R. K. Spaarbank - Amersfoort
S. DUYKER Havik 29 Amersfoort
Bel dan op No 42
Amersfoort.
DE EEMBODE
R. K. Nieuwsblad voor Amersfoort
en Omstreken
ABONNBMBNTBN kunnen elke week In gein, doch opzegging *an
abonnement moet geechleden voor den aanvang tan een nieuw kwartaal.
Prgi per drie maanden 11JJ0. Bulten de gemeente Amersfoort f 1,10.
Afaonderllke nummers 10 ct.
Dinsdag 20 Oct. 1925 No 58
Negen en Dertigste Jaargang
KANTOOR: LANOEORACHT 28, AMERSFOORT, TELEFOON 314
DE EEMBODE VERSCHIJNT DlNSDAQ- EN VRIJDAGMIDDAQ
ADVBRTBNTiAn 23 eent per regel. Blll|ks tarleten toor handel en
ngterheld b| geregeld adttrleeren. AdrertenUïn moeten Dlnadng
en Vr|dag tóór uur worden bcaorgd. Een bepaalde plaats ksn
nlei worden gegarandeerd.
Vergun uw verbeelding nooit, vroeger
geleden onrecht, schade, beleedigingen,
minachting, krenking u weer voor den
geest te brengen en af te schilderen,
want daardoor wekt gij de sluimerende
verontwaardiging, den toorn en alle
hatelijke hartstochten weer op en bevlekt
tnaatscbappil tot llut van
bot Hiflcmcon.
Hierover schrijft p. fr. E. J. B. Jan
sen, in zijn boek r.Wat is de Vrijmet
selarij?* op bldz. 71:
De Maatschappij tot Nut van het
Algemeen werd in November 1784 te
Edam gesticht door Jao Nieuwenhuizen
en diens zoon Martinus. Jan Nieuwen
huizen was vrijmetselaar. Wonderbaar
socl nam deze vereenigiog in uitge
breidheid en getal harer leden toe. Ia
1845 telde zjj 270 Departementen met
14000 ledenOp 1 Oct. 1916 had ze
312 Departementen met 16730 gewone
leden en begunstigers, 11 vereenigiogs-
leden, 119 eereleden, 127 algemeene
ledenvoorts zeer vele instellingen op
velerlei gebied, spaarbanken, zieken
fondsen, begrafenisfondsen, etc. (Jaar
boekje der Maatschappij tot Nut van
het Algemeen 1916—1917).
Het is niet moeilijk te raden, waaraan
die verbazende wasdom te danken is
natuurlijk aan den machtigen en onaf
gebroken steun der vrijmetselarij, in
wier geest het Nut overal werkt. Over
wegend waB het Nut in de Protestant-
scbe provincies, zooals Friesland en
Groningen, verspreid; thans tracht het
ook onder de vleugelen der Loge zich
te nestelen in de Katholieke provincies
Noord-Brabaot en Limburg,
De schrijver van de «Liberale Partij
in Nederland* merkt zeer juist op«Ilc
meen met recht te kunnen beweren,
dat de Maatschappij het Nut, eene
dochter der Loge, onder menig opzicht
veel gevaarlijker is, en nadeeliger voor
den Godsdienst werkt dan bare
moeder, de msfonnerie. Beider doel en
strekking zijn onder dat opzicht vol
maakt hetzelfde; zij moeten noodzake
lijk alle bovennatuurlijk geloof, den
Christelijken Godsdienst, ondermijnen,
want beider grondslag is naturalisme.
Doch het Nut heeft dit op de ms^on-
neric voor, dat bet minder gevreesd is,
en meerderen misleidt en ongemerkt
den Godsdienst in zijn hartader treft.*
Als men nu in aanmerking neemt, hoe
het Nut overal verspreid is en een
respektabel leger van leden telt, dao
kan men daaruit licht afleiden en schat
ten, welk een onmetelijken invloed de
Vrijmetselarij in Nederland op gods
dienstig, sociaal, economisch en poli
tiek gebied door die vereeoigiog uit
oefent en, wat het ergste is, zonder
dat de buitenwacht er veel van merkt.
Niet zonder reden pochte dus de
Belgische Br.'. Grisara, «dat de Vrij
metselarij door haar «sffilicaties* een
kolos met duizend hooiden en honderd
duizend leden is.« En Br.*. D, Buddingh
had geen ongelijk toen bij schreef, dat er
echte Vrijmetselaars zijn met en zonder
lidmaatschap der Orde. (Mstpnniek
Weekblad, 30 December 1872).
