STUDIEBOEKEN
N.V. Middenstands-Bank
School- en
Teekenbehoeften
Fa. H. Elzenaar
Bel dan op No. 42
V
f Kanfoor en Drukkerij Langegracht 28, Amersfoort
DE EEMBODE verschijnt eiken Dinsdag- en Vrijdag
middag. De abonnementsprijs bedraagt één gulden
per drie maanden; buiten Amersfoort f 1.10, franco per
post. Abonnementen kunnen eiken dag ingaan.
Uitgave van de Katholieke Stichting De Eembode,
gevestigd te Amersfoort
De €embode
Katholiek Orgaan voor Amersfoort en Omstreken
Dinsdag 16 Aug 1932
Een wijze kan de gunst van 'n machtige
missen, maar de machtige niet de wijs
heid van den wijze.
Oorzaak en gevolg.
Zeer verscheiden zijn de beginselen
ontleend aan eene heidensche wijsbe
geerte. waarnaar men in niet positief
Christelijke kringen, rechten en plich
ten stelt.
Men leze slechts, en bedenke bij 't
beschouwen van de huidige wereld-
chaos hoe 't doorwerken van de vol
gende gedachten en leerstellingen aller
lei rampspoed brengen moest.
Wij citeeren dan:
Van Machiavelli: „Dien vorst is het
doorgaans het best gegaan, die het
verstond „vos" te zijn. 't Is noodig
't natuurlijk, dien aard te verbergen en
grootveinzaard te zijn. Nooit zal het
aan voorwendsels ontbreken, om het
niet houden van zijn woord mooi te
kleuren. Een vorst moet het kwade
weten te doen, als hij zich daartoe ge
noodzaakt ziet. Hij moet zoowel beest
als mensch weten te zijn."
Van modernen: „De kern des levens
is: verdringen of verdrongen te wor
den." (Goethe).
„De staat", (aldus Lasson) „behoudt
zich voor. 't volkenrecht in acht te
nemen of niet, al naar zijn belang
zulks meebrengt."
„De heele moraal." bazelt Nietzsche,
„is een brutale, langdiïrige verval-
sching."
„Het goede geweten is een ver
schijnsel, dat zich voordoet als gevolg
van een goede spijsvertering," aldus
dezelfde.
„Plichten jegens anderen bestaan
niet," beweert een Stirner, „dus ook
geen moraal. Waar de wereld mij in
den weg komt, verzwelg ik haar, om
den honger van mijn egoïsme te
stillen."
„Als eigenaar en schepper van mijn
recht erken ik geen andere rechtbron
dan mijzelf. God, noch staat, noch den
mensch met zijn eeuwige-rechten-praat-
jes."
„Wat ik mijn recht noem is mijn
kracht."
Als deze funeste theorién, meer in
wetenschappelijke vorm gegoten door
mannen als Kant, Fichte, Schelling,
Herbart, Hegel, von Hartmann, Scho
penhauer, enz. zijn helaas maar al te
zeer doorgesijpeld in de moderne
politiek en de diplomatie.
Toch worden al deze mannen door
anti-christelijke wetenschap geducht in
de hoogte gestoken.
Aan de vruchten kent men echter
den boom!
ADVERTENTIEN 25 cent per regel. Billijke tarieven
voor handel en nijverheid bij geregeld adverteeren
Advertentién moeten Dinsdag en Vrijdag vóór 8 uur
in den morgen zfln bezorgd. Telefoon, 314
Zes en Veertigste Jaargang - No. 38
De bedrieger hoort het én verklaart:
De moordenaar verneemt het en
zegt: „alzoo bestaat er op slot van
rekening geen recht op leven."
De kapitalist leest het en denkt
,ergo zij het kapitaal mijn God."
Den anarchist is het welkom, daar
hij dan kan besluiten „Geen God, geen
meester!"
En vol vertwijfeling hooren het ook
de „onterfden" en zeggen„dus blijft
ons maar één recht het recht om
te verhongeren."
Bestaat er derhalve een verwoester
van de menschelijke staten, een dood
vijand van de menschelijke maatschappij
dan is dat het atheïsme, de godloo
chening de grootste vijand van 't men-
schelijk geslacht!
Uit „Der Kampf urn Gott"
door Kurt Udeis.
V rlidenkerlj.
Vrij-denkerij is even verderflijk als
vrij-eterij. Maar raak eten is verderf,
maar raak denken is verderf.
