STUDIEBOEKEN R. K. Spaarbank - Amersfoort School- en Teekenbehoeften Fa. H. Elzenaar Bel dan op No. 42 Kantoor en Drukkerij Langegracht 28, Amersfoort DE EEMBODE verschijnt eiken Dinsdag- en Vrijdag middag. De abonnementsprijs bedraagt één gulden per drie maanden; buiten Amersfoort f 1.10, franco per post. Abonnementen kunnen eiken dag ingaan. Uitgave van de Katholieke Stichting De Eembode, gévestigd te Amersfoort De €embode Katholiek Orgaan voor Amersfoort en Omstreken Dinsdag 9 Aug 1932 ADVERTENTIËN 25 cent per regel. Billijke tarieven voor handel en nijverheid bij geregeld adverteeren Advertentiên moeten Dinsdag en Vrijdag vóór 8 uur in den morgen zijn bezorgd. Telefoon 3!4 Zes en Veertigste Jaargang - No. 36 Weiten worden aan anderen opge legd en moeien kunstig geweven zijn, anders kruipt men door de mazen. De eenige weg. Voor den dwalende op godsdienstig terrein zijn er ten slotte maar twee lijnen te volgen. De eene loopt uit op Rome, de an dere op den twijfel. Een derde is er niet. Pascal heeft reeds gezegd, dat zon der Christus de twijfel de waarheid is. Men moet nog verder gaan en zeggen: het scepticisme is waar zonder de Kerk. Want noch de Bijbel alleen, noch de profeten alleen, noch zelfs het Evangelie zijn in staat het zwijgen op te leggen aan het vrije onderzoek, dat m kritiseert en twijfelt. Voor de rede alléén wordt de Bijbel een Babel, met duizend talen die el kander niet verstaan. In die stemmen van Babel hebben geklonken die van Luther en Calvijn en Hendrik VIII. Ze staan naast el kander met evenveel gezag en niet tegelijk kan men zijn Lutheraan en Calvinist en Anglicaan. Heele scharen van inenschen zijn hen gevolgd en dezelfde Bijbei houdt ze gescheiden. Nog meer stemmen zijn er gehoord in die verwarring van Babel, meer stemmen dan de Schrift auteurs en boeken telt. We hebben ze zien voorbijtrekken, heele drommen van menschen die volg den, den Bijbel in de hand, hun leeraar, hun leider: de Methodisten, de Quakers, de Mormonenmaar de meesten zijn den weg reeds geioopen naar het land van den twijfel. Met den Bijbel in de hand staan de leerlingen van Comte, van Renan en Tolstoi, en zij loopen denzelfden weg als die zijn voorgegaan. Ook dc Joden hebben den Bijbel, die van Engeland en Duitschland, van Frankrijk en Italië, en zij zijn rationalist; die van Polen, Galicië, Rusland en Afrika, en zij zijn talmudist. En als we niet verder zien dan de theologische faculteit van Leldenwaar voor de een school maakt, wordt door een volgende bestreden. Maar 't kan ook niet anders. Geen van al die godsdiensten en stelsels heeft gesteund op de getuige nis der eeuwen, op een leergezag dat onveranderlijk is en zich onfeilbaar weet. Daar ontbrak leeraarsmacht. En eenheid kenden ze niet. Onderworpen aan de schommelingen en weifelingen van de rede, zijn ze vandaag wat anders dan wat ze gis teren waren. - Want ze zijn gegrond door toeval, door passie en fantasie, door willekeu- rigen uitleg en hoogmoed van den geest. Ze staan wankel en brokkelen af, en als de storm over hen gaat storten ze in. En gelijk het mcnschelijk gemoed bewogen wordt zonder einde door ge dachten en verlangens, zoo is er be weging bij hen altijd. Ze zijn gelijk aan de zee, en nooit zijn ze in rust. De systemen en stelsels opgebouwd door valsche profeten en verdwaasde wijzen worden ontwricht en vallen uit een elk oogenblik. En op elk moment komt er nieuwe hoop en nieuw geloof, maar in de gol- ven van het modernisme verdrinken ze. Het gevaar Hij verwijderde zich en riep zijn vrouw, die beneden zat, toe Alice, ik moet u spreken. |Waarom komt gij toch niet op het