Amersfoort
Gemeenteraad.
Vrijdagavond vergaderde de gemeen
teraad bij afwezigheid met kennisgeving
in den wethouder, den heer Jorissen.
Tot leden der commissie van onder
zoek inzake verbetering van openbare
schoolgebouwen werden benoemd de
heeren Muilwijk, Van Veen en
Spiekermano.
Geconstateerd werd dat diverse ver
beteringen werden aangebracht, direct
nadat in de vorige raadsvergadering
daarover is gesproken.
Het voorstel van B. en W. tot be
noeming van een adjunct-directeur voor
Bouw- en Wonicgtoezicht kwam nu aan
Beter dan uit de nogal breed uitge
sponnen discussies over dit punt, kunnen
onze lezers bet verloop dezer zaak
kennen uit 't volgende relaas.
Begin 1924 aanvaardde de toenmalige
directeur van het Bouw- en Woning
toezicht de heer Schutte Nordholt een
benoeming te Arnhem. De heer Schutte
Nordholt werd algemeen gewaardeerd
als een bekwaam en plicht-getrouw
ambtenaar die goed zorgde voor de
verbetering der volkshuisvesting onder
moeielijke omstandigheden. Een groot
gemeentelijk woningcomplexen zeer uit
gebreide vereenigingsbouw getuigen
daarvan.
Bij het verlangen van 's Raads n
derheiddoor reorganisatie van
tecbnischen en administratieven dienst
en beduidende besparing aan
gaven te komen, rijpte het plan te
komen tot samenvoegiog der diensten
Openbare Werken en Bouw- en Woning
toezicht.
Dit plan werd in den Raad breed
voerig besproken en ten slotte aange
nomen. B. en W. waren er tegen en
ituurlijk ook de Socialisten.
B. en W. waren nu genoopt een plan
t reorganisatie te ontwerpen, en deden
dat op een manier waaruit duidelijk
sprak het voornemen konsekwente toe
passing van 's Raads besluit te ontgaan.
Hun voorstel vond dan ook 'o slecht ont
haal in den Raad. Het bevredigde vrijwel
niemand en werd daarom aangehouden,
terwijl de Raad, gezien de impotentie
>n B. en W. om 's Raads bedoelingen
een behoorlijk en aannemelijk voor-
el te belichamen, besloot een com
issie van Raadsleden te benoemen
et opdracht voorstellen te ontwerpen.
Deze commissie bestond uit de leden
Noordewier, Socialistde Lange, Anti-
Rev.; Boas, Liber.; Van Galen Last,
Christ. Hist, en Noordman, R. K.
De heer Noordewier diende een min-
deiheidsrapport in, waarin werd gead
viseerd den ouden toestand te behouden
gezien de belangen van de volkshuis
vesting die naar hij' vreest zullen ge
schaad worden.
De heer Noordman adviseert hel
voorstel van B. en W., vrijwel algemeen
als ondoelmatig aangemerkt, te accep-
De overige leden vormden een meer
derheid en brachten een rapport te voor-
ichijn, waarin de samenvoeging van de
beide diensten zonder aanstelling van
:n adjunct-directeur werd geregeld.
Gelijk te verwach'ra was, werd er
raar geredeneerd. Eenerzijds werd de
woningdienst buiten verhouding opge
schroefd en anderzijds werd betoogd
dat het best kon geprobeerd worden.
De heer Spiekermann concludeert uil
den inhoud der rapporten, dat met deze
zaak voorname gemeente-belangen zijn
gemoeid en dat de te nemen beslissin-
van principicelen aard zijn. Juist
daardoor kwam er geen eeosluidend
Neven de strooming in de richting
tn sterke uitbreiding der gemeentelijke
bemoeiingen, staat de opvatting van de
aanvullende overheidstaak,
In de grootste woningbehoeften is
>orzien; zelfs B. en W. nemen dit
in, gezien hun maatregel tot ophe fling
der huurcommissie.
Wijl de gemeente zich voortaan dus
slechts indirect met de woningvoorzie
ning heeft te bemoeien, verminderen de
werkzaamheden op dit terrein. Sprekei
meent dat een deel der werken bij de
afd. Reiniging kan worden onder
gebracht; daardoor komt bij Openb,
Werken meer ruimte.
Met de meerderheid der
is spr. van meening, dat uitbreiding
personeel overbodig is, gezien ook de
meening der geraadpleegde ambtenaren.
En om de te verwachten verbeterde
samenwerking, öo om het economisch
voordeel, is daarom het aanvaarden der
voorstellen van de meerderheid der
commissie geweoscht.