Een schipper die om vrijer te kun-
:n stevenen, 't kompas over boord
werpt, is een dwaas. Een christen die
om vrijer te kunnen leven, er zijn ge
loof aan geeft, nog dwazer.
Vrij zijn van moraliteit is ook een
vrijheid, maar eendierlijke.
Vrijdenkerij en vrijdoenerij zijn ge-
ooniijk vader en kind.
Om Christelijk vrij te zijn moet het
onchristelijke, en om onchristelijk vrij
te zijn, hei christelijke in ketenen.
T. G.
1 Het bestaan van God.
„Er bestaat geen God" een kort
woord maar van meer gewicht voor
de menschelijke maatschappij dan welk
woord ook.
De tyran hoort het, en decreteert;
„dus ik ben de opperheer, mijn luimen
zijn hoogste wet!"
De regeerders vernemen het, en ver
klaren „dan geweld voor recht."
De rechter hoort het en interpreteert
„ergo zijn wet en rechi nuir wanbe
grippen."
De ondergeschikte leest het en be
sluit: „gezag beslaat niet."
Den dief klinkt het in de ooren en
Het gevaar
Hij wilde mijn blik niet ontmoeten,
en wendde zich af om zijn aandoening
te verbergen. Ik legde mijn hand op
zijn arm.
i „Wat is er gaande?" vroeg ik.
„Wel, bij den hemel!" riep hij uit,
„als Dollory de boot gemist heeft, heeft
hij afgedaan dan ben ik 't eerst in
Engeland." Zijn lippen trilden en hij
sloeg zijn hand tegen zijn voorhoofd,
want in zijn vreeselijke spanning parel
den er dikke zweetdroppels op zijn
voorhoofd.
„Nu zal ik natuurlijk het eerst
Engeland zijn," herhaalde hij.
„Dat ben ik met u eens," hernam
ik; „maar ga eens met mij mede naar
mijn hut 't komt mij alles zoo vreemd
voor."
Ik nam hem met mij mede, omdat
ik mevrouw Dollory liefst wilde ont
wijken. In de hut gekomen, viel hij nu
eens op een rustbank neer, en dan
weer sprong hij op, als iemand, die
zich niet meer weet in te houden.
„Gij hebt er geen begrip van welk
een gevoel het geeft," zeide hij. „als
men opeens bevrijd is van zulk een
overstelpenden angst. Als Dollory de
boot gemist heeft, ben ik een man
Teekenbenoodigdheden
KANTOORBOEKHANDEL
wm P. A.TULPi»
Lingestr, 68 to. Krommub. TEL 326
Binnenland
Worden de eieren in den komenden
winter duur
Eieren behooren tot Nederland's
belangrijke export-artikelen. Zij, die
niet anders met eieren in aanraking
komen dan door er enkelen aan het
ontbijt te nuttigen, terwijl de huis
vrouwen ze in het eten doen of er
ommelette en spiegeleieren van bakken,
kunnen zich geen voorstelling maken
van hetgeen het export-ei voor Neder
land beteekent. Zelfs in deze crisis-
tijdén worden er per jaar ongeveer
een milliard driehonderd zeventig mil-
lioen eieren meer uitgevoerd dan ge
ïmporteerd, voorwaar cijfers, die men
voor het kleine Nederland niet had
vermoed. De Veluwe-streken zijn de
voornaamste producenten met Barne-
veld^als hoofdmarkt. De Veluwsche
boer, religieus in hart en nieren,
uiterst sober en wars van vermaak en
uitspattingen, werkt met vrouw en
kinderen, gewoonlijk zonder knechts,
van den vroegen ochtend tot den laten
geld."
„Ik zou mijn verwachtingen nog
niet te hoog stellen," hernam ik„uw
neef is er allerminst de man naar om
een domme streek te begaan; maar
zoodra de hofmeester ons bericht brengt,
zullen wij ten minste weten waaraan
wij ons te houden hebben."
Een half uur later ongeveer trad de
hofmeester Mallinson de hut binnen.
„Dr. Dollory is niet op de boot,
mijnheer," zeide hij„*t geheele schip
is doorzocht. Hij is stellig achterge
bleven in Port-Saïd. Hij is in de stac.
geweest, want Philbeach is met hem
mede gegaan en heeft een glas bier
met hem gedronken."