dek?" „Ik kom Albert," antwoordde zij on middellijk. Zij kwam vlug de trap op en trad op hem toe. Hij legde zijn hand zwaar op haar schouder terwijl zij voortliepen in de richting van de machinekamer. Intusschen waren Martin en ik steeds op den uitkijk. Het was nu wel heel 0 zeker, dat hij slechte bedoelingen had, maar ik dacht niet, dat hij met al zijn schranderheid een middel zou kunnen vinden om een boos opzet te volvoeren. Hij was zeer omzichtig, en over 't ge heel was hij zeer gezien bij de overige Hij was een goed raconteur en hij had een voorraad humoristische verhalen, die zijn mede-passagiers dikwijls deden schudden van het lachen. Ook had hij altijd veel attenties voor de dames. Maar zijn arme vrouw werd met eiken dag magerder en bleeker. Ik merkte op, dat zij bijna niets at, dat zij ieders blik vermeed, en als haar echtgenoot tot haar sprak, ontstelde en beefde zij. Ongetwijfeld werd zij gefolterd door een vreeselijken angst. Teekenbenoodigdheden KANTOORBOEKHANDEL ■6 F. A. TULP Bb Ungêttf. M to. Kromme»tr. TEL. 826 In de wereld van het wijde denken wordt geen rust gevonden en niets wordt er gehoord dan de sterile echo in het eeuwige verlangen. Velen zijn in hun twijfel geioopen naar Boeddha, en gegrepen hebben ze naar de droomgedachten van Indié. om toch in het Nirwana de rust te vinden, die het leven niet bood. Maar ook daar zullen ze 't niet vin den, want voor twijfel en pessimisme is er maar één middel. En dat is de Kerk. St. Augustinus al zei„Ik zou de Evangeliën niet gelooven, als het ge zag der Katholieke Kerk er mij niet heenbracht". Dit gezag alleen kan opheffen en leiden, troosten en sterken onze ziel, die snakt naar vrijheid en licht, naar hopen en weten. Vrij willen wij zijn. Maar als we niet willen verdwalen en kwijtloopen in den twijfel, dan voelen we ons ge dwongen tot methode en wet. Wij willen weten. Maar zonder het geloof is de wetenschap misleidend, is haar gang zonder orde, en haar horizon zoo eng. De Kerk geeft ons zeden en godde lijkheid, zij biedt ons leering en steun, haar voorschriften geeft ze met een superieur, absoluut en onfeilaar gezag. Zij heeft het woord gesproken, dat ze onfeilbaar is. En daar is geen secte geen philosophic, geen school, die dat heeft durven doen. .Onfeilbaar ben ik", 't is het erger lijke woord, dat ol dwaas is, of godde lijk, of onzin, of inspiratie. Maar dc dwaasheid houdt geen stand en de Kerk staat, en staat reeds eeuwen. En die de Kerk haar dwaasheid hebben verweten, ze zijn heengegaanen die zich van haar hebben gescheiden, ze zijn gestorven en die meenden haar dood nog eens te zien, ze zijn niet meer. En altijd jong, en altijd heilig, en altijd apostolisch met hetzelfde sym- bolum in de hand, dat ze meekreeg op het Concilie van Jeruzalem, met haar opvolging van priesters en bisschoppen, getuigt ze de Waarheid. p. M. lukken niet omdat zij niet op kleinig heden letten? „Doe kleine dingen," zegt een Per zisch spreekwoord, „en grooten zullen straks bij u komen en vragen, om ge daan te worden". God zal zorgen voor de groote din gen, indien wij de kleine niet ver- waarloozen. Het zal hem, die bezield wordt door den geest van nauwkeurigheid, beter gaan in het leven, dan menigeen, die aan de hoogeschool hooger stond dan hij Duizend jaren lang bezat Azië het geheim der zijdecultuur en te Rome werden de zijden stoffen tegen goud opgewogen. In de zesde eeuw brach ten twee monniken, eenige eitjes uit China naar Europa, Azfë had niet lan ger het monopolie der zijdeindustrie. Een scheepsworm, die door een stuk hout boorde, deed Sir Isambard Brunei hel denkbeeld aan de hand, om een