De heer Noordewier bestreed vurig
het voorstel der commissie. Hij voor
spelt verwaarloozing der belangen van
de volkshuisvesting, waarmede millioe-
gemeenschapsgeld zijn gemoeid.
Onmogelijk acht hij het de volkshuis
vesting goed te behartigen wanneer het
voorstel der commissie wordt aanvaard.
Bezuiniging ziet hij oiet als uitkomst,
wel demonstreert volgens hem het
voorBtel den opzet de gemeente-be-
moeiïogen tot een bescheiden minimum
beperken. Hij hoorde liever een
openlijke erkenning hiervan, dan bestrij
ding onder het mom van bezuiniging.
Dat de woningnood nog niet verdwenen
is, tracht bij aan te toonen door cijfers
te geven ontleend aan het Woning
bureau. Ook wanneer de in uitzicht ge
stelde woningstichting er komt, zal de
behoefte aan een directeur blijven. En
dan debiteerde de heer Noordewier nog
de bewering, dat aan zijn zijde zouden
t de mannen die zich de sociale
roeping der gemeente wel bewust
Mr. Stadig verzette zich tegen deze
bewering. Zij die voor versobering zijn
willen geen afbraak. Men wil bet be
schikbare geld zoo doelmatig mogelijk
bestedrn. Kan er bij bouw-en woning
toezicht wordeo bezuinigd, dan komt
dit de volkshuisvesting ten goede.
Tot weihouder Ruitenberg, die het
voorstel der commissie zoo ongeveer
onaannemelijk noemde, richtte
Stadig de vraag of de wethouder
onder ontrole Centrale accountantsdienst Ned. Boerenbond
De zittingen voo het inleggen en terugbetalen van gelden
woden gehouden in het R. K. Spaarbankgebouw
BREEDESTRAAT bij de LANGEGRACHT
des ZONDAGS van 12 tot 1 uur; WOENSDAGAVONDS van 7
tot 8 uu en VRIJDAGS van 10 tot 11 uu
Dadelijk ingaande rente 3®/io pCt.
Spaarbusjes gratis verkrijgbaar.
Afgezien van de opvoedende kracht welke van
goede muziek uitgaat is het bezit van een piano
of orgel een bron van bijj vend genot
Een ruime keuze tegen lage prjjzen vindt U in den Piano- en Orgelbandel
Gemakkelijke betallngscondlties Langdurige Garantie. Magazijn boven.
heengaan als het voorstel werd aan
genomen, dan wel of de wethouder
n een rcyale uitvoering zijn krachten
u willen geven.
Weihouder Ruitenberg deelde daarop
mede dat aannemen van bet plan der
Commissie hem geen aanleiding zou
geven voor aftreden.
De heer Boas wijst er op dat het
besluit tot samenvoegiog een feit i
Daarop komt men niet terug. De wij:
in reorganisatie is in debat, meer nit
De beer De Lange wees erop dat
versobering bij deze gemeentelijke
diensten gewenscht is en ook uitvoer
baar. Versobering leidt tot beziiinigiog.
Niet bedoelt wordt afbraak vao bet
sociale werk der gemeente.
De gemeente heelt krachtens de
Woningwet een taak. Spr. ziet het
gemeentebelang in een beperkte taak.
De beer Noordewier geeft toe, dat
ie bezuiniging wil, nog niet voo
braak is. Hij beroept zich op den i
maligen directeur Schutte Nordholt als
op een man van erkend gezag, die niet
de inzichten der commissie deelt. Hij
meent verder dat wethouder Ruitenberg
een behandeling ondergaat beoeden de
waardigheid van den Raad. Wanneer
hem zoo iets overkwam, zou bij den
Raad de stukken om de ooren gooien.
De Voorzitter traehtte min zakelijk
den heer de Lange als niet ter zake kun
dig te diskwalifleeeren. Hij herinnerde
aan het los-iaten van het zoogenaamde
plan de Lange hetwelk geen algemeene
instemming verwieif. De Voorzitter
raagt vervolgens of de grootsche taak
an den afgetreden directeur kan wor
den vervuld door een «pietluttig ambte
naartje,* Tegen deze minder vleiende
titulatuur werd geen protest gehoord,
hoewel zij stellig velen tegenstond.
De heer de Lange pretendeert als
Raadslid even deskundig te zijn als de
Vooczitter.
Na nog een onvriendelijkheidje
heeren de Lange's adres door den
lichtelijk ontstemden Voorzitter, en
eenige bemerkingen van raadsheer Boas,
volgde stemming.