„Dat moet ik mevrouw Dollory da
delijk gaan vertellen," zeide ik. Ik
verliet mijn hut zonder naar Wilmot
om te zien, en ik ontmoette mevrouw
Dollory onder aan de trap. Blijkbaar
zocht zij mij
„Ja, mijnheer Conway, ik heb het
gehoord," zeide zij„mijn man is niet
op de boot. 't Is juist wat ik vreesde;
maar vraag mij niets, want ik wil niets
zeggen." Zij sprak met gebroken stem
en keek strak vóór zich. Voordat ik
haar kon antwoorden, was zij mij ge
passeerd op haar weg naar haar hut.
J Hoogst verbaasd en met een vaag voor
avond op zijn eigen erf en voorziet
zooveel mogelijk in eigen behoefte.
Een deel van zijn rogge vermaalt hij
tot brood, het restant dient als vee
voeder... hetzelfde geldt voor haver,
die ten deele voor eigen consumptie
en ten deele voor zijn vee wordt
bruikt. Verder houdt hij varkens,
paar koeien en kippen. Bovendien
verbouwt hij aardappelenwat hij niet
voor zichzelf verbruikt, verkoopt hij in
de naaste stad, terwijl het provenu
van hetgeen hij weet te slijten, ten
deele dient om zijn geringe financieele
verplichtingen na te komen (hypotheek
rente, kleeren, den kruidenier etc.)
terwijl de rest op de spaarbank wordt
gebracht. Het spreekt dus vanzelf, dat
bij zulk een sobere levenswijze de
kostprijs, dus ook voor het ei buiten
gewoon laag moet zijn en wij kunnen
dan ook als heuglijk feit vermelden,
dat het Nederlandsche ei niet alleen
ten opzichte van deugdelijkheid,
ook wat de prijs betreft met alle andere
landen kan concurreeren. Er behoeft
dan ook geen vrees te bestaan, dat het
Nederlandsche ei het tegen het buiten-
landsche zal moeten afleggen. De
voornaamste afzetgebieden zijn Duitsch-
land en Engeland en hoeveel moeite
die landen ook moge doen om
het eigen fabrikaat de voorkeur te
geven, ten opzichte van eieren zal dit
de eerste jaren wel niet lukken. Door
de lage prijzen is nergens de pluim
veeteelt bijzonder aangemoedigd, ter
wijl de lage prijzen het eten van eieren
in de hand werkt. Tal van wettelijke
maatregelen zorgen, dat nauwlettend
op de kwaliteit van het export-ei
wordt toegezien, terwijl het Rijks
pluimvee-instituut, de talrijke pluim
vee-consulenten den boer van de
noodige voorlichting voorzien.
Kippen leggen in de maanden April
Juni het best en het.meest; in die
maanden komt gewoonlijk een eieren-
ophooping, die niet in de consumptie
kan worden opgenomen zonder de
prijzen tot een zeer laag niveau terug
te drukken.
De eierhandel benut deze tijden om
groote kwantiteiten op te koopen om
in koelhuizen op te slaan, waar de
eieren tot aan den winter bewaard
worden onder een temperatuur van
ongeveer het vriespunt. In den winter
is de aanvoer van eieren het geringst
en de prijzen stijgen alsdan gewoonlijk
tot een niveau, waar de koelhuis-ex
ploitant met winst zijn gekoelde eieren
kan verkoopen. Elk jaar wordt circa
een hoeveelheid van 125 150 millioen
eieren gekoeld, zoodat ook elk jaar in
den winter dit kwantum, bij de versche
eieren, die schaars zijn, gevoegd; wordt.
De jarenlange practijk heeft uitgewe
zen, dal dit kwant; n voldoende is om
in de normale behoeften te voorzien.
Alhoewel het eene jaar meer winst ge
maakt wordt dan het andere, is het
risico aan het koelen niet groot.
De Regeering verwachtte voor 1932
een geweldige inzinking van den eier-
prijsom de boeren te steunen, wer
den maatregelen beraamd om een even-
tueele inzinking het hoofd te kunnen
bieden. Trouwens de eierprijzen waren
in April-Mei bijzonder laag, alhoewel
de kosten voor kippenvoer eveneens
belangrijk waren gedaald. Toch is de
prijs nog medegevallen, niettegenstaan
de de eierhandelaren, onbekend met
hetgeen de Regeering van plan was,
het risico niet durfden te nemen om
de gewone kwanta eieren uit de markt
gevoel van naderende ellende, ging ik
Philbeach zoeken. Hij was aan het werk
en keek op toen ik hem naderde.