tunnel onder de Theems te graven. Een Amerikaansche soldaat zag in den oorlog van de Zuidelijken tegen de Noordelijken een vogel, die rijst ontbolsterde; hij schoot het dier, nam zijn snavel tot model en vond een pel- machine uit, die een geheele omkeer teweeg bracht in den rijsthandel. Kleine oorzaken, groote gevolgen. Kleinigheden. Wat de moeite waard is, gedaan te worden, is ook de moeite waard goed gedaan te worden. De geschiedenis van menige misluk king kan in deze woorden worden sa mengevat „Gebrek aan aandacht voor bijzonderheden." Hoeveel testamenten zijn niet waar deloos verklaard, tengevolge van een kleine onnauwkeurigheid of een on duidelijk woord? Hoeveel processen verloren door on- aandachtigheid van pleitbezorgers ir het nazien van bewijsstukken? Hoeveel menschen van zaken mis Wat kon dat toch zijn? Waren wij werkelijk aan den vooravond van tragedie? Wie zou het zeggen, i ieder die Wilmot's geheim kende, was wel verplicht hem zoo weinig mogelijk alleen te laten. 'k Herinner mij nog, dat ik op een avond in de Roode Zee, toen wij allen onder den indruk waren van de vreese- lijke hitte, Wilmot en mevrouw Dollory b'j elkaar zag staan. Zij waren in een ernstig gesprek gewikkeld. Eenige oogenblikken later ging mevrouw Dol lory de trap af, maar Wilmot bleef waar hij was, over de verschansing leunende en turende naar de zee. Hij was blijkbaar in gedachten verdiept, want hij keek niet om, toen hij mijne naderende voetstappen hoorde, en ik moest hem herhaalde malen op den schouder tikken, vóórdat hij opkeek. „Gij schijnt geheel terneer geslagen te zijn," zeide ik. „Hebt gij iets ver nomen? Is er soms een ontknooping?" Wilmot zweeg een oogenblik, daar op zeide hij fluisterend „Ja, en een zeer zonderlinge. Er wordt een afschuwelijk spel gespeeld, 'k Wilde dan ook gaarne uw raad inwinnen." „Wat heeft mevrouw Dollory u ge zegd?" vroeg ik. Film's - ligils - fliifils: I Fa. R. VAN DEN BURG Arnb.str. Gevestigd sedert 1887 H v«n 100.000 man die in onbekende graven in deze beide streken rusten, waarmede de lijst van graven op de oorlogsvelden, waar meer dan etn millioen Britten zijn gevallen is vdltooid, Thans worden nog iedere week de overblijfselen van ongeveer 20 gesneuvelden gevonden op de voormalige slagvelden in Frankrijk en Vlaanderen. Waar zij dan worden ter aarde besteld op een der 925 oorlogs kerkhoven der Rijksoorlogkerkhoven- cómmissie. Behalve een millioen man die gesneuveld zijn, werden tijdens dc oorlog twee millioen mannen gewond. Talloozen hiervan lijden nog steeds. Tot hen behooren zes duizend die op genomen zijn in speciale tehuizen voor geesteszieken, terwijl 30.000 slacht offer zijn geworden van chronische neurasthenie. Levensleslen. Het geluk van den mensch dat we dit nooit uit het oog verliezen ligt niet in rang of stand. De vorsten en koningen zijn niet ge lukkiger dan wij in onze eenvoudige bediening en bezigheden. Het te gendeel is waar! In twee dingen intusschen hebben zij gelijk, die zich over maatschappe lijke verongelijking beklagen. Het eene is, dat menig hooggeplaatste heer boerenknecht behoorde te wezen, en dat schatten worden vastgehouden door handen, die er geen gebruik of wel misbruik van maken. Maar dit heeft God niet zoo veror dend - dit laat Hij toe. De booze mensch heeft een booze maatschappij gemaakt, en daarin voe len velen zich natuurlijk misplaatst: sommigen te recht, doch ven-eweg de meesten tengevolge van een bescha- vingsdressuur, die tal van kunsten on derwijst, uitgezonderdzelfkennis, levenswijsheid en het doel van 's menschen bestaan. Het andere isdat er geen armoede behoorde te zijn in