M Katholiek Niéuws- en Advertentieblad voor Amersfoort en Omstreken. DE EEMBODE Kantoor: Langegracht 28, Amersfoort Verschijnt Dinsdag- en Vrijdagmiddag. centvoor buiten Amersfoort verhoogd met Afzonderlijke nummers vijf cent per exemplaar, week ingaan, doch opzegging van abonnement vang van een nieuw kwartaal.' Telefoon No. 314. Prijs per drie maanden zestig vijf cent voor incassokosten. Abonnementen kunnen elke moet geschieden vóór den aan- Dinsdag 30 Oct. 1917. AdvertentiSnPrijs per regel 12'/i No. 61. 31 jaargang. ct., met bewijsnummer. Voor Incasso wordt vijf cent per maand-nota In rekening gebracht. Billijke tariëvn bij geregeld adverteeren. - AdvertcntiGn moeten Dinsdag- of Vrijdagmorgen vóór rif uur ten kantore van De Eembode worden bezorgd. Mededeellngon, ingezonden stukken en advertentlün te zenden aan de Directie van Dc Eembode, Langeg-arht 28, Amersfoort. VOOR ALLERHEILIGEN. In de stemming, welke ons dc liturgie der laatste jaarweken bijbrengt, pas sen voortreffelijk de gedachtcnisdagen, welke wij Donderdag en Vrijdag vieren gaan. Immers, zoo die stemming ons nader voert tot dc voltooiing van onze aardsclic loopbaan 'en tegelijk levendig herinnert aan de grootc tragedie, welke de vnen- schen-geschicdeniszal besluiten, ligt het voor de hand, dat onze gedachten van zelf uitgaan lot de dingen aan gene zijde van het graf; dat de strijdende Kerk zich nauwer dan ooit in contact stelt met de lijdende en de zegepralende, om jZich in een practisehe belijdenis van dc gemeenschap der heiligen met beide één te voelen, Allerheiligen 1 Wat lichtend visioen wenkt ons geestesoog, nu wij door de liturgie worden genood, een blik te werpen in de heilige stad Gods, het hemclsch Jeruzalem, het laatste doel van ons bestaan, werwaaits reeds zoo velen op het voetspoor van den Christus- Overwinnaar ons zijn voorgegaan. Vóór alles ontlokt de gedachte aan hen, die daar ,,in vrede, zijn", aan 'de strijdende Kerk een juichtoon. Immers het waren eens Hare kinde ren, die, aan Hare moederhand geleid, den weg vonden, welke van het aard- sche tranendal voert naar de woningen der eeuwige vreugde. In hun geluk ver heugt Zij zich en plcchtig-fcestelijk klinkt dan ook de aanhef der Mis-liturgic: Verheugen wij ons allen in den Heer. nu wij dezen feestdag viert.: ter eere van ai de heiligen, over wier plechtig heid de Engelen juichen en te zamen Gods Zoon loven". Dit is ook de eerste en voornaamste reden, welke de H. Kerk leidt bij Hare hciligcn-verecring God lof te brengen, die in zoo talloos velen de wonderen Zijner genade wrochtte. Er is geen sprake van dat wij, Ka tholieken, aan de heiligen goddelijke eer zouden bewijzen. Wie dat meent, heeft van onze hciligcn-verecring een geheel avercchtsclie voorstelling. In de zaligen zien wij louter schepselen, maar die door God zelf zijn groot gemaakt en neer wij hen daarrm prijzen en lof zingen, geldt die lof den Schepper Gelijk wij in een beeldhouwwerk dert kunstenaar «eren, zoo vallen de eerbe wijzen, welke wij den heiligen brengen, op God terugwant alle deugden, waarop wij in hen roem dragen, zijn niets dan een afglans van het godde lijk Wezen Zelve; de glorie-schittering, waarmede ze omgeven zijn, is slechts een afstraling van de luistervolle zon der Godheidhun geluk enkel als een zich eindeloos dompelen in de bron van alle geneugten. Van dio weelde der boven-aardsche genietingen geelt ons St. Joannes een zwakken indruk, wanneer hij ons in zijn Openbaring mei de ontoereikende ver ven der mcnschelijke taal het hemelsei: Jeruzalem schildert. En het behoeft daarom niet te verwonderen, dat de cpistellcs van Allerheiligen uit dit boek den visionairen evangelist getrok ken werd. Dat perspectief van volmaakt geluk, aaraan nimmer een einde zal gesteld worden, doet