er iets blijft hangen, en dat ieder gelooft wal hij wil gclooven. Inmiddels wordt er onmenschelijk gevochteD in Vlaanderen, waar de Duitschers den Brit eiken voet grond betwisten. Nu is het aan de Duitschers te loo- nen, dat de Engelschcn. hoe krachtig cn vasthoudend ook als de bull-tcr van hun land, die bij het vechten geen loslaten weten, er ten slotte tóch niet door zullen komen. Als de ver dedigers den winter maar halen, dan kunnen zij altijd verder zien. De poli tiek, de vredespropaganda en de duik- bootcn zijn er óók nog. Duitschland zal op de knieën, totdat liet onze voor waarden. waarom het nu nog smadelijk lacht, moet aanvaarden, roept 'de Brit. En roo verdubbelen dej Engejschen bun verwoede pogingen, om met ver kwistenden inzet van menschenlevens cn munitie het Duitsche front tc for- In Mesopotamië, waar he'. klimaat nu wat draaglijker is, hebben de Engel schcn bij verrassing de Turken r vallen cn verslagen. Duitsche vliegtuigen verschijnen schier dagelijks boven dc Engelsche kusten en deponeeren er van uit dc hoogte hun bommen en springstoffen. Talrijk zijn de meestal onschuldige slachtoffers cn de aangerichte schade is bizonder groot. Binnenlandsche Berichten. De Tweede Kamer heeft de wets ontwerpen der grondwetsherziening aan genomen. Tegen de kiesrechtuitbreiding slemden Van Idsinga en Bichon van Ijselmonde. Minister Cort van der Lindnn deelde mede, dat omtrent de onderhandelingen die met Engeland en Duitschland ge voerd worden over de levering van kolen, thans nog geen mededeeliugen gedaan kunnen worden. De N. O. T. bevestigt imusschen, dal de Engelsche Regecring zich be reid heeft verklaard, alvast 100.000 ton steenkool aan Nederland te leveren. Blijkens een medcdecling van re- geeiingswege laat de aardappeloogst zich zóó aanzien, dat er geen vrees bestaat voor gebrek aan dit voedings- middel. Particulieren bevoorrading" is niet geoorloofd, in verband waarmede het :r van aardappelen is stopgezet, belang eener goede aardappel distributie zal de Regeering alle aard appelen, oogst 1917, overnemen. In verband met de nieuwe bepa lingen voor de suikerdistributic zullen sommige winkelzaken tijdelijk geen suiker kunnen verkoopen. Dit houdt geenszins verband met scliaarschte aan suiker, want er is ruim voldoende sui- de behoeften van de bevol king aanwezig. In alle plaatsen is een voldoend aantal winkels waar suiker te verkrijgen is. lid der Eerste Kamer werd ge kozen mr. dr. C. C. Geertsema, aftre dend Commissaris der Koningin in Groningen. De Ncderlandsche delegatie in Amerika is van oordeel dat de uitvoer veevoeder niet zal worden toege staan cn dat er evenmin aanvoer van grondstoffen voor de nijverheid is te verwachten. De totale hoeveelheid tarwe, ruais i gerst, die bij eventueelcn uitvoer voor Nederland beschikbaar zal zijn, zal p!,m. 33000 ton bedragen on geveer voldoende voor dc behoefte ten dagen. Het gerucht dat de treinen in aanstaanden winter niet verwarmd den worden, blijkt onjuist te zijn. In Dc Hanzebode wordt gewezen op 't gevaar dat de ambtenaren-arn ook na den oorlog pogen zal aan blijven. „Hel zijn personen, die niet alleeu aan den toestand zijn gewend geraakt, maar die aan de nieuwe tijdsomstan digheden een beter beslaan te danken hebben. Een niet onbelangrijk aantal personen heeft zich machtpositic veroverd. Velen, dii der de vroegere maatschappelijk! houdingen niets te vertellen hadden, zijn tot macht en aanzien gekomen hebben een goed bezoldigde betrekking gekregzn, Met onverschilligen