Tegen de opvattingen van B. en W.
stemden de leden Kraan, Spiekermann,
Heherikamp, Thien, de Lange, Graaf,
Hebt U een
Taxi of auto noodig
Stadig, NieuwenhuijzeD, Van Galen Last.
Hofkamp, Boas en de Joagh.
Hierna volgden mededeelingen van
en W. naar aanleiding van het rap
port der Commissie van onderzoek naar
de werking der Centrale Boekhoudiog.
B. en W. hadden naar aanleiding van
dit rapport het voornemen opgevat nog
een boekhouder aan te stellga.
Vanuit den Raad werd aanbevolen
uit de beschikbare administratieve krach
ten er een te kiezen.
De heer Muilwijk keurde voorts ai
bet leerling-stelsel bij de gemeente-ad-
mioistratie en vroeg waaraan B. en W.
de bevoegdheid ontleeodeo leerlingen
in te stellen.
De Voorzitter merkte op dat een
post schrijfloonen beschikbaar was.
De heer Spiekermann, vol waardee
ring over de wijze waarop de commissie
haar taak vervulde, mist nochtans de
overtuiging, dat bedoeld rapport, samen
gesteld door oiet volledig bevoegden
en ter-zake-kundigen, richtsnoer mag zijn
bij de eventueele reorganisatie van dien
gemeentedienst. Bevreemdend is, dat
:n W„ die bet ontstaan en den groei
de Centrale Boekhouding van nabij
konden volgen, advies vragen bij mannen,
die hoewel zeer boog staande, loch
buiten alle gemeente-administratie zich
houden.
Uit de mededeelingen van B. en W.
conoludeert Spr. dat eenige decentra
lisatie meer gewenscht is en dat het
voorstel van B. en W. om een boek
houder aan te stellen in die richtirg
wijstwanneer andere hoofden van dienst
dat voorbeeld volgen wordt de centra
lisatie decentralisatie.
Spr. doet het voorstel aan B. en W,
op te drageD, zich te wenden tot een
deskundig bureau of instituut om een
rapport over diverse methoden van
financieel gemeentebedrijfsbeheer met
3 GEFOPT.
Wat hij ook omtrent zijn gemis
ijdellieid mocht zeggen, zijn verder
gesprek gaf geen blijken van bijzonder
gróote bescheidenheid. Gelukkigerwijze
sprak hij over nog tal van andere zaken
dan zichzelf. Hij had, naar het scheen,
vele landen bezocht en zich op uit
stekende wijze op de hoogte gebracht
van alles wat er omtrent Engelsche
zoowel als vreemde misdadigers viel
te leeren. Ook had hij ze met hun
eigen wapens bevochten, wat, volgens
hem, de eenige doeltreffende manier
was. Nergens, op welk gebied dan
ook, kon geweld eenige kans hebben
wetenschap tc overwinnen en de kunst
dier heeren was inderdaad eene weten
schap als een andere.
„Men noemt mij „de Dievenschrik",
zeidc hij„en ronduit gesproken, ge
loof ik dien naam verdiend te hebben.
Zoo het enkele lieden ter oore kwam,
dat Sam Barnes zich van nacht in het
Zwarte Paard zal bevinden, zouden zij
van hunne voorgenomen poging afzien.
Alleen de vermetelsten zouden het er
misschien op wagen, want het is een
hroote buit, een zeldzame groote buit
Toen men Reddtngton bereikte was
John Henderson merkbaar minder
trouwend len opzichte van zijn met
gezel geworden en toonde hij zich ook
meer geneigd vrede te nemen met den
toestand. Zoo hij zich nog altijd eenigs-
zins gekwetst voelde, omdat Lord
Alstonborough hem bij rijper nadenken,
onbekwaam had geacht zich zonder
hulp van anderen te redden, moest hij
toch erkennen, dat bescherming niet
geheel en al overbodig was. Barnes
had hem daartoe te goed bewezen hoe
gemakkelijk men hem aanvallen er.
onder den invloed van chloroform
brengen kon, terwijl hijzelf er aan
begon te twijfelen of hij wel in staat
zou zijn een tweeden nacht te waken.
De twee mannen soupeerden samen
nadat de rentmeester in zijne slaap
kamer was geweest om zich eens ter
dege te wasschen, wat hij door en
door behoefde, en ondanks zijn honger
zat een der beide dischgenooten al
spoedig te knikkebollen, in weerwil
van de spraakzaamheid van den ander,
die op de aardigste en meest belang
wekkende wijze voortging met vertellen.
