DE EEMBODE
R. K. Nieuwsblad voor Amersfoort
en Omstreken
ABONNBMBNTBN kunnen elke week In gun, doch opzegging ran
abonnement moet getchledcn roor den unvang van een nieuw kwartul.
Pr|a per drie munden f 1.00. Bulten de gemeente Amersfoort f 1.10.
Afxonderljke nummers 10 et.
Vrijdag 14 Dec. 1923 No. 74
Zeven en Dertigste Jaargang
KANTOOR: LANOEORACHT 28, AMERSFOORT. TELEFOON 314
DE EEMBODE VERSCHIJNT DINSDAQ- EN VRIJDAOMIDDAO
s tarteren roos luró*! sa
TWEEDE BLAD
VRIJDAG 14 DECEMBER 1923
Godsdienst en Kerk,
Epistel en Evangelie
3e ZONDAG VAN DEN ADVENT.
LES uit den brief van den H, apostel
Psulus ssn de Philippensen IV, 47.
Broeders! Verblijdt u in den Heer
ten allen tijde I nogmaals zeg ik u
verblijdt ui Uwe zedigheid zijn allen
mensohen bekendde heer is nabij,
Weest in niets bekommerd, maar laat
in alles door bidden en smeeken met
dsDktegging uwe begeerten bekend
worden bij God. En de vrede Gods,
die alle begrip te boven gaat, beware
uwe harten en uw verstand, in Chris
tus Jesus onsen Heer,
EVANGELIE
volgens den H. Joannes; I, 19-28.
In dien tijd sonden de Joden uit
Jerusalem priesters en Levieten tot
Joannes, om hem te vragenWie zijt
g(j? Hij nu beleed en loochende het
nieten hij beleedIk ben de Christus
niet. En zij vroegen hem: Wat dan?
zijt gij Elias En hij zeidelk ben het
niet. Zijt gij de profeet t En hij ant
woordde: Neen. Zij zeideo dan tot
hemWie zijt gij opdat wQ antwoord
geven aan degenen die ons gezonden
hebbenwat zegt gij van u zeiven f
Hij zeide Ik ben de stem eens roepen
den in de woestijn: maakt recht den
weg des Heerenl gelijk de profeet
Ississ gezegd heeft. De afgezondenen
nu waren uit de Pharizeen, En zij
vroegen hem en zeiden tot hemWat
doopt gij dan, indien gij de Christus
niet zijt, nog Elias, oog Profeet Joan
nes antwoordde hun, seggendeIk doop
met waterdoch midden onder u staat
Hij dien gij niet kentHij ig degene,
die na mij komen zal, die vóór mij
geweest is, wiens schoenriem ik niet
waardig ben te ontbindeD. Dit is ge
schied te Bethania, aan de overzijde
van den jordaan, waar Joannes doopte.
Liturgische Kalender
ZONDAG 16. 3e Zond. v. d. Advent.
Tijdeigen. Mis Gaudete, 2e geb. H.
Esebius, 19 Dec., 3e geb. v. d. H.
Maagd, Deus, qui de beatae. Praef. v.
d. H. Driev.
MAANDAG 17. Mis als gisteren, 2e
geb. Deus, qui de beatae, 3e geb.
Fidelium (2 Nov.) 4e geb. voor de
Kerk. Eccelesiae, of voor den Paus.
Deus omnium.
DINSDAG 18. Mis als Zondag. 2e
geb. Deus qui. 3e geb. Ecclesiae of
WOENSDAG 19. Mis van Quater-
temper-Woensd, Tijdeigen 2e ec 3e
geb. als Dinsdag,
Heden Gulden Mis Rorate. (Votief-
mis H. Maagd). Credo. Praef. v. d. H.
Maagd.
DONDERDAG 20. Vigilie H. Tho-
mas, 2e geb. Aurem, uit de Mis van
Zondag, 3e geb. Dsus, qui de beatae.
VRIJDAG 21. H. Thomas. 2e geb
Aurem. Credo. Praef. v, d. Apost.