oogopslag staatszorgen verharden natten oogopslag want staatszorgen vei moeien zien zij de genen die vroeger geen nota van hen le.i op hun keurig ingericht bureau ichijncn om een of ander belang r tc dragen. Het beëindigen van den oorlog zal naiuurlijk niet terstond het einde van de Staatsbemoeiing brengen, inneer de Slaat een poging zou w n 0111 een paar „bedrijven" te blijvi iploiteeren, dan zullen massa's slaat beambten zeggen „Waarom ook niet Zij hadden hel zoo goed bij dezen gang van zaken zij hebben er zich „heele- maal op ingericht." Die hccren cn dame zullen zelfs in bescheidenheid vragen, of dai nu het loon moet zijn, voor vele gewichtige diensten, die zij den Staat hebben bewezen, in moeilijke lijden of ontslag het loon moet zijn, nu zc zelfs indertijd andere betrekkingen heb ben laten varen om hel vaderland ter hulp te snellen. Al ware alle stands ambtenaren. betrokken bij dc distributie lie meer zij, volkomen bere kend voor hun taak, dan toch blijven het menschen, waaronder er zijn, die despoten worden, zoodra men hun in dc gelegenheid stelt den baas te spelen anderen die het belang van par- tijgenooien voor alles stellen en de rest laten teren op wat er overblijft. En ondervinding en de feiten zijn daar n het te bewijzen. Twee zaken staan de bestendiging dier ambtenarij echter in den weg. rste de algemeene en vo durende ontstemming, welke zij zelf heeft gewekt en ten tweede de geest nwerking en saamboorigheid, die mede door haar, is ontstaan." Aardappelan. verboden aardappelen, onver schillig van welke soort, te vervoeren of af te leveren. rvocr is echter vrij in de vol gende gevallen het veld naar de opslag plaats van den verbouwer tusschen 2 ua zonsopgang en «insondergang door een lianderaar of grossier die door vervoer en verkoop binnen de gemeente gemachtigd is door den Bur gemeester en daarvoor een Legitimatie bewijs van het Levensmiddelenbureau heeft ontvangen c. hoeveelheden van ten hoogste 10 K.G. die binnen de gemeente vervoerd verboden om aan verbruikers aardappelen af te leveren bij grootere hoeveelheden dan voor direct gebruik vcrcischt is. Petroleum- Er is een distributieregeling voor petroleum vastgesteld, uitsluitend ten behoeve van huishoudelijk gebruik. Daarbij is bepaald, dat petroleum- distributiekaarten ter beschikking van de gemeentebesturen worden gesteld. Iedere kaart is voorzien van een aantal genummerde bons. Van iedere bon wordt door den minister de geldigheidsduur bepaald op iedcren bon kan de aflevering wor den verzocht van een dooi den minis ter te bepalen hoeveelheid petroleum. Voor dc ontvangst van een petro- leumdistributiekaart komen aileen in aanmerking a. hoofden van gezinnen, die in het door dat gezin bewoonde perceel noch gas noch electriciteit voor vcrlichtings- of kookdocleindcn kunnen bezigen, en niet zelve oorzaak zijn geweest dat zij van overheidswege van bedoeld ge bruik zijn uitgesloten b. schippers, die op schepen wonen. Het verzoek om voor uitreiking van een petroicumkaart in aanmerking tc komen, woidt door belanghebbenden gelicht tot het gemeentebestuur, onder opgave van zijn gewonen leverancier. De regeling zal 15 October in wer king treden. Nog meer gasten. Zoo goed als zeker zullen dc uit Engeland te verschepen Duitsche ge vangenen te Rotterdam aangebracht rorden. Omvangrijke voorbereidingen 'orden aldaar getroffen vo vangst cn verpleging. Er zal, zoo mogelijk, een groot aantal Duitsche officieren cn onderofficieren in Rotter dam worden ingekwartierd. Voor