„Hoe komt het, Philbeach," zeide
ik, „dat Dr. Dollory niet teruggekomen
is op de boot?"
„Dat weet ik niet, mijnheer," was
Zijn antwoord. „Hij gaf mij in Port-
Saïd een glas bier, en zeide dat hij
bijtijds terug zou komen."
„Ik geloof, dat gij iets voor mij ver
bergt," zeide ik op strengen toon. „Is
er iets gaande?"
Philbeach ging rechtop staan en keek
mij openhartig aan.
„Zeker niet, mijnheer," hernam hij.
„De dokter is een goed vriend van mij.
Hij stelt belang in mijne familie; hij
is een van de beste menschen, die ik
ooit heb ontmoet."
„Ja, dat denk je maar," dacht ik. Ik
ging weer naar mijn eigen hut, waar
ik Wilmot en Martin vond. Ik deelde
Martin alles mede.
„Dat is nu toch de zonderlingste
zaak, waar ik nog ooit van gehoord
heb," hernam hij.
„Ik begrijp er niets van," zeide ik.
Wilmot begon nu opeens luidruchtig
zenuwachtig te lachen.
„Wel, daar zie ik nu toch niets bui
tengewoons in," zeide hij. „Zelfs de
IBECHSTEIN PIANO'S!
riet Ideaal van den muziekliefhebber I
De vertegenwoordiger:
Fil.VAII DïHIÜIC-iMEISFOORTl
te nemen, teneinde in de koelhuizen
te bewaren. Want de verschillende, van
elkander afwijkende adviezen der ex
perts maakten, dat de Regeering treu
zelde en toen de goedkoope tijd (April-
Juni) verstreken was, werd de crisis-
eierwet aangenomen, waarbij de Re
geering gemachtigd werd eventueel
100 millioen eieren uil de mark te
nemen, wanneer de prijzen beneden
een vastgesteld peil daalden. In stede
van het gewone kwantum koeleieren
der particuliere handelaren, getaxeerd
op 125 a 150 millioen stuks, hadden
deze slechts 30 millioen opzijde gezet.
De Regeering kon niet meer reserveeren
dan4 millioen, zoodat het winterseizoen
zal worden ingegaan met een voorraad
van maar 34 millioen stuks tegen een
normaal kwantum van 125 ad 150 mil
lioen eieren. Bovendien hebben de
pluimveehouders minder kuikens uit
gebroed en vele legkippen geslacht.
Men verwacht dan ook in West-Europa
lager aantal versche eieren in den
komenden winter. Het geringere kwan
tum versche eieren en het minder aan
tal koeleieren zal maken, dat de winter
vraag niet kan worden bevredigd, zoo
dat algemeen hooge eierprijzen worden
verwacht. Sommige handelaren ver-
meenen zelfs, dat zij een grootere winst
zullen behalen op hun 30 millioen
koeleieren dan in normale jaren met
hun 125 150 millioen eieren. Men
zjj gewaarschuwd en mocht hetgeen
wij beweren juist zijn, dan zal de
voorzichtige huisvrouw niet beter
kunnen doen dan haar behoefte aan
eieren in den winter reeds nu op te
koopen en de eieren te kalken. Op
die wijze zal zij haar winter-budget
vermoedelijk niet onbelangrijk kunnen
verlichten.
Reuzenletters in de lucht.
Op een hoogte van circa 4000 Meter
schreef in onze omgeving een vliege
nier met zijn vliegmachine het woord
.Persil" in de lucht.
Deze grootsche reclame wekte
de algemeene bewondering; velen
volgden met belangstelling en span
ning al de bewegingen van den schrij
ver aan het firmament. De piloot, met
zijn machine hoog in de lucht manoeu-
vreerende, ontwikkelt per sr. .onde
ongeveer 8000 kubieke Meter rook.
Door dezen rook achter uit de machine
te stooten, worden de letters door hem,
al vliegende met een snelheid van
150—200 K.M. per uur in spiegel-
t.s. Woensdag 12—4 uur wederom
VOLKSVISCHDAG
4 en 5 mooie gebakken visschen
voor 1 kwartje
IJMUIDERVISCHHANDEL
UTRECHTSCHESTRAAT 40
Het gesprek van den dag.
schranderste menschen kunnen wel
eens een fout begaan. Dollory heeft
zich vergist in den tijd, of, misschien
wie zal het zeggen? is hij in
die gemeene stad in een dievenhol
gekomen. Maar hoe dat ook zij, één
ding is duidelijk; hij heeft den wed
strijd verloren en ik heb hem gewonnen."