ops als van zelf dc harten irheffen naar het verblijf der zaligen, i in ons het verlangen groeien een maal in hun hemclsch genieten te dcclen. Zoo komen wij tot de tweedereden in onze heiügen-vere ing; naast den lof, dien wij den Schepper in Zijn ver heerlijkte schepselen brengen, beoogen wij immers ook ons eigen geestelijk voordeel. En op tweeërlei wijze kunnen wij dit bevorderendoor n.l. den levens gang der heiligen ons tot voorbeeld te stellen ter navolging en hun vermogende voorbede te vragen bij God. t is toch niet voldoende, dat in een innige begeerte leeft om het onuitsprekelijk geluk der zaligen deel achtig te worden. Wij hebben het eeuwig loon zelf te verdienen en daarom ons leven zoo in te richten dal wij liet waar dig worden. en veiliger gids kunnen wij ons hierbij kiezen dan de hciligen-lcvens. Deze zijn alle een afschaduwing, zij het verschillende nuanceering, van het leven des Heiland», het toonbeeld van de volmaaktste heiligheid. Maar zoo wij terecht niet vermeten durven te len, dat wij de perfectie van het goddelijk model kunnen benaderen, inders staat het met dc zaligen, die ichepseicn zijn als wij en ten wier zichte wij het woord van St. Augusti et onze mogen maken zij hebben het gekund, dus kunnen wij het ook. HET LUTHER-FEEST. Den 3len October wordt liet vierde eeuwfeest gevierd van Luther. Wat wordt eigenlijk gevierd? Dat Luther den 31stcn October 1517, iar aanleiding der aflaatpreckcn van den Domuiikaun Tetzel, aan de slot kerk te Wittenberg, vijf en negentig itclhngen aansloeg, die den grondslag noesten uitmaken van een dispuut >vcr de kracht van den aflaat. „Wie de toenmaals algemeen in zwang zijnde gebruiken der Hooge- scholen betreffende dc disputen kent- iizoudcrlieid bij de godgeleerde ft eitcu, vindt ni liet aanslaan van mgen voor een dispuut noch iels ut waardigs, noch iets moedigs," zegt de Protestautsclle schrijver, Karl Pranli. Die stellingen waren bovendien allen on-katholielc. Zoo luid de 7lste „Wie tegen den aflaat predikt, zij ge vloekt," en de 72sle „Gezegend daar entegen die tcgeu den moedwil der Aflantpredikcrs te velde trekt". Stelling 69 luidt„llissclioppen en Zi.-lzorgcrs zijn veiplicht de commissarissen van den Apostolische:! alli.it met -alleu eerbied toe te laten". Toen Luthc 95 stellingen aansloeg, dacht hij er nog niet aan, zich van de ccnlKid der Katho lieke Kerk af te scheiden. Nog in 1519, toen Eek tijdens de disputatie te Leipzig hem verweet, dat zijn opvatting het primaat des Pausen niet veel die der Hussieten af weck, ontkende Luther elke gemeenschap met de Hus- ieten. „Hij had," verzekerde hij, „nooit en scheuring gebillijkt cn zou die in euwighcid niet billijken". Enkele maanden te voren, in Februari 1519, had hij nog geschreven „geen reden kan zoo groot zijn of zoo groot worden, dat men zich van de Room- sclle Kerk losrukken of afscheiden mocht, ja, om geenerlei zonde of ramp, welke men denken of noemen kan, mocht men de liefde verdeden cn de geestelijke eenheid verbreken". En te Leipzig, dus in Juni 1519, zeide hij nog„Dc Hussieten hebben kwalijk gehandeld, oindat zij zich van de Roomschc Kerk hebben afgescheurd". Ja zclis heeft Luther den 9 December 1518 in tegenwoordigheid van een no taris cn vier Keizerlijke raadshceren en andere voorname getuigen, voor Kar dinaal Cajetanus een formeele herroe ping gedaan, zij luidtIk, Frater Mar- Luther, Augustijn, betuig, dat ik n volg de H. Roomsche Kerk in al mijne woorden cn daden, tegenwoor dige, vcrledene en toekomstige. Indien ik nochtans daartegen iets gezegd heb, zoo wil ik, dat dit voor niet gezegd worde gehouden". Dit vermeldt Luther zelf in de La- lijnsche uitgave zijner werken te Jena, Waarom maakt men dan zooveel ophef van die daad van Luthcr op 31 October 1517 Omdat deze