ZATERDBG 22. H. Hungerus, 2e
geb. en laatste Evang. Quatertempei-
Zaterdag.
UIT HET GOUDLAND.
15
Rooie Rubc was desperado in hart
en nieren, cn dientengevolge was hij
overtuigd dat, als hij hieraan niet ge
hoorzaamde, aan dit bevel van uit het
yenster onherroepelijk gevolg zou wor
den gegeven; dat zijn leven dan niets
meer waard was. Met een gemaakte»
lach stak hij daarom dc revolver weer
in den gordel, terwijl hij een spottende
buiging maakte voor Dick.
«Tot later, kereltje,* sprak hij dan
smalend,
«Hei, meneer den Engelschman,*
klonk de stem van den onzichtbarcn
persoon door liet gebroken venster.
«Het zal je daar aanstonds wel wat te
warm worden, vermoed ik. Kom hier
bij mij. Ik zal den boel zoo lang wel
in bedwang houden.*
Na een oogenblik geaarzeld te heb
ben, besloot Dick aan dc uitnoodiging
te voldoen. Het gemor en gevloek van
de meesten der aanwezigen gaf hem
dc vaste overtuiging, dat de sympathie
voor het mcercndecl was aan de zijde
van den rooden schelm, en dat hij,
geheel alleen staande, niet veel kans
had om zich dus behoorlijk te kunnen
redden. Beschermd door den glinsteren,
den loop van den onzichtbare, zocht hjj
Landbouw, Cuinbouw,
Pluimvet.
Proefneming om een klein
veehouderibedrijf te explolleeren
zonder bijhuren van hooiland
Er zijn tal van boeren hier in den
omtrek die voor hun vee alleen gedu
rende het zomerhalfjaar op het gehuurde
land voldoende voeder kunnen vinden.
Niet zelden wordt daarbij dan nog door
toepassing van stalvoedering de opper
vlakte land tot een minimum beperkt.
Het wintervoer verkrijgen deze vee
houders door het bjjhuren van hooiland.
Gedurende en na den oorlog zijn vaak
bij de verhuringen van hooiland uiter
mate hooge prijzen berekend.
Wanneer zooais bijv, in 1921 en
1922 het geval was de hooi-oogsten
gering zijn, dan bieden de menichen
zoo wild tegen elkaar op, dat met het
dure hooi geen rendabel bedrijf kan wor
den gehouden.
Dit wordt niet zelden nog verergerd,
doordien in tijden van schaarachte ook
de grootere boeren mee beginnen te
bieden.
De toestand zou zeer veel gunstiger
zijn, indien tij niet per té gedwongen
waren voor hun wintervoer hooiland te
huren.
Wanneer zij bijv. hun koeien met
voordeel atroo, aardappels, bieten en
krachtvoer konden voederen, dan zou
een aantal hunner zich in een tijd van
hooischaarachte alt gegadigden kunnen
terugtrekken.
Zij zelf zouden dan goedkooper win
tervoer voor hun vee kunnen verkrijgen
en door vermindering van de vraag zou
het hooiland dat anderen huren, minder
duur worden.
In Friesland hebben deze overwe
gingen geleld tot het nemen van een
proef in dien geest.
En de resultaten ervan zijn ook voor
de landbouwers in onze omgeving van
groot belang.
Ze mogen tot nadenken stemmen.
Het doel van de proefneming was
te onderzoeken, of het werkelijk voor
een kleinbedrijver zonder bouwland
mogelijk is, zijn vee des winters met
voordeel zonder hooi te voederen, als
dit duur is. Daarnaast is nagegaan of
bij eventueel lage hooiprijzen het vooraf
huren van hooiland evenmin beslist
noodzakelijk is voor de rentabiliteit van
bet bedtijf.
Beschrijving van het bedrijf.