de overbrenging der Duitsche gevangenen zullen 3 schepen gebezigd Waarschijnlijk worden te Rotterdam ook de Engelsche, uit Duitsche gevan genschap naar hun vaderland terug- keerendc krijgsgevangenen uitgewisseld 1 ingescheept. Door bemiddeling van Holland zal tusschen Duitschland en Engeland een Iwisseling geschieden van die krijgs- gevangener., welke door verwonding of ziekte vo a den krijgsdienst in eiken m, zoowel als voor werkzaamheden de oorlogsindustrie, ongeschikt zijn geworden. Deze invaliden keeren c Holland naar hun vaderland terug. Buiten dezen zullen in 't geheel geveer f 16,000 Duitsche en Engelsche krijgsgevangen, burgers zoowel als militairen, in Holland ondergebracht worden. Men verwacht 8 i 9000 Duit schers en 7 .1 8000 Engelschen. Offi- 1 minderen, die minstens 18 maanden in gevangenschap, zullen, geneeskundig onderzoek, in Holland worden ondergebracht. Kr wordt op circa 300 Duitsche officieren en on geveer 1800 onderofficieren gerekend, terwijl bovendien ongeveer 1600 Duit sche burgerkrijgsgevangenen zullen wor den ondergebracht. Deze burgergevangenen worden door de regeering van het land, dat ze vangen genomen heeft, uitgekozen. Tevens ziet men dan nog de komst tegemoet van ongeveer 4500 Duitsche manschappen, thans in Eogelsche ge- rangenschap. Het groote aantal krijgsgevangen soldaten kan niet geheel worden inge kwartierd, zoodat dezen ondergebracht zullen worden ia barakken, die kant klaar uit Duitschland worden gebracht. Van de militairen worden alleen de officieren en onderofficieren ingekwartierd. Gemengde Berichten. Oorlogsberichten Von Hindenburg. Onder de veldhceren, die gedurende dezen wereldoorlog op den voorgrond zijn getreden, is Hindenburg zonder twijfel de man die het meest van zich heeft doen spreken. Wanneer de naam Hindenburg, zoo vel in Duitschland als daaibuiten op /elcr lippen is, dan kan dit slechts aan lijne zeer bijzondere militaire hoedanig heden worden toegeschreven. Hindenburg is niet een van die fi guren, die in den chaos van den oor log, plotseling te voorschijn treden zijn degelijke militaire loopbaan stempelde hem tot een man, die in dezen oorlog een rol van beteekenis Op 2 October 1847, als zoon van een Pruisisch Majoor te Posen geboren, zat hem reeds van kindsbeen af de soidatengeest in het bloed. Als hij eenigszins kans toe zag, was hij jeugdig toeschouwer op het exercitie veld aanwezig of vergezelde hij de soldaten op hunne marschoefeningen. Hij legde ook eene groote voorliefde aan den dag voor geschiedkundige verhalen, in het bijzonder voor die welke betrekking hadden op tijden van oorlog, en zij tie grootmoeder die de veldtochten van Napoleon had beleefd, kon hem hieromtrent niet vaak genoeg verhalen. Tot zijn twaalfde jaar bleef hij in het ouderlijk huis, waarna zijne militaire opleiding een aanvang nam. Toen in 1866 de oorlog met Oos tenrijk uitbrak, werd de bij Da 19-jarige Paul von Hindenburg tot officier be noemd. In den slag bij Königg ratz bestormde hij met zijne manschappen eene batterij, veroverde drie stuks ge schut, doch werd aan het hoofd ver wond. In den Fransch-Duitschen oor log, dien hij als bataljonsadjudant medemaakte, onderscheidde hij zich door zijn heldhaftig gedrag, waarvoor hem het IJzeren Kruis werd verleend, terwijl hem wegens zijn optreden bij Kónigg ratz reedr in 1866 de Kroon orde was verleend. het einde van den Fransch-Duit schen oorlog begon voor Hindenburg eerst de eigenlijke officiersstudie. Van 1873 tot 1876 maakte hij deel uit