de beteekenis van gebrek aan hetgeen de mensch tot een menschwaardig bestaan behoeft. Ook dit echter heeft God niet ver ordend, tenzij alleen als straf voor lui aards en verkwisters. De boosheid der menschen heeft de bleeke nooddruft opgeroepen Wij moeten pogen om die twee dingen uit de wereld te krijgen, veel mogelijk. Droeve herinnering. Dezer dagen was het achttien jaar geleden dat de Duitschers België binnentrokken, waarmede België in den wereldoorlog werd betrokken, 's Mor gens luidden alle klokken, loeiden de fabrieksfluiten en werden de vlaggen halfstok geheschen ter herinnering aan dit droeve feit. Gedurende het laatste weekeinde zijn te Thiepval en Arras in Frankrijk ge- denkteekenen onthuld ter nagedachtenis „Ik begrijp hoegenaamd niet wat zij bedoelt, maar zij kwam zoo straks bij mij; zij had tranen in haar oogen, en verzocht mij dringend de boot te Port- Saïd te verlaten." ,De boot te Port-Saïd te verlaten?' hernam ik. „Wel, mijn beste Wilmot, nu zou ik toch werkelijk gaan gelooven, dat zij het geheel eens is met haar echtgenoot." „Dat schijnt wel zoo op 't eerste gezicht, maar ik geloof het toch geen enkel oogenblik. Die ongelukkige vrouw is eerlijk, of er is geen eerlijkheid meer op de wereld. Zij is zeer ongelukkig en zeide, dat zij zeer veel op 't spel zette door met mij te spreken, maar zij voelde, da» zij het moest doen. Gij begrijpt, dat ik haar verbaasd aankeek en haar verzocht zich nader te ver klaren. Zij antwoordde niet dadelijk, maar daarop zeide zij, dat ik de erfenis zou verliezen, wanneer ik haar raad niet opvolgde. Bovendien smeekte zij mij er niets van te zeggen aan haar echtgenoot. „Door u te waarschuwen waag ik veel," zeide zij, „veel n dan gij denkt, maar ik kan de D. dachte niet verdragen, dat aan al uwe verwachtingen de bodem wordt inge slagen. Gij zijt een goed mensch en hij Zij voegde er niets meer bij, ooder controle Centrale accountantsdienst Ned. Boerenbond Goedgekeurd bij Koninklijk Besluit d.d. 14 Maart 1913, no. 66 De zittingen voor het inleggen en terugbetalen van gelden worden gehouden in het R. K. Spaarbankgebouw BREEDESTRAAT bij de LANGEGRACHT des ZONDAGS van 12 tot 1 uurWOENSDAG AVONDS van 7 tot 8 uur en VRIJDAGS van 10 tot 11 uur. Dadelijk ingaande rente 3®/io pCt. Spaarbusjes gratis verkrijgbaar. Kassier: Amsterdamsche Bank. De XXIe Vlcarle In St. Joris te Amersfoort door A F. VAN BEURDEN. „In den jaare 1579", schrijft Van Bemmel, „werdt de St. Joriskerck 't eerste toegestelt ter verrigting van de Gereformeerde Godsdienst." Een gewichtig keerpunt in het Amers- loortsche leven en haar geschiedenis. Men had wel bepaald, dat „die van de Roomsche religie" ook het vrije gebruik zouden hebben der St. Joris- kerk, maar na eenige aarzeling namen de Nieuwgezinden de hoofdkerk in be slag, braken de 52 altaren tot den grond toe af en maakten daardoor de uitoefe ning van den godsdienst voor de Ka tholieken totaal onmogelijk. Met een bloedend hart namen deze 'scheid van hunne kerk en bij het gewelddadig opdringen van de tegen standers, die alle posten van gezag ingenomen hadden, gingen voor de ker ken, de kloosters, de vicariën, de broederschappen alle inkomsten ver loren. Want de Staten van Utrecht, samen gesteld uit voorstanders van den op stand tegen Spanje, wat men vereen zelvigde met achteruitzetten en verdel gen der oude Leer, onttrokken in 1580 al de Roomsch Katholieke instellingen en hare goederen aan de oorspronke lijke bestemming en brachten ze onder den willekeur van andersdenkenden. Alleen gedurende een jaar in het verloop der tijden, keerde de St. Joris weer aan de oorspronkelijke