Het bcdiijf van S. Jelsma te Wolvega,
waar de proef werd grnomen, bestond
in 1922 uit een schuur met stalling,
ongeveer midden in het dorp Wolvega,
en 3'/s H.A. weiland gelegen aan den
Zuidkant van den weg, die van het
dorp naar den spoorwegovergang leidt'
Van het land is 2.30 H.A. vrij hoog
en niet zeer vruchtbaar, terwijl het
overige lager gelegen is en teer goed
land kan worden genoemd.
I)e stal was zeer slecht ingericht. De
tilling was laag. de verlichting slecht.
Er was geen gicrkolk en de kwaliteit
van het drinkwater gehet 1 onvoldoende.
Aangezien het Voedei bureau van mee
ning was, dat |de bi oogde wijze van
voederen ook moet kunnen worden
toegepast in bedrijfjes, die, wat stalin
richting betreft, er even slecht of slech
ter voorstaan, meende het dit bedrijf
voor de proef te kunnen aanvaardeu.
Levende have.
Het beslag vee, dat bij d* proef was
betrokken, bestond uit 4 koeien van 4
jaar of ouder, 3 stieren, 1 pink en 3
kalveren. De opbrengst der koeien was
niet gecontroleerd, doch daarmee werd
>o spoedig mogelijk begonnen.
Op 1 Augustus 1922 is het bedtljl
door het Voederbureau overgenomen,
soodat over de periode 1 Aug. 1922
—Mei 1923 nog geen volledig overzicht
van de financleele resultaten gegeveD
kon worden, omdat de uitkomsten van
het bedrijf, de drie eerste maanden,
waarin zonder hooi en krachtvoer de
meeste melk wordt verkregen, niet In
de berekening kon worden opgenomen.
Wij zullen ons hierom nu bepalen tot
eenige mededeelingen die van algemeen
belang geacht kunnen worden, het vol
ledig overzicht over de financleele uit
komsten uitstellende tot het tijdstip
waarop de uitkomsten van een volledig
boekjaar kunnen worden overzien.
Overilcht der wintervoede-
ing.
De koeien kwamen 30 Oct. 1922 op
stal. Tengevolge van den geringen gras-
groei in den herfst (vooral op het hooge
land) waren «ij slecht bevleeschd. Het
dagelijksche rantsoen bestond aanvan
kelijk voor uit kuilvoer (9 tot 11 K.G.
per koe en per dag) benevens van
het volgende rantsoen10 K.G. aard
appels, 12 K.G. slroo, 1 K.G. mals, 1
K.G. grondnotenmeel, 1 K.G. Seaam-
meel. Een derde gedeelte van het stroo
werd tor haksel verwerkt en daarna het
baksel met meel en water in een oude
kaasbak dooreengemengd. Het toege
diende voeder werd door het vee met
graagte verorberd. Dit rantsoen werd
gehandhaafd tot 16 Nov. terwijl het
stroo bestond uit roggestroo. Met dien
datum werd het roggestroo vervangen
door haveratroo, terwijl inptaats van
van 10 K.G. aardappels voortaan werd
uitgereikt '/j deel v»n 5 K.G, bleten cn
5 K.G. aardappels. De oudere koeien
ontvingen meer meel dan in '/i VBn
bovengenoemd rantsoen voorkwam, de
jongere minder,
De gezondheidstoestand van het vee
was over het geheel genomen best.
De koeien gedijden vrij goed. Over de
meikgift der oudere koeien was de heer
Jelsma zeer tevreden, doch de enter-
dieren hebben te weinig gegeven. Een
tweejarige koe kalfde in November
onder zeer ongunstige omstandigheden.
Zij kreeg dikke beenen en een betrapt
speen het laatste had nog tengevolge
dat het kwartier ziek werd. De meik
gift was gemiddeld eerst 8 A 9 K.G.
per dag en einde Dec. 4 4 5 K.G.
De kuilvoedering werd aangehouden
tot half December, Toen werd dit
voeder langzamerhand verminderd. In
verband met de mindere mclkgifte werd
ook de hoeveelheid meel ingekrompen.