daad de aanleiding was tot zijn open lijken afval van de Katholieke kerk. Want bepaaldelijk in dien aanval ligt de reden van Luther's verheerlijking. Wie echter zijn het, die Luther ver heerlijken Voor het meerendcel zijn het onge- loovigen, die van de H. Schrift als bron eener bovennatuurlijke openbaring Gods niets willen weten. De lijden, dut Luther voornamelijk verheerlijkt werd als heraut van het „zuivere woord Gods," als de man „die de H. Schrift eer beeft te voorschijn gebracht en eerc hersteld," zijn reeds lang voorbij. De meesten zijner verhecrlijkers ge- loovcn niet meer in den Bijbel, van velen is het zelfs de vraag, of zij nog in God gcloovcn. Voor hen is Luther alleen groot, omdat hij tegen de Ka tholieke Kerk io opstand is gekomen, omdat hij, gelijk nog onlangs een vrij zinnig Dominee schrecl, is opgekomen „tegen de aanmatiging van Rome". Met die ongcioovigen nochtans ver- eemgen zich tal van vrome, van ge- loovigc Protestanten en ze huldigen Luthcr als de man Gods, de gezant des Allerhoogstcn, de verkondiger van zuiver Evangelie, de strijder voor lijhcid van geweten en voor de waarheid. M-irkwaardig feit: Tégen Luthcr uit sluitend Katholieken, allen overtuigde belijders van God en diens bovenna tuurlijke openbaring. Vóór Luther alle mogelijke, vaak elkander totaal weer sprekende richtingen, mcerendeels ech ter ongeloovigcn, bestrijders van Gods woord en Gods openbaring I Onbegrij pelijk, dat niet reeds dit ééne nuchtere feit aan dc geloovigc Protestanten de oogen opent. Uit het Buitenland. k. Van den Oorlog. Daar kwam 'n oogenblik van ver ademing en blijde hope, toen de Paus Zijn vredes-nota verzond, Die nota, vol vaderlijke goedheid cn wijsheid gesteld, door gezaghebbende personen een di plomatiek meesterstuk genoemd, zou misschien het begin inluiden van een voor alle partijen eervotlen en duurza- men vrede We hadderf zoo mogen verwachten. Het hoogste gezag op aarde, uitstaande boven alle strijdende partijen, iet een onpartijdigheid door iedereen rkend, mocht toch geacht worden het juiste woord te spreken opdenjuisten tijd. De Paus begon met te verklaren, dat hij vanaf 3 September 1914 tot heden zich „drie dingen voorgenomen" heeft en wel „Een volstrekte onpartijdigheid te bewaren ten opzichte van alle oorlog- wenden." 2. „Ons voortdurend te beijveren, om aan allen liet meest mogelijke goed te doen en dit zonder uitzondering van persoon, zonder onderscheid van natio naliteit of godsdienst. 3. „Niets na tc laten, voor zoover :t in Onze macht was, van datgene, at zou kunnen bijdragen, om het einde ui deze ramp tc verhaasten, door tc pogen dc volkeren en hun hoofden tc brengen tot meer gematigde besluiten bij de beraadslagingen over den vrede, n rechtvaardigen enduurzamen vrede." Dan gaf de Paus „de punten, welke de grondslagen schijnfcn te moeten vor men voor een rechtvaardigen en duur zamen vrede" aan, terwijl hij aan de oorlogvoerende mogendheden de zorg overlaat, oin „die punten te precisecren 1 aan te vullen." Ten slotte stelde de Paus vast, dat de oorlog „meer en meer een nuttclooze slachting schijnt" en „aan beide zijden de wapeneer onaangetast is." De verademing cn blijde hope wer den nog grooter, toen dc Centrale Mo gendheden zulk een hoogst-gunalig antwoord gaven aan den Paus en rui terlijk instemden met de voorstellen door Zijne Heiligheid gedaan, om zoo op dc spoedigste en meest bcvrcdi- digende wijze te komen tot ecu recht vaardigen en duurzamen vrede.. Helaas, het antwoord van den Pre sident der Verecnigde Staten dat het antwooid der Centrale Mogendheden voorafging, cn zoo goed als afwijzend beschikte, deed reeds vermoeden, dat de zijde der Geallieerden met veel te verwachten viel. Zoo is het dan ook geschied. De oorlogswoede en wraakzucht schij- in in