van de Academie, waar hij door zijne ern stige studie en zijne groote militaire begaafdheden reeds spoedig de aan dacht trok. Na het verlaten der acade- maakte hij eene langdurige om zwerving door het leger, waarbij hem 1 van gewichtige posten, werden evertrouwd. In 1903 werd Hindenburg bevelvoe rend Generaal van het vierde leger korps tot 1911 in welk jaar hij zich uit den militairen dienst terugtrok. Hem was echter slechts een korte rust beschoren, want op 23 Augustus 1914 werd hij tot opperbevelhebber over het Oostelijk leger benoemd, en daarmede nam het laatste deel zijner militaire loopbaan een aanvang. De groote verwachtingen, die in deze functie aan hem werden gesteld, heeft Hindenburg ten volle verwezenlijkt, en zijne benoeming tot de hoogste waar digheid in het Duitsche leger, welke 30 Augustus 1916 plaats had, was het beste bewijs voor het diepe vertrou wendat hij bij Keizer en volk heeft De slag bij Tannenburg, alsook zijne meesterlijke strategie bij de Ma- soerische meren, hebben Hindenburg krijgskundige een faam verschaft, het nageslacht nog zal ge- Kardinaal von Hartmann heeft een herderlijk schrijven over de Rozenkrans- maand uitgevaardigd. Hij zegt daarin Ons zwak gebed heeft reeds veel bereikt. Duitschland is bijna geheel id gezuiverd. Onze legers het vijandelijk land. Het Duitsche volk heeft ondanks den zwa- druk volgehouden en is besloten verder vol te houden. .Mie Duitsche hebben zich nauwer dan ooit hun door God gegeven vorsten 51 Het vierde gebod. Willem zag hem medelijdend aan. „Denkt ge nog altijd aan Adoif vroeg hij. „Die uwe zorg onwaaidig is," voeg de Willem er bij. „Mijn besluit omtrent hem is reeds genomen," sprak de lurtog. „Heer broeder," zetde hij, „indien gij het goedvindt, zullen wij eerst de voorwaarden van zulk een verdrag ir schrift brengen en tegelijkertijd bij Karei laten vernemen of hij daartoe genegen zou zijn." ,,'t Is goed," sprak de hertog. „Mor gen dus verder daarover. Wij hebben echter den heer De Artillon hier, hij kan wellicht zeggen hoe zijn meester zulk een aanzoek zou opnemen." Jasper van Kuilenburg verliet de zaal en kwam kort daarna met den zonderlingen man terug. „Heer d'Artillon," zeidc de hertog, „wij gaan u een bewijs van het hoog ste vertrouwen geven, door u mede- deeling te doen van een plan, waarin uw hertog betrokken is. Wilt ge ons daartoe uwe medewerking verleenen?" Toen de hertog had uitgesproken, stond d'Artillon op en nam een groot zegel uit zijn borstzak, dat hij den hertog overreikte met de woorden „Uit dit stuk, zal Uwe Hoogheid zien, dat ik volmacht heb, om n te onderhandde.! over alle zaken mijn heer en hertog betreffende. „Zeer goed," antwoordde de hertog. „Maar liet is de vraag of de hertog niet het hoofddenkbeeld van het plan zal ingenomen zijn." „Daaromtrent kan ik Uwe Hoogheid de meest volkomen zekerheid ge- zeide de oude ridder. Nog lang sprak men dien a over het verleden en reeds na acht dagen had hertog Arnout met zijne getrouwen de reis naar St. Omer aan vaard. Het verdrag kwam daar inder daad tot stand en werd tc Brugge be- Iedereen van Arnouts hofhouding as verheugd over deze uitkomst, alleen de hertog uitgezonderd. Hij kon de noodzakelijkheid van den genomen maatregel niet ontkennen, doch de maatregel zelf had hem diep gewond, en lijdend kwam hij weer te Grave In geheel Gelderland ging een kreet van pijn op bij het vernemen dezer tijding cn zelfs werden Arnout schit terende aanbiedingen gedaan, indien hij het verdrag van St. Omer wilde