Langzamerhand kwam men zoodoende
tot een rantsoen van 5 K.G. aard
appels, 5 K.G. bieten, '/t K.G. niai»,
K.G. grondnotenmeel, 1 K.G. sesam-
meel, 8 K.G. stroo. Begin Januari wer
den de aardappels vervangen door
den uitgang naar dc deur en spoedig
drukte hij in de duisternis de hand van
zijn beschermer.
Ik weet niet, wicu ik mijn dank
moet betuigen,* zei hij, «maar niette
min blijf ik evenzeer dankbaar.*
«Voor zulke praatjes hebben wij geen
tijd mijn naam is Hank Devine,» was
het antwoord, «Uw bagage is in dat
hotel, vermoed ik?«
«Niets anders dan een valies,* zei
Dick. «Ik was voornemens hier een
uitrusting te koopen.*
sik geloof dat gij verstandig dcedt,
wanneer gij door die deur ging, even
uw vallics halen en dan meeging naar
mijn tent. Daar kunt ge den ganschen
nacht blijven.* sprak dc jonge mijn
werker. «Later zullen wij nog wel
eens praten, maar hier is het geen
plaats voor u.«
ZESDE HOOFDSTUK.
Een nieuwe bondgenoot.
Het was te donker om hem te onder
scheiden maar de stem klonk zoo op
recht, en hij had zulk een doorslaand
bewijs gegeven van zijn go de trouw,
dat Dick onmiddellijk het voorstel aan-
nnm. Na eenig nadenken nu vroeg hij
bieten, soodat de dieren 10 K.G. bleten
ontvingen.
Aan de oudere nieuwmelke koeien
werd het volgende rantsoen gegeven:
12 K.G, kuilvoer, 8 K.G. haveretroo,
5 K.G, luikerbleten, 5 K.G. eerdappele,
1 K G. aesammeel, 1K.G. meismeel,
IV, K.G. grondnotenmeel, 1 K.G.
eoysmeel.
Dit rantsoen was berekend op een
meikgift van 25 4 23 K.G. Het bleek
later, dat de koeien meer melk gaven,
terwijl tevens het vetgehalte abnormaal
laag was. Zoo spoedig mogelijk werd
hierin met goed gevolg voorzien door
het geven van meer elwitiljk krachtvoer,
De kosten van de wlntervoedcring, met
uitzondering van het kuilvoer, waarvan
de waarde moeilijk op een bepaald
bedrag kon worden aangegeven, hebben
I 1561.66 bedragen.
Wanneer men nu berekent welke de
kosten souden zijn geweest wanneer in
plaats van aardappelen en strooi, hooi-
was gevoederd met evenveel Ingekuild
gras en krachtvoeder alt nu, en tot zoo
danige hoeveelheid dat evenveel eiwit
en zetmeel zou zijn vervocdcrd, dan
zouden, het hooi berekend op f 80 per
1000 K.G. den prijs waaroo het den
huurders van hooiland in 1922 onge
veer ia komen te staan, de voederkosten
f308,13 hoogcr rijn geweest.
Of lo dat geval meer melk met
hoogcr velgehalte zou zijn verkregen
Is natuurlijk niet te zeggen, maar wel
kan men met gerustheid.aan deze proel
het advies ontleenen aan de huurders
van hooiland om zich niet door de ora
atandlgheden te laten verleiden tot het
bieden van rutoeerende prijzen.
Het Is de bedoeling de proeven tot
Mei 1925 doorjte zetten.'Voor het boek
jaar 1923-1924 Is weer geen hooiland
gehuurd.
«Moeten wij hot meisje overlaten
de genade van dien schurk en zijn
vrienden
Maak u maar niet ongerust over
haar,> antwoordde Hank Dcvinc. «Vlek
kan wel voor zich zelf zorgen cn
oude vrouw zou ieder op een kogel
tracteeren, die haar ccnig leed zou
willen doen. Die streek was alleen manr
een aardigheid om Rooie Rube de
gelegenheid te geven eens tegen u uit
vallen.*
'Terwijl Hank Devine dc wacht bij
liet gebroken venster bleef houden, liep
Dick otn het huis, kwam weldra tecug
met zijn valies en de nieuwe kennissen
begaven zich nu op weg naar de
van den mijnwerker, welke buiten de
plaats gelegen was.