Toen zij eindelijk met het maal ge
reed waren gekomen, werd Henderson's
achterdocht weer gaande gemaakt
„En nu," zeide Barnes, „kunt gij niet
beter doen dan naar bed te gaan en
mij die juweelen in bewaring te geven.
Gij zijt zoo slaperig, dat zij vrij wat
veiliger zullen zijn bij mij."
„Neen, mijnheer," gaf de rentmeester
vastberaden ten antwoord, „ik kreeg
last deze foudralen geen oogenblik uit
mijne handen te laten gaan en gij kunt
er op rekenen, dat ik de mij gegeven
orders opvolgen zal."
Barnes werd nu een weinig onge
duldig. Hij herinnerde er den stijf-
honfoigen man aan, dat ook hij bevelen
ontvangen had en dat men hem ver
antwoordelijk zou stellen voor de stipte
uitvoering daarvan. Als detective van
Scotland Yard had hij het recht zich
als de chef van hun beiden te be
schouwen en tenzij Henderson aan zijn
verlangen voldeed, zou het eigendom
van Lord Alstonborough in gevaar ver-
keeren.
„Gij kent de sluwheid en behendig
heid dier schelmen niet. Het spreekt
van zelf, dat zij zich regelrecht naar
uwe kamer zullen begeven: Vraag mij
niet op welke wijze zij het huis zullen
binnensluipendat zou slechts tijdver
lies zijn. Zij zuilen uw vertrek op
zoeken en noch ik, noch de foudralen
mogen daar zijn. Indien zij mij zagen,
zouden zij aanstonds vluchten zonder
te worden gevat. Vinden zij de juweelen,
dan maken zij zich daarmede uit de
voeten, voordat ik ze achterhalen kan.
Ik heb het volgende berekendAls zij
ze niet bij u vinden, zullen zij u met
een revolver in de hand ondervragen
Gij moet u dan houden als waart gij
doodsbang en antwoorden: „Ik ver
trouwde ze toe aan een mijner vrien
den." En het zal al heel vreemd moeten
loopen, als gij en ik het ze niet laten
berouwen ooit den voet in mijne kamer
te hebben gezet."
Hij moest nog heel wat praten voor
dat Henderson ten slotte tegen wil en
dank toegaf.
„Ik weet niet of ik wel goed doe,"
zei hij langzaam: „maar het is waar
dat ik niets meer waard ben van den
slaap, ik geloof dat ik zelfs staande
in zou dommelen, als ik nog vijf
minuten wachtte."
Hij trad op de deur toe, de kostbare
kistjes afgevendemaar bleef plotseling
slaan„vergeef mij, mijnheer," zeide
hij, „ik denk er niet aan u te willen
bcieedigenmaar dit heeft iets van
hetgeen ik eens het „kunstje van ver
trouwen" hoorde noemen en ik zou
geruster zijn, als gij mij iets in pand
gaafthebt gij zelf misschien geen
voorwerp van eenige waarde bij u?"
Barnes, die weer in zijn humeur was
geraakt, lachte hartelijk. „Mijn beste
vriend," zeide hij op gullen toon„gij
kunt gerust van nacht alles bewaren
wat ik vour kostbaars bij mij heb.
Hier is mijn horloge, waarvoor gij,
vrees ik, niet meer dan een paar pond
zoudt krijgen, en hier is mijn geld."
Hij haalde zijn zakboek te voorschijn,
dat eenig bankpapier bevatte en schudde
daarop een handje vol goudstukken en
zilvergeld uit zijne beurs. „Drie en
twintig pond, vijftien shillings en een
sixpence," zeide hij, na hel geld nage
teld te hebben. „Ik dacht niet dat ik
zooveel bij mij had. maar het haalt
niet bij de waarde van den kleinsten
dier diamanten, veronderstel ik.
„Als het u echter gerust stelt...."
„Dat doet het, mijnheer," bekende
John Henderson met schaapachtige uit
drukking, „want Ik beschouw dit als
een bewijs, dat gij eerlijk met mij
handeltimmers niemand, wie hij dan
ook zij, zou bereid zijn zooveel geld
weg te gooien
Met loome schreden beklom hij de
trap, bereikte zijne kamer, sloot de deur
af, schoof er voor.meerdere veiligheid
eene zware latafel voor en, zonder zich
zelfs te ontkleeden, wierp hij zich tc
bed en was binnen de twee minuten
in een loodzwaren slaap gedompeld.
(Wordt vervolgd.)