die regecringskringen zóó gfoot, de eischcn zóó ver gespannen, dat men liet pauselijk siuk naast zich neerlegt. En zoo bromt dan met nieuwe kmclil a alle fronten het vrccsclijk kano: dc wecncndc wereld nog dieper te dompelen in bloed en tranen. Waar gaat het toch heen Welk mensch, die nog maar 'n grein tje medelijden heeft met den nood, het lijden en de tranen van milllocnen, voelt zich niet innerlijk verscheurd van droef heid over deze ontzettende ramp. Een ramp, zóó universeel, dat zij neergekomen is over dc hoofden van meest oii8chuldigen. Men wil doorvechten tot het bittere: einde I Dot wil dus zeggen, dat men eerst liet bloed wil laten stroomen van honderdduizenden, dat men eerst de /an weduwen en weezen zoo veel mogelijk wil vergrooten, dat mei» eerst de wereld brengen wil aan den rand van den ondergang en bijkans de geheele menschhcid wil prijs geven aan hongersnood en al de ellende, welke hieruit voorkomt, om te zien of mis schien langs dezen misdadigen weg de eigen zin kan worden bevredigd. Heel de wereld haakt naar vrede I Terwijl het bloed der zonen iederen dag nutteloos wegstroomt, stijgt de nood van het volk tot onberekenbare hoogte, Rusland ligt verzonken in anarchie. Het Bngelschc volk moet vol moed gehou den door grootc woorden en beloften i behendige politieke redevoeringen. Zal Amerika uitkomst brengen Wij kunnen bet niet gelooven. Zal het zijn kracht en zijn moed zen- ;n naar liet land over de zee, om zich zelve op gevaarlijke wijze te ver zwakken tegenover de loerende vijanden Onderwijl dondert het kanon'en ren in dc razende massa's tegen elkander onder hemelbedckkendc wolken van kruitdamp en in ovens van vuur, met de zekerheid: wij komen er toch niet door. Bidden wij toch lederen dagHeer, geef ons vrede. De onder leiding van Keizer Karei persoonlijk voorbereide krijgsverrichtin gen tegen de houfdmaclit van het li haansche leger, niet medewerking v Duitschc trut pen, gaan voor den lta- tan slecht afloopen. Het tweede Iuliaa-i»chc leger ii slagen. Door goed weer bcgutisligd, rukten over bergen cn door dalen, meer- na:cn den taai.n tcgmtaid va.» den <i|and brekend, de Duilsche en Oosten- ijkseli-Honganrvclie divisies onweer* stannb.'iar vooruit. Dc 1641 meter hooge, krachtig versterkte top van d.-n Monte M.iUjur werd reeds Donderdagmorgen, a het begin van den aanval. Het annt.il gevangenen is tot 100.000 gestegen, dat der buitgemaakte kanon nen tot 750. De onafzienbare voorraad oorlogsmateriaal uit de veroverde Itali- uansche stellingen mo:t nog geborgen worden. 62 vijandelijke vliegtuigen iijr de beide laatste dagen neergeschoten. Zulke klappen zullen den lialiasi heugen. De Fratischen en EugcLchcn hebben ip liet slagveld in het midden van het Vlaamschc Iront opnieuw een grootc troepenmacht in het vuur gebracht om te trachten den slag te beslissen. Het gevechtsterrein lag onder sterk artille rievuur vóór de vijand tot den aanval overging. Achter, de vuurgolven brak dc stormaanval los. Ten noorden van het den Franscben tot Bultehoek vooruit te komea. Bij dan spoorweg Roeiielaere—Yperen droo- 1 gen de Èngelschen la herhaalde storm aanvallen vooruit. Na been en weer golvende gevechten bereikten de Èngel schen ecnig succes. Op enkele punten aan het Oise-Aisoc- kanaal wa* de artilleriestrijd hevig. De vijandelijke Infanterie trachtte tegen den avond tevergeefs op verscheidene plaat sen op den noordelijken oever van het kanaal vasten voet te krijgen. In Champagne en aan de Maas nam het vuurgevecht toe. Binnenlandsche Berichten. Dr. A. Kuypar. Maandag werd dr. A. Kuyper tachtig jaar. Bij de hulde, welke hem op dien dag door zijn partjjgenooten en gcestvcr- anten gebracht zal worden, sluiten wij is gaarne aan. Als schrijver, als redenaar, als Kamer lid, als Minister, als