bezitters terug, in 1672 toen de Franschen hier meester waren, maar toen deze weg waren, waren ze haar weer spoedig kwijt, alleen het doopvont van Pastoor Guisius herinnert nog aan dien korten lusschentijd. De nieuwe heeren waren kort na 1579 opgetreden als eenige beheerders der inkomsten der altaren, der vicariën, der kapittelgoederen onder goedkeu ring der Utrechtsche heeren en men schonk, om voor het oog der wereld het recht niet geheel onder den voet te loopen, aan de aanwezig gebleven kapittelheeren en de ordebroeders een schamel pensioentje. De kloosters moesten uitsterven en verdwijnen, dat was het gemakkelijkste en het minst opzichtig. Men stelde de vicarie- en convent goederen onder een bezoldigd ambte naar en als men dat noodig had voor 't een of ander, verkocht men stukken ten bate van het gewestelijk en ge meentelijk beheer tot schulddelging. Men gaf nu aan de gelden, daaruit gekomen, eene geheel andere bestem ming. Men maakte zich zelf en het publiek wijs, dat men daartoe het recht had, wijl men zich ongevraagd in de plaats gesteld had der vorige eigenaars. Mr. Verloren van Themaat schrijft in zijne geschiedenis der Vicariën, Utrecht 1880 blz. 115 „De ontaarding der vicariën werd gaandeweg grooter en ten slotte verviel men in een toe stand, gansch abnormaal van den vroe gere." De Staten van Utrecht en de Prins Stadhouder vergaven de Vicariën. Hoe men allengskens afzakte en alle begrip van recht verloor, willen wij met enkele voorbeelden, uit de oor spronkelijke bewijzen der Kapittelgoe deren geput, laten volgen. Vooraf willen we er op wijzen, dat men in plaats van de geestelijke Ka pittelheeren hier evenals te Utrecht, eenige leeken, natuurlijk der nieuwe leer toegedaan n.l.burgemeester, twee Gereformeerde Kerkvoogden en twee regenten van het Burgerweeshuis tot kapitteldeken en kapittelheeren be noemd had, die dus om de stichtings brieven na te komen eiken dag de voorgeschreven Roomsche geestelijke oefeningen eigenlijk zouden hebben moeten houden, de Latijnsche gezangen zingen en zoo meer. Dat deze benoemingen aan de waar- digheidsbekleeders destijds nog al wat inbrachten, kan blijken uit de rekening en verantwoording 80 Dec. 1659, ge- houde op het stadhuis te Amersfoort, waarbij uitgekeerd werd uit het batig slot, nadat alles aan predikantstracte- menten, uitdeelingen aan kerken enz. gegeven was: Aan den deken W. Johan van Bildenberg bur gemeester135 gl. 10 st. Aan den deken Gerard Thien'sz. burgem. 135 gl. 10 st. Aan Hessel Breeker, capittelaar,135 gl. 10 st. Aan Steven van Est- velt, id135 gl. 10 st. Aan Joh. v. Duverden id. 135 gl. 10 st. Langestrut 84 Telel- 528 Hebt U een Taxi of auio noodijj Amersfoort. maar de uitdrukking van haar gelaat zeide genoeg. Wij hoorden u naderen en toen ging zij heen. Het ziet er donker voor mij uit, vindt gij niet?" „Ik weet haast niet wat ik denken moet," hernam ik; „maar het lijkt mij zeer verkeerd haar raad op te volgen, 't Zou krankzinnigenwerk zijn om de boot te Port-Saïd te verlaten, 't Spreekt van zelf, dal Dollory dat gaarne zou zien om vóór u in Engeland te komen, en hij heeft waarschijnlijk zijn vrouw weten over te halen om u voor dat plan te winnen, 't Is nu zaak te passen, Wilmot, en op uw post te blijven. Ik zal mijn oogen ook goed open houden, maar zet in 's heinelsch naam dat Port-Saïd-plan toch geheel uit uw hoofd, 't Is een gemeene stad, vol schurken, en aan boord North Star zijt gij zoo veilig mogelijk, wat Dollory ook legen u mag onder nemen." „Dat is zeker; ik ben blij, dat ik met u gesproken heb. en ik ben het geheel met u eens," hernam hij. „Ik zal uw raad