verbreken. Zijn goed vertrouwen echter steeds zijn ongeluk geweest, in den avond van zijn leven mocht hij het niet wagen er opnieuw het slacht offer van tc worden, zoodat hij alles van de hand wees, terwijl de afgewe- Karel gondië, zich wel wachtten, geweld tegen hun lot xrn. Saint Omer n hertog Ar nout vervuld, welke hij steeds onmogelijkheid geacht had. Hij droeg den naam van hertog van Gelderland en zag zich door niemand daarin be kort zelfs zijne steeds oproerige derdanen dachten er niet aan hem het leven verder te verbitteren, bevreesd als zij waren voor den geducliten Karei den Stoute, en al bleef het kwartier Nijmegen nog altijd weigeren zich onder het hertogelijk gezag te schikken, toch had alle tegenstand op gehouden, inweerwil van den drang, welke Vincent van Meurs op zijne bondgenooten uitoefende. In zooverre was dit verdrag ook een zegen voor Gelderland. In weerwil van dit alles was hertog Arnout niet gelukkig. Urenlang kon hij in een zetel met de handen in den schoot gevouwen als wezenloos naar buiten zitten staren, evenals hij dit op Buren gedaan had ofwel hij liep als gejaagd het geheele slot door. Wij vinden het hertogelijk gezin in de maand Januari van het jaar 1471 bijeen. Het was reeds laat in den men zou zich gereed maken ter ruste te leggen. Geheel den avond was de hertog buitenge- opgeruimd geweest, en deze op wekking was niet weinig toegenomen toen -een koerier hem eene geheime boodschap had gebracht. De aanwezi gen hadden door zijdetingsche zinspe lingen tevergeefs beproefd hem een wooid te ontlokken over den aard der boodschap, welke hij ontvangen had alleen met een gliiniach had hij deze aangehoord en eerst toen men aan stalten maakte om tot den volgenden dag tc scheiden stond Arnout op „Mijne vrienden, gelieve nog oogenblik plaats te nemen, ik heb nog wat te zeggen." Aan het verlangen des hertogs werd J voldaan. „Mijne vrienden," hernam hij zijne gewone kalmte, „de zaak, welke ik u wil mededeelen heeft betrekking op mijne nalatenschap." Een zucht van smartelijke verbazing onderbrak hem. „Laat mij uitspreken," vervolgde hij, „want ik heb de zekerheid dat ik niet lang meer zal leven," Deze avond was hertog Arnout het laatst onder de zijnen verschenen, want het stond onherroepelijk bij hem vast, dal hij op St. Mathijs, den 23sten Februari uit hel leven zou scheiden. Hij verdeelde daarom zijn tijd tusschen bidden en het verzekeren der toekomst in zijne dochter, cn liet zich door niets deze bezigheden storen. In zijn gezin had men zich intus- schen aan liet denkbeeld van het na derend einde des hertogs zoo gewend gemaakt, dat iedereen er niet meer :n minsten twijfel aan koesterde. En werkelijk, Arnout begon, naar- ate dc voor zijn gezin en allen die hem liefhadden zoo noodlottige dag naderde, in krachten af te nemen. Op Sint Mathijsdag zelf geleek de hertog nog slechts eene schaduw van hetgeen hij steeds geweest was, en wie nog zijne voorspelling tot dan mocht betwijfeld hebben, werd daarvan geheel genezen, want de man, die daar op het rustbed lag uitgestrekt, geleek een levend lijk. Toch wilde hij van allen afscheid *ln diepe stilte traden allen de zaal binnen, welke reeds in rouw was ge huld, want de stervende sluimerde. Vooraan stond de hertog van Kleef, al de vrienden die wij kennen hadden zich achter hem geschaard en zagen met betraande oogen naar den lijder, aan wiens voelen zijne dochter ge knield lag. Wordt vervolgd.

Historische kranten - Archief Eemland

De Eembode | 1917 | | pagina 1