„Dat moet de tijd leeren," hernam ik.
„Maar dat is toch zoo duidelijk als
maar kan", sprak hij gejaagd. „Ik
begrijp niet, waarom gij en Martin zoo
ongerust zijt. Dollory kan nu toch on
mogelijk bijtijds in Engeland zijn."
.Mevrouw Dollory's gezicht bevalt
mij niet", antwoordde ik. „'k Heb nog
nooit iemand zoo ontsteld gezien."
„Daar hebt gij gelijk in", hernam de
dokter; maar misschien speelde zij nu
ook een rol. Gij zeidet, Wilmot, dat
zij moeite had gedaan om u te bewe
gen om in Port-Saïd aan wal te gaan,
uiet waar?"
„Dat is waar," hernam hij; „maar
ik stel toch het volste vertrouwen in
haar."
„Gij kunt in een dergelijk geval nooit
op den schijn afgaan," zeide de dok
ter. „Naar alle waarschijnlijkheid was
zij het werktuig van haar man en werd
zij tegen haar zin gedwongen om u te
misleiden. Als gij haar raad hadt op
voor Amersfoort en Omstreken
AMERSFOORT.
Lange dracht no. 4 - Telefoon no. 304 en 697
Deskundige voorlichting bjj den aan- en verkoop van
Verhuring van Lips Safe-loketten
Verzilveren van coupons Handelscredieten Incasseeritogen
Spaar-deposito's rente 3'/a pet.
schrift geschreven, opdat men ze
vanaf den beganen grond kan lezen.
De letters P en I verkrijgen daarbij
een hoogte van 1V» K.M., de overige
letters e-r-s-i een hoogte van 1 K.M.,
terwijl het geheele woord 7000 M.
lang is en bij helder weer in een om
trek van meer dan 100 vierk. K.M.
leesbaar wordt.
Hypotheekbanken en boeren
bedrijven.
Korten tijd geleden heeft de verkoop
plaats gehad van het landgoed Meer-
sche Bosch te Well in Limburg. Dit
perceel is 171 Hectaren groot en werd
verkocht voor f 70.000.—. Eigenaarster
werd de eerste hypotheekhoudster. De
R. K. „Morgen" schreef hierover:
„Dit is maar een voorbeeld van de
vele. Kleinere bezittingen vallen nog
veel eerder in handen der hypotheek
houders of houdsters; want niet zel
den zijn het hypotheekbanken, die op
deze wijze bezitsters worden van
boeren- of tuindersbedrijven.
Soms weten de plaatselijke boeren
te bewerken, dat er op de te veilen
goederen niet wordt geboden; maar
het is duidelijk, dat dit afweermiddel
geen blijvende beteekenis zal hebben.
Deze loop van zaken bevestigt wel
zeer drastisch, wat dezerzijds, bij de
behandeling van de Pachtwet in de
Tweede Kamer is betoogd over de
toenemende scheiding tusschen grond
bewerker en grondbezit, als gevolg van
het hypotheekwezen waardoor de be
werker van den grond alléén nog in
schijn de eigenaar daarvan is. Zoodra
tijden als de huidige aanbreken, wordt
de juridische schijn en camouflage af
gerukt en toont zich de economische
werkelijkheid. Dan blijkt hoezeer onze
rechtsorde de geldverschaffing en de
papieren titels bevoorrecht boven den
arbeid; dan voltrekt zich de onteige
ning der werkers, automatisch, door
de werking van onze bestaande maat
schappelijke en rechtsorde.
Het is nu reeds zóóver gekomen,
dat onze hypotheekbanken zich gaan
omzetten in maatschappijen tot exploi
tatie van onroerende goederen, wat be
teekent toch concentratie op groote
schaal ook van den juridischen grond
eigendom in de handen van gelduit-
leeners en het wegglijden van den
eigendom uit de handen der werkers.
Een toeneming dus van „economische
dictatuur" van het geld en een sterke
vermindering van het aantal eigenaren."
Wij stemmen geheel met deze klacht
i. Door verschillende omstandigheden,
mede als gevolg van de doelbewuste
politiek van het „geldbezittende" Frank-
Langestraat 84 - Telef 528
gevolgd, zou het nu uit zijn met
erfenis, en zij is ongetwijfeld zoo v
hopig, omdat zij ziet, dat het gedaan
is met het spel van haar echtgenoot."