journalist behoort hij lot dc besten, welke ons vaderland in de laatste halve eeuw en langer nog heeft gekend. En wat meer zegtin al zijn schitterende hoedanigheden was hij de strijdende Christen, de geniale poli tieke leider, de man, aan wien met dr. Sch.icpmun en jhr. de Savomin Lobman, dc Rechterzijde haar beteekenla tc dan- ken heeft. Een adres dat eteun verdient. Door Burgemeester en Weihouder» van Soest is namens den Gemeente raad aan den Minister van Landbouw, een schrijven gericht waarvan aan alle gemeentebesturen in Nederland een exemplaar verzonden is, met verzoek om een adres van adhaesiebetuiging aan den Minister te willen inzenden. Het schrijven is van den volgenden inhoud Excellentie, Met gepastcn eerbied zij het ona ge oorloofd met allen aaodrang het vol gende onder de aandacht van Uwe Excellentie te brengen. De zorgen, welke aan de gemeente- besturen in den laatstcn tijd tengevolge der tijdsomstandigheden worden opge legd. nemen zoodanig toe, dat bij vele krach u tc korl schieten om aan die zorgi op dun duur het hoofd tc bic- d- H perkten zich die zorgen in lie fdzaik to. administratieven arbeid dan v irea die nog te overwinnen door krach ge sefflei verkiog, doch de finan- .eelt zijde van de crisismaatregelen eemt icn zood..rlg*n omvang, dat iet i den ,c. noodtoestand mag woidvu gesproken. De in den laatstcn tijd bih'-dddè gemeentcbegrootingen .uigetoond, boe de steeds ndc kosten, aan de distributie ichillende levensbehoeften ver bonden, slechts door aanmerkelijke ~~ihoogingcn der plaatselijke belas- Dt Martelaiesse van llpislul. r historicbockeii, dit 1573, na nog cenige wisselende kansen, werd Sonoy meester van den Dijk, wierp zes schansen op, en behield de positie tot het beleg van Haarlem af- geloopen wa». Om en nabij de buurt schap ljpcsloot, lag hel leger van Sonoy, 800 man sterk, cn het'was op deze plek, dat de marteling plaats had van de godvruchtige vrouw, die voor het geloof in Jezus Christus den mar- tclpalm verwierf. :t was op Zaterdag den 26sten Juni 1573. De figuur, dien Wabben het boogje van Heeroom Cornelis z geheimzinnig had toegeschenen, w; den vergcefschco stoot naar het van den torenwachter, in wilden it den St. Anthonisdijk opgehold. Ofschoon de schemer was overgegaan n een vrij dikke duisternis, zagen zijne icherpe blikken maar al tc goed, dat :en schildwacht van de voorposten der Amsterdammers heen en drentelde op den dijkweg. Om ontmoeting tc ontwijken, liet hij zich langs dc dijkhelling glijden, dook in het water van een vrij breeden sloot en zwom naar dc overzijde. Hij nam nu zijn weg zooveel mogelijk landwaarts, sprong over sloten en greppels kwam ten laatste aan den uiter: der zes schansen die door het volk van Sonoy bezet waren. In der haast spoedde Hij zich, na cenige inlichtin gen ingewonnen te hebben, na i hopman, en bleef daar geruimen tijd binnen. Tegen het val- van der. nacht, sloop hij uit de t, maakte een roeijacht los, aan de irplecht voorzien van een vrij groot ren bord, „datsc voor een musquet vrij inogten sitten" cn stapte daarin met achttien man, gevolgd door kleiner roeijacht, bemand met koppen. Dc jachten verdwenen noord-westelijke richting, in alle moge lijke stilte. De nacht ging kalm voorbij, en toen dc morgenstralen der rijzende reeds hoog en rechtstandig v hemel schenen, begaven twee vi zich op weg, naar dc zuidwestelijke grens van hunne geboorteplaats, het vriendelijke Woriner in Noord-Holland. Zij zetten zich insgelijks in een roei jacht, maar van bescheidener afmeting, dan dat, waarin de geheimzinnige had plaats genomen. Ook had het aan dc rplecht geen pantserplaat, en was slechts ingericht, om koopmans goederen te vervoeren. Toch had het jacht ccne kleine lading in, die het oog op de bestemming, welke deze