Hank ging naar binnen, maakte licht
en verzocht toen zijn gast, eveneens
binnen tc komen.
«Hier is een buffelhuid en een wolfs-
vel waarvan u een bed moet maken,
maar gij zult hier nog wat veiliger zijn
dan onder de lakens en dekens bij
moeder MurselU, zei Hank.
Dick bedankte hem nogmaals, doch
gaf er zijne bevreemding over te kennen,
dat hij in het hotel iets zou hebben te
vreezen, daar hij zich niet kon begrijpen,
vreemdeling iets tegen hem
Het recht, dat iemand een bep
zaak lean uitoefenen, strekt aller
tot fijn eigen voordeel en hij a^ei».
kan aanspraak maken op het voll ■"«-
lat die saak in slaat is af tc wer)Vn-
t voor te stellen, alsof de rccWp
verhoudingen ven den privetcn ein*
dom een plicht jegens de gemeenscha
grondslag hebben, verondetetall dt
verkeerde praemisae, dat de goederen,
alvorens Inpertlculicr beeit over te gaan,
in poettlef gcmeenichappclfken eigen
dom geweest zi|a, wat met de •eholae-
tieke wijsbegeerte in strijd is.
Aan welk recht sou anders de plicht
kunnen beantwoorden, die beweerd
wordt ten aansien der goederen op den
€orrt»pondtntl«.
B„ te A.
Het rentevraagstuk is een teer inge
wikkeld vraagetuk. F.n de gemakelijk-
held waarmede vele pseudo-cconomen
tegenwoordig hun axioma's daaromtrent
leveren, dreigt bij niet weinig mcnschen
een verwarring in hun denkbeelden te
stichten, die allertreurigst is.
Wanneer gij en uwe vrienden ernstig
ven plan zijt, daarover te gaan leien
om zoo meer weg-wijs te worden, ver
dient het aanbeveling dat gij vooraf
deskundig advies betrt tiende die lectuur
Uit uwe mededeelingen en ui
uwer vrienden blijkt reeds overduidelijk,
dat het u aan een Juist begrip aan
gaande het recht op eigendom mangelt.
Het recht is het den ntensch van
natuurwege geschonken moreel be-
schermmiddel in zijn verhoudingen tegen
over den evenmenach, zoodat elk recht
op dc eerste plaats bestemd is
voordeele van den rechthebbende te
strekken.
Het recht is primair aan den plicht
er fijn plichten, omdat er rechten zijn
en de omvang en de zwaarte van den
plicht wordt naar den omvang en de
zwaarte van het recht afgemeten.
Met het privaat eigendomsrecht is het
niet anders gesteld, soo betoogde nog
onlangs Pater mr. dr. Arn, Borrel S. J,
dc private In-bczit-neming negatief ge-
mccntchappeiqk zijn, brengt slechts
ieder het recht mede slch op ge-
>ofde wQse tot eigenaar diet goedc-
te maken en den daaraan beant-
woordenden plicht om niemand in het
rechtmatig sich toe-eigenen te hinderen.
De rechtvaardigheid is het fundament
van het gemeenschapsleven.
Want het sfln wederom motieven
van eigenbelang, die den men ach tot
het leven in gemeenschap nopen, en
onder dese motieven is een der voor
naamste, dat hij de bescherming tfner
rechten nu beter verzekerd weet.
En uit het ongeschonden behoud van
elkanders rechten, waarvan alleen In
geval van botsing met een recht van
Itooger orde, een uit dc rechtvaardig
heid zelve gemotiveerde achteretelling
n plaats hebben, bloeit de welvaart
in het gemeenschapsleven op.
Het individu besit, ook in het ge
meenschapsleven, fijn rechten allereerst
voor zleh self.