Wilmot wreef zich vergenoegd in de
handen. „Ik wou, dat ik deze tijding
even aan mijn vrouw kon mededeelen,"
zeide hij. „Ja, ja, ik heb het gewon
nen, en nog wel op hetzelfde oogenblik
datikdacht.dat alles verloren was. Ik
voel mij zoo licht als een veer, dat
verzeker ik u."
Wilmot stond op en verwijderde zich,
zoodat de dokter en ik alleen achter
bleven. Wij keken elkander aan.
„'tKomt mij ongeloofelijk voor, dat
Dollory de boot met opzet zou gemist
hebben", zeide ik nog eens. „Welke
reden zou hem toch genoopt hebben
in Port-Saïd achter te blijven, waar
zulke belangrijke zaken op 't spel staan."
„Dat is meer dan ik u kan zeggen",
hernam Martin. „De geheele zaak is
mij een raadseldoch ik moet erken
nen dat het mij genoegen doet, dat
Wilmot nu toch de winnende partij zal
zijn. Maar misschien is het een streek
van Dollory, waarvan wij thans het
rechte nog niet inzien."
Nadat wij de zaak nog eens van alle
kanten bekeken hadden, stonden wij
op om ieder zijns weegs te gaan.
Hebt U een
Taxi of auto noodig
Amersfoort.
rijk om de koopkracht van het geld te
verhoogen en daardoor in macht te
winnen, is de pluto cratie, voorzoover
zij zich niet op andere wijze in de
vingers geneden heeft, hechter op het
kussen gekomen. Door de drastische
waarde-daling van alle goederen en
producten hebben de noeste werkers
het voor hen ongunstige getij niet
kunnen keeren; zij zien zich geleide
lijk verdrongen en vooral de boeren,
die gehecht aan hun grond, zich niet
gemakkelijk kunnen verplaatsen en
evenmin gemakkelijk een andere werk
kring kunnen vinden, worden ervan
de dupe.
Het is nu de tijd, dat elke bedrijfstak
zich zooveel mogelijk zélf gaat orga-
niseeren, niet als middel om macht
uit te oefenen teneinde in de verdee
ling van het nationale inkomen zich
een grooter aandeel toe te eigenen dan
hem toekomt, maar om de toestanden
in de eigen bedrijfstak te verbeterèn.
De industrie vraagt om een industrie-
bank, teneinde niet in de handen te
vallen van de algemeene banken, die
geestig bekend staan als uitleeners van
parapluien tijdens zonnig weer en deze
opeischen, wanneer het dreigt te gaan
regenen. De boeren doen verkeerd om
geld op te nemen bij particulieren of
bij lichamen, die niet het voorop
staande doel hebben het boerenbelang
te dienen. Komt er misere, dan zullen
de geldgevers zich zelf moeten dekken.
Men kan dit verkeerd vinden, maar
het individueele belang brengt zulks
mede. De boeren moeten zelf hun
eigen boerenleenbanken tot grooter
bloei brengen door zich erom heen te
scharen-... door hun geldbehoeften zoo
veel mogelijk bij de boerenleenbanken
De dagen gingen voorbij zonder dat
er iets bijzonders voorviel, maar er
was één omstandigheid, die alle pas
sagiers opviel. Mevrouw Dollory wei
gerde haar hut te verlaten of iemand
te ontvangen. Haar maaltijden werden
haar ddér gebracht, en men kon geen
enkel woord uit haar krijgen.5 Martin
informeerde een paar maal of zij onge
steld was, maar hij ontving altijd tot
antwoord, dat zij zeer wèl was. Van
haar kon men dus geen verklaring ver
wachten. Wij konden voorloopig niets
anders doen dan de zaak te laten rus
ten. Wilmot zeide, dat hij in Brindisi
waar wij over twee dagen zouden ko
men, van de boot af wilde gaan, om
dan over land door te reizen naar
Londen.
„Ik ben recht in mijn nopjes", zeide
hij. „Ik zal het geld ontvangen, en dan
ga ik met de eerste boot, die ik krij
gen kan, onmiddellijk terug naar mijn
vrouw."
Hij zag er zoo stralend uit, dat ik
onwillekeurig dacht aan het óude
spreekwoord van den beker en de lip
pen. Ik voelde mij buitengewoon ge
drukt, zonder dat ik er een reden voor
wist te vinden, maar ik zeide niets aan
Wilmot uit vrees van ook hem terneer
te slaan. (Wordt vervolgd.)