opvolgen, maar ik zal toch zoo overgelukkig zijn, als die geheele zaak is afgewikkeld, hoe dan ook. Al die geheimzinnigheid begint mij deerlijk te vervelen. Maar.hebt gij wel opgemerkt, hoe druk Dollory 677 gl. 10 sL Bij de inkomsten der Vicariën maakte mennet nog bonter. De collatoren of bezitters namen voor zich zelf J/3 der opbrengst terwijl men '/3 (tertie) door de stad aan begunstigde personen zoogenaamd ud pios risus, voor studie enz. weggeschonken zag het altijd met den jongen matroos Phil- beach heeft? Wat zou dat moeten be- teekenen?" „Niets. Ik geloof dat gij nu wel wat al te achterdochtig wordt. Doch ga nu naar uw kajuit en tracht wat te slapen. Ik denk, dat ik niet aan slapen toe zal komen; ik hoor, dat de thermo meter bij de machine op 120° staat.' Den 7den October kwamen wij te Port-Saïd aan, en volgens mijn ge woonte bleef ik bij die sfad op de boot. Dollory evenwel met verschei dene andere passagiers ging aan wal maar Wilmot volgde mijn raad op er bleef aan boord. Tegen den middag moest de boot haar reis vervolgen, en toen het bepaalde uur van vertrek naderde, kwamen alle passagiers in troepjes terug. Wilmot stond met mij op het dek en zag hen belast en be laden met de verschillende inkoopen de valreep opgaan. Wij waren op het punt van te vertrekken de valreep was reeds ingehaald toen mevrouw Dollory haastig naar ons toekwam. Zij was in Port-Saïd niet aan land gegaan en zag er nu zeer ontdaan uit. Haar gelaat was aschkleurig, en in haar oogen lag een woeste uitdrukking van schrik en ontsteltenis; zij ademde snel in haar vreeselijke agitatie. BERICHTEN UIT AMERSFOORT De arbeidsbeurs in Juli. Afdeeling voor mannen: Aanvragen van werkgevers 86; aan biedingen van werkzoekenden 1241 aantal plaatsingen 65 (over de maand Juli van het vorig jaar waren deze cijfers resp. 145, 766, en 139). Afdeeling voor vrouwen: Aanvragen van werkgevers 61aan biedingen van werkzoekenden 127 aantal plaatsingen 33 (over de maand Juli van het vorig jaar waren deze cijfers resp. 70, 108 en 32). Ten overstaan van notaris J. G. Klaassen werd geveild het perceel Langestraat 99, waarin thans gevestigd is een melksalon. Kooper W. v. Haselen q.q. voor f 10.000. Voor het Gymnasium te Amersfoort begint het 2e toelatingsexamen Maan dag 5 September 8 30 uur. Aanmelding bij den Rector Bilder- dijklaan 10. A.8. Woensdag 12—4 uur wederom VOLKSV1SCHDAG 4 en 5 mooie gebakken visschen voor 1 kwartje UMUIDERVISCHHANDEL UTRECHTSCHESTRAAT 40 Het gesprek van den dag. ,Miin echtgenoot!" riep zij uit. „O, mijnheer Conway, hebt gij hem niet gezien? Is hij op de boot gekomen? Ik kan hem nergens vinden. Hij kan toch niet in Port-Saïd blijven. Och, laten wij toch niet zonder hem ver trekken. Wat moet ik beginnen als hij achterblijft?" Wanhopig keek zij mij aan. „Ik weet werkelijk niets van uw echtgenoot, mevrouw Dollory," her nam ik. ,'k Heb hem weliswaar niet de andere passagiers op de boot zien komen, maar ik zal er dadelijk onderzoek naar laten doen." De boot kwam reeds in beweging. Wilmot ging evenals ik haastig de trap af naar het salon. Daar zag ik den eersten hofmeester. „Weet gij misschien ook of de heer Dollory op de boot is gekomen?" vroeg ik. „Ik weet het niet, mijnheer," zeide hij, „maar ik zal er dadelijk onder zoek naar doen en het u laten weten." Hij vertrok en gaf aan een anderen hofmeester last de geheele boot te doorzoeken. Op datzelfde oogenblik viel mijn blik toevallig op Wilmot's gelaat. Ik zag er een eigenaardige uit drukking op van verwondering en in gehouden spoL (Wordt verv olgd

Historische kranten - Archief Eemland

De Eembode | 1932 | | pagina 1