lading had, een dubbele reden :s opleverde voor de beide l, die in de schuit zaten, den schipper, Ghert van Lammer- schagen, die dc riemen voerde, Die lading bestond uit vier „uitgeleezen kaazen," en twee vaatjes boter, elk van twintig pond. Eerstens gevaarlijk voor eiken schipper,, die geen zeeschuimer was, met levens- middqjen op het IJ te varen. Er scho ten onmiddclijk kapers van de kust, die die lading tuofden, en dan ten slotte zooveel moedwil aan de schippers pleegden, als hunne luimen dat go dacht. Men zocht een voorwendsel, meestal deed men het maar zonder voorwendsel, om den schippe vaartuig te beschuldigen v waaraan de man wellicht nooit gedacht had, knoopte hem op of verdronk hem, i de schuit werd dan buitgemaakt. Maar nu had schipper Ghert v Lammerschagcn nog een veel gewich tiger reden om bevreesd le zijn, Dc had waarlijk, hoewel dan voor aanzienlijke som als vergoeding gevaarlijke zending op zich ge nomen. De eerste der twee vrov een kloeke gestalte, in de volle kracht van haar leven, met die eigenaardige gelaatsuitdrukking, welke ons onmid- delijk doet denken aan ecu hooge wils kracht, die weinig hinderpalen onover komelijk rekent. Deze vrouw nu wasGccrtruydt Adriaanszdogter van Wormer, een leerlinge van Pastoor Martinus Dun. canus, uit de school, die hij tc War mer gesticht had, cn waaruit tal van godvruchtige en geleerde mannen zijn voortgekomenecne vrouw, door hare tijd- cn buuttgenooten gesteld boven deze mannen, om dc diepe godsvrucht van hare kloekmoedige, standvastige en graole ziel. Haar broeder, dc Eerw. Cornelius bracht in koinmcivolle bal lingschap zijne oagen in Amsterdam door. De lezer licet't reeds kennis niet hem gemankt. Van de vrouw, die naast haar zat in het jacht heeft dc geschiedenis alleen a itigeteekend, dat zij haar „Swagerinne" was, wier broe der Jacobi Bartholdi, insgelijks voortvluchtig priester, ook door de gastvrijheid der Amsterdammers een schuilplaats had gevonden. Beide vrome vrouwen hadden 'dezen gevaarlijken tocht ondernomen, om hunne broeders, l leniging van hunne ellende, kazen i do boter te brengen. Schoon de schipper in alle moge lijke stilte door net Brandeg.it was geroeid cn zonder cenigen overlast in de rivier de Zane gekomen, kwam hel hem toch ietwat vreemd voor, dat de ichter op den hoogen toren estzane, welke door de geuzen ge. bruikt werd voor c-cn uitkijk, een paar en op een hoorn liet galmen. Al spoedig bleek het hem, waartoe dit sein diende en tot wicn het ge richt was. Want onmiddclijk verschenen de twee r icijachten, die wij te nacht van den Diemerdijk zagen steken de ge heimzinnige man voerde over deze kleine vloot het.bevel. Met i werd de schuit aangeklampt, Ghert Lanimerscltagen gebondcu, en de beide vrouwen betcekcnd, dat zij ge vangenen waren, „Nevc I" borst Geertruydt los en zag den gelicimzinnigen man strak cn verbaasd aan. „Geertruydt Adriacnsdochtcr van Wormer I" „Neve, wat heb ik misdaan?" „Geertruydt, gij hebt victualy aan boord om er de moorddammen mee te spijzen." „Neve gij kent mijn broeder I" „Geertruydt, gisterwasik bij hem..." „Welnu, voor hem en heeroom Bartoldl, hebben wij twee „Zwijg, Geertruydt I" „Neve, luister I Heb ik tn uw oog .nisdaan dezen zijn onschuldig I" „Die," hier wees hij op den schipper en maakte met de rechterhand cone beweging die vertolken moest, dat de schipper zou worden opgehan gen. „Die," herhaalde hij en maakte ..glimlachend cene andere beweging, en„Gij, Geertruydt, als gij de geu zen niet geeft wat zij vragen, zullen wij uw,man lichten, cn met den strop om den nek hier brengen om u toe gevend tc maken." „En God? Een ruwe schaterlach was het antwoord dat de geheimzinnige man iiooren liet. Wordt vervolgd.

Historische kranten - Archief Eemland

De Eembode | 1917 | | pagina 1