De gemeenschap heeft op deindlvi-
dueele rechten geen aanspraak, zij heeft
haar eigen rechten en evenals ef als
rechtssubject wesenlijk onderschelden
Is van de individueele rechthebbenden,
zoo zfln geheel haar rechtsobjecten
ook geheel anders
De mcnsch besit derhalve den pri
vaten eigendom wel voor sich self en
dat door middel van het particulier
eigendomsrecht de goederen beter Sn
zekerder strekken tot algemeen belang,
komt niet voort uit een aanspraak of
een recht, dat de gemeenschap op de
eigendommen der particulieren kan doen
gelden, maar uit het feit, dat de voor-
deelen, die de eigenaren uit het rustig
besit en het redelijk] gebruik hunner
eigendommen trekken, noodzakelijker
wijze gevolgen medebrengen, die aan
het algemeen belaeg ten goede komen.
Dat ongetwgfeld ook de naastenliefde
een der gewichtigste bestanddeelen ven
een zedelijk goed ingericht maatschappe
lijk leven is, mag ons er niet toe ver-
leiden de taken op den kop tc tettcn.
En dat doet men, wanneer men, uit
verlangen naar het herstel van meer
Christelijke opvattingen in de verhou
dingen der mentchen onderling, de
rechtsbetrekkingen van mentch tot saak,
eerder naar de begrippen der liefde
dan naar die der rechtvaardigheid orde
nen wilhet is een rare naastenliefde,
die de rechtvaardigheid niet eerbiedigt.
zou hebben.
Hank glimlachte, terwijl hij zijn pijp
stopte, cn Dick verheugde zich dat hij
In dezen poel van ongerechtigheid ein
delijk ecu man had gevonden, op wicn
hij zich kon verlaten.
Vastberaden, onverschrokken zag de
jonge mijnwerker er uit, maar zijn oogen
waren die van een eerlijk man.
«Gij zijt niet geheel cn al een vreem
deling cn ik had reeds verplichting aan
u, voor ik nog een vinger had op
geheven,* zei Hank. «De ontmoeting
zou mij evenveel genoegen hebben ge
daan ook al waart gij niet in den val
geloopen, die zoo handig door den een
of anderen schurk gelegd was,«
Fin Dick's verbazing opmerkende, gaf
Devine nu de noodige ophelderingen.
«Vick MurselU, zijn verloofde, «had
hem dien morgen opgezocht, omdat hij
niet in het huis van haar inocdcr meer
durfde te komencn zij had hem ver-
teld, dat een Engclsche lord, die in een
vermomming verblijf hield in het hotel,
het slachtoffer moest worden van een
gemeen complot Zij had gehoord hoe
twqe personen, wier namen s|j niet wilde
noemen, het plan hadden opgevat otn
door middel van cene weddenschap
Rooie Rube er toe over te halen, haar
in dc gelagkamer te hinderendaardoor
wilden *1) dan den Engelschman nood
zaken tusschenbeidc te komen cn els
zulks eenmaal geschied was, zou Rooie
Rube hem zeker dood schieten. Hoe
wel Vlek zich in het geheel niet onge
rust maakte over zich zelf, wilde zij
toch de misdaad voorkomen en daar
om had zij het programma opgemaakt,
hetwelk met zooveel juistheid was uit
gevoerd.
«Maar zou het niet veel getnakke
lijker voor haar zijn geweest, wanneer
ze bij mij was gekomen cn mij ver
zocht had niet In dc zaal te komen I*
vroeg Dick.
«Oogcnscliijnlijk hebt gij gelHkmaar
het schijnt mij toe, dat, als zij u niet
op een of andere wijze uit het hotel
wist te krijgen, er pogingen zouden
worden gedaan, om u op een andere
wijze uit den weg te ruimen,* ant
woordde Hank.
De nacht ging zonder verder incident
voorbij en Dick sliep gerust, hoewel
zijn gastheer, beter bekend met de
heerschendc gewoonten, met ién oog
open